Zeggen dat mijn vader me in mijn jonge jaren overdonderd heeft met wijze raad, is de waarheid geweld aandoen. Desondanks is hij één advies altijd als een mantra blijven herhalen: "Niet te hard werken jongen, zeker niks forceren!" Het bleef zelfs niet bij vrijblijvende aanbevelingen. Zeer tegen zijn gewoonte in, controleerde hij ook op het terrein of de richtlijnen door zijn zonen werden omgezet in (gebrek aan) daden. Toen ik een zomermaand lang een vakantiejob had in de fabriek waar hij werkte, kwam hij zich er bijvoorbeeld geregeld van vergewissen dat ik mij toch zeker niet te hard aan het afjakkeren was. Ik herinner me die keer dat mijn vaste kompaan en ik echt niks te doen hadden en we gezeten op een stoel vergeefs een antidotum tegen de verveling trachtten te ontdekken. Pa wandelde voorbij, glimlachte liefdevol en glom van trots zoals nooit tevoren.
Het omgekeerde was ook het geval. Tijdens élke koers van mijn broer sprong mijn immer rustige vader zo ongeveer uit zijn vel van woede, wanneer Koen het waagde om zomaar enkele meters kopwerk te doen. "Hij moet zo zot niet doen," aldus pa, "energie sparen, daar gaat het om!" Voor wie of wat die zorgvuldig opgespaarde energie dan ooit moest dienen, vertelde hij er niet bij. Dat hij mij tijdens de matchen van Jungle Boys Eigenbilzen steeds op het hart drukte mijn kleren niet vuil te maken (een mooi contrast met het gros van de ouders, die schuimbekkend hun zonen aanmaanden om de poten (sic) van de tegenstanders over te stampen), heb ik daarentegen altijd als een vorm van humor beschouwd, maar terwijl ik dit schrijf begint de twijfel toch wat opgang te maken.
In sommige situaties kon zijn advies ook opgevat worden als een variant op het oer-Vlaamse 'doe maar gewoon'. Niet te veel initiatief nemen, het hoofd niet boven het maaiveld steken. Er is altijd wel iemand die het beter kan dan jij, laat die het dus maar oplossen. Alleen zei hij er niet bij wat dan de procedure is als er niemand in de buurt is die het beter kan of zelfs maar beter wíl kunnen. Concreet, wat is het plan-B. Of, nog concreter, het plan-BBQ. Na jaren afgewacht te hebben tot An of desnoods Alesso een fatsoenlijke barbecue zou kopen om mijn favoriete grillmethode te introduceren in ons gezin, ben ik tijdens deze lockdown opeens in het reine gekomen met mezelf. Eigenlijk kan ik zoiets zelf in de winkel gaan halen, en eigenlijk kan ik er zelf vlees op bakken ook. Dat is niet louter in theorie een mogelijkheid, nu ik er zo eens diep over nadacht. Zodoende pronkt er intussen een nagelnieuwe Weber kogelbarbecue in onze berging. Al twee keer gebruikt zelfs, zonder dat daar al te veel gestuntel vooraf of voedselvergiftiging achteraf aan te pas kwam. Zo kan het dus ook, merk ik na bijna 37 jaar existentie. Sorry pa.
|