Gisteren was er veel volk op een veiling in Brugge. Zoals gewoonlijk vier vijfden om zich bezig te houden en in een zetel te gaan zitten en het resterende vijfde die echt iets wilde kopen. Zelf zag ik drie grote gipsen OLV van Lourdes-beelden staan. Omdat ik er klanten voor heb wou ik deze kopen. Wellicht voor een prikje. Maar toen ik bood was er telkens een tegenbod. Toen ik rondkeek wie dat wel kon zijn viel mijn oog op een oude allochtone man, van Turkse afkomst. Ik kon mijn ogen niet geloven, wat moet een moslim met een OLV-beeld? Of beter gezegd met drie stuks? Wilde hij zich bekeren tot het ware geloof? Of ... veel erger natuurlijk... wilde hij - om de opmars van de Islam wat te helpen - de beelden na aankoop stuk slaan? Een mysterie. Achteraf hoorde ik dat diezelfde man overal Mariabeeldjes opkoopt om die dan aan woekerprijzen te verkopen in zijn geboorteland, waar katholieke zaken heel moeilijk te vinden zijn... Ook paternosters koopt hij overal op. Naar het schijnt doet hij dit om zijn inkomen (OCMW-steun wel te verstaan en kindergeld van zeven pagadders) wat aan te vullen. Toen ik de man opmerkte dat mijn geloof bergen (geld) verzet verliet hij de zaal...
Nog een slachtoffer van de aswolk uit Ijsland : Patriek
Gisterenmiddag. Om 11u30 staan we met enkele dozijnen uitgehongerden te wachten aan de frituur van Patriek en Bernadette. Omdat er geen kat opdaagt steken we met zijn allen de espressweg over naar de Mister Grill waar ze betere frieten hebben... Na het overvloeidge middagmaal aldaar kan ik het niet laten om toch nog eens naar de frituur te gaan kijken en ... 't was open. Wanneer ik informeer waarom ze een uurtje eerder nog niet open waren verklaart Patriek me doodleuk, met een gladgestreken gezicht en dito haardos, dat hij onderweg plots in een enorme zwarte stofwolk beland was met zijn oud vehikel. De enorme stofwolk verhinderde hem om ook maar één meter vooruit te geraken en pas na een uur kon hij weer verder rijden. De volgende vraag zal ons altijd voor ogen blijven hangen : Wat had Patrick voor ogen : was het letterlerlijk ulkaanstof of was het figuurlijk een vlieg? Dat komen we wellicht nooit te weten...
Vandaag was er de jaarlijkse kunstboekenbeurs te Gent, een beurs die al vele jaren wijd en zijd bekend is in Vlaanderen en ook Nederland. Wim Drijvers zorgde weer voor een massa inschrijvingen en alle tenten stonden boordevol literatuur vooral ivm kunst.
Ik kwam naar Gent met gemengde gevoelens. Enerzijds stelde ik wekenlang een assortiment kunstboeken samen die de bezoekers zou moeten kunnen bekoren. Anderzijds kopen vele mensen minder onder het mom en de dooddoener 'Het is crisis'. Nooit eerder hadden mensen zoveel geld te besteden maar er zijn ook veel meer mogelijkheden om het geld ove rde balk te gooien. Bovendien is er de concurrenteie van het internet, velen denken echt nog dat ze beter en goedkoper kunnen kopen via internet. Maar de prijzen daar zijn dikwijls hoger dan in de winkel en de staat van het boek bij aankomst in de brievenbus kan serieus tegenvallen.
In elk geval had ik het grootste boek van de markt mee : mijn intussen, na één week al ruimschoots bekende Bibzilla mee. Het boek kreeg een mooie maar veilige plaats achterin mijn stand. Alhoewel het boekje opengewpreid 1 op 1 meter meet heeft de helft van de bezoekers dit kleinnood niet eens opgemerkt. Zo'n koeien van letters, wat wil je nog meer?
Er was opvallend veel volk, vooral Oostvlamingen maar ook veel Westvlamingen, Antwerpenaars, Brusseleirs en natuurlijk onze heel goeie vrienden uit Nederland. Iedereen zoefde de tenten door op zoek naar koopjes. Dat was dan ook de teneur van de rest van de voormiddag. Men wilde koopjes doen anders bleef de portemonnee stevig gesloten. Ofwel moesten de werken werkelijk heel zeldzaam zijn. Zo verkoht ik postkaartenboekjes over hondenkarren, het Belgisch vorstenhuis en ramvoertuigen, de moorden van Beernem, enz. aan een zacht prijsje. Soms moest ik de mensen duidelijk maken dat de prijzen in euro vermeld waren en ... niet meer in Belgische franken. Zo vooral wanneer ze de prijs vroegen van Bibzilla.
Ivm Bibzilla kreeg ik boeiende vragen en interessante opmerkingen voorgeschoteld. Enkele voorbeelden. Op hoeveel exemplaten is dat boekje gedrukt? Zijn dat (wijzend op de grote miniaturen) zelfklevers? Is dat oud? Is dat nog iets waard? Wie wil er zoiets in zijn kot? Heb je dat boek uit de kerke gestolen? Neem je dat boek volgend jaar weer mee? Vele vragen in het plat Gents begreep ik zelfs niet eens. Een of andere intellectueel (of priester denk ik) begon de tekst luidop te zingen... en vroeg me om tijdig een blad om te draaien... welk verzoek vriendelijk werd afgewezen.
De verkoop stond dus op een laag pitje zodat ik ruimschoots de tijd had om af en toe een oogje dicht te doen. Of om de bezoekers gade te slaan. Zo was zeker de helft van het publiek te situeren in de leeftijdsklasse van boven de 50 jaar. Boeken en zeker kusnboeken zoals hier kosten namelijk nogal wat geld. Soms zag je studenten afwegen waar ze wat zouden kopen met hun beperktere budget. Ook zag ik enkele punks ronthuppelen, misschien op zoek naar boeken over tattoeages, bv. het boek van Wim Delvoye met zijn getatoeeerde varkentjes. Mensen die soms vreemd gekleed waren, zoals die dame die - waarschijnlijk bij gebrek aan een passende outfit - een grasgroen gordijn om haar forse taille gedrapeerd had. Aan de overkant zag ik een dame die nogal vreemd deed. Ze gilde naar een collega : zeg me dat ik lelijk ben. De collega glimlachte. Zeg het want ik weet heus wel hoe ik er uit zie als ik in de spiegel kijk. Wat een vreemd schouwspel... Dan raaskalt ze verder : boeken kopen dat is een echte ziekte! Waarrop de collega minzaam opmerkt dat alle bezoekers hier in het zelfde bedje ziek zijn; gelukkig maar. Daarop grijpt ze met de linkerhand een boek vast en slaat met haar rechterhand op de linkerhand en roept : Neen, niet kopen, niet kopen! Is ze echt gek of vond ze de prijs voor het obek te duur en wilde ze er op een listige wijze van onder muizen? God weet het... Daarna liep ze verder, voortdurend slaand met haar rechterhand op de linker. Wat een situatie!
Uiteindelik verkocht ik nog een reproductie van een werk van Alechinsky, weeral voor een zacht prijsje. Het was intussen bijna middag geworden. De meeste echte liefhebbes waren intussen gepasseerd en werden afgelost door wandelaars en 'gapers' zoals we die in West-Vlaanderen noemen. Qua verkoop was deze dag niet echt succesvol maar ik ben blij heel wat collega's en boekenliefhebbers te hebben teruggezien. Ook heb ik nieuwe mensen mogen ontmoeten die me later zullen opzoeken in de winkel.
Als je een goed aanbod wil in deze branche dan moet je er heel veel voor doen. Ik denk dat iedereen nu wel ziet dat voor mij werkelijk géén moeite te veel is om mijn klanten in de watten te leggen met de meest vreemde en interessante boeken.
Vorig weekend was ik te gast te Utrecht, op de grote voorjaarsverzamelaarsbeurs. Een heel grote antiek- en rommelbeurs. Volgens mij met een paar duizend standhouders. Opvallend was dat er ... heel veel Nederlanders rondliepen. Ook heel veel nepgoederen. Weinig reliegieuze zaken, en bijna geen heiligenbeelden. Een heel verschil dus met België. Echt veel koopjes waren er niet te doen want de standhouders waren allemaal zelfstandigen of van die pseudo-zelfstandigen die soms meer zaken bij hebben dan hun professionele collega-standhouders.
