Verrassend : de tuin van het Engels Klooster te Brugge - herinneringen aan mijn seminarietijd (en vooral aan het einde daarvan)
Gisteren las ik in de krant dat dit weekend iedereen welkom was in het Engels Klooster, dit voor een bezoekje aan de grote tuin.
Tijdens mijn vier jaar in het seminarie zag ik vanuit de tuin regelmatig de merkwaardige koepel van de kerk van het Engels Klooster. Vooral het klokje dat elk kwartier luidde : dingdong bij het eerste kwartier, tweemaal dingdong bij het tweede, drie maal bij het derde kwartier... Ik hoor het af en toe ook tot in mijn nieuwe woning in het stadscentrum, zalig die mooie herinneringen.
Het spijt me nog altijd zeer dat ik 16 jaar geleden de laan werd uitgestuurd, achteraf noem ik het seminarie vaak lacherig 'het huis van wantrouwen'. Lacherig jawel maar ook deels gemeend... ik leefde er samen met tientallen andere jongemannen die priester wilden worden. Enthousiaste gelovige jongemensen, in de wieg gelegd als het ware, om priester te worden, althans de meesten. Enkele studenten deugden echter niet in mijn ogen, dat kon ik zien zonder bril. Spijtig genoeg of moet ik zeggen gelukkig maar bleek mijn voorgevoel omtrent de geschiktheid van enkele priesterkandidaten gegrond. Enkelen verlieten vrijwillig het huis, anderen onder dwang en anderen lieten zich priester wijden en stapten enkele jaren nadien uit dit ambt...
En ikzelf, ik diende onvrijwillig het seminarie te verlaten. De reden is heel duidelijk. De verschillende smoesjes/redenen die men uitstrooide, de redenen om me de laan uit te sturen kunnen me tot op vandaag niet overtuigen... Enkele proffen hebben me een ferme toer gelapt... Maar toch kan ik hen enigszins begrijpen dat ze moeilijk konden akkoord gaan met dat familielid van mij die heibel kwam maken in het bijzijn van zowat alle medestudenten en enkele proffen. De grote fout van het opperhoofd, de president dus, is dat hij niet onmiddellijk heeft ingegrepen. President Erich Van den berghe was nochtans niet op zijn mondje gevallen bij andere gelegenheden. Maar toen op die avond liet hij die amokmaker zijn woeste gangetje gaan. Wat later zei de president - het léf!!! - dat ik respect moest hebben voor mijn vader. Ook al was dat nu toch wel heel moeilijk geworden. Wel, toen is de president 'in mijn achting' héél diep gezakt. Een door en door onwaardig 'optreden' of net géén optreden... Achteraf - en ik herhaal : slechts vele jaren later - hoor ik van vele anderen, ook veel jongere en oudere priesters, dat ze zelf ook heel negatieve ervaringen hadden met EVDB of dat ze op de hoogte waren van de 'laagten'. Een president dient volgens mij toch ietwat een vaderfiguur te zijn, zeker voor de studenten die zelf geen (normale) vader (meer) hebben.
Om nu terug te keren naar het Engels klooster : wanneer ik arriveer aan het klooster zie ik een briefje met de volgende tekst : tuinbezoek = eerste straat links. Ik loop richting stadsvestingen, aan de hoek ga ik naar links, loop een heel eind en daarna ga ik weer naar links, op zoek naar een poort in de hoge muren. Eigenaardig : alles is overal dicht. Nog een heel eind verder ga ik weer de eerste straat links. Ik verwonder me heel die toer te moeten maken en besef plots dat het briefje aan de poort vooraan wilde zeggen : naar links lopen en dan eerste straat rechts... Nu, het bijzonderste is dat ik het gevonden heb. Eerst kom ik onder een soort groot afdak, aan de muren hangt een grote kruisweg. Een nonnetje van rond de tachtig wijst me ietwat dwingend de weg die ik moet volgen. Overal zijn pijltjes aangebracht en de gebouwen kunnen niet bezocht worden.
