.
A VOICE FROM FLANDERS
.
500477 - EVEN ARME MAAR VLAAMS SPREKENDE WALEN WORDEN IS IN DIT COBIRGIAND ONS ENIG TOEKOMSTIG LOT

*WOENSDAG 23 DECEMBER 2020
INHOUD
ZIE
HET LOPT VAN FRANS-VLAANDEREN. VELE HONDERDEN JA REN LATER EN
AMPER ZWAAR GEMITULERD UIT DE AS HERREZEN, GAAT REST-VLAANDEREN
OPNIEUW DE ONDERGANG TEGEMOET
*

http://www.heiligen.net/heiligen/11/06/11-06-0717-winok.php
717 Winok van Winoksbergen
Winok (ook Guedenoc, Guehenoc, Guenec, Guennec, van Winoksbergen osb, Vlaanderen, stichter & kluizenaar; 717.

Winok
was een zoon van koning Domnoneus Judaël (ook Hoël III, Juzel of
Luthael) van Bretagne en koningin Pritella (of Pritelle). Hij had
minstens drie heilige broers: Judicaël van Gaël ( 658 of ca 680; feest
17 december); koning Salomon II van Bretagne ( ca 632; feest 4
oktober); en de beroemde pelgrimspatroon Judok (ook Jodocus of Josse;
ca 669; feest 13 december). Daarnaast had hij nog zeker vijf zusters,
van wie er minstens twee als heilige worden vereerd: Sint Eurielle van
Trémeur ( 7e eeuw; feest 1 oktober) en Onenn van Tréhorenteuc,
Bretagne, Frankrijk; maagd & kluizenares ( 630; feest 30 april).
Aanvankelijk
werd hij onder abt Bertinus ( 709; feest 5 september) monnik in Sithiu
(= het latere St-Omer). Bertinus stuurde hem naar Wormhout om daar een
nieuwe kloostervestiging te beginnen. Daar oefende hij onder meer het
ambt uit van molenaar, een beroep waarmee hij blijkbaar eerder in zijn
leven vertrouwd was geraakt.
Uit
die periode stamt de legende dat hij eens zo verzonken was in zijn
gebed dat het malen er volkomen bij inschoot. Gelukkig hadden engelen
ongemerkt zijn werk overgenomen.
Soortgelijke
legenden worden ook verteld over Isidorus van Madrid ( 1130; feest 15
mei) en Guido van Anderlecht ( 1012; feest 12 september).
Verering & Cultuur
Na
zijn dood werd zijn gebeente overgebracht naar het sindsdien naar hem
genoemde stadje Winoksbergen, in het Frans verkort tot Bergues.
Hij
is patroon van Bergues en van de parochiekerk van de Bretonse plaats
Plouhinec bij Audierne (Finistère). Daarnaast is hij beschermheilige van
de molenaars.
*
*
Sint-Winoksbergen of Bergen (Bergues)

