De derde manche van de Victors Cup ging door in de deelgemeente van Heusden-Zolder. Ik had er eigenlijk niet veel zin in, maar aangezien ik aan de leiding sta van dat regelmatigheidscriterium, vond ik toch voldoende motivatie. Aan dat laatste ontbreekt het me momenteel: dat zal ongetwijfeld te maken hebben met de mindere prestaties van de voorbije 2 a 3 weken. Het parcours was weer eens gewijzigd: nu ging het direct zuidwaarts met wat passages door het bos,(inclusief bochtenwerk en een stukje langs het kanaal) voor 1 grote ronde van 10 km. Al dadelijk na het startschot voelde ik dat de benen alweer niet draaiden. Toch kwam ik na halfweg er stilaan door, kon wat andere atleten inhalen en zowaar het tempo opdrijven op de lange stukken richting aankomst. Ik finishte uiteindelijk in (alweer!) iets minder dan 43 minuten. Niet goed, maar ook niet slecht. Als 55 plusser viel ik net naast het podium (4de), maar werd wel 2de M60 -> hetgeen geldt voor het criterium. De laatste 3,5 km begon mijn hielspoor behoorlijk op te spelen, maar echt pijnlijk werd het niet. Na afloop vernam ik van andere lopers dat ze, bij het kruisen van een grote weg, werden tegengehouden door de politie om auto's te laten passeren. Normaal gebeurt het omgekeerde, maar de hoeders van de wet dachten allicht: laten we eens zot doen :)
Na mijn mindere vorige prestaties was ik uit op wat rehabilitatie, doch of dat voor vandaag zou zijn was nog maar de vraag. Vier wedstrijden op 10 dagen is op mijn vergevorderde leeftijd zo al een uitdaging en het parcours was dat sowieso al. Daar waren dit jaar wat wijzigingen in aangebracht: 1 km korter en 26 hoogtemeters minder, deze keer. Ook de temperatuur was aangepast in vergelijking met vorig jaar: toen 6°, nu 24°! Ik had me voorgenomen om zeer behoudend te starten en dan zien welke richting het uitging. Dat bleek de juiste taktiek te zijn want ik kon het tempo stilaan opdrijven, ondanks een lange strook onverhard. Na het keerpunt, even voorbij km 5, was het even tandenbijten op een behoorlijk lang stuk bergop. Daarna bolde het soepel en ik kon zelfs nog versnellen met een laatste km in 4 minuten. Het tempo van 4:19/km was ver boven mijn verwachtingen en de 1ste plaats bij de M65 (36/149 algemeen) was ook een feit. Al bij al dus tevreden over mijn gevoel en gemiddeld tempo op een zwaar parcours met zijn hellingen, onverhard, kasseien en de warmte. Er is blijkbaar leven na de dood.
Zonder veel vertrouwen zakten we (mijn vrouw & ik) af naar het Leuvense voor het BK op de piste. Ik had me ingeschreven toen mijn conditie nog behoorlijk goed was, maar met wat ik de voorbije 8 dagen liet zien, zou een bronzen medaille bij de M65 al een hele opgave zijn. De omstandigheden waren perfect met een graad of 15 en rond het startuur (21u) bijna geen wind meer. Ik wou gaan voor een tijd van minstens 41:13 (die ik vorig jaar in Huizingen neerzette).Maar mijn intuïtie liet me weten dat dit feestje niet door kon gaan, behoudens een supergoede dag. Na enkele babbeltjes met goeie oude bekenden konden we van start gaan en ik liep van in het begin - letterlijk & figuurlijk - achter de feiten aan. Ik kon nergens aanklampen, liep uiterst moeizaam met loden benen en zag mijn concurrenten zo van mij wegstuiven. Ik kon zelfs geen oud wijf volgen, ook al waren die er niet. Mijn oeverloos gehark leverde niets op, dus focuste ik me uiteindelijk maar op de