Reden van de openstelling van de grote tuin (van ca 1 hectare) is dat de stad Brugge bereid werd gevonden om de tuinen te helpen onderhouden, in ruil voor het openstellen van de tuin voor het grote publiek, en dit gedurende een aantal dagen zoals dit weekend. Ik sla een babbeltje met een andere zuster : deze spreekt heel gebrekkig nederlands, de helft van haar woorden zijn Frans... Vroeger was hier een bekende kostschool voor Engelse meisjes, later ook voor andere oa Vlaamse jongedames.
De tuin is heel groot, dit vermoeden had ik al toen ik net voordien 'een blokje om' liep, langs de honderden meters lange hoge stenen muren. Deze kloosterorde bewoont dit domein al sinds begin de 17e eeuw. In de tuin staan honderden boemen, struiken en bloemen in volle lentepracht. De gebouwen waarvan je aan de buitenkant in de Carmerstraat niet veel ziet dan witte blinde muren kan je hier beter in ogenschouw nemen. Indrukwekkend, te meer dat er hier slechts 11 zusters wonen, en ik schat dat de gemiddelde leeftijd wel boven de 80 jaar zal liggen. Misschien wordt deze tuin later wel een stadspark. Vroeger was de tuin nog groter maar een deel werd ingenomen voor het internaat van de hotelschool Spermalie, ook wonen hier mensen van de Arkgemeenschap (mensen met een beperking, zoals dat heet). Midden in de tuin staat een kapel, aan een buitenmuur hangt onder een luifel ene mooie grote eikenhouten Christus. Al die grasvelden, struiken en bloemen kunnen inderdaad niet meer onderhouden worden door het handjevol zusters die er nog wonen. Er staan ook enkele heel oude bomen zoals een ruim 300 jaar oude moerbeiboom.
Er is heel weinig volk en ik zie dat sommigen proberen wat dichter bij de gebouwen te komen, ook al is duidelijk aangegeven dat dat niet kan. Geef sommigen een hand en ze nemen een hele arm...
Blij dit kleine stukje paradijs midden de stad te hebben kunnen bezoeken vertrek ik naar de winkel.
Tijdens het snuisteren in mijn 'papieren' uit de jaren stilletjes ontdekte ik een 'vertrouwelijk' document van uit mijn legertijd. Wellicht 'vertrouwelijk' omdat het ABL (algemeen belgisch leger) terecht erg beschaamd is om wat zij verstaan onder 'tuchtvergrijpen'. Ronduit belachelijk soms.
Wat was er precies gebeurd? Ene sergeant Degraeve, onderofficier van de week (= controleur en scherprechter van dienst), ontdekte op 30 maart 1991 om 14u07 dat ... op dat moment mijn bed niet opgemaakt was (= misdrijf A4 - Art. 70A). Hij maakte daarom een 'inleidend verslag' dat hij aan de betrokkene (ik dus) afleverde op 17 april om 10u00. Dit zal wellicht om mijn 'werk' geweest zijn, het bureau van de legeraalmoezenier. Die 'boefer' (beroepsmilitair) had dus 18 dagen nodig om zo'n blaadje op te maken... Indien ik een 'verweerschrift' wilde indienen diende dit te gebeuren op dezelfde dag voor 16u00. En het 'waarschijnlijk ogenblik van de verschijning bij mondelinge procedure' werd vastgelegd te zijn 18 april om 13u25. Dus op de feestdag van de Zalige Idesbaldus van Eggewaartskapelle.
En wat gebeurde er met mij? Ik kreeg een standje van kapitein Peerboom. Een man waarvoor ik heel veel respect had al vroeg ik me wel eens af of ze werkelijk tijd hadden om zich met zo'n onnozelheden bezig te houden.
Opgelet voor wie het hier op aarde al te bont maakt!
Snuffelend in mijn archieven, 't is te zeggen in de nota's die ik de voorbije 24 jaar maakte tijdens opzoekingen naar mijn voorouders en mijn dorp Eggewaartskapelle, en daarbij gevoegd allerlei andere genealogische info, vond ik melding van een merkwaardig voorval.
In Reninge ligt een mooie hoeve, 'De Walleboom'. Sedert 1790 bewoond door de familie Feryn, een van die Feryn's ('Louis') kwam halverwege de 19e eeuw naar Eggewaartskapelle, leefde er op het Pauwhof rechtover de kerk met zijn groot gezin en was burgemeester. Een betovergrootvader van mij. Hij volgde een van mijn andere betovergrootvaders, Hubertus Moenaert, op als burgemeester.
