Na het vorige, zware, weekend was ik klaar om de Kerkenloop te betwisten: een klassieker die al sinds 1997 op mijn agenda staat. Van al die edities miste ik er maar 1, namelijk vorig jaar (wegens mijn hielblessure). Mijn 25ste deelname was meteen een jubileeke en ook mijn 38ste wedstrijd dit jaar: een evenaring van 2016, toen ik er ook zoveel liep. Het parcours is sinds enkele jaren gewijzigd en er niet niet bepaald gemakkelijker op geworden met, naast de gebruikelijke bulten, ook heel wat onverhard. Samen met dochters Sharon en Darlene zakte ik af naar het frisse Kortessem (11°), doch het bleef droog. De start op de piste was snedig, maar ik moest ook niet te overmoedig worden en goed doseren want vooral de stroken onverhard kropen danig in de benen. Ik had verwacht dat het op sommige plaatsen drassig zou zijn en daarom (na lang twijfelen) niet mijn wedstrijdschoenen ondergebonden, maar wel mijn gewone trainingsschoenen. De snelheid ging er regelmatig uit en vooral rond halfweg op enkele hellende en schuine veldwegen. De opluchting was groot toen laatste 2 Km zich aandienden, want die waren lichtlopend en op het einde zelfs dalend richting finish. Daar kon ik versnellen en zo nog goede oude bekende, Guido (die ik enkele kilometers ervoor inhaalde), nog voorblijven. De tweede van mijn categorie was echter wel 6 minuten na mij. Met een gemiddelde van 4min.11sec./km mocht ik absoluut niet klagen. (1ste M65 en 30ste algemeen). Sharon liep de 5,1 km en was ook content met de 28 minuten die ze daarover deed.
Boomgaardloop Bommershoven (Borgloon). +/- 10,3 km
De trip van Hasselt naar Bommershoven verliep voorspoedig, zodat ik toch nog 10 minuten voor de start aanwezig was. Net op dat moment beëindigde mijn dochter Sharon haar 5 km, die ze in 29:13 liep. Knap resultaat op een zwaar parcours en ondanks weinig of geen trainingskilometers op de teller. Een heel andere sfeer als in DDH, maar daarom zeker niet minder gezellig. Met slechts 67 deelnemers namen we om 12u de start. Dit was de derde keer in 19u dat ik aan een wedstrijd begon en ik was dus benieuwd of & hoe ik deze opdracht zou overleven. De 2 vorige wedstrijden waren trouwens ook niet van de kortste (14,25 en 15,1 km), maar wel vlak). Ik startte heel rustig en liet me meedrijven, toch merkte ik algauw dat de benen nog vrij goed aanvoelden (alle omstandigheden in acht genomen). De eerste paar kilometers waren nog verhard, maar algauw kregen we gras en veldpaden voor de voeten geschoven en dit alles gecombineerd met stevige hellingen en gevaarlijke afdalingen. Die laatsten waren enkel al wandelend af te leggen en regelmatig werd er in jogmodus overgeschakeld. Ondanks al die obstakels en ook nog even verkeerd gelopen te hebben, kon ik toch nog opschuiven. De laatste Km ging hoofdzakelijk bergaf en die kon ik nog afleggen in 4 minuten, na een sprintje met Bruno. Uiteindelijk finishte ik als 1ste M65 in bijna 48 minuten (23ste totaal): dus zeker niet slecht met al dat off-road en 121 hoogtemeters 1 van de zwaarste wedstrijden die ik liep, dit jaar. Het eindklassement van het Helpshop criterium was al lang binnen, maar ik wou er een erezaak van maken om aan alle 16 manches deel te nemen (er is nog 1 te gaan, namelijk: Kortessem). Na afloop was er geen huldiging per categorie en het drinken van enkele Duvels hielp daar niet veel aan , dus gingen we maar naar huis.