speaker. Die was namelijk de wereldrecordpoging van 70er Eddy Vierendeels aan het becommentariëren. Eddy had me al een keer of drie gedubbeld en slaagde finaal in zijn doel: hij verbrak zijn eigen wereldrecord met een tijd van iets minder dan 37 minuten, en dat na al zijn andere records! Fenomenaal! Hierna nog iets over mij schrijven is lullig. Ik kroop over de finish in 42:24 als 4de M65, een halve minuut minder traag dan mijn vorige twee 10 km-wedstrijden. Als ik nog een half minuutje sneller was geweest, had brons erin gezeten. Mindere periodes horen bij de sport, maar als dit wat te lang blijft duren, maak ik er maar beter een eind aan (aan mijn loopcarriere, bedoel ik :)
In het kader van het regelmatigheidscriterium, Victors Cup, was dit de tweede wedstrijd, en dat amper 4 dagen na de eerste (Tungri run). Daarom koos ik voor de 10 km in plaats van de 10 mijl, vorig jaar. Hopelijk was die appelflauwte van afgelopen woensdag een fenomeen van korte duur, maar ik vreesde ervoor. Mijn voorgevoel werd waarheid want van bij de start geraakte ik geen poot vooruit. Mijn benen leken verlamd en dat werd een constante, gans de wedstrijd. Na enkele lange en vlakke stukken belandden we na enkele km in het bos, inclusief modder & plassen. Van snelheid maken was al een tijdje geen sprake meer, wel regelmatig slipgevaar vanwege de vettige ondergrond. Maar ook daarna, op rechte, dalende en verharde stroken kwam er geen beterschap. Dus was de opluchting groot toen de eindstreep in zicht kwam. Uiteindelijk werd ik volgens de uitslag toch nog 1ste, en dat bij de 60 plussers nog wel! (53/810 algemeen). Toch kon ik niet tevreden zijn met een tijd van 42:53. Zeer merkwaardig: mijn gemiddelde tempo (per km) was tot op een honderdste van een seconde na exact dezelfde als woensdag in Tongeren! (Volgens Strava, althans). Het enige positieve aan dit verhaal was dat mijn hiel me slechts matig irriteerde en dat ik niet tegen de grond ben gegaan, zoals vorig jaar.
Sinds 1996 miste ik weinig edities van deze stadsloop. Toen werd er ook nog een Halve Marathon georganiseerd en die liep ik 1u22:13. Twee jaar later deed ik er nog 1u23:42 over. Behalve een Marathon (BK in 2008), nam ik voor de rest steeds deel aan de 10 km. Dat BK was trouwens de reden waarom ik een licentie heb aangevraagd bij de V.A.L. en ik sloot me aan bij AC Alken. Met een tijd van 2u57:34 behaalde ik toen prompt Brons bij de M50, en de trein was vertrokken. Als ik het gemiddelde van toen (4min.12 per km) vandaag zou aankunnen op de 10 km, zou ik niet mogen klagen. Maar de tand des tijds slaat ongenadig toe en dat bleek vandaag ook nog eens. Ik had minstens mijn tijd van vorig jaar (42:15) willen evenaren, maar dat zat er helemaal niet in. Was het de eerste warmte van jaar (24°) of een tijdelijke appelflauwte? De benen leken vol pudding te zitten, ik geraakte niet op toerental en het niet lichtlopend parcours deed de rest. Ik moest te veel moeite doen voor te weinig rendement en mijn hartslag (125!) kreeg ik ook al niet omhoog. Er waren trouwens nog verscheidene atleten die erdoor zakten of uitstapten. Met een tijd van 42:58 was ik liefst 43 seconden trager dan vorig jaar. Maar, tot mijn niet geringe verbazing, belandde ik toch nog op het podium en dat zelfs nog bij de 55 plussers (2de). Dus had ik als 1ste M60 het maximum van de punten in mijn categorie na deze eerste wedstrijd van de Victors Cup.
