_xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
1071
vrijdag 24 juni 2011
MOEILIJKE WOORDEN OM TE KUNNEN CAMOEFLEREN
TAK stelt voor

------------------
Nederlandse inburgering schakelt in achteruit
20/06/11, 09u07 In De Morgen
Marino Keulen vindt dat Nederland zijn beleid niet mag focussen op kennis van de taal. Keulen, Vlaams volksvertegenwoordiger voor Open Vld, vreest dat de Nederlandse minister Donner een grote vergissing maakt door de subsidies voor inburgeringstrajecten af te schaffen.
Overal in West-Europa zien we dat bepaalde groepen migranten en hun nakomelingen het slecht doen in de statistieken rond onderwijs, werk, inkomen en criminaliteit. Paul Scheffer, die dit fenomeen het 'multiculturele drama' noemde, was voor de lage landen de bekendste pionier in het debat over diversiteit en multiculturaliteit. Hij wees erop dat voor de overheden een actieve rol is weggelegd inzake het managen van diversiteit en het bevorderen van de inburgering van nieuwkomers in onze samenleving. We hebben vanaf de jaren zestig immers een groeiende groep nieuwkomers in onze samenlevingen opgenomen, en vervolgens geen enkel beleid gevoerd om deze mensen te integreren. Integratie gaat niet vanzelf, de nieuwkomers en de samenleving moeten een inspanning leveren om het samenleven harmonieus te laten verlopen.
Sinds een kleine tien jaar spelen Vlaanderen en Nederland in Europa een voortrekkersrol inzake het inburgeringsbeleid. Zij zaten in de kopgroep van overheden die begrepen dat niets doen ongeveer het slechtst mogelijke beleid is. De gelijkenissen zijn opvallend, de verschillen ook. De Nederlandse regering, met minister Piet Hein Donner, kondigt nu op stoere manier een koerswijziging aan. Ik vrees dat ze in realiteit een stap achteruit zetten.
Het inburgeringsbeleid vertrekt in Nederland en Vlaanderen vanuit dezelfde uitgangspunten. Eerste vaststelling: de statistieken zitten verkeerd. Nieuwkomers, hun kinderen en kleinkinderen doen het - ondanks de vele positieve uitzonderingen - minder goed op school en op de arbeidsmarkt. Ze zijn oververtegenwoordigd in de armoedestatistieken, de sociale en culturele uitsluiting, ze zijn meer en langer werkloos. Dat zijn allemaal individuele drama's, maar het is ook een maatschappelijk probleem. Er ontstaat een maatschappelijke tweedeling, met wederzijds wantrouwen en onbegrip, een verloren generatie.
Discriminatie Tweede vaststelling: discriminatie, xenofobie en soms onverholen racisme blijven een probleem in onze samenleving, en dat is niet aanvaardbaar. Op beide vlakken moet je als overheid aan de slag.
Derde vaststelling: je moet iets doen aan de instroom van nieuwkomers, het zijn vooral laaggeschoolden die via huwelijken en gezinshereniging onze samenleving binnenkomen en er moeilijk aan de bak komen. Op het laatste heeft Vlaanderen geen grip, dit is een federale bevoegdheid. Laat het hier volstaan met te zeggen dat ook in dit debat eindelijk beweging komt, voornamelijk omdat nu naast de meeste Vlaamse partijen ook een aantal Franstalige politici daaraan willen werken.
Ook de doelstellingen van het inburgeringsbeleid lopen parallel tussen Vlaanderen en Nederland. We willen segregatie vermijden, we willen een samenleving waarin iedereen participeert. We willen dit vooral bereiken door het bevorderen van de kennis van het Nederlands, inzicht in de samenleving en door mensen aan het werk te krijgen. De waarden die we willen meegeven aan nieuwkomers zijn dezelfde: vrijheid, gelijkheid, zelfredzaamheid, solidariteit, verdraagzaamheid, scheiding van religie en staat, ... . De verschillen tussen Vlaanderen en Nederland zitten vooral in de aanpak op het terrein.