Reeds 23 keer nam ik deel aan DDH, waarvan ik tussen 1992 en 2014 maar 1 editie miste. In 2010 nam ik namelijk deel aan de marathon van Brussel (en won dat BK bij de M50), die op dezelfde dag plaatsvond. Sindsdien liep ik er enkel in 2018, vooral omdat het BK marathon in Eindhoven steevast op diezelfde zondag georganiseerd werd. Sinds enkele jaren zijn de langste afstanden (15km om 10u en de 10km om 11u15) in de voormiddag geprogrammeerd. De 15K was tevens de laatste wedstrijd van de Victors Cup en om mijn goede uitgangspositie in het klassement te verdedigen, was het aangewezen om aan deze deel te nemen. Om op tijd te zijn voor de wedstrijd in Bommershoven (12u), had ik goede afspraken gemaakt met mijn vrouw, die me na afloop op een bepaalde plek zou komen oppikken en naar de deelgemeente van Borgloon brengen. Mijn oudste dochter & haar vriend (die respectievelijk de 10 en 15 km zouden doen) pikten me om 9u op, dus waren we ruim op tijd voor de start. Dat de benen nog kapot waren van gisteren, was te begrijpen, dus was het tempo ook navenant. Enkel tijdens de eerste km was dat nog aanvaardbaar, maar daarna was het harken om vooruit te geraken, ondanks de grote massa die normaal gezien stimulerend werkt. Na wat kris-kras doorheen Kuringen ging het via het kanaal terug naar Hasselt, waar de laatste paar km toch serieus begonnen door te wegen. Mijn hamstrings sputterden tegen, dus forceerde ik niets en finishte als 1ste van de 21 M65 (219/1751 totaal). Ik werd zelfs eerste M60 (wat me meteen ook de eindwinst in die categorie van de Victors cup opleverde) in een matige 1u04:46 (meer dan 6 minuten trager dan 5 jaar geleden!). Opdracht volbracht en enkele honderden meters verder wachtte mijn vrouw me op om me naar de volgende locatie te brengen. Is gek zijn gezond :):):)?
Dit weekend sta ik voor een uitdaging zonder voorgaande: ik had me ingeschreven voor drie wedstrijden! Vooreerst het Limburgs kampioenschap uurloop, en dan morgen Dwars door Hasselt en de Boomgaardloop in Bommershoven (Borgloon). Op zich niet zo abnormaal, ware het niet dat deze twee laatsten om respectievelijk 10u en 12u voormiddag starten. Het was 11 jaar geleden dat ik nog eens een uurloop deed. Een uur lang rondjes lopen op een piste is mentaal zwaar, maar omdat mijn conditie goed is, wou ik dit nog eens doen. Probleem was: het grote, jaarlijkste familiefeest vond terzelfder tijd plaats. Ik kon dat feest nog een uur of drie bijwonen, om dan stilletjes via de achterdeur te ontsnappen. Maar niet vooraleer iedereen te vertellen dat niemand dat mocht weten. Gelukkig vergezelde mijn vrouw me naar Lanaken, want zonder mijn trouwste supporter zou de motivatie een stuk minder zijn. Ik had me voorgenomen om het clubrecord op de uurloop (bij de M65) te verbreken, maar er was behoorlijk wat wind en vrij warm (22°). Dat laatste was niet zo een probleem, daar de helft van de piste in de schaduw gehuld was. Om dat record te pakken moest ik zeker rondjes van 1min.40 sec. draaien. Maar van bij het begin verloor ik telkens 1a 2 seconden per ronde, doch ik wou me niet forceren en hopen op beterschap. Maar als je halfweg al bijna een minuut achterstand hebt op het schema weet je dat het over & out is voor wat dat record betreft. Echter, na dat half uur begon het plots beter te bollen en, zoals meer gebeurt, voelde ik me hoe langer hoe beter. De snelheid ging omhoog en de laatste 5 km liep ik zelfs aan 4:06/km, maar het kalf was verdronken en ik strandde op slechts 75 meter! Als dat uur wat langer had geduurd, had dat clubrecord misschien erin gezeten. De Limburgse titel was binnen (de vierde op een maand tijd), al was dat niet moeilijk want ik was de enige M65. En een afstand van 14,25 km is ook niet slecht en een bevestiging van mijn goede conditie. Na afloop niet gewacht op de huldiging en vierklauwens terug gereden naar Spalbeek. Maar het feest was gedaan en de mensen waren bijna allemaal naar huis. Gauw nog enkele stukken pizza naar binnengewerkt, vergezeld van enkele biertjes. Of dat voldoende brandstof is om er morgen tweemaal tegenaan te gaan?