Een broer van mijn overgrootvader 'Louis' was 'Engel' Feryn. Engel boerde op het 'ouderlijk' hof te Reninge. Blijkbaar dronk hij heel graag pintjes en vaak moest een dochter 'een gat in de nacht' hem gaan zoeken in de herbergen en terugbrengen naar huis. Heel herkenbaar. Bepaalde afstammelingen van Louis in Eggewaarts bleven ook graag 'plakken' aan de toog...
Wanneer Engel op sterven lag vroeg zijn vrouw hem om na zijn dood nog eens naar de aarde te komen om te zeggen hoe hij het in de hemel (of waar dat hij dan ook mocht zijn) stelde...
Engel verwisselde wat later het tijdelijke met het eeuwige. Hij hield woord en een tijdje later kwam hij met zijn antwoord. Zijn vrouw werd op zekere nacht in haar slaap gewekt door een geklop op het raam, en ze hoorde heel duidelijk de stem van haar overleden man : 'Ze kieken d'er nie nouwe, mao ze schelden d'er nie kwiet!' Wat wil zeggen dat je wel in de hemel geraakt maar dat je verantwoording moet afleggen van wat je tijdens je leven al dan niet gepresteerd hebt.'
En als ik rond me kijk zullen sommigen héél veel mogen uitleggen bij Sinte-Pieter! Zeg dus later niet da je het niet wist!
Iedereen zal onmiddellijk een link leggen naar een bepaalde inwoner van dit mooie en altijd rustig lijkende dorpje... Maar niets is minder waar! Alle eventuele gelijkenissen zijn louter toeval en kunnen enkel ontsproten zijn aan de verbeelding van de geachte lezer!
Het gaat over een echte woeste stier met ... aan zijn lijf. Een vijftien jaar geleden (begin mei 1989) kende het polderdorpje enkele bange ogenblikken... Op de boerderij van schepen Carbonez op het dorpsplein werd een stier geleverd. Het beest droeg een kap op zijn kop om rustig te blijven. Zodra deze kap echter afgenomen werd schoot Het Beest in een Franse coleire en zette het op een lopen, de dorpsplaats op.
De landbouwer zelf was op dat moment te Veurne aan het vergaderen met het schepencollege. Marcel Wackenier, een brave mens uit het dorp, kwam het erf op toen Brutus het erf verliet en kwam in aanraking met het ondier. Gelukkig kwam hij er van af met wat schrammetjes en natuurlijk wat schrik.
Het Beest stormde de Knollestraat in en richtte zijn razernij op enkele zonnende dorpsbewoners. Deze vluchtten voor de aanstormende furie : ofwel sprongen zo over de gracht ofwel stoven ze een huis in. Wat een toestanden toch!
Daarna holde het hoorndolle dier richting Avekapelle en 'bezocht' even het erf van de boerderij Vandenbroucke (hoeve 'De Roode Poort', net op grondgebied Steenkerke). Na dit blitzbezoekje stormde Het Beest terug de straat op waar hij aan de overkant van een brede gracht enkele onschuldige jonge koetjes opmerkte.
Het gras is natuurlijk altijd groener aan de overkant - dat is in Eggewaarts nog steeds zo tot op de dag van vandage! - en Het Beest plonsde met heel hebben en houden in het sop, richting groene blaadjes! Het Beest geraakte zodanig over zijn toeren dat het volledig uitgeput raakte en zieltogende was. Om het stervenslijden te 'verkorten' kreeg het dan ook letterlijk de doodssteek. En de brave koetjes, die graasden gewoon voort.
Gelukkig was er op dat ogenblik geen verkeer op de baan want anders zouden er zeker méér slachtoffers gevallen zijn. Hopelijk worden de Eggewaartskapellenaars nooit meer geconfronteerd met dergelijke woeste stieren!