In Nederland ligt de nadruk op het slagen in een inburgeringsexamen. Wie niet meedoet krijgt een boete. Nu wil het nieuwe kabinet ook dat de nieuwkomer die niet slaagt voor het examen daarvan de gevolgen ondervindt in de sociale zekerheid en soms ook in zijn of haar verblijfsrecht. Wat er aan het examen voorafgaat, speelt in Nederland minder een rol. Je trekt je plan, of je laat je bijstaan door scholen of verenigingen die je voorbereiden en die al dan niet met overheidssubsidie werken. Het huidige kabinet wil die trend verder doortrekken, zij wil de overheidsfinanciering voor inburgeringstrajecten afschaffen. De voorbereiding op het examen wordt zo helemaal de verantwoordelijkheid van de nieuwkomer, die er ook zelf alle kosten voor zal dragen. De nadruk ligt in Nederland overigens vooral op de kennis van de taal.
Drieluik In Vlaanderen bestaat het inburgeringsbeleid uit een drieluik. Ik heb dat zelf, als Minister van Inburgering in de vorige regering, vorm kunnen geven, en het wordt door minister Bourgeois en de huidige regering nog ongewijzigd voortgezet. Nieuwkomers moeten verplicht naar de lessen maatschappelijke oriëntatie en naar de lessen Nederlands. In het derde luik worden zij begeleid om zo snel als mogelijk een plaats te vinden op de arbeidsmarkt. Net zoals in Nederland hebben wij dat hele traject verplicht gemaakt en we sanctioneren het desnoods met hoge boetes. In Vlaanderen hebben we de verplichte inburgering bovendien uitgebreid naar mensen die hier al langer zijn, maar nog steeds de taal niet kennen en langdurig werkloos zijn. Bij ons ligt de nadruk niet op een examen, maar op de inhoud van de cursus en dus op het leerproces zelf.
De lessen maatschappelijke oriëntatie worden gegeven in de taal van oorsprong van de nieuwkomer. Die lessen gaan over de essentie van onze samenleving en we willen dat dit goed begrepen wordt, en dat er een debat mogelijk is. Die cursus is uniform voor elke inburgeraar en over de inhoud en pedagogie is grondig nagedacht. Meer dan feitenkennis wil die cursus mensen echt aan het denken zetten en doordringen van de waarden die onze samenleving mogelijk maken. Daarnaast volgt de inburgeraar ook verplichte lessen Nederlands. In tegenstelling tot Nederland wordt het hele traject in Vlaanderen bekostigd door de gemeenschap. Ik blijf dit verdedigen, net zoals ik het verplicht onderwijs voor onze kinderen en de overheidsfinanciering daarvan verdedig. Sommige dingen zijn zo belangrijk dat je er als samenleving moet in investeren.
Dat de Nederlandse overheid zich verder wil terugtrekken uit het inburgeringsbeleid, en dat de facto steeds meer gaat beperken tot een examen, is mijns inziens een grote vergissing. We hebben eigenlijk pas geleerd dat integratie en emancipatie niet vanzelf gaan voor iedereen. Integendeel, ik geloof dat we als overheid juist méér moeten doen. We moeten blijven zoeken naar de beste oplossingen om elk kind zoveel mogelijk slaagkansen te geven in het onderwijs. We moeten blijven zorgen dat zoveel mogelijk mensen aan het werk gaan. We moeten de armoede, uitsluiting en discriminatie blijven bekampen. Tegelijkertijd geloof ik ook dat we de betrokkenen meer mogen responsabiliseren. Dat wie kansen krijgt ook de verantwoordelijkheid heeft om er iets van te maken. De doelstelling is zoveel mogelijk mensen in staat stellen om mee te doen en voor zichzelf in te staan. Daar mag best een duwtje in de rug bij zijn, maar ook een strenge aanpak voor wie niet mee wil. De keuze voor het een of het ander, is een valse keuze. Je moet het allebei tegelijk doen.