Met een gemiddelde van meer dan 80 km/week zou ik eventueel een Marathon aankunnen. Ik had me willen inschrijven voor het BK in Eindhoven, maar ik was te laat: bleek dat dit een maand voor de wedstrijd had moeten gebeuren! Wie begrijpt zoiets?! Maar goed, daar was ik niet rouwig om, mede omdat ik nog geen lange duurloop van >30 km heb gedaan (of gedurfd?). Bovendien doet mijn linkerhiel het goed, maar of dat ook zo zou zijn voor 42 Km? Zodoende focus ik me intussen maar op gewone wedstrijden en de twee klassementen (Victors Cup en Helpshop criterium). In beiden sta ik eerste in mijn categorie (respectievelijk bij de M60 en M65). De Ambiorix run (voorlaatste manche van de Victors Cup) is een van mijn favorieten: selectief parcours met enkele serieuze beklimmingen, verhard en genoeg rechte stukken. Het was ideaal loopweer: 19° en praktisch windstil met de zon die namiddag van de partij was. Ik voelde me op voorhand al goed, en dat bleek ook tijdens de wedstrijd. Na een vlakke aanloop kwam de eerste helling er na 4 Km aan. Die verteerde ik goed, evenals de puist die we na 8 km te verwerken kregen. Ik herstelde telkens zeer vlug, waarna het tempo weer omhoog kon en zodoende dook ik op het einde nog onder de 4 min./km. Eerlijkheidshalve moet eraan toegevoegd worden dat het toen meestal bergaf ging. Met een gemiddelde van 4:05/km was dit zowat mijn beste wedstrijd van het jaar en al zeker rekening houdende met de moeilijkheidsgraad. Tenslotte mocht ik, tot mijn verrassing, nog het podium op als 3de bij de M55 (1ste M60).
Nog nooit was ik present op de Maasrun, allicht omdat er rond die tijd andere wedstrijden plaatsvonden waar ik eerder de voorkeur aan gaf. Aangezien deze run ook als Limburgs kampioenschap doorging, koos ik voor de 10 km i.p.v. de 10 mijl. Ook dochter Sharon dacht er hetzelfde over, dus trokken we nog eens samen op pad. De start vond vond plaats in deelgemeente Smeermaas, dus was er busvervoer voorzien vanuit Lanaken. Dat alles maakte dat we al om 11 uur thuis vertrokken om op tijd te zijn voor de start om 13u15. Het heerlijke weer (zonnig en 20°) beloofden veel goeds, maar of mijn benen er ook zo over zouden denken? Drie dagen geleden deden we namelijk nog een lactaat test bij mijn club AC Alken, waar ik 5 reeksen van 1600 meter telkens sneller moesten afleggen. Die inspanningen hebben er toch zwaarder ingehakt dan ik gedacht had, toch wou ik ook nu voor een tijd van <42 minuten gaan. Maar dat zou nogal tegenvallen, want met 43 hoogtemeters was het parcours niet zo vlak als ik dacht. Kwam daar ook nog wat onverhard, U-bochten en een stuk langs het kanaal met tegenwind bij. De benen voelden niet aan zoals ik had gewild, toch ging het tempo ook nu weer omhoog naargelang het einde naderde. Nochtans was het in het centrum op de tanden bijten dankzij enkele vervelende stukken vals plat. Uiteindelijk finishte ik als 1ste M65 (40/195 totaal) in een matige 43:18 en mocht ik de zegebloemen in ontvangst nemen. Derde Limburgse titel op 3 weken: het had ook slechter gekund. De euforie achteraf was zo groot dat ik elke notie van richting kwijt was en de tegenovergestelde wou uit gaan richting parking. Als mijn dochter niet bij mij was geweest was ik nu nog altijd naar de auto aan het wandelen