is
een vestingstadje en kantonhoofdplaats in het noorden van Frankrijk (in
Frans-Vlaanderen) en maakt deel uit van het arrondissement Duinkerke
(Franse Westhoek) in het Noorder Departement. De gemeente telt 3888
inwoners (2009) en heeft een totale oppervlakte van 132 ha. Het Kolme-kanaal verbindt de stad met Veurne en met de Aa bij Waten. In de dertiende eeuw maakte Sint-Winoksbergen als bloeiende handelsstad deel uit van de Vlaamse Hanze van Londen.
Op de 22 meter hoge Groenberg bevond zich van 1022 tot de Franse
Revolutie (1789) de voor het graafschap Vlaanderen en het bisdom Terwaan belangrijke Abdij van Sint-Winoksbergen.
De naam
De primitieve nederzetting ontstond in het zadel tussen de twee hoogtes van de Groenenberg-heuvel.
Op de ene hoogte lag de versterking van de Vlaamse graven, op de andere
de Abdij van Sint-Winoksbergen. Op een kaart van Malbrancq rond het
jaar 800 is de plaats aangegeven als Grunberga (Groenbergen). De hoogte
van de stad varieert tussen de 1m en de 22m.
Geschiedenis
Sint-Winoksbergen
ontstond in 891 als het castrum Bergense, een primitieve versterking
die deel uitmaakte van de verdedigingsgordel die graaf Boudewijn II de
Kale opwierp om invallen van de Noormannen af te slaan. Andere castra
(burchten) die in deze periode langs de kust van het graafschap
Vlaanderen werden opgericht, zijn onder meer Sithiu (het latere Sint-Omaars), Broekburg, Veurne, Gistel, Oudenburg, Aardenburg, Oostburg, Gent, Kortrijk, Ariën-aan-de-Leie en Sint-Vaast (Atrecht).
De plek, gelegen op de twee heuvels van de Groenberg,
wordt echter al voor die tijd bewoond. Vermoedelijk bestond er al een
nederzetting met een eigen parochiekerk, gewijd aan de heiligen Petrus
en Martinus. Deze namen suggereren een relatief hoge ouderdom, die
mogelijk opklimt naar de Merovingische tijden. Nieuw gebouwde kerken in
dergelijke negende-eeuwse castra werden immers vaak aan Onze-Lieve-Vrouw
toegewijd.
Na
de bouw van de omwalling kreeg deze kerk een nieuwe rol als burchtkapel
en werd omgevormd tot een collegiale kerk, bediend door een kapittel
(bestuurscollege) van seculiere kanunniken. Om deze gemeenschap van
relikwieën te voorzien, liet graaf Boudewijn II op 30 december 899 of
900 tijdens de plechtige translatio het stoffelijk overschot van de
heilige Winok overbrengen vanuit Sint-Omaars. Sindsdien draagt de stad
diens naam.
In het jaar 1000 gaf graaf Boudewijn IV met de Baard
de aanzet voor de bouw van de Sint-Winokskerk op de heuvel tegenover
het castrum. Samen met de kanunniken verhuisden de relieken naar de
plaats waar ze tot de Franse Revolutie vereerd zouden worden. Het
seculier kapittel werd in 1022 omgevormd tot een benedictijner abdij,
bevolkt door monniken uit de naburige Sint-Bertijnsabdij. Vandaag de dag
is de Sint-Winoksabdij een ruïne, op twee torens na, die werden
herbouwd om te dienen als baken voor zeelui.
De
voor de handel zeer gunstige ligging aan zee en de aanwezigheid van een
belangrijk geestelijk centrum als de abdij betekenden een sterke
stimulans voor de jonge nederzetting, zeker toen de graven van
Vlaanderen er in 1028 een echte burcht bouwden. In 1240 verleende gravin
Johanna van Constantinopel Sint-Winoksbergen een eerste keure als
vrije, autonome stad die daardoor een nog snellere topografische
ontwikkeling kende. De bestuurlijke onafhankelijkheid vond haar
uitdrukking in het belfort, waarvan de bouw in 1240 door de gravin werd
toegestaan. Bergen werd een haven en een textiel-centrum van regionale
betekenis, met sedert 1276 een eigen wolmarkt en in de volgende eeuwen
ook twee druk bezochte laken- en doekmarkten. De Vlaamse graven gaven de
nederzetting een van torens voorziene vestingmuur.
Haar
strategische ligging en haar welvaart als bloeiende laken- en
linnenstad maakte van Sint-Winoksbergen vaak het strijdtoneel van
diverse veldslagen en aanvallen. Met name haar lidmaatschap van de
Vlaamse Hanze van Londen was een doorn in het oog van erfvijand
Frankrijk. Tijdens de Vlaamse Opstand (1297-1305), begin augustus 1297,
veroverde Robert II van Artesië in opdracht van de Franse koning Filips
de Schone zonder bloedvergieten de stad, die hij echter reeds op 6 juni
1301 weer moest afstaan aan Willem Van Gulik.
De weversgilden, die in de Vlaamse steden de feitelijke macht in handen hadden, dwongen Lodewijk van Male
ertoe de koning Eduard III van Engeland als suzerein te erkennen.
Lodewijk verloofde zich in Sint-Winoksbergen met diens dochter Isabella.
Karel
VI van Frankrijk nam het plaatsje in op 3 september 1383 en brandde het
plat. In 1494 woedde er opnieuw brand, en in 1558 volgden plunderingen
door de troepen van de Franse maarschalk de Thermes.
In
het begin van de Nederlandse Opstand kreeg Bergen tweemaal bezoek van
beeldenstormers. Sint- Winoksbergen steunde net als de andere Vlaamse
steden de Nederlandse Opstand. In 1583 werd de stad na een belegering
door Alexander Farnese ingenomen en in puin gelegd. De
Spaanse koning Filips II, liet Sint-Winoksbergen echter volledig
heropbouwen, een daad die nog tot op heden sterk het uitzicht van de
stad bepaalt. Sint-Winoksbergen had nog steeds een bestuurlijke en
juridische functie, was een bloeiend geestelijk centrum en huisvestte
een garnizoen. De vestiging van talrijke gegoede families in prachtige
herenhuizen was er een gevolg van. De haven aan de Kolme kon toen
veertig à vijftig schepen herbergen.
In
1658 veroverde Lodewijk XIV de stad, die na de Vrede van Aken in 1668,
definitief bij Frankrijk werd gevoegd. Onder Lodewijk XIV werd
vervolgens Duinkerke uitgebouwd tot een grote marinebasis en havenstad,
die Bergen in de komende eeuwen volledig zou overvleugelen.
De
Franse Revolutie markeerde het begin van een economische ineenstorting,
een voortdurende achteruitgang en een blijvende verarming. Alle
kerkelijke instellingen werden afgeschaft en de meeste ervan gesloopt;
buiten de graanhandel verdween er elke activiteit en in de door
Duinkerke overschaduwde haven meerden nog nauwelijks schepen aan. Door
de nabijheid van de Duinkerkse veste verloor het bovendien zijn
eeuwenoud militair belang, waardoor de daarmee samenhangende functies
een na een overbodig en dus afgeschaft werden.
Tijdens
de Eerste Wereldoorlog teisterden langeafstandsgeschut en
luchtbombardementen de gemeente. In het kader van de verdediging van
haar grote concurrent Duinkerke was Bergen in 1940 het toneel van felle
gevechten, artilleriebeschietingen en bombardementen die haar in het
hart troffen. Toen op 2 juni van dat jaar een bres in de verdediging
werd geslagen, was het stadje voor 60% verwoest. Het belfort, dat
algemeen als het mooiste van Frankrijk beschouwd werd, werd op 16
september 1944 opgeblazen; pas in 1961 werd het herbouwd. De stad werd
geëerd met het Franse Oorlogskruis 1914-1918 en 1939-1945.