De standplaatsen zijn er duur : van 180 tot 220 euro. De eerste dag was het entreegeld 50 euro, een bedrag dat ik toch wel heel hoog vind. De eerste dag werd er wel nogal wat verhandeld want veel bezoekers waren professionelen die waar zoeken voor hun winkel. Ook zag ik enkele Belgen maar die liepen nie dik gezaaid. Opvallend hoe zakelijk de Nederlanders zijn. Heel heel vriendelijk maar steeds uit op verkoop en zakendoen. De buren, ziende dat ik mooie dingen meehad, kwamen me drie dagen lang verwennen (?) met paaseitjes (van de Lidl of van een nog slechter merk???) brengen of zelfgebakken koekjesdie nergens naar smaakten. Onderwijl prezen ze hun koopwaar aan.
Gedurende die drie dagen ben ik wel wat vermagerd. Veel gegeten heb ik niet overdag want het eten op de beurs was gewoonweg niet te vreten. Er waren verschillende snackbars waar je terecht kon voor een broodje kroket of een broodje frikandel. Gewoon een minderwaardige vleeskroket of frikandel tussen een sandwich geplooid met een servetje erbij. Gelukkig kreeg ik in mijn hotel elke morgen een heel uitgebreid ontbijt voorgeschoteld, waaruit ik kracht putte voor de hele verdere dag. 's Avonds in de dorpjes rond Utrecht nog een bakkerij of winkel vinden viel niet mee. De meeste zaken sluiten om 18h00 en er is ... het éénrichtingsverkeer. Straten die doodlopen, onmogelijk veel heel vervelende verkeersdrempels, allemaal samen voldoende om de zoektocht te staken. Verder heel veel saaie buurten, allemaal gelijkkleurige gevels, appartemensgebouwen, het lijkt wel of héél Nederland nieuwgebouwd si. Heel anders dan de pittoreske dorpsje bij ons in Vlaanderen. Zo belandde ik zaterdagavond moe en hongerig in een MacDonald. Voor één keer at ik met smaak enkele hambrugertjes, als je honger hebt eet je immers alles, zo wordt gezegd.
Gedurende deze drie dagen heb ik veel geslapen. De buren-standhouders maakten me af en toe wakker om te vragen om minder hard te snurken want snurken aan je kraam vonden ze niet 'netjes'. Waarom ik zo vaak in slaap "zakte" weet ik niet maar telkens ik wakker werd voelde ik me ook letterlijk dieper en dieper wegzinken in mijn stoel, tot ik plots met een luide knal achterover tuimelde met een luide vl... Iedereen kwam verschirkt rond me staan en ik vroeg gepikeerd waarom de Hollanders zulke mottige breekbare stoelen ter beschikking stelden. Ik gooide de overblijfselen van mijn plastieken plooistoel aan de kant en nam plaats op een nieuw slachtoffer. Ook de tweede stoel gaf ieensklaps, in één 'klap", de geest. En zo nam ik mijn toevlucht tot een mooi designstoeltje uit de jaren '60, een stoeltje afkomstig uit mijn vroegere school, het college van Veurne. Echte goeie kwaliteit. Tot dan was niemand geïnteresseerd in dat stoeltje, nu sprak het boekdelen, aan de degelijkheid en de draagkracht kon niemand nog twijvelen...
Vandaag kwamen een zestal liefhebbers naar Bibzilla. Uiteraard liet ik niet zo maar iedereen het boek inkijken, ,enkel een paar goeie kennissen veiel deze eer te beurt. Ik wil immers niet dat het boek beschadigd wordt. Ook Engelse toeristen waagden hun kans. Uitroepen als 'O my God' waren niet uit de lucht. De Spanjaarden, van die ongekamde en ongeschoren typen, plooiden zich in alle standjes om foto's te kunnen nemen. Een 'Olla' langs hier en een 'Olla' langs daar en ze dachten dat ze alles mochten. Wanneer ik uiteindelijk zelf posteerde bij mijn boek was het blijkbaar niet meer zo interessant om portretten te komen trekken. Wat een arrogant volk.
Toen ik even zat te bekomen van het succces van Bibzilla, op het terrasje aan de overkant van de zaak, zag ik mijn boek plotseling niet meer. Allemaal donkere vlekken die bewogen. Eerst dacht ik dat het de stofwolk uit Ijsland was, de vele fijne stofdeeltjes die voortkomen uit de vulkaanuitbarstingen aldaar. Maar toen ik nader toekeek waren het een hele kude kolossale dikke lelijke vrouwen die in het zwart gekleed waren. Ik zag nauwelijks waar de voorkant en de achterkant zich bevonden. Zo rond als ... Zoveel lekijke vrouwen zie je niet elke dag. Natuurlijk passeren er elke dag wel enkele speciale tronies, of zie ik bepaalde collega's uit de galerij die weer eens extra ongelukki kijken (waarom toch???) maar zo'n een dichte concentratie, neen hoor. Toen ik een kluif van een arm omhoog zag gaan richting mijn boek riep ik : Enough, enough!!!' De kudee 'kachtelgaten' stoof verontwaardigd uiteen en vulde de gang langs beide zijden. Eventjes vreesde ik voor een ander gevaar, een methaangasaaval, maar deze vrees bleek gelukkig ongegrond.
Tegen sluitingstijd kwam één van de liefhebbers van eerder op de dag terug en nam een optie van één week op mijn boek. Ik ben werkelijk benieuwd wie de gelukkige koper wordt. Een professor emeriteus, kenner van oude handschriften, raadde me aan om het boek in het buitenland te laten veilen, bv. in Londen of New York. We zullen zien...eigenlijk geef ik er de voorkeur aan om het boek hier in ons land te houden want er ijn al te veel bleangrijke zaken naar de VS verdwenen.
Vandaag weeral processie naar mijn winkeltje om 'Bibzilla" te komen bekijken. De pers was massaal ... afwezig, ondanks de mailtjes dat ze zeker een interview zouden afnemen. Och ja, 't zal ook wel gaan zonder hen. Onder de belangstellenden waren er verschillende historici, een professor-emeritus van de KUL, drie handelaars uit Nederland en Duitsland, enkele verzamelaars van getijdenboeken en enkele goede klanten van mij. Enkelen hadden interesse om het werk aan te schaffen en deden een interessant bod. Maar ... ik verkoop nog niet want ik ben er van overtuigd dat het boek een flink stuk méér waard is.
Vandaag vernam ik ook meer over de herkomst van het boek. Het zou afkomstig zijn van de Augustijnerabdij van San Lorenzo in Spanje. In de buurt was een koninklijke residentie, verschillende Spaanse koningen zouden er resideren, ook na hun dood, want ze liggen er begraven. Het boek blijkt speciaal gemaakt voor een bepaalde abt, misschien met de voornaam Jozef, want deze heilige staat afgebeeld op het titelblad. De abtsstaf is vergezeld van een groot rood hart, wat dus ook wijst op de orde der Augustijnen. Hier en daar staan in het handschrift wat Spaanse teksten. Het klooster moet heel welstellend geweest zijn gezien de omvang en de mooie ornamenten van en in dit werk. Later is het boek veranderd van bewaarplaats, een veertig jaar geleden werd het gekocht in een stadje in de Pyreneëen, waar ook een Augustijnerklooster zou gestaan hebben en zo is he werk in onze contreien beland.
Zoals ik eerder al zei kreeg ik enkele interessante aanbiedingen maar deze waren volgens mij nog niet van die aard om het werk al te verkopen. Dus nog eventjes geduld.
Aanwinst : boek van een vierkante meter groot.... : bibzilla
Gisteren dinsdag een enorm boek aangekocht. Ik wist het al lange tijd staan maar door de hoge prijs duurde het een tijdje voor ik het volledig kon betalen. Maar nu is het dus zover en het boek mag gezien zijn : opengeslagen meet het ongeveer een meter op een meter. Het is rijkelijk versierd met vele tientallen miniaturen : een aantal grote en heel veel kleinere. Ook zgn. drolerieën, grappige figuurtjes zoals een geit, een kikker, een mug, een slak, ... Opvallend is het overmatige gebruik van bladgoud. Het was de hele dag 'processie' om dit boek te kunnen inkijken. Natuurlijk was het enkel ik die het boek opende en de miniaturen toonde, kijken mocht maar aanraken niet. Een schitterend missaal van een of andere abdij. Het gevaarte weegt zeker 30 kg. Door die afmetingen geef ik het de naam 'bibzilla'. De bieidingen komen binnen en zijn niet mis. Het is dan ook een unieke kans om zo'n 'monster' in huis te halen. Moest ik geld genoeg hebben ik hield het voor mezelf. Morgen komt de krant foto's nemen, ik verwacht heel veel liefhebbers. U komt toch ook?