De ene Lenteloop, na de andere Bloesemrun en de volgende Bloesemloop: het is duidelijk dat de Lente nadert. Doch, daar was vandaag niet veel van te merken want het was ronduit fris (10°, gevoelstemperatuur 6°) en uiterst wisselvallig met buien (ook hagel!), gecombineerd met een stevige wind. Gelukkig bleef het namiddag droog tijdens de wedstrijd, maar de wind en het golvend parcours maakten het zwaar genoeg. Goed dat de omloop met 1 km ingekort werd, ten opzichte van vorig jaar, en twee onverharde passages werden geschrapt. De start bleef evenwel pittig met zowat 1,5 km meestal bergop. Wat later kon ik me in een groepje van een man of 7 nestelen, wat me goed uitkwam met die wind. Maar op een lang stuk bergop & tegenwind moest ik de rol even lossen, doch ik kwam terug erbij. Dit scenario herhaalde zich wat later, doch dankzij mijn goede uithouding kon ik weer aanklampen en na 6 km zelfs de leiding overnemen! Toen mijn clubgenoot David het tempo nog wat hoger legde, kon ik net niet mee en het groepje spatte uit mekaar. Even had ik geluk toen een dranghekken omver waaide, net toen ik er voorbij was. De laatste km ging bergaf, waardoor ik die zelfs nog aflegde in 3min.48sec. Dik tevreden overschreed ik de finish in 42:36 als 1ste M65 (28ste algemeen). Dit was eens te meer een bevestiging dat de conditie in stijgende lijn gaat. Of er nog veel rek op zit, zullen de volgende weken uitwijzen. Als het lichaam het hoofd volgt, zit alles goed.
De derde manche van het Helpshop criterium vond plaats in een deelgemeente van Sint-Truiden en is met zijn bloeiende boomgaarden een aantrekkelijke locatie en niet enkel voor de (fietsende) toeristen. Het massaal opgekomen loopvolk was daar een bewijs van: 304 finishers op de 10 km alleen al! 60 meer dan vorig jaar). De weersomstandigheden waren perfect te noemen: weinig of geen wind en 16°. Dat verleidde me om met ambities van start te gaan en mijn tijd van vorig jaar proberen te verpulveren. Nochtans waren de gevoelens niet optimaal: slechte nachtrust gehad en wat irritatie ter hoogte van de linker achillespees. Maar tijdens de wedstrijd was daar niets van te merken en ik liep vrij vlot aan een tempo van 4'/km, ondanks de eerste 5 km meestal onverhard waren en een klimmetje, halfweg. Het wat golvende parcours was niet te zwaar (26 hoogtemeters) en ik kon mijn tempo bestendigen. Zodoende naderde (en overrulede) ik mensen waarvan ik tijdens de vorige wedstrijden enkel de achterkant zag. De laatste km was bijgevolg ook de snelste en dus werd ik weer 1ste bij de 65 plussers in een tijd van 41:17 over iets meer dan 10 km. Liefst 1min.22sec. sneller dan vorig jaar! Dit was - per kilometer - tevens mijn snelste wedstrijd sinds bijna een jaar: van vooruitgang gesproken! Of dit een tendens is ofwel een opflakkering, zal de toekomst moeten uitwijzen. Dit was in elk geval een opsteker voor volgende week in Velm, waar het ongetwijfeld zwaarder zal worden.
Vorig jaar kon je deze run eerder een trail noemen: 13 km over meestal onverharde ondergrond en ik herinner me ook de stevige wind en de nodige hoogtemeters, die het allemaal nog wat zwaarder maakten. Deze keer wat minder wind, maar ook een graad of 5 frisser dan toen (8°, nu). Ook de afstand was ingekort met 3 km en op de site werd beloofd dat er nog slechts 20% onverhard zou zijn. Dat viel achteraf nogal tegen want we moesten alweer lange stukken door de velden klieven. De eerste kilometers verliepen nog behoorlijk, maar na 3 km ging de snelheid er helemaal uit op een smalle passage bergaf, waar even moest gewandeld worden. Een mooi parcours (dat wel!), maar de veldwegen volgden elkaar op met als zwaarste stukken: een grasveld (met tegenwind) en een lange - en bij wijlen vettige - klim na 7 km. Gelukkig evolueerden de laatste twee kilometers terug bergaf en die gingen als een tierelier (3:55/km). Zodoende krikte ik mijn algemeen gemiddelde alsnog omhoog naar 4:12/km (liefst 30 sec./km sneller dan de editie van 2023!) en werd 1ste M65 (29ste algemeen). Daar mocht ik dus dik tevreden over zijn, want met 96 hoogtemeters en veel veldweg was dit helemaal mijn ding niet. Ook mijn linkerhiel deed het perfect, dus kan een mens achteraf des te meer genieten van zijn biertje. De ene keer zit je in het Wouter Weylandt stadion in Gentbrugge en de volgende keer in de voetbalkantine van FC De Zwaluw Vechmaal. Die variatie maakt de recreatieve loopsport zo interessant.