http://blog.seniorennet.be/guvaal/
CORONA, DE ZONDVLOED
Het
is niet alleen de Coronacrisis die voor de nodige heisa zorgt. Daarmee
verbonden is er ook nog de schuldenberg die de federale en de
gewestregeringen aan het vergaren zijn. Ruw geschat zit men al aan zon
23 miljard euro alleen aan Corona maatregelen en het blijft maar
oplopen. Het einde van de Coronatunnel lijkt nog niet in zicht.
Daarenboven gaat het om geld dat er feitelijk niet is en nul rente of
niet toch ooit zal moeten worden terugbetaald. Nadat men de
Coronacrisis hopelijk onder controle zal hebben, riskeren we ook een
nieuwe financiële crisis, maar niemand lijkt zich daarover druk te
maken. De hoofdreden daarvoor is dat men rekent op Europa, meer bepaald
op het geld van het relance-fonds en dat van de Brexit. Vooral dat
laatste zou wel eens voor de volgende communautaire rel kunnen zorgen.
De kans is immers groot dat Vlaanderen, dat in staat voor 85% van de
export naar de UK, volgens de traditionele Belgische verdeelsleutels
hoogstens 60% zal krijgen. Het zou een grote onrechtvaardigheid zijn
mochten de Vl aamse bedrijven hun geleden schade maar deels
vergoed krijgen en de Waalse meer krijgen dan ze verloren zouden hebben.
Dit laatste geldt feitelijk ook voor het geld van het herstelfonds,
want Vlaanderen tekent ook voor meer dan 80% van de totale uitvoer van
dit land.
*