Het was alweer zes jaar geleden dat ik nog eens deelnam aan het Limburgs kampioenschap 10 km op de piste. Toen (in Sint-Truiden) deed ik 40:09 over die afstand, zonder echt voluit te gaan. Voor zulk een tijd ben ik nu niet meer in staat, behoudens een klein wonder, en mijn doel voor vandaag was: onder de 42 minuten finishen. De 41:13, die ik een goeie 4 maanden geleden in Huizingen liep, evenaren zou bijgevolg al een heel succes zijn. Het was al gans de dag warm (25°), maar toen ik aan de slag moest in de late namiddag, was het bewolkt. Mijn jongste dochter (Darlene) was de enige supporter die me vergezelde, doch haar aanmoedigingen hielpen me vooruit want lopen op de piste is niet direct favoriete bezigheid. Vanaf het begin was de warmte voelbaar en het was al dadelijk zweten geblazen. De benen voelden niet al te fris aan: misschien nog niet helemaal gerecupereerd van de lange duurloop (22,5 km), die ik drie dagen geleden deed. Mijn grootste tegenstander was ikzelf want ik was de enige 65 plusser die deelnam. Dus moest ik me niet forceren en er enkel op letten dat ik mezelf niet voorbijliep. Dat gebeurde ook niet en, ondanks het op geen enkel moment echt vlotte, ging het tempo naar het einde toe geleidelijk omhoog met een laatste Km net onder de 4 minuten! Dat laatste was een opsteker van formaat, alsook het feit dat mijn linkerhiel het goed heeft gedaan. Ook over mijn 41:39 mocht ik niet klagen, al stond in de officiële uitslag 41:16 achter mijn naam?! Dus neem ik dat laatste maar voor waar aan, evenals mijn tweede Limburgse titel op zes dagen. En nu we toch bezig zijn, gaan we voor een drie op drie: afspraak volgende week in Lanaken op het P.K 10 km op de weg. Dit was overigens voor mij een jubilee, want ik liep vandaag mijn 700ste wedstrijd ooit! Het begon met 1 in 1991 (in Stevoort) en eentje in 1992 (Dwars door Hasselt). Toen kreeg ik de smaak pas echt te pakken & was ik vertrokken voor vele fijne loopjaren.
Deze wedstrijd is er nog zo eentje waarvan in sinds 30 jaar ettelijke keren aan de start stond, met o.a. drie keer de Halve Marathon: in 2010 (1u16:04), 2012 (1u19:36) en in 2016 (1u20:53). Die eerste was trouwens de snelste Halve die ik ooit liep. Een snelle tijd lopen was vandaag een utopie, want de thermometer wees maar liefst 32° aan! Dat deze editie (net als vorig jaar, trouwens), ook als Limburgs kampioenschap gold, maakte dat tactisch lopen de boodschap was. Opvallend veel deelnemers (149 finishers!) wilden de hitte trotseren. Ik liet me aanvankelijk meedrijven met een groepje, maar na 3 km liet ik dat gaan, wetende dat de weg nog lang was en me zeker niet wou vergalopperen. Dat was (al zeg ik het zelf!) een verstandige beslissing, want vanaf +/- halfweg liep ik heel wat atleten voorbij. Ik heb ze niet geteld, maar ik schat dat het er zeker meer dan 15 waren. Van de hitte had ik weinig last want ik voelde me hoe langer hoe beter en, mede gestimuleerd door het oprapen van zoveel lijken, ging mijn snelheid de laatste 5 a 6 km crescendo. De laatste km was zelfs even snel als de eerste en de laatste 300 meter liep ik zelfs aan 4:07/km! Dit was veruit de traagste (&heetste!) van de 51 Halve Marathons die ik ooit liep (1u36:54), maar wel 1 van de memorabelste. Als 1ste M65 mocht ik ook nog de Limburgse titel mee naar huis nemen. Mijn linkerhiel bezorgde me enkel rond halfweg wat last, dus daar zit precies beterschap in. Dit alles was reden genoeg om achteraf te vieren met enkele lekkere Achelse trappisten.