De vorige twee edities van dit BK vonden eveneens in Gentbrugge plaats en telkens behaalde ik de titel. Of dat deze keer ook zo zou worden, was helemaal niet zeker. Want wie denkt dat men met het ouder worden minder concurrentie te duchten krijgt, is eraan voor de moeite. In het gezelschap van mijn drie jongste dochters (inclusief chauffeur Sharon: wat een luxe!) vertrokken we om 9 uur voor een rit van ongeveer anderhalf uur. Na een parkeerplaats gevonden (gekregen) te hebben vlakbij het Wouter Weylandt stadion, waren we ruim op tijd ter plaatse. Ideaal weer, 12°, weinig wind en hele hoop deelnemers waren een ideale mix om er een zalig loopfeest van te maken. De eerste kilometers leek het dat ook te worden en die liep ik schijnbaar met overschot in iets meer dan 4min./km. Maar na de 4de km moest ik zonodig beginnen te harken en kostte het me heel wat moeite om vooruit te geraken. Of het te maken had met mijn linker adductoren, waar ik sinds enkele dagen wat last van had, weet ik niet. Ik voelde daar nochtans weinig of niets van en mijn linkerhiel hield ook goed stand. Toch gingen de kilometers vanaf de vijfde km met 5 tot 10 sec./km trager. Waar mijn concurrentie zat wist ik niet, maar dat ik sneller bezig was dan vorig jaar, wist ik wel. Dus dat motiveerde me om er wat tempo in te houden en te zien waar ik zou uitkomen. Mijn eerste - volgens mij ruim haalbare - doel (onder 1u30 finishen) lukte. Met een tijd van 1u29:41 deed ik 4 minuten beter dan vorig jaar. Achteraf bleek dat de eerste M65 (Wouters) diezelfde 4 minuten voor me finishte. Deze, voor mij, totaal onbekende Limburger zette 1u25 neer! Vier jaar geleden kon ik dat ook nog, maar nu dus niet meer. Al bij al mocht ik niet klagen met het Zilver en vooral niet over de vooruitgang die ik op een jaar maakte. Zelfs ten opzichte van mijn vorige wedstrijd (10 Km in Kiewit) was ik nu 1sec./km sneller.
Al sinds 2006 neem ik deel aan deze wedstrijd doorheen het bosrijke gebied van Kiewit en Bokrijk. Die eerste maal deed ik 36:51 over de 10 km en twee jaar later realiseerde ik mijn snelste tijd (35:35) en werd toen 14de van de 774. Zowel die deelnemersaantallen als mijn scherpe tijden behoren inmiddels tot de voltooid verleden tijd. Mijn tijd van vorig jaar (42:30) verbeteren was dan ook mijn enige ambitie. Daar het parcours al die tijd weinig verandering heeft ondergaan (vlak en wat onverhard), is het een interessante wedstrijd om tijden van de vorige edities te vergelijken. In mijn geval gaat het dus hoofdzakelijk over verval. Doch, aan motivatie ontbrak het me geenszins want sinds vorig jaar maakt deze wedstrijd ook deel uit van het Helpshop criterium. Daardoor, en allicht door de categorie-indelingen, stijgt het deelnemersaantal (379 twee jaar geleden, nu: 469 stuks!). Met de helft meer trainingskilometers, in vergelijking met een jaar geleden, mikte ik op een tijd van resoluut onder de 42 minuten. Maar helaas: ik kwam nooit in de buurt van mijn gewenste tempo en moest te veel moeite doen. Bovendien zette ik enkele ronduit trage kilometers (km 5 bijvoorbeeld in 4:26!)neer, ondanks de vlakke omloop en weinig of geen wind. Met een tijd van 42:13 kon ik toch nog 17 sec. van mijn tijd van vorig jaar afpitsen. Als 1ste (van de 23) M65 had ik toch nog bijna 3 minuten voorsprong op nummers 2 en 3. Al bij al niet slecht, hopelijk beterschap over 5 weken op het BK Halve Marathon in Gentbrugge.