Vandaag was ik enkele uurtjes in Antwerpen. Even kijken of er mooie antiek of interessante boeken te vinden waren. Wat boeken betreft is het aanbod bijzonder schraal geworden. Vele tweedehandsboekenwinkels sloten hun deuren de laatste tien jaar, ook is er minstens eentje overleden. Dan heb je De Sleghte (de naam alleen al...), waarvan de verantwoordelijke onlangs in een boek over de antiquariaten in België dacht wat vrolijk te moeten doen op mijn kosten... Hij beweerde namelijk dat boeken over religie niet meer in trek zijn, en als je zo'n boeken kwijt wil kan je enkel nog terecht bij Lieven Moenaert, daar ergens in West-Vlaanderen. Wat aantoont dat hij beter de hand in eigen boezem steekt. Dat hij eens in zijn winkel kijkt, daar staan toch immers duizenden boeken over religie. En... er is natuurlijk helemaal niets mis mee met dergelijke boeken, er is wel degelijk een markt voor. En... moest er daar géén markt voor zijn, dan plaats ik nog altijd die boeken die ik wil in mijn rekken!
Ik bezocht een van de weinige overgebleven tweedehandsboekzaken en vreesde eventjes dat het hier ook gedaan was met de commerce. De vitrine helemaal leeg! Wat was er gebeurd? Enkele leeglopers gooiden de vitrine stuk. De uitbater was nogal overstuur en ik meen gehoord te hebben dat ze ook geld gestolen te hebben. De enorme ruit vervangen zal duizenden euro kosten en natuurlijk zal de uitbater dit op niemand kunnen verhalen. De daders, een leegloper van ter plaatse en een 'nieuwe Belg', hebben immers geen nagel om aan hun ... te krabben. De politie heeft ze opgepakt maar zal ze ongetwijfeld even later weer de vrijheid teruggegeven hebben.
Arm Antwerpen als dat daar zo aan toe gaat! 't Stad is van iedereen zeggen ze daar... Proper wi! Ze mogen het hebben.
Antiekzaken in de letterlijke zin van het woord zijn er eigenlijk ook niet zo veel. Een groot aantal zaken zijn geconcentreerd in enkele straten in de buurt van de kathedraal en dan verder richting Kloosterstraat. Veel mooie antiek zag ik er niet. De meeste zaken verkopen ook 'decoratie' en dan is alles toegelaten natuurlijk. Veel brocante dus en namaakmeubelen. Veel soorten klassieke antiek (meubelen, koper, tin, ...) vinden geen klanten meer. En natuurlijk is het ook zo dat veel particulieren zelf handelaartjes spelen zodat de échte belastingbetalende handelaars er niet meer aan te pas komen.
Dus zag ik niet veel dat de moeite waard was. De enige afleiding vandaag kreeg ik aan een rusthuis in de Kloosterstraat. Ik werd bijna onder de voet gelopen door twee mannen in overall. De rusthuisdeuren zwiepten open en de twee mannen sleurden een draagberrie op wieltjes over het voetpad op het asfalt in hun cammionet. Op de berrie lag iets onder een soort zwarte stof. Een dooie man of vrouw dus. Overleden en dus onmiddellijk af te voeren. Het moet vandaag allemaal even vlug gaan, ook sterven moet rap gaan. Zo rap mogelijk het rusthuis uit en de frigo in en daarna de put in. Die camionette was een heel neutraal voertuig. Precies een zak steenkool die in de laadruimte gegooid werd, een beetje respect mag toch wel vind ik. Dat respectloze doet me trouwens terugdenken aan het overlijden van een oude dame van 90 jaar uit Veurne. In 1999 overleed ze en ze was nog niet koud (!) of ze werd al in haar kist geduwd, in de kledij die ze aanhad op het moment van haar overlijden. En zeggen dat de dame al vijftig jaar lang haar beste kamer voorbestemd had tot rouwkapel waar haar treurende familie afscheid van haar zou kunnen komen nemen. Maar neen : de kist in en naar het funerarium...
Zwijgt dus van doodgaan want een keer dat je er gelegen hebt heb je niets meer te zeggen!
Er gaat geen week voorbij of ik krijg leuke reacties op mijn blog. Zo ook vandaag : iemand (uit Eernegem, dat mag ik och wel zeggen hé?) die 'mijn humor wel kan smaken'. Soms krijgt hij tranen in de ogen... van het lachen. Een mooier compliment kan ik me niet indenken.