WONING KWALITEITS-NORMEN ANDERS BEOORDEELD
Vandaag om 10:17

Een
woning in Vlaanderen moet voldoen aan de minimale veiligheids-,
gezondheids- en woningkwaliteits vereisten van de Vlaamse overheid.
In 2021 zullen sommige van die normen anders worden beoordeeld.
Als een woning geen rookmelders geeft, dan wordt ze hiervoor vanaf 2021 strenger bestraft. ©Belgaimage
Voldoet
uw woning niet aan de minimale normen, dan kan ze ongeschikt of in
het slechtste geval onbewoonbaar worden verklaard. De controles
spitsen zich vooral toe op huurwoningen. Maar vergis u niet: de normen
gelden voor alle woningen in Vlaanderen. Aan de normen zelf verandert
er niet veel, maar wel aan de beoordelings-methodiek, legt Dorien Van
Cauwenberge van het Agentschap Wonen-Vlaanderen uit.
Het ontbreken van rookmelders wordt vanaf 2021 een gebrek van categorie II. De woning kan dan ongeschikt worden verklaard. "
Tot
nog toe kreeg een woning bij een controle door een woning controleur
strafpunten bij een gebrek. Die strafpunten gaan van 1 tot 15,
naargelang het om een klein of groot gebrek gaat. Vandaag zijn er 15
strafpunten nodig om een woning ongeschikt te kunnen verklaren. Zeer
ernstige gebreken krijgen meteen 15 strafpunten toegekend, waardoor één
ernstig gebrek kan leiden tot de ongeschiktheid van de woning.
Onbewoonbaar
Er
is nu geen link tussen het aantal strafpunten en het onbewoonbaar
verklaren van een pand. Dat hangt af van de beoordeling van de
woningcontroleur of het wel veilig en gezond wonen is in het pand. Met
die strafpunten zullen we vanaf 2021 niet langer werken. Wel zullen de
ernst en de impact van elk gebrek op zich worden beoordeeld in plaats
van naar het strafpunten totaal te kijken, zegt Van Cauwenberge. De
nieuwe regels laten vooral meer ruimte voor nuancering.
Met
strafpunten zullen we vanaf 2021 niet langer werken. Wel zullen de
ernst en de impact van elk gebrek op zich worden beoordeeld in plaats
van naar het strafpuntentotaal te kijken
/
Sonja Verschueren
*
*
CORONA & CENSUUR VRIJE COMMENTAAR
Ik
toonde U, als verztje in deze droevige winrer-tijden, een leeg geroofd
Vlaanderen, lijk het ook nu weer bezig is te worden. Zoiets is niet
nieuw. Weelderig geworden door hard werken, sterk volk door vroom en
goed zedeliijk gedrag, strategisch gelegen: het werkt als een rijpe
appel op de ziekelijke verbeelding van elke luie na-ijverige trekzak
Eerst, vanaf ons ontstaan als Volk, op de Franse cici-chi Koningen,
tussendoor zowat op iedereen, telkens onder andere voorwendsels,llaatst
door het bloedrode EUSSR- monster dat ons van Overheidswege in maag en
darmen werd gespiest..
Gaat
de vernietiging niet op zn Hitleriaans, dan maar met het Geheim Wapen
der Rode Chinezen geprobeerd. Zelfs de woordkeuze is nep om toch maar
geen link te leggen met het Communisme.
De
Vlaamse Weldoener, het fiere zelfbewuste Verenigd Koninkrlijk verlaat
de Nieuwe Wereld Orde? Niets aan te doen? Dan wurgen we het maar. Met,
wat n toeval zeg, als colateral dammage dat de Britten in hun
economische val de Vlamingen mee in de diepte sleuren. En zie, Coburfia
wordt weer één en even am, alle samen iedereen
ge-wloniseerd. Op kosten van
Europa wordt het een klein schattig
lui-lekkerland. Ge-indexeerde werklozensteun, dubbel betaald leefloon:
het zet de poorten wijd open voor miljoenen nieuwe cultuurloze
gelikzoekers uit de islam-landen en de vroegere Oostblok-landen..
De
EUSSR elf hoeft niet eens wat te doen: gewoon zo hulpeloos mogelijk
totaal niets doen om de pademie het doorbreken te beletten, toen dat nog
kon.
Méér zijn dan een onbetaalbaar duur wangedrocht, is heel de boel in Bruxellabad niet.
Werkloos
toezien, is misdadig geworden. Niet alleen voor de eigen Geliefden,
maar bij uitbreiding voor het ganse Volk. Tijd dus om ons vel duur te
verkopen tegenover die bende bange lafbekken
Wie volgt? Woorden wekken, maar voorbeelden trekken.
Digitalia
HOW TO HOLD THE WEST

|