Mijn activiteiten als getuige zitten erop. De huwelijksakte werd twee keer (voor de wet en voor de kerk) feilloos ondertekend, de ringen aangegeven zonder dat ze eerst de grond raakten en iedereen liep er goedgehumeurd bij. Ook dat laatste schijnt tot het takenpakket van de getuige te behoren, ervoor zorgen dat de mensen zich amuseren. Een dankbare opdracht natuurlijk, met een lopend buffet en een lopende tapkraan in de buurt. Als kers op de taart nog eens gewillig poseren voor de lens van Wim zijn bomma ook. Dat ik de regerende Beste Speller van Vlaanderen ben, ontgaat bepaalde mensen in bepaalde kringen duidelijk niet. Mijn fanbase slaat toe waar je 't het minst verwacht. En toch zo bescheiden blijven! Dat kunnen alleen de allergrootsten.
Maar genoeg over mijn fabelachtige bescheidenheid. Zaterdag stond in het teken van Wim en Annelies, die zich van de om zich heen slaande secularisering niks aantrokken en gewoonweg in de kerk hun ja-woord gaven. Een ja-woord is trouwens niet zomaar een ja-woord. Tot mijn grote verbazing volstaat "ja" niet als antwoord. Volgens zowel priester als misboekje vormt "ja, dat wil ik" de gangbare confirmatie. De zeer aanstaande bruid en bruidegom worden zo op een slordige anderhalve seconde extra bedenktijd getrakteerd. Ge weet dat maar nooit, tegenwoordig. Uiteindelijk bleek het supplementaire respijt geen belet. Man en vrouw werden in de echt verbonden, en in één moeite door werd ook mijn getuigenstatus geofficialiseerd. Want getuige zijn bij een huwelijk dat in allerlaatste instantie wordt afgeblazen is niet alleen een volstrekt zinloze onderneming, het roept ook de vraag op of ik mij de eraan voorafgaande maanden wel echt op die titel had mogen beroepen. Alvast één levensvraag die voor onbepaalde duur de koelkast in mag.
|