Ik heb het de laatste tijd zo druk gehad dat ik geen tijd vond om mijn blog dagelijks bij te houden. Daarom eventjes bijbenen nu...
In het paasweekend vertoefde ik een viertal dagen in de mooie Ardennen, in het buitenland dus. Ciney, waar er meer beesten rondlopen dan mensen, althans meestal. Op Goede Vrijdag installeerden honderden mensen zich met hun antiek en rommel in en rond de koeistallen van de veemarkt te Ciney. Ze konden kiezen voor drie lokaties.
De bezitters van mooie antiek konden een plaatsje krijgen binnenin het Expo-gebouw. Dit zijn de duurste plaatsen. Ik stond er vorig jaar één maal. Voordeel is dat je hoog en droog staat, en dat deze beurs vier uur eerder opengaat dan de rest. Dus grote kans dat je goed kan verkopen... als je niet te duur bent natuurlijk. En dat zullen sommigen geweten hebben, enkelen meenden immers TEFAF-prijzen te mogen hanteren. Ook op het voorplein rond het expogebouw stonden enkele tenten met standhouders. Door hun hoge prijzen kreeg je soms de indruk een permanente collectie te zien : het aanbod was nagenoeg idenditek hetzelfde als een half jaar geleden. Een tweede plaats is de overdekte veemarkt, de koeistallen dus. Normaal gezien moeten de standhouders wachten tot de veehandelaars alle koeien buitengejaagd hebben op hun vrachtwagens. Dan wordt de hele hal met hogedrukreinigers min of meer schoongemaakt. Daarna, meestal rond 11h00, kunnen de standhouders de koeistallen volproppen met hun waardevolle en minder waardevolle spulletjes. Dit alles in een fijne natuurlijke geur van koeien... maar als boerenzoon heb ik daar natuurlijk helemaal geen problemen mee. Je betaalt er 180 euro voor een stand van 4 meter, wat niet niks is. Maar toch veel goedkoper dan een plaatsje in de expo waar je al gauw 1200 euorootjes moet ophoesten... De derde plaats is lekker buiten in de gezonde buitenlucht, voor 150 euro krijg je twee parkeerplaatsen voor dierenvrachtwagens. Een mooi pleintje dus.
Om 10h00 begint dus de antiekbeurs boven, omstreeks de middag volgt de markt in de koeistallen. De bezoekers kunnen na betaling van tien euro enkel binnen in de antiekbeurs. Alle standhouders kunnen echter al vanaf de middag rondkijken in de koeistallen. Ik vind dit ook maar redelijk, zo krijgen de standhouders de kans om zelf zaken te kopen bij hun collega's. Eigenaardig is wel dat ik steeds enkele tientallen mensen zie rondlopen die géén standhouder zijn. Dit zijn meestal Ollanders die over de omheining klauteren, die dus met andere woorden door de mazen van het net glippen... Niet zo netjes dus maar sommige Ollanders deinzen nu eenmaal nergens voor terug. Enkelen van hen zijn klanten van mij dus ik knijp dan eventjes een oogje dicht, het is trouwens niet aan mij om de 'gendarm' uit te hangen. Trouwens, niet enkel onze Noorderburen zijn heel bedreven om ongezien binnen de omheining te geraken, het volgende illustreert dit. Toen ik rond 9h00 aariveerde zag ik iets bewegen boven op een heel hoog opgeworpen muur van aarde aan de achterzijde van het expogebouw. Plots zag ik twee mensen boven op die aardehopen lopen en in het afdalen verloor eentje het evenwicht en donderde met zijn tien geboden en onder luid getier naar beneden. Ook de ander verloor zijn evenwicht. Ik bleef verwonderd stilstaan en zag - met enig leedvermaak - twee mannen naderen, twee allochtonen die blijkbaar niet van plan waren om die tien euro entree te betalen. De ene was lichtgewond aan het voorhoofd, er sijpelde bloed op zijn kledij. De andere was ook zo zwart als een mol, door de aarde natuurlijk die aan zijn kleren kleefde. Blijkbaar ongezien glipten ze de toiletten van het expogebouw binnen en probeerden zich wat te fatsoeneren. Niemand durfde een aanmerking te maken, wij zijn allemaal 'bange blanke mannen'. Ze keken me uitdagend aan om een reactie uit te lokken bij mij, maar ik trok mijn wenkbrauwen op en wendde mijn blik af om hen niet op mijn dak te krijgen. Spoedig waren er nog een achttal vrienden bijgekomen, ik denk dat het zigeuners waren.
Om 14h00 stipt mochten alle standhouders buiten hun stand opstellen, op hetzelfde moment mochten alle bezoekers dit terrrein op en in de koeistallen. Een ware overrompeling om koopjes te vinden.
De eerste dag stond ik buiten en kon ik goed verkopen. Doordat de lucht heel dreigend zwart werd, vroeg ik de organisatoren om de volgende dagen binnen in de overdekte veemarkt te mogen staan zodat ik een dak boven het hoofd zou hebben. Tijdens vroegere edities moest ik immers al verschillende regen- en sneeuwbuiten trotseren, ook is er meestal veel wind. Niet interessant natuurlijk als je boeken en breekbaar materiaal meehebt. De drie volgende dagen stond ik dus binnen maar wat was het daar koud... Dit gebouw is overdkekt met een speciaal dak : de twee helften schuiven over elkaar, maar met een vrije ruimte tussen de twee van zowat één meter. Dus over de ganse lengte kan de wind door die opening van 1 meter door de hal gieren.... Reden is wellicht dat men de zaal luchtig wil houden als er een paar duizend koeien gestald staan. Kwestie van de methaangassen af te voeren... Roken tussen de koeien kan ontploffingen veroorzaken... Bovendien zijn er een hondertal grote ijzeren poorten aan weerszijden van het gebouw om de koeien buiten te laten. En zelfs als deze gesloten zin komt er veel tocht binnen door de kieren. Kortom, het was er ijzig koud.
Ook de bezoekers hadden het koud en veel werd er niet verhandeld. Ik zag er een antiquair uit West-Vlaanderen die kwam kurieuzeneuzen op mijn kraam. Uit ervaring weet ik dat hij nooit iets koopt en vraag me af waarom hij hier rondloopt. Ook zie ik er een landbouwer uit Booitshoeke, niet te geloven. En de grootste gierigaard van West-Vlaanderen, ik hoorde dat hij van Poperinge komt... Gelukkig had ik enkele aangename buren, vriendelijke joviale Walen. Wiens brood men eet, wiens woord men spreekt??? Neen, deze Walen vormden de uitzondering die de regel bevestigt : harde werkers, zeventigers die al vijftig jaren brocanteur zijn. Mensen die naast hun pensioentje (karig maar wel grotendeels van Vlaamse herkomst nietwaar) nog wat wilden bijverdienen. Het was boeiend om de bezoekers te bestuderen : er waren zowel dames (of heren???) in boerka als blozende rijpere dames in keunevellen (?) dikke wintermantels. Zowel gierig kijkende schoolmeesters als rondborstige beenhouwers. Zowel kleine als grote kinderen als hoogbejaarden. Eén dingen hadden ze gemeen... weinig of geen gevulde tassen.... Ik vraag me af of iedereen zijn standgeld kon terugverdienen.
Zelf was ik gematigd tevreden maar ik heb er wel moeite mee dat het zo moeilijk is om interessante zaken aan de man te brengen...
Enkele dagen geleden was het Witte Donderdag. Telkens als het mogelijk is volg ik de avondviering in de kathedraal. Zo ook dit keer, alhoewel de kathedraal momenteel ontsierd wordt door het afgesloten koor. Men behandelt immers het koorgestoelte tegen klopkevers. Kwestie van te voorkomen dat een rondborstige kannunik of een eerder nogal 'zware' (want zo zag ik er toch minimum eentje rondlopen) seminarist het 'onderspit' of zo moet delven of neergaan ter helle-waarts (waar de persoon in kwestie niet of toch nu nog niet thuishoort) of met andere woorden door de koorbank zakt tijdens de liturgische diensten.
