Eergisteren dinsdag, op mijn sluitingsdag, ben ik een dagje naar Nederland getrokken. In enkele steden op zoek gegaan naar antiquariaten en antiek. Heel veel heb ik er niet gevonden. De boeken zijn er nogal wat prijziger dan bij ons, ik verkoop af en toe aan Nederlandse antiquaren. Het aanbod is er ook heel wat schraler : minder kwaliteit en vooral nederlandstalige boeken. Moeilijk om iets te vinden waar je nog iets kan aan verdienen. De antiquaren zijn wel steeds heel vriendelijk maar... daar koop je niets mee. Mijn eerste stad was Utrecht. Een mooie stad die wat gelijkenissen heeft met Brugge, door de kanaaltjes die de stad kruisen. De antiquariaten oa De Sleghte hebben weinig oude boeken in de rekken. Bovendien erg duur. Een aantal antiekwinkeltjes bieden meer rommel aan dan wat anders. Twee uitbaters herkennen me, ze zeggen 'aha, de man uit Brugge". Ik ben natuurlijk heel vereerd en dan blijkt dat ze al af en toe boeken kochten aan mij op de rommelmarkt op het Zand te Brugge. Enkele andere uitbaters herken ik zelf, ze komen hun waren halen in Vlaanderen. Ook zie ik er een soort kringloopwinkel, hier ligt nog meer rotzooi dan in de kringwinkels in Vlaanderen. Amusant detail : door de luidsprekers galmt het lied 'Is dit alles'... Een nogal langdradig lied blijkbaar want ik hoor het ook nog spelen in de volgende winkeltjes die ik bezoek. En inderdaad, dat is alles samen niet veel soeps. Ondertussen krijg ik honger en zoek naar een eetgelegenheid. Na het bekijken van meer dan een dozijn bordjes aan de deuren van restaurantjes met veel weinigzeggende gerechten besluit ik wat te vasten. Toch drink ik een kommetje soep, maar dat valt tegen. Wellicht is het een opgewarmd blik tomatenpuree, aangelengd met water, en versierd met wat peterselieblaadjes. Wat een prutsers toch. Een mooi museum met automaten bezocht. In een voormalige kerk vind je een grote collectie met kermisautomaten : heel grote stukken die stuk voor stuk nog spelen. Oorverdovend soms en betoverend. Ook kleinere zaken zoals tientallen muziekdozen. Echt de moeite om te bzoeken. Met grote honger verlaat ik de stad. Op mijn tocht terug rijd ik Breda binnen. De binnenstad is zo goed als volledig onbereikbaar voor het autoverkeer. Overal van die metalen paaltjes middenin de weg. Wellicht hebben bewoners en handelsaars wèl toegang want ik zie toch hier en daar auto's staan. Via een breed fietspad over een kanaaltje kan ik toch het centrum inrijden. Het valt op hoe weinig volk er hier op straat loopt, in Brugge is het toch heel wat drukker. Ik zoek een parkeerplaats dichtbij de grote kerk in het centrum. Blijkbaar is er daar een tentoonstelling op komst met vele tientallen grote obiitborden, zowel echte als replica's. Ik wil een kijkje nemen maar wordt vriendelijk buitengeduwd door een bewaker... blijkbaar is de tentoonstelling nog niet open voor het publiek, ik zei de bewaker dan ook dat hij zijn deuren moet sluiten als hij geen bezoek wil. Een heel mooie tentoonstelling over relieken bezocht, een uitaonderlijke collectie van relikekhouders waarvan je enkel kan dromen om die in de winkel te kunnen aanbieden. Door het zien van al dit moois voel ik de honger weer opkomen. In een soort eetcafé bestel ik een 'twaalf uurtje'. Weeral geen voltreffer : twee sneetjes maisbrood met op het ene een gebakken ei en op het andere een soort vleeskroket. Dit alles vergezeld van een klein potje mosterd en een klein schrijfje tomaat. Een klein kopje soep. Wat een combinatie en met grote honger ga ik weg van tafel. Nu is het welletjes geweest, ik keer terug naar Belgie, waar ze op culinair vlak meer te bieden hebben. Arme Nederlanders...
Morgen naar Tielt waar ik mijn stand opstel voor de kunst- en antiekmarkt dit weekend. Hopelijk zijn er heel wat boekenliefhebbers en liefhebbers van een mooi stuk antiek.
20-01-2010 om 23:18
geschreven door Lieven Moenaert 
|