De 27ste editie en mijn 28ste deelname? Ergens moet een foutje in de telling geslopen zijn. Al kan het zijn dat de naam Brouwerijloop niet van in het begin gehanteerd werd. Feit is dat mijn eerste editie dateert van 1993. Op 19 september van dat jaar liep ik er de 5 km in 18:10 en werd 9de van de 62 deelnemers. Niet slecht voor een beginneling en wetende dat ik toen 9 kg meer woog dan nu, maar ook 30 jaar jonger! De dag ervoor had ik toen trouwens nog een stevige fietsrit van 115 Km afgewerkt en de dag daarvoor ook een tempoduurloop van 14 km aan 3:50/km. Van taperen had ik toen duidelijk nog geen kaas gegeten. Dat laatste hou ik heden wel in ere, al deed ik 3 dagen geleden nog een tempoloop van 9 km aan 4:10/km. Met een graad of 25 was het warm & zwoel, maar zodra de zon verdween was het aangenaam. Na een (te) snelle start voelde ik dat de benen niet al fris waren en ik moest harken om vooruit te geraken. Dat gehark kon ook te maken hebben gehad met +/- 40% onverhard, waaronder een smal single-trackje. Het was constant duwen geblazen en ik kon me handhaven in de buurt van Julie en clubgenoot David. Het was warmer dan ik dacht, want de zon kwam er af & toe door. Toch kon ik er op het einde nog een sprintje uitpersen en eindigde netjes tussenin mijn twee loopgenoten, in 41:20. Geen slechte eindtijd, vooral omdat het naar mijn gevoel trager ging. Bovendien mocht ik als 1ste M65 het podium op (24/81 totaal).
Lopen met een stok was tot op heden nooit een hobby van mij geweest en een aflossing deed ik ooit nog maar 1 keer (dat moet 12 a 13 jaar geleden geweest zijn). Bovendien zijn die korte hevige inspanningen niet zo op mijn slungelige lijf geschreven. Dat lichaam is meer gemaakt voor het langere werk, type marathon en dergelijke. Toch nam ik deel aan dit Limburgs kampioenschap, dat trouwens door mijn club ACA georganiseerd werd, om eens andere uitdaging aan te gaan. Veel volk op en rond de Alkense atletiekpiste, de weersomstandigheden waren dan ook ideaal: windstil, zonnig en 23°. Ik had me laten inschrijven voor 2 nummers: eerst de 4x400 mixed relay. De gemengde aflossing (2 heren & 2 dames) legde ik, samen met clubgenoten Stefaan, Charlotte en Bea af in 5:51 en 82 honderdsten. Dit betekent een gemiddelde van 3min.40sec. per km! Daar kan je al mee thuiskomen! Een dik uur later was het de beurt aan de 4x800 meter voor M65. Voor die afstand had ik mijn spikes aangetrokken en samen met Jos, Kris en Michel legden we de totale afstand (3,2 km) af in 13min.29sec. en dat was gemiddeld bijna 4:13/km. Niet slecht voor vier oude heren die niet lang na WO2 geboren zijn! Dit was goed voor de titel en een clubrecord (bij de M65 stond deze discipline nog niet in de annalen). Ik legde mijn 800 meter (als laatste) af in 3:03, wat 3:48/km gemiddeld betekende. Uiteindelijk was het een fijne ervaring en een uitdaging om eens uit mijn comfortzone te treden.