Zoals steeds werd de dienst opgeluisterd door de wereldvermaarde kathedraalorganist Ignace Michiels, wat een talent en wat een kunnen. Zonder het orgel zou de dienst veel moeten inboeten. Spijtig dat de organist zijn kunnen slechts voor een heel kleine groep van misgangers kon tonen. Ik schat dat er slechts een honderdtal mensen waren. Dergelijk orgelspel dient in mijn ogen neer te komen over de hoofden in een nokvolle kathedraal met 1000 man. De voorzang was niet echt denderend, enkele seminaristen en enkele anderen zongen voor, maar waren niet echt verstaanbaar tot achteraan (en ik kan het weten want ik zat namelijk zoals gewoonlijk op de achterste rij). Enkele andere seminaristen waren misdienaar, doorgaans zijn dit de gasten die minder goed (of helemaal niet) kunnen zingen. Ik herkende onder deze twee misdienaars twee oud-streekgenoten, twee Alveringemnaars. Alhoewel ik heel blij ben dat er (ook!) enkele andere Westhoekers de roep van de Heer hoorden (en ook - mogen - volgen...) en ik weet dat zij heel goed weten wie ik ben, ervaar ik een nogal verregaande afstandelijkheid... Eigenlij is hun gedrag wat tegennatuurlijk maar ik ga niet gaan bedelen voor wat meer aandacht. Wellicht het snode werk van één of andere prof in het seminarie, eentje die vreest dat het voor smeinaristen geen goede zaak is contact te hebben met een oud-strijder als ik. Zalig zij die dwalen. -Iik wil niets liever dan dat er zoveel mogelijk seminaristen en priesters zijn. God (en blijkbaar God alleen) weet hoe zeer ik onze seminaristen en hun levenskeuze apprecieer.
De dienst was goed voorbereid en onder het alziend oog van diaken Luc Neels verliep alles op wieltjes. Alhoewel deze man eigenlijk al op pensioen is komt hij steeds assisteren tijdens de grote liturgische diensten in de kathedraal. Hij doet dit heel waardig en als geen ander weet hij perfect wat er allemaal moet gebeuren. Het is immers zo dat de bisschop voorgaat in deze diensten en dat dit eigen geplogenheden met zich mee brengt. Er waren weinig concelebranten : enkele jonge proffessoren van het grootseminarie, enkele kannuniken, de deken van de kathedraal... Misschien omdat de meesten helemaal niet zeker waren van een (passend) zitje doordat de koorbanken niet konden gebruikt worden.
Het 'Eer aan God' werd begeleid door de feestklokken van de kathedraal. De klokken zouden daarna enkele dagen zwijgen of zo je wil - vertrekken naar Rome - totdat ze dan even feestelijk terugkeren in de Paasnacht, de viering van vanavond dus.
Na de viering ging iedereen mee in processie naar het hoogkoor waar de bisschop het H. Sacrament uitstalde. Wat bleek dus? Alle liturgische vaten (kelken, patenen) tot zelfs de mijter en staf van de bisschop werden gewoon onbewaakt - als ik het zo zeggen mag - achtergelaten aan het altaar... En dan zijn ze verrast dat er dingen gestolen worden... Na deze korte wake was iedereen uitgenodigd naar de wake in de H. Bloedkapel, deze wake werd verzorgd door de seminaristen. Zoals elk jaar ging ik ook even meebidden. Enkel spijtig dat de a capella voorzang de toon niet kon houden, na twee verzen was de toon niet meer 'toonbaar' met als gevolg dat diegenen die dit opmerkten stopten met zingen en de voorzanger zowat alleen zong. Natuurlijk is het gemakkelijk om commentaar te geven op een ander maar naar mijn bescheiden mening moet de zang correct gebeuren want zoniet wordt het geheel wat lachwekkend in mijn ogen. Dan zing je beter niet. Maar dit terzijde gelaten natuurlijk.
Wie Affligem zegt denkt meteen aan de abdij en het bier. Terecht natuurlijk al stelt deze abdij, qua gebouwen althans, volgens mij niet veel voor. Mooi is anders. Vandaag was ik de hele dag op de rommelbeurs in de zaal Bellekouter, georganiseerd door de immer onvolprezen Eddy De Dapper. Onlangs hoorde ik in het nieuws dat er in het Brusselse heel wat scholen moeten bijgebouwd worden. Welnu, na vandaag weet ik dat ook Affligem en omstreken blijkbaar de nodige scholen missen en dit al tientallen jaren. Het is namelijk zo dat ik honderden boeken had uitgekozen om hier aan de man of aan de vrouw te brengen. Boeken over lokale geschiedenis, over de bende van Jan de Lichte en andere boeken van Louis Paul Boon. Oude kookboeken en boeken over de eerste en tweede wereldoorlog, vrijmetselarij, enz. enz. Ook wat strips. Er was heel veel volk maar... er bleek quasi geen interesse voor welke boeken dan ook. Met uitzondering van de twee kruidenboeken van Dodoens, deze werken genoten heel wat belanstelling. Wat kocht men dan wel? Ouwe kleren van overleden oude dametjes en oude ventjes, oude en nieuwe saccochen, Africkaanse 'kunst', tournaviezen, patattemesjes en potloden, plastieken koeien en zwiens, opgezette eekhoorns, plaatjes van Michael Jackson, lelijke schilderijtjes. Het moest niet mooi of waardevol zijn, als het maar goeikoop was. Tegen de middag had ik al meer geslapen dan dat ik wakker was geweest. Gelukkig (?) kwam er een madamtje bij me die me vroeg om boeken (honderden boeken zo zei ze) aan te kopen bij haar. Ik vermoed dat er in de buurt opendeurdagen waren in een gekkenhuis en een bejaardentehuis. Een aantal zombieachtige figuren en oudjes in rolstoeken of met een looprekje (en steevast met een keunevellen mantel) zorgden voor wat animatie, alhoewel waarschijnlijk zonder dat ze zich daar nog bewust van waren... Grote afwezige vandaag was de 'Koningin van de rommelmarkten', een dame die zeer buitensporig gekleed is, met massa's roze textiel en een grote vlingerbril. Na de beurs reed ik dus naar de Brusselse Baan of zo en toen ik bij de dame met de boeken aanbelde werd het mij al snel duidelijk dat ik weer een verloren rit had gemaakt. Wat een rommel : verouderde boeken over programmeren van computers, wat sprookjesboeken van Lekturama, woordenboeken enz. Het werd me trouwens al snel duidelijk dat een ander me al voor geweest was, de boeken lagen allemaal door elkaar in grote dozen. Toen ik de dame zei dat ik niets kon doen met deze boeken was ze lichtjes gepikeerd en toen ik zei dat ze best de kringloopwinkel opbelde om verlost te worden van deze rommel werd ik vlug uitgeleide gedaan. Met als afscheid nog een zuur lachje van mijn gastvrouw.