Tot een jaartje of zo terug kon iedereen rechtstreeks reageren op mijn blog zelf. Een ideale kans dus voor misnoegden om (op hun beurt) hun 'zotzak uit te schudden'. Omdat enkele geniepigaards lafweg anoniem 'gif bleven spuiten' zorgde ik er voor dat er komaf gemaakt werd met dat spelletje!
Niet dat ik niet tegen commentaar kan maar als men te laf is om voor zijn mening uit te komen dan hoeft het niet meer voor mij. Dus : blijf verder positieve reacties of commentaar afvuren!
En met 'winderig' heb ik het niet over de enkele malen dat ik een soort piepende geluiden hoorde, geproduceerd door enkele bezoekers van de vierde leeftijd... De godganse dag was er heel veel wind, zoveel wind dat ik de hele dag een winterjas van doen had.
Gelukkig bleef het droog. Honderden mensen kwamen een kijkje nemen. Wat een verschil bij een tiental jaren geleden. Toen kochten de mensen nog met 'goesting'. Ze hadden vele interesses en kochten aan elke stand wel enkele boeken. Geladen met grote zware tassen trokken ze dan huiswaarts. Vandaag is het erg moeilijk geworden om nog iets te verkopen. De meeste bezoekers zijn gepensioneerden die 'alles al hebben' en zich dus enkel nog wat komen bezig houden, uit gewoonte wellicht. En veel geld uitgeven voor een boek (met veel bedoel ik bv. 20 eurootjes), neen dat zit er niet meer in. Boeken mogen geen geld meer kosten...
Gelukkig had ik een hoop mooie nieuwe boeken mee die ik voor een lage prijs kon verkopen zodat ik tegen de middag uit de kosten was. Ook na de middag bleef er volk komen.
Ik hoorde collega's morren over de aanwezigheid van enkele Nederlanders die er boeken aan 'dumpingsprijzen' verkochten. Bij nader toezien bleek het om Davidsfondsboeken te gaan. Deze boeken zijn van een goeie kwaliteit en kosten ook nogal veel geld. Als je lid bent van het Davidsfonds kan je een korting krijgen. Hoe meer boeken je koopt hoe meer korting. Maar deze Nederlanders kopen bij deze uitgeverij massa's boeken aan een heel klein prijsje, met een superkorting, een korting veel hoger dan Vlaamse leden kunnen bekomen. Bedoeling is blijkbaar dat die boeken door de Nederlanders meegenomen worden naar Nederland en daar in dat land moeten verkocht worden. Probleem hier is dat die Nederlanders die boeken terug op de markt brengen in Vlaanderen. Uiteraard tot groot ongenoegen van de handelaars hier en van de Davidsfondsleden die zich bedrogen voelen. Wanneer ik die afgeprijsde boeken bekeek kwam ik tot de conclusie dat die 'kleine prijzen' nog behoorlijk hoog lagen. Te hoog eigenlijk voor een 'tweedehands' boekenmarkt zoals hier te Damme.
Eigenlijk zou men niet mogen toelaten splinternieuwe boeken te verkopen. Vele bezoekers ergeren zich hier blauw aan. En waar parkeren die mannen uit Nederland? Gewoon op het trottoir voor het stadhuis parkeren, met de deuren wagenwijd open, als waren ze bezig met laden en lossen...
De kwaliteit van het aanbod van boeken op de maandelijkse boekenmarkt gaat er niet echt op vooruit... Wat is kwaliteit? Dat is natuurlijk moeilijk te zeggen. Maar laat ik het zo stellen : nieuwe ongebruikte boeken zouden hier niet mogen verkocht worden en vodden (waardeloze of slordige boeken) evenmin. Bezoekers zouden dit zeer weten te waarderen.
En over Paul Verstraete werd er nauwelijks of niet meer over gesproken... Dat is toch werkelijk ongelooflijk. Dé antiquaar van Damme, met een toch uitzonderlijk waardevol aanbod... Neen, behalve twee vrienden van hem was er niemand die het nog over hem had. En daar Paul zijn maandelijkse sluitingsdag had op elke tweede zondag waren er ook weinig bezoekers 'neuswijs' wat er met Paul gebeurd was. Hoe rap wordt een mens vergeten.