Door de sneeuw van afgelopen week was ik benieuwd hoe het parcours er in Alken bij zou liggen. Diezelfde omloop is zo al niet bekend als de meest lichtlopende, en was door de winterse omstandigheden niet op gebeterd. De sneeuw was eerder modder geworden, waar je op sommige plaatsen diep in trapte. Normaal hou ik me ver weg van zulke taferelen, maar omdat deze cross door mijn club ACA werd georganiseerd, liet ik me nog eens voor de kar spannen (of liever achter de kar). Het liep dus voor geen meter, doch dat was voor iedereen hetzelfde. Er zat sowieso geen snelheid in dat parcours vol bochten en de gevaarlijke schuivers die dat opleverde, maakte dat mijn tempo liefst 20 seconden per km trager was dan vorige week. Ten opzichte van toen boekte ik alsnog serieuze vooruitgang, als ik mijn tijd vergelijk met de meeste andere (veld)lopers. Ik werd 3de van de 8 M60 (1ste M65) in 20:30. Door die ongelijke ondergrond, alsook door het uitglijden, had ik wel wat last van mijn hielspoor. Maar goed dat veldlopen niet elke week op mijn programma staat.
Limburgs kampioenschap veldlopen Dilsen-Stokkem. (4,6 km)
Dat veldlopen niet mijn favoriete bezigheid is, wisten we al langer: niet zozeer vanwege het veld op zich, maar het is vooral de korte afstand die me minder ligt. Maar voor een PK haal ik mijn spikes nog wel eens van onder het stof, ook al was het een zeer koude zondagmiddag (1°, gevoel: -4°). Ik had al horen zeggen dat het een snel parcours is in Dilsen-Stokkem, en dat was ook zo. Weinig modder & hoogteverschil en verschillende stukken met hard grind. Ik voelde me op voorhand niet al te lekker: wat lichte misselijkheid en vanmorgen moest ik even rapper dan anders de pot op.
Maar tijdens de wedstrijd was daar niets van te merken en - ondanks mijn (alweer) trage start - voelde ik me prima en stak na ongeveer een halve km mijn 2 concurrenten voorbij. Het was een parcours naar mijn hart en zo kon ik een voorsprong van 33 seconden uitbouwen op clubgenoot Eduard. Na een goeie 20 minuten overschreed ik als 1ste M65 de finishlijn en werd dus nog eens, na 2 jaar, Limburgs kampioen. Het jaar werd dus voorbeeldig ingezet en als mijn hielspoor op dezelfde manier evolueert, ziet het er goed uit.
Van de 8 maal dat ik deelnam aan de Halve Marathon van Ell tussen 2011 en 2019 (enkel in '14 was ik er niet), mocht ik telkens de eerste prijs (in mijn categorie) in ontvangst nemen. Daarna was er, wegens Corona, enkele jaren geen wedstrijd georganiseerd en vorig jaar was ik pas herstellende van mijn hielspoor en nam niet deel. Dit jaar heb ik mijn ambities naar onder bijgesteld en beoogde ik alsnog een podiumplaats bij de M60 (al leek dat als bijna 67-jarige wat ambitieus), maar vooral een eindtijd van onder 1u30' was mijn doel. Dat was me niet meer gelukt sinds maart '22: toen 1u27:47 in Gentbrugge (BK).
Samen met mijn vrouw en dochter Sharon vertrokken we op deze koude (6°!) en gure zondagochtend om half 9 met de hoop op wat mildere omstandigheden terplaatse, maar helaas: er kwam ook nog eens (mot)regen en een stevig windje bovenop. Mijn start was niet denderend, eerder ronduit traag met enkele kilometers van rond de 4:21/km. Het parcours was anders dan vroeger met stukken onverhard ,doch steeds vlak. Stilaan geraakte ik toch in een aanvaardbaar ritme, maar echt lekker bolde het niet. De koude wind speelde me parten, toch kon ik het tempo halfweg nog optrekken met enkele km's in 4:08 a 4:09 tot gevolg. Kijkend op mijn Polar leek een tijd van <1u30 net binnen handbereik en na 21,1 Km (volgens mijn klok) zat ik daar net onder (1u29:53), ware het niet dat de finish een paar honderd meter verder lag. Resultaat: 21,31 km in 1u30:47 officieel en ook net niet op het podium. Maar met een 4de plaats, op slechts 37 sec. van nummer 3, kon ik vrede nemen, ook & vooral omdat mijn hiel het goed deed. Winnaar was het Nederlandse fenomeen Jo Schoonbroodt, die als 70 plusser liefst 3 minuten voor me eindigde. Sharon voleindigde succesvol de 12,5 km nadat ze bij de start merkte dat ze haar chip was vergeten, die dus nog moest gaan halen en met grote achterstand aan haar wedstrijd begon.