Het is vandaag Palmzondag. Misschien was ik beter in Brugge gebleven, zo kon ik de mooie liturgische dienst bijwonen in de kathedraal. Palmzondag en de hele Goede Week zijn trouwens de mooiste dagen van het kerkelijk jaar. Mooie zwaarbeladen diensten, het herdenken van het lijden, de dood en de Verrijzenis van Christus. Heimwee vervult nu mijn hart. Door mijn werk werk ik meestal op zondag zodat ik de kerkelijke diensten vaak aan mij voorbij moet laten gaan. Doch met mijn hart ben ik toch aanwezig in de kathedraal. De mooiste diensten vinden volgens mij plaats in de Brugse kathedraal. Hier de onverkorte liturgie ipv de - met alle respect - flauwe afgietsels die in de meeste parochies van het bisdom plaats vinden. Deze diensten duren soms uren en zijn zeer indrukwekkend. Op Witte Donderdag, Goede Vrijdag, Paaszaterdag en Pasen zelf is het echt intens vieren, meeleven en bezinnen. Waar is de tijd dat deken Stanislas van Outryve d'Ydewalle met zijn prachtige zware weemoedige stem Christus vertolkte in het gezongen lijdensverhaal. Onvergetelijk, op Palmzondag en op Goede Vrijdag. Op Witte Donderdag de H. Chrismamis met wijding van de oliën voor ziekenzalving, vormsel en doopsel. 's Avonds evocatie van het Laatste Avondmaal met de vele lezingen uit de bijbel. Witte Donderdag is trouwens de feestdag van alle priesters. Ook al werd het mij niet gegund priester te worden toch voel ik deze dag ook aan als een feestdag voor mij. Op Goede Vrijdag dan is er de ingetogen maar toch zo mooie dienst van het lijden en sterven van Christus, om drie uur in de namiddag. Tijdens mijn seminarietijd begon de bisschop de dienst altijd met een overweging in de zin van : Luister, in de winkelstraat hiernaast is heel wat volk op stap om te gaan winkelen en zo, maar ze beseffen niet dat dit het uur is waarop Christus voo hen aan het Kruis sterft. Op Paaszaterdag is er de Paaswake. Heel mooi hoe de dienst in het donker begint, in alle stilte. Het vuur wordt ontstoken buiten de kathedraal of achteraan onderaan in de toren. Het licht wordt doorgegeven aan alle kerkgangers via kleine kaarsen. De diaken zingt tot drie maal toe en op steeds hogere toon : 'Dit is het Kruis' waarop de anderen antoordende zingen 'Waaraan de Redder van de wereld heeft gehangen'. Dan gaan de lichten aan in de donkere kathedraal, beetje bij beetje. Tijdens de dienst zegt de bisschop met trotse stem : Hoor, de klokken zijn terug en dan begint het ....... alle klokken komen in beweging en luiden al wat ze kunnen.... Het Eer aan God wordt aangeheven, feestelijker dan ooit, met daverende oorverdovende orgelklanken, wat mooi!!!!! En dan is er ook de speciale paaslitanie (de juiste benaming schiet me nu niet te binnen), door een tenor gezongen, hemels....Enig storend element is het klokengelui van de OLV-kerk. Die beginnen altijd een halfuurtje vroeger en dus ook het luiden van hun klokken begint vroeger, wat wel erge storend is voor de bezoekers in de kathedraal. Op Paaszondag is er dan een pontificale viering. Met koor en orgel. In mijne tijd zongen én het kathedraalkoor met ons de seminaristen én de Schola Gregoriana. Het kathedraalkoor werde toen geleid door de nooit volprezen monumentale ZEH Paul Hanoulle. Wie beneden zat of in het hoogkoor kon de dirigent heftig zien zwaaien boven de armen van God de Vader (groot beeld op het doksaal). Zo leek het bijna of God de Vader zelf aan het dirigeren was. De bulderende stem van de dirigent kwam soms uit boven alle andere stemmen samen, zo kon hij - denk ik toch - af en toe foutjes van het koor rechtzetten of toch tenminste een beetje verdoezelen. De Schola Gregoriana is een wereldvermaard gregoriaans koor onder leiding van de eminente Roger Deruwe, wat een prachtmens, een heel zachtmoedige en zo rijkbegaafde man. Letterlijk met heel zachte hand begeleidt hij zijn koor bij het zingen van eeuwenoude hemelse gregroiaanse gezangen. Toen ik in het seminarie zat mochten de seminaristen bij hoge uitzondering meezingen met de Schola. De Schola en wij, het merendeel van de seminaristen, waren gehuld in een witte albe. De processie bij de aanvang van de Paasviering was indrukwekkend : eerst de tientallen priesters (meestal kanunniken van de kathedraal en de professoren van het grootseminarie en de deken, gevolgd door de permanente diaken dhr Luc Neels en tenslotte de bisschop zelf), daarna de Schola en de seminaristen. Ik geloof dat er een zestig al zeventig mannen meestapten, indrukwekkend. Je zag op vele gezichten de vraag : Wie zijn dat in die witte gewaden? De priesters en de schola en wij namen plaats in de koorbanken. Voor mij was dit de mooiste paasviering ooit. Ik vind dat het feest moet zijn op de feestdagen. Alle registers openzetten, het is de Kerk op zijn best, op zijn paasbest. Ook was er dan extra belichting van het grote schilderij op het hoogaltaar : de Verrijzenis van Christus.
Wat ik hier allemaal zeg kan verwondering opwekken maar het is allemaal een zaak van geloof. Wie niet gelooft zal dit niet veel betekenen, maar voor wie wel gelooft zijn dit heel mooie intense dagen, eigenlijk de mooiste van het hele jaar. Wat ben ik blij dat ik dit allemaal mocht meemaken, ik ber er van overtuigd dat mijn vier jaren in het grootseminarie mij enorm hebben verrijkt (figuurlij welteverstaan), ik heb er dingen mogen meemaken en meevieren die ik mijn hele leven lang zal koestern en met me meedragen.
Iedereen weet het al, het is echt crisis. Vele zelfstandigen gaan overkop, dikwijls is het hun eigen fout, zo hoor ik. Wanbeheer noemen ze dat dan. Meer uitgeven dan dat er binnenkomt. Heel verleidelijk natuurlijk om als je een grote samk geld binnenkrijgt die dan vlug weer buiten te gooien en er allerlei gekke dingen mee te kopen. Zo hoorde ik dat een caféuitbater uit Brugge meer op reis gaat dan dat hij achter zijn toog staat. Telkens hij een paar duizend eurootjes binnenkijgt is hij naar het buitenland. Maar als de rekeing van de brouwer binnenkomt en allerlei lasten te betalen vallen dan is de leute snel over. Sommige failissementen ontstaan doordat klanten hun leverancier niet betalen. Als je bv. tien klanten hebt die je nog 10 000 eurootjes schulcig zijn dan is de rekening vlug gemaakt en kan je op enkele maanden tijd failliet zijn. Andere zelfstandigen gaat het voor de wind - gelukkig voor hen - ze krijgen bakken geld binnen en hebben alles wat hun hartje lust. Maar sommigen hebben nooit genoeg want 'duivels zak is nooit gevuld.'.. Zo ken ik een zelfstandige, Helga, die nooit genoeg heeft. Ze opent haar zaak tegen de middag en begint dan te klagen over hoe moeilijk haar stiel wel is... Moest ik haar niet kennen ik zou medelijden krijgen en haar een frank geven. Haar man - ik denk dat hij vroeger in het onderwijs gestaan heeft - moet sinds zijn penionering de hele dag karweitjes opknappen voor haar : drank halen naar de brouwer, eten bijhalen naar de traiteur als de klanten dingen vragen dat madam zelf niet kan bereiden, de toileten kuisen. Het zwaarste karwei volgens mij is het aanhoren van de onmenselijk lange klaagzangen van zijn vrouw. Hoe dat de man elke dag zoiets kan overleven is mij al jaren een raadsel. Maar alles kan altijd erger : als de kinderen langskomen op vrijdag dan beginnen die ook te zagen en te klagen over het wel en vooral over het wee in hun eigen zaak. De klanten mogen de hele dag 'meegenieten'. Het ware niet moest Helga en heel haa rmooie familie wat dankbaarder kunnen zijn. Dat ze content zijn dat ze een bloeiende zaak hebben. Dat ze wat meer respect opbrengen voor hun klanten, niet iedereen staat te springen om tijdens het eten niets dan gekreun en tandengeknars te horen. Helga, denk aan je klanten, vriendelijkheid kost geen geld.
Vandaag beleefde ik weer een hoogtepunt of moet ik zeggen een dieptepunt in het vijfjarig bestaan van mijn zaak.
Net toen ik een uiltje wilde knappen achter mijn bureaau, nog moe van de belevenissen gisteren te Wevelgem, komt er daar... een dikke zwarte madam af, helemaal in het zwart gekleed, met een hoge zwarte buishoed op. Wanneer ze ziet dat ik haar met één (zij het scheef) oog bekijk begint ze zowaar enkele danspasjes uit te voeren. Ik geloof mijn ogen niet, wat is me dat voor een zot mens? En alsof dat nog niet genoeg was begint ze te zingen : 'Als moeder zong, was héél het huis vol vreu-eu-eugde....' Omdat ik vreesde dat plots een klant kon opdagen en dat mens hier live bezig zou zien sprong ik vlug recht en repte me naar buiten. Blijkt dat madam uit een zeer muzikale familie stamt en graag optredens verzorgt voor bejaarden. Waarop ik fijntjes opmerk : 'Ik geloof dat je je grenzen aan het verleggen bent... zou je het niet beter bij je bejaarden houden in plaats van mij hier te komen ambeteren?' Da's natuurlijk niet erg beleefd van mij maar als ik een dansende aap als verrassingsact voor mijn klanten wil dan bel ik wel naar het circus of de dierentuin. Gelukkig vielen er weinig andere mensen te prooi aan dit uiterst - in mijn ogen dan toch - smakeloos optreden. Omdat ik toch niet heel ondankbaar en hardvochtig wilde overkomen bij dat mens tracteerde ik dat mens op een koffietje... op twee voorwaarden : die buishoed op de grond plaatsen en stoppen met zingen. Ik gaf haar een gouden tip : in La Palma in Gits kon ze wellicht fortuinen verdienen met het zingen van schlagers en oude smartlappen. De bezoekers daar zouden daar gek op zijn. Een geluk met een ongeluk, na haar koffietje verkocht ik haar nog drie boekjes, liedboekjes natuurlijk...