--------------------
Diagonaal herlezen
Het moet zijn dat de Riberalen toch nog ergens een klein plaatsje hebben in mijn hart (daterend van de Loze Beloften van het Liegebeest?), want vergeet niet, ik heb vroeger beroepsmatig in het zweet mijns aanschijns de boterham moeten verdienen in dergelijk milieu, dat dan nog meestal Franssprekend was
Hoe zou het anders mogelijk zijn, dat ik blij was toen Jong DeCroo het haalde in de Voorzittersverkiezing, en Marino Keulen in het zand moest bijten : wat een schande is er sedertdien niet bespaard geworden aan deze partij. Jong DeCroo is trouwens een bijna gebuur geweest uit mijn Vlaams Ardennen-tijd
.Als indertijd Pa DeCroo landde met heel zijn gevolg in t Kloefke in Kruishoutem, ter gelegenheid van de Verkiezing van de Ei-Koningin, was heel het dorp in feest. Pa Herman kon heel royaal zijn, vooral toen vriend en vijand hem luidruchtig en langdurig had toegejuichd
.
En uitgerekend nu vind ik die Keulen, die toen als een geslagen keffertje wegdook, weer terug op mijn weg. En weer bezig met zaken waar hij nog minder van af weet dan een koe van saffraan eten!
Iedereen ziet met gesloten ogen dat de multicul-droom utopie is geweest, en precies in die wereld trapt Keulen binnen als een olifant in een porseleinkast. Niet wij, Vlamingen of Nederlanders moeten inburgeren in de wereld der gelukzoekers, maar de gelukzoekers willen ze kunnen blijven en zich nuttig maken, moeten integreren in onze wereld. Zo slim is Marinootje echter niet
.
Er zit niets anders op : de politici die al die gekleurde mensen binnen gehaald hebben, zijn lijk leerling-tovenaars : ze hebben iets in gang gezet dat hun verstand en hun macht te boven gaat en ze staan daar nu, lijk klein mannen op de kermis, met hun molentjes langs de kant van de weg. De emmers water worden leeg gekletst, de bezems blijven schrobben, zonder dat iemand er macht op heeft. Hebben we gezien in het symfonisch gedicht LApprenti Sorcier van Paul Dukas : de toverspreuk om de rust te herstellen, tja, ja die wist de leerling-tovenaar niet : die was nog niet zover gekomen in de stiel.
Ging het verhaal maar verder zoals in de leerling-tovenaar! Toen de Meester-Tovenaar thuis kwam, was de toestand in één ogenblik hersteld maar hier, hic et nunc, zitten de Meester-Tovenaars opgesloten in een cordon sanitaire en zijn ze gedoemd tot nietsdoen. Ofwel (Nederland) worden ze met de dood bedreigd en dienen ze 24/24 en 7/7 bewaakt te worden voor hun eigen veiligheid.
Misschien dat het Ventje Marinootje eens in de nalatenschap van het Spaans-Nederlandse Vorstenhuis (Philips II en Philips III) kan informeren, hoe die dat geflickerd hebben in de jaren 1790 en volgende. Die o zo Christelijke Vorsten hadden namelijk al wat kon drijven gecharterd, om het teveel aan Islammers retour te zenden. Een regelrechte schande, natuurlijk, maar, Marinootje zal het moeten toegeven : uiterst efficiënt
.
Laten we wel wezen : met een toverspreuk zal het niet lukken. Misschien het voorbeeld van die Spanjaarden volgen? Al wat in de vaart ligt aan cruise-schepen, aan 2500 personen per schip : dat moet toch aandikken? En zeg nu zelf : met uiterste luxe aan boord. Zon boot kan het traject Antwerpen (Zeebrugge?) tot Casablanca e.a. in minder dan een dag en een nacht varen afleggen. De klus kan toch in een minimum van tijd geklaard zijn? Per 250 arriveren op Lampedusa per visserssloep, en per 2500 stuks teruggebracht worden op een luxe pakketboot : dat is toch dweilen met de kraan meer dan toe?
Let wel : het zijn geen, ik herhaal : geen Himmelfahrt-commandos. Wees gerust : onze politici kunnen meereizen als begeleiders, onder toezicht van de TV-cameras. Uiteraard met tickets enkele reis
.
Op die manier kunnen ze misschien nog iets goedmaken van wat ze verprutst hebben. En dat ze de Eeuwige Rust mogen vinden
.
STOP EENS N BLOKKER BLOGGER IN UW TANK

|