Les vallons de la Mehaigne. Braives. (+/- 10,3 km)
Reeds 3 maal nam ik deel aan deze wedstrijd en telkens was het een toffe ervaring. Maar deze keer was het tegenvaller over de hele lijn. Het regende, het was koud en ik was met geen stokken vooruit te slaan. Resultaat: een beschamende 44min.18sec. over iets meer dan 10 km! Tot overmaat was er geen uitslag en dus ook geen podiumhulde omdat het systeem was gecrasht. Dit heb ik, na meer dan 700 wedstrijden, nog nooit meegemaakt! Nog een geluk dat dochter Sharon me vergezelde (ze liep de 10 km ook), en me achteraf hielp om pinten te drinken :)
Voor de eerste keer nam ik deel aan een zogenaamde Tweeloop. Dit wil zeggen dat je, samen met een andere loper, op 1 uur zoveel mogelijk kilometers aflegt. Om beurt liepen we telkens een ronde van 1 km en gaven we de stok, estafettegewijs, telkens door bij de start/aankomst. Mijn compagnon was Nico Vanrusselt en, samen met mijn 67 lentes, vormden we een koppel dat streed in de categorie Heren+100. Ikzelf raakte (zoals mag aangenomen worden van een oude diesel) maar moeizaam op toerental met een 1ste km in 4:11. Nico raasde als een komeet over het parcours, dat deels over de piste liep. Ik kon me zelf nog wat op een hoger niveau tillen met vervolgens kilometers in 4:09; 4:07; 4:06; 4:03; 4:08; 4:05 en 3:53. Die laatste was liefst 18 seconden sneller dan de eerste! Ik had me namelijk voorgenomen om de laatste km er alles uit te persen en alzo binnen het uur te finishen. Dat lukte warempel ook nog: ik overschreed de finish net op het eindsignaal. Saved by the Bell, noemen ze zoiets. We deden dus exact 1 uur over de 16 km. Dit betekent ook dat mijne maat zijn kilometers aan zowat 3,5 minuut per kilometer liep! Waar is de tijd dat ik dergelijke afstand alleen liep op 1 uur (in 2010: 16,11 km op het PK uurloop in Heusden-Zolder). Zodoende werden we 2de bij de H+100 en werden we samengepropt op het podium. Al bij al tevreden over onze prestatie en de toffe ervaring. Voor mij zat er niet meer in, vooral omdat ik hier niet op had gefocust en voormiddag nog een stevig duurloopje van 9 km had gedaan. Samen met deze 8, liep ik vandaag dus 17 km en dat aan 4:23/km gemiddeld.
Na het vorige, zware, weekend was ik klaar om de Kerkenloop te betwisten: een klassieker die al sinds 1997 op mijn agenda staat. Van al die edities miste ik er maar 1, namelijk vorig jaar (wegens mijn hielblessure). Mijn 25ste deelname was meteen een jubileeke en ook mijn 38ste wedstrijd dit jaar: een evenaring van 2016, toen ik er ook zoveel liep. Het parcours is sinds enkele jaren gewijzigd en er niet niet bepaald gemakkelijker op geworden met, naast de gebruikelijke bulten, ook heel wat onverhard. Samen met dochters Sharon en Darlene zakte ik af naar het frisse Kortessem (11°), doch het bleef droog. De start op de piste was snedig, maar ik moest ook niet te overmoedig worden en goed doseren want vooral de stroken onverhard kropen danig in de benen. Ik had verwacht dat het op sommige plaatsen drassig zou zijn en daarom (na lang twijfelen) niet mijn wedstrijdschoenen ondergebonden, maar wel mijn gewone trainingsschoenen. De snelheid ging er regelmatig uit en vooral rond halfweg op enkele hellende en schuine veldwegen. De opluchting was groot toen laatste 2 Km zich aandienden, want die waren lichtlopend en op het einde zelfs dalend richting finish. Daar kon ik versnellen en zo nog goede oude bekende, Guido (die ik enkele kilometers ervoor inhaalde), nog voorblijven. De tweede van mijn categorie was echter wel 6 minuten na mij. Met een gemiddelde van 4min.11sec./km mocht ik absoluut niet klagen. (1ste M65 en 30ste algemeen). Sharon liep de 5,1 km en was ook content met de 28 minuten die ze daarover deed.