Vandaag nam ik deel aan de rommelmarkt te Wevelgem, in de Porceleinhallen - of zijn het de PorceIJnhallen??? (ik ben er nog steeds niet uit wat de juiste spelling is). Georganiseerd door Eddy De Dapper uit Deinze. Omdat er heel weinig parkeerruimte is rond dit gebouw besloot ik om heel vroeg mijn opwachting te maken.. Ik was al een uur aan het wachten toen de deuren opengingen om 7h00.
Het publiek was - zoals al heel het lopende jaar het geval is - niet zeer kooplustig. Door het koude weer hebben ze waarschijnlijk al hun centen uitgegeven aan koffietjes en taartjes in de alsmaar toenemend aantal tearooms op elke hoek van elke 'parochie'. Ook schrokken sommigen nogal toen ze prijzen als 15 en 20 euro zagen staan in mijn boeken, mensen schrikken nogal vlug tegenwoordig. Het is natuurlijk zo dat je voor zo'n bedrag op andere kramen 20 kg afgedragen en muftige kleren kan kopen... Of een kapotte wereldbol voor 20 cent. Of een vogelkooi voor 2 euro. Of kerstballen aan een euro of zo. Allemaal heel interessant, mensen die nu reeds hun kerstaankopen doen. Of mensen die bang zijn buren of kennissen herkend te worden wanneer ze behoedzaam buiten trachten te komen met tassen vol afdankertjes.
Gelukkig waren er ook heel wat mensen die wèl echt geïnteresseerd waren in mijn boeken. Maar zoals iedereen weet kijkers zijn (niet altijd) geen kopers. De boeken over de eerste wereldoorlog kenden veel bijval. Ook kon ik een jonge priester heel gelukkig maken met een aantal boeken over verschillende pausen. Boeken van ca 1900 tot op heden. Eentje met als titel 'De vuisten van God', handelend over de pauselijke zouaven. Een oud vrouwtje, de buren zeiden me dat het 'een ouwe heks uit het gebuurte" was, kocht enkele boekjes over kruiden. Een man, volgeling van Jehova's getuigen, kwam me bedanken voor een boekje dat hij twee weken geleden in Brugge bij me kocht. Het ging over dieren op de boerderij en zo. Daarin vond hij duidelijk van welke dieren je mag eten en van welke niet. Zaak is om na te gaan of de dieren al dan niet gespleten hoeven hebben. Heel ineressant allemaal. Sommige Jehova's komen trouwens puur katholieke boeken kopen bij mij, de duivel is het wijs waarom... Ook word ik de laatste maanden overstelpt met allochtonen die paternosters met grote houten balletjes zoeken, God weet waar ze die voor gebruiken.
Midden in de middag was er plots wat onrust in de zaal. Een nogal dikke (corpulente) man in gestreept fluopakje, zeg maar pak, gonsde als een dikke zelfvoldane honingbij door de zaal. Drukke gebaren makend, met veel misbaar. Ik dacht eerst dat het een soort clown was, een verrassingsakt aangeboden door de inrichter van deze markt, of dat het een standhouder was die wegens een wat tegenvallende vrekoop een raar gedrag vertoonde... maar het was een levensechte brandweerman. Bleek dat er ergens een brandje of zo geweest was in een nabijgelegen schoolgebouw, misschien veroorzaakt door de Chiro (want ik zag vanavond tientallen leden van de Chiro in de buurt rondhangen). Nu, in elk geval, de arme man was totaal over zijn toeren, en riep dat alle auto's die in de buurt van het gebouw stonden - en dat waren er zeker een zestigtal - verplaatst moesten worden in de omringende straten. Amai wat een zeveraar. De meeste auto's stonden mooi aan de kant geparkeerd maar een heel beperkt aantal standhouders of bezoekers hadden hun rijtuig wat nonchalant geparkeerd zodat brandweerwagens op die plaatsen inderdaad moeilijk een doorgang zouden vinden. Wat mij niet zinde was dat iedereen moest boeten voor die enkele overtreders. De rondborstige pompier had er zowaar een echte agent bijgesleurd. Een vriendelijke gast die zich onpartijdig probeerde op te stellen en die de soms wat krasse uitspraken en verwijten naar dat pompiertje niet aan zijn hart liet komen. Duidelijk getraind om deze kleine verbale storm van agressie zonder veel kleerscheuren over zich heen te laten waaien. Jet enige wat ik hem hoorde zeggen is dat hij iedereen die zijn wagen niet verplaatste zou moeten verbaliseren. De auto's moesten soms anderhalve kilometer verder geplaatst worden. Vele mensen kennen de gemeente Wevelgem niet en maakten hele ommetoeren om de zaal terug te vinden. De dikke pompier was duidelijk in zijn sas, hij was hier de baas, hij zou eens zegge hoe het allemaal hoorde. Hij kreeg heel wat verwijten naar het hoofd geslingerd zoals : 'Wel dikzak, ben jij wel een echte pompier, het carnaval is toch al lang voorbij?' of 'Patafoef (dikke gangsterfiguur uit de Brollebril van Nero?) ik geloof dat je thuis niets te zeggen hebt en hier dan maar wat oude mensen komt pesten." en 'Vetzak, hoe kan jij met zo'n postuur brandweerman zijn? De gebouwen storten in als je één poot op de trap zet!' Eigenlijk durven de mensen tegenwoordig wel hel veel zeggen, de mensen zijn echt mondige geworden, wqt misschien maar goed is ook... Uiteindelijk zag iedereen in dat de pompier voet bij stuk zou houden en zo maakte iedereen aanstalten om de wagen te verplaatsen, sommigen met luid getoet of nog een verwijt zoals 'Dikzak uit de weg want als het brandt kunnen de andere pompiers niet passeren!' Amai, die pompiers staan toch vaak voor hete vuren.
Vandaag kwam een jonge gast mijn winkel binnen. Ik herkende hem eerst niet maar hij maakte zich bekend als diegene die meer dan een jaar geleden een zeldzame Poppkaart van Kortrijk bij me kocht. Eigenlijk zijn hij en zijn vrouw afkmstig van Kooigem maar ze wonen al jaren in Kortrijk. Hij wil een heuse verzameling aanleggen van alles wat over Kortrijk bestaat in de literatuur en in de wereld van oude kaarten. Ik beloofde hem te helpen en vanalles klaar te leggen voor hem en hij vroeg of hij vandaag nog kon komen kijken naar de vondsten. Eigenlijk moest ik eerst nog naar een collega die interssante zaken klaarlegde voor mij maar dit duurde niet zo heel lang zodat ik tijdig terug was in Brugge voor het onthaal van mijn klant van deze namiddag. Rond 21h00 was hij hier terug en ik kon hem en 20-tal boeken over Kortrijk aanbieden. Aangezien hij nog maar heel recent begon te verzamelen kocht hij meteen alles. Ook een tiental oude kaarten van Kortrijk en omgeving waaronder twee kaarttjes uit de atlas van Sanderus en een mooie kaart van het vroegere kasteel van Kortijrk, deze laatste kaart was mooi ingekleurd. Zelf had hij een groot lot andere kaarten van West-Vlaanderen mee. Ik gaf hem er een mooie prijs voor. Daarna bleef hij nog twee uur (!) snuffelen in de rekken en haalde er nog een twaalftal boeken uit oa over genealogie en boerderijbouw. Moe maar tevreden, hij om zijn aankopen en ik om mijn verkoop, trokken we rond 23h15 naar huis. Ook moest ik hem beloven om alle nieuwe vondsten eerst aan te bieden aan hem, wat ik hem dan ook prompt beloofde.
Nog steeds is het in de binnenstad en zeker in mijn galerijtje 'luizig kalm'. Je kan er een muis horen lopen of een speld horen vallen. 's Morgens is er rond halfelf nogal wat passage van mensen die naar de H. Mis in de H. Bloedkapel gaan. Iedereen is het er immers over eens : de rector (E.H. Kan. Bruneel) houdt van mooie liturgie en is een heel beGeeserd en devote priester. De geschikte priester in een wereldvermaard bedevaartsoord. Een grote klasse en heel erg bekommerd om het wel en het wee van zijn kapel én van alle bezoekers. Heel toegewijd en een man van gebed. Houdt er niet van dat toeristen zomaar met de deur in huis vallen tijdens de H. Mis. Groot gelijk. Sommige toeristen wijken voor niets of niemand. Als ze maar fotootjes kunnen maken. Gelukkig zijn er enkele vrome zielen die zichzelf opofferen om wat discipline te houden tijdens de gebedsdiensten. En als het nodig is manu militair. De dame in kwestie schrok er niet voor terug om zonodig enkele gemene 'nepen' uit te delen in de arm van al te onvoorzichtige toeristen. Totdat er eentje klacht indiende en de dame voortaan haar handen diende thuis te houden. Nu berperkt ze zich tot verbaal ?geweld? en ik kan je verzekeren dat dit ook effect heeft... Een 'korte snak en een bete' en een kwade blik zeggen voldoende, ook als je geen Vlaams verstaat weet je dan hoe laat het is. Een zestal weken terug was er zelfs een toerist die een plasje deed in de benedenkapel. Hoe kan je zo laag vallen, je moet toch werkelijk heel dom zijn of heel onbeschoft om zoiets te doen. Wellicht was de directe aanleiding tot dit incident, tot deze waterramp eigenlijk een te hoge druk in de waterhuishouding van hogergenoemde. Gelukkig werd de man betrapt in volle actie en mocht hij zelf zijn boeltje netjes opdweilen. Ook in het galerijtje waar ik mijn winkel heb gebeurden er al straffe toeren. Een collega-winkeluitbater zag ooit een vrouw haar rokken optillen en hurken boven een rioolputje, waarna ze de wateren liet vloeien. Dit middenin een openbare plaats...
Terwijl ik op de rommelmarkt in de beurshallen wat geld probeerde te verdienen stuurde ik iemand naar de veiling in de binnenstad. Veel verwachtingen had ik niet want op veilingen zitten - en dat is het natuurlijk wat de veilingmeester wil - heel wat koopgekke lieden. Deze mensen hebben er bij wijze alles voor over om een lot boeken of zo te bemachtigen. De meeste van deze liefhebbers komt bijna nooit een winkel binnen en denkt in een veiling de beste koop te kunnen doen. Mis dus... als ik de hamerprijzen (de verkoopprijzen, waarbovenop nog ongeveer een vierde kosten bij komt) bekijk dan frons ik de wenkbrouwen. Met al die 'liefhebbers' zou het moeilijk zijn om een boek aan een redelijke prijs te kunnen aankopen...
In een nog niet zover verleden - toen de vogels nog niet zoveel moesten hoesten in de bomen - kenden de mensen hun grenzen. Ze wilden bv. 10 000 fr bieden voor een bepaald lot; omdat dit die som waard was Vandaag is de situatie heel anders. Een lot dat 250 euro waard is kan over de toonbank gaan voor het dubbel of zlefs tiendubbel. Mensen bieden soms tot ze iets werkelijk hebben en lijken zinnenloos. Iedereen content dus : de veilingmeester want die verdient pakken geld zonder veel te moeten investeren. En de koper die tevreden is dat hij het lot kon kopen.
Maar per slot van rekening ben ik persoonlijk heel tevreden, maar niet op de naiëve manier zoals ik hierboven bepaalde kopers omschreef. Vijf van de zeven loten die ik op het oog had kon ik ook werkelijk aankopen. Dit verliep echter niet van een leien dakje want de veilingmeester wilde het onderste uit de kan. Een tikje onverdraagzaamheid? Een beetje jaloezie? In elk geval heb ik een mooie Sanderusatlas binnengehaald (of althans het grootste en belangrijkste deel, met meer dan 100 mooie achtiende eeuwse kaarten van Vlaamse steden en gemeenten, ook kloosters en abdijen. Daarnaast nog een Dodoens kruidenboek. Ik hoop dat er op mijn bankrekening genoeg voorraad is om alles te kunnen betalen.
Een moeilijke vraag. Vandaag ging ik naar de tentoonstelling van een mooie boekenveiling. Uren en uren had ik de mooie catalogus bestudeerd en koos ik enkele tientallen loten uit die mij interesseerden. Vandaag was de laatste kijkdag en er was weinig volk over de middag. Zo veel te beter voor mij want ik wilde geen uren wachten om de loten te bekijken. Aangezien ik geen katten in zakken wil kopen kijk ik vooraf de te veilen loten goed na. De beschrijving in de catalogus ziet soms (kleine) gebreken ove het hoofd. Een van de bekeken boeken had last van de tand des tijds of ... waren het de tanden van een knaagdiertje + familie??? Een aantal oude landkaarten werden duidelijk opgediept uit een vochtige kelder of een natte zolder... Echt waardeloos voor de verkoop. Sommige loten bestonden uit een hele reeks boeken waarvan ik van drie vierde al enkele exemplaren op de plank heb staan, dus dat is dan ook niet interessant. In Brussel ziijn er enkele gerenommeerde veilingshuizen waar de omschrijving wél ... waterdicht is, ik wil daarmee zeggen dat je blindelings kan vertrouwen op de omschrijving in de catalogus en dat je deze boeken kan aankopen zonder voorafgaandelijke bezichtiging. Maar dit blijven natuurlijk uitzonderingen. Ook is het zo dat je tegenwoordig - blijkbaar in tegenstelling tot vroeger - nog weinig echte koopjes kan doen op een veiling. Als er twee liefhebbers (met voldoende financiële middelen uiteraard) éénzelfde boek willen, dan kan de hamerprijs ver boven de echte waarde uitstijgen. Handelaars kunnen dus moeilijk nog winst maken op geveilde stukken. Na elke veiling en soms ook al voor de veiling krijg ik mensen op bezoek die me vragen of ik bepaalde boeken die geveild worden ook in mijn eigen stock voorradig heb en ... wat dat moet kosten bij mij. Dan spreek ik een prijs af, deze is dikwijls lager dan de schattingsprijs in de veilingscatalogus Ofwel kopen ze het boek dan meteen bij mij ofwel kopen ze het na de veiling als eenzelfde titel op de veiling meer geld kostte dan bij mij. Ja, 't is een harde commerce. Ook is her risico op beschadiging van een te veilen boek helemaal niet denkbeeldig. Sommige boeken worden door tientallen verschillende liefhebbers bekeken waardoor een werk beschadigd kan worden. Schade die niet in de catalogus staat vermeld dus en ook niet wordt vermeld tijdens de veiling. Dus...
Ik verkneukel me elke keer opnieuw als ik zie dat klanten of kennissen op de veiling eens willen tonen hoeveel geld ze wel in hun zakken hebben. Ze geven daar soms veel hogere bedragen uit dan ze bij mij zouden moeten ophoesten voor het zelfde boek. Dat is hun vrije keuze uiteraard. Ze vinden het veel chiquer om op een veilng te kopen dan in een gewoon antiquariaat.
De veilinghouder zei me bij mijn vertrek 'Tot morgen' maar ik antwoordde hem dat ik andere dingen te doen heb, namelijk mijn kraam op de rommelmarkt in de beurshallen bemannen. Als hij me vervolgens ongelovend aankijkt vervolg ik dat ik als handelaar mijn tijd niet wens te verdoen door een hele namiddag op een veiling te zitten en niets te kunnen kopen door de te gekke prijzen. Wel is het mogelijk dat ik morgen mijn kat stuur, daarmee doel ik op iemand die in mijn plaats kan komen bieden. We zien wel.
Net toen ik aan het indommeleln was kreeg ik het bezoek van twee wel héél luidruchtige dames. Van die struise halve manwijven (sorry voor de uitdrukking maar ik vind geen passender omschrijving) met geblondeerd (?) haar, kortom twee forse bulldozers. Zoals alle Duitsers die ik op bezoek krijg kijken ze hooghartig en minachtend naar alle opeengestapelde boeken en andere zaken. Onmiddellijk beginnen ze in het duits te discussiëren. Ze denken dat ik hen niet begrijp. Ze spreken me in het engels aan : How much, how much en nog eens how much. Ik antwoord hen in het engels en ze beginnen te roepen van 'Er ist verrückt' en 'Das mach ich nicht'. Ik dan geef ik hen te kennen dat ik hen heel goed begrijp en dat ze - Trudy und Helga, zo stelden ze zich voor- me gerust kwaad mogen 'klappen" maar dan wel buiten mijn gehoorsveld. En gezien hun zware bulderstemmetjes betekent dat ze op de Burg mogen gaan staan. Onwillekeurig moet ik denken aan het tv-animatieprogramma Allo Allo. Ook daar komen van die typetjes voor. Na een hele discussie komen ze toch tot een akkoord en nemen voor 300 aan boeken mee. Mijn eerste verkoop aan Duitsers is hiermee een feit. Dat ik dat nog mag meemaken. Ik bedankte hen vriendelijk en de twee jolige dames vroegen me de weg naar het station, hun auto stond daar ergens geparkeerd. Ik wilde hen iets antwoorden in de trant van 'Jullie kennen de weg toch, jullie waren hier al twee maal voordien..." maar ik wil niet grof worden en raad hen aan de bus op de Grote Markt te nemen.
De beste frituur van 't stad Brugge : Patriek en Bernadette
Wie naar Brugge komt en graag een frietje eet komt best naar frituur Patriek, in de Torhoutse Steenweg vlak voor je van de stad aan de Expressweg komt (aan de overkant van de Expressweg vind je de Mister Grill en de Mac Donalds ik bedoel de Quick). De twee zaakvoerders, Patriek en Bernadette, vertroetelen hun klanten. Het gamma aan snelle en minder snelle hapjes is heel uitgebreid. Naast het gewone aanbod dat je in een frituur mag verwachten kan je hier ook terecht voor ene steak of andere overheerlijke schotels. Ook de vissoep wordt hier heel erg gesmaakt (letterlijk en figuurlijk). De bediening is heel hartelijk en gemoedelijk en voor iedereen wordt tijd gemaakt voor een babbeltje. Er zijn heel veel vaste klanten, ook opvallend veel zelstandigen die hier 's middags of na hun dagtaak de inwendige mens komen versterken. Je komt er heel wat speciale typen tegen en hoort hier de meest onwaarschijnlijke nieuwtjes. Zo onder andere verneem ik dat een overbuurvrouw van mij een zeer zware handicap zou hebben. Ik kan me niet inbeelden dewelke want deze heel levenslustige dame is van "s morgens tot "s avonds op toer om 'goede werken' te doen. Goede werken waar ze zelf gelukkig ook een goeie frang (frank) of euro aan overhoudt. Ik kan me niet inbeelden welke handicap dat mens heeft. Misschien is het eerder een soort afwijking in die zin dat ze haar man met drie anderen bedriegt, weet ik allemaal van horen zeggen. Het juiste woord voor zo'n afwijking of wat dat ook moge zijn ontsnapt me. Ik zal het nog eens navragen bij mijn tipgever. Verder ontmoette ik er al verschillende 'aangewaaide" bruggelingen, mensen die net als ik vanuit de verre Westhoek hier kwamen wonen. O ja, ik verklap hier nog een groot geheim. Als je Patriek en Bernadette hier over zult aanspreken zullen ze dit in alle toonaarden ontkennen maar je moet ze dan maar niet geloven. Beiden zijn heel gelovig, ze lopen de kerken zowat plat en hebben de bedoeling om heel hun frituur vol te proppen met heiligenbeelden. Kijk maar eventjes rond, er staan al een drietal exemplaren te wachten op de rest van de familie. En Bernadette is aan het sparen voor een verre reis : ze wil een hele maand naar Lourdes op bedevaart. Dus allen daarheen!
Op verkenning in het Kortrijkse en het buitenland (Henegouwen.)
Vaandag wast het weer mijn wekeleijkse vrije dag, alhoewel ik eigenlijk elke dag van de week vrijaf heb zo lijkt het mij nog altijd na vijf jaar. Op mijn negenendertigste verjaardag ben ik op bezoek geweest bij de wilde vreemde buurvolken van ons Vlaanderen. Via Kortrijk, Bissegem (ja ik zien na Bissegem gewist), Wevelgem en Lauwe ging de weg richting Moeskroen. Ik stopte eventjes aan de kerk te Lauwe en was nogal teleurgesteld : deze kerk is blijkbaar kortgeleden herschilderd (wit) en er is werkelijk niets waardevols aanwezig. Enkel wat communiebanken die niet meer op de oorspronkelijke plaats staan of zelfs gebruikt zijn om een credenstafeltje of zo te maken. Wel is er een heel mooie akoestiek. Aangezien er toch niemand anders in de kerk was bracht ik een gezongen eerbetoon aan God en als zijn lieve heiligen, wat een weergalm... Vooraan links staat een oude klok in een soort rek en een touwtje aan de klepel laat toe om de klok te doen luiden, of liever : een mottig geluid voort te brengen. Op het doksaal zie ik een orgel van ' ik willn moar ik kunnen nie'. De buitenkant ivan dit gebouw is mooier dan de binnenkant : een mooi rood bakstenen gebouw in neogotische stijl. Vervolgens verlaat ik Lauwe en bevind me plots in het buitenland, Wallonië. Als ik het goed voorheb zijn de grenzen tussen Vlaanderen en Wallonië hier een aantal jaren geleden gewijzigd. Eens buiten West-Vlaanderen zie ik her en der tweetalige straatnaamborden en pas kilometers verder ontdek ik dat ik werkelijk in Moeskroen ben. Wat een lelijke gemeente, alles is volgebouwd met lelijke huizen. Ik rij altijd maar verder en kom oa in Ronq, Tourcoing (Torkonje) en Halluin (Halewijn). Ik denk dat het in Tourcoing is dat ik het centrum niet kon vinden door de vele eenrichtingsstraten. Plots zie ik iets interessants - in mijn ogen althans - het gemeentelijk kerkhof. In de middengang liggen een aantal mooie grafmonumenten. Enkele namen : Hennion, Dassonville en Demeestere. Allemaal namen die we ook in West- en Oost-Vlaanderen vinden vandaag. Het zou hel interessant zijn moest men overal een inventaris opmaken van de grafmonumenten, wat een schat aan gegevens voor het opmaken van een genealogie. Heel wat mensen liggen begraven in een andere gemeente dan waar ze gewoond hebben. Door verhuis bv. bij huwelijk of bij verhis naar rusthuis op oudere leeftijd. Hier zijn een schat aan gegevens over vele families terug te vinden. Gelukkig is men bij ons in Vlaanderen hier en daar al bezig met een dergelijke inventarisatie, bv. St-Joris bij Beernem, enz. Volledig gedegouteerd door de vele lelijke bebouwingen zoek ik me een weg terug naar huis. Via Halewijn kom ik Menen binnen. Menen heeft eigenlijk ook niet zo veel te bieden. Ik zie er heel wat lawaaierige café's en andere gelegenheden en rijd vol plankgas richting Brugge. Vanavond heb ik nog een hoop boeken geklasseerd voor de rommelmarkt dit weekend. Ik zal honderden boeken aan spotprijzen te koop aanbieden. En aangezien er op de rommelmarkten te Brugge altijd veel boekenliefhebbers zijn zullen dezen allen aan hun trekken komen. Een groot aantal van deze boeken kosten me meer bij inkoop maar ik heb zodanig veel boeken dat ik het volume van mijn stock wat wil inperken. Dus in het weekend met zijn allen daarheen. Men zegge het voort. De eersten zullen de besten zijn en de laatsten zullen ook nog koopjes kunnen doen. Dit weekend is er ook een mooie boekenveiling in Brugge maar ik weet nog helemaal niet of ik er naar toe ga. Volgens mij kan ik veel meer verdienen op de rommelmarkt dan op een veiiling waar ik nog maar eens dezelfde boeken zie opduiken of waar ik mensen te grote bedragen zie spenderen aan boeken die bij mij veel goedkoper zijn. Maar ja, mensen willen bedrogen worden zeker?