Het is me gelukt. Mensen die me menen te kennen bestempelen me vaak als een tikje autistisch. Ik heb moeite met verandering, verval steeds in dezelfde routines en hou vast aan wat goed is - of toch aan wat niet overdreven slecht is. Zo ook op werkvlak, waar ik intussen al bijna 8 jaar vastgeroest zit op mijn stoel. Niemand dacht dat dat ooit zou veranderen. Maar kijk, na al die jaren zeg ik Sint-Joost-ten-Node vaarwel. Ik zoek mijn heil ergens anders, namelijk in hartje Brussel, vlak aan de Sint-Michielskathedraal. Een moedige beslissing vind ikzelf, ook al is er misschien een spreekwoordelijke 'maar'. Critici van mijn niet-autisme zouden immers kunnen opwerpen dat ik niet echt veel keuze had, gezien ons hele kantoor bovenstaande verhuisroute volgt. Mijn journalistieke reflex bracht mij ertoe deze tegenstem hier een plaats te geven, maar trek vooral jullie eigen conclusies.
Het einde van Sint-Joost-ten-Node betekent ook het einde van de hoerenkoten van Rue d'Aerschot. Niet letterlijk weliswaar, zo'n grootgebruiker was ik nu ook weer niet. In elk geval wordt de tocht richting broodwinning niet meer opgeluisterd door dames van lichte zeden. Ontbreken verder voortaan op het appel: haveloze Oostblokkers, haveloze zwarten, haveloze Maghrebijnen en haveloze zigeuners. Stuk voor stuk creaturen die mij en mijn collega's willens nillens in de rol dwongen van productiefste arbeidskrachten van de buurt. Ook wij komen doorgaans uit ons bed gerold om met zo min mogelijk inspanning ons geld te verdienen, maar zij doen dat toch met nog net iets meer overtuiging. Hun plaats in het decor wordt nu ingenomen door drommen toeristen uit alle windstreken (toeristen van het tijdelijke type deze keer) en permanent serieuze mannen in pak en das. Twee weken na de verhuis durf ik nog altijd niet goed zeggen bij welke groep ik het meest aanleun.
Tot slot nog een woordje of, wie weet, we doen eens gek, een zinnetje over hét voordeel van de nieuwe locatie: een waaier aan broodjeszaken om in een deugdelijk middagmaal te voorzien. Over onze vorige broodjeszaak, de Venezia, waren de meningen verdeeld. De één vond de prijzen te hoog, de ander het brood te variabel van kwaliteit, nog