Boomgaardloop Bommershoven (Borgloon). +/- 10,3 km
De trip van Hasselt naar Bommershoven verliep voorspoedig, zodat ik toch nog 10 minuten voor de start aanwezig was. Net op dat moment beëindigde mijn dochter Sharon haar 5 km, die ze in 29:13 liep. Knap resultaat op een zwaar parcours en ondanks weinig of geen trainingskilometers op de teller. Een heel andere sfeer als in DDH, maar daarom zeker niet minder gezellig. Met slechts 67 deelnemers namen we om 12u de start. Dit was de derde keer in 19u dat ik aan een wedstrijd begon en ik was dus benieuwd of & hoe ik deze opdracht zou overleven. De 2 vorige wedstrijden waren trouwens ook niet van de kortste (14,25 en 15,1 km), maar wel vlak). Ik startte heel rustig en liet me meedrijven, toch merkte ik algauw dat de benen nog vrij goed aanvoelden (alle omstandigheden in acht genomen). De eerste paar kilometers waren nog verhard, maar algauw kregen we gras en veldpaden voor de voeten geschoven en dit alles gecombineerd met stevige hellingen en gevaarlijke afdalingen. Die laatsten waren enkel al wandelend af te leggen en regelmatig werd er in jogmodus overgeschakeld. Ondanks al die obstakels en ook nog even verkeerd gelopen te hebben, kon ik toch nog opschuiven. De laatste Km ging hoofdzakelijk bergaf en die kon ik nog afleggen in 4 minuten, na een sprintje met Bruno. Uiteindelijk finishte ik als 1ste M65 in bijna 48 minuten (23ste totaal): dus zeker niet slecht met al dat off-road en 121 hoogtemeters 1 van de zwaarste wedstrijden die ik liep, dit jaar. Het eindklassement van het Helpshop criterium was al lang binnen, maar ik wou er een erezaak van maken om aan alle 16 manches deel te nemen (er is nog 1 te gaan, namelijk: Kortessem). Na afloop was er geen huldiging per categorie en het drinken van enkele Duvels hielp daar niet veel aan , dus gingen we maar naar huis.
Reeds 23 keer nam ik deel aan DDH, waarvan ik tussen 1992 en 2014 maar 1 editie miste. In 2010 nam ik namelijk deel aan de marathon van Brussel (en won dat BK bij de M50), die op dezelfde dag plaatsvond. Sindsdien liep ik er enkel in 2018, vooral omdat het BK marathon in Eindhoven steevast op diezelfde zondag georganiseerd werd. Sinds enkele jaren zijn de langste afstanden (15km om 10u en de 10km om 11u15) in de voormiddag geprogrammeerd. De 15K was tevens de laatste wedstrijd van de Victors Cup en om mijn goede uitgangspositie in het klassement te verdedigen, was het aangewezen om aan deze deel te nemen. Om op tijd te zijn voor de wedstrijd in Bommershoven (12u), had ik goede afspraken gemaakt met mijn vrouw, die me na afloop op een bepaalde plek zou komen oppikken en naar de deelgemeente van Borgloon brengen. Mijn oudste dochter & haar vriend (die respectievelijk de 10 en 15 km zouden doen) pikten me om 9u op, dus waren we ruim op tijd voor de start. Dat de benen nog kapot waren van gisteren, was te begrijpen, dus was het tempo ook navenant. Enkel tijdens de eerste km was dat nog aanvaardbaar, maar daarna was het harken om vooruit te geraken, ondanks de grote massa die normaal gezien stimulerend werkt. Na wat kris-kras doorheen Kuringen ging het via het kanaal terug naar Hasselt, waar de laatste paar km toch serieus begonnen door te wegen. Mijn hamstrings sputterden tegen, dus forceerde ik niets en finishte als 1ste van de 21 M65 (219/1751 totaal). Ik werd zelfs eerste M60 (wat me meteen ook de eindwinst in die categorie van de Victors cup opleverde) in een matige 1u04:46 (meer dan 6 minuten trager dan 5 jaar geleden!). Opdracht volbracht en enkele honderden meters verder wachtte mijn vrouw me op om me naar de volgende locatie te brengen. Is gek zijn gezond :):):)?
Dit weekend sta ik voor een uitdaging zonder voorgaande: ik had me ingeschreven voor drie wedstrijden! Vooreerst het Limburgs kampioenschap uurloop, en dan morgen Dwars door Hasselt en de Boomgaardloop in Bommershoven (Borgloon). Op zich niet zo abnormaal, ware het niet dat deze twee laatsten om respectievelijk 10u en 12u voormiddag starten. Het was 11 jaar geleden dat ik nog eens een uurloop deed. Een uur lang rondjes lopen op een piste is mentaal zwaar, maar omdat mijn conditie goed is, wou ik dit nog eens doen. Probleem was: het grote, jaarlijkste familiefeest vond terzelfder tijd plaats. Ik kon dat feest nog een uur of drie bijwonen, om dan stilletjes via de achterdeur te ontsnappen. Maar niet vooraleer iedereen te vertellen dat niemand dat mocht weten. Gelukkig vergezelde mijn vrouw me naar Lanaken, want zonder mijn trouwste supporter zou de motivatie een stuk minder zijn. Ik had me voorgenomen om het clubrecord op de uurloop (bij de M65) te verbreken, maar er was behoorlijk wat wind en vrij warm (22°). Dat laatste was niet zo een probleem, daar de helft van de piste in de schaduw gehuld was. Om dat record te pakken moest ik zeker rondjes van 1min.40 sec. draaien. Maar van bij het begin verloor ik telkens 1a 2 seconden per ronde, doch ik wou me niet forceren en hopen op beterschap. Maar als je halfweg al bijna een minuut achterstand hebt op het schema weet je dat het over & out is voor wat dat record betreft. Echter, na dat half uur begon het plots beter te bollen en, zoals meer gebeurt, voelde ik me hoe langer hoe beter. De snelheid ging omhoog en de laatste 5 km liep ik zelfs aan 4:06/km, maar het kalf was verdronken en ik strandde op slechts 75 meter! Als dat uur wat langer had geduurd, had dat clubrecord misschien erin gezeten. De Limburgse titel was binnen (de vierde op een maand tijd), al was dat niet moeilijk want ik was de enige M65. En een afstand van 14,25 km is ook niet slecht en een bevestiging van mijn goede conditie. Na afloop niet gewacht op de huldiging en vierklauwens terug gereden naar Spalbeek. Maar het feest was gedaan en de mensen waren bijna allemaal naar huis. Gauw nog enkele stukken pizza naar binnengewerkt, vergezeld van enkele biertjes. Of dat voldoende brandstof is om er morgen tweemaal tegenaan te gaan?
Met een gemiddelde van meer dan 80 km/week zou ik eventueel een Marathon aankunnen. Ik had me willen inschrijven voor het BK in Eindhoven, maar ik was te laat: bleek dat dit een maand voor de wedstrijd had moeten gebeuren! Wie begrijpt zoiets?! Maar goed, daar was ik niet rouwig om, mede omdat ik nog geen lange duurloop van >30 km heb gedaan (of gedurfd?). Bovendien doet mijn linkerhiel het goed, maar of dat ook zo zou zijn voor 42 Km? Zodoende focus ik me intussen maar op gewone wedstrijden en de twee klassementen (Victors Cup en Helpshop criterium). In beiden sta ik eerste in mijn categorie (respectievelijk bij de M60 en M65). De Ambiorix run (voorlaatste manche van de Victors Cup) is een van mijn favorieten: selectief parcours met enkele serieuze beklimmingen, verhard en genoeg rechte stukken. Het was ideaal loopweer: 19° en praktisch windstil met de zon die namiddag van de partij was. Ik voelde me op voorhand al goed, en dat bleek ook tijdens de wedstrijd. Na een vlakke aanloop kwam de eerste helling er na 4 Km aan. Die verteerde ik goed, evenals de puist die we na 8 km te verwerken kregen. Ik herstelde telkens zeer vlug, waarna het tempo weer omhoog kon en zodoende dook ik op het einde nog onder de 4 min./km. Eerlijkheidshalve moet eraan toegevoegd worden dat het toen meestal bergaf ging. Met een gemiddelde van 4:05/km was dit zowat mijn beste wedstrijd van het jaar en al zeker rekening houdende met de moeilijkheidsgraad. Tenslotte mocht ik, tot mijn verrassing, nog het podium op als 3de bij de M55 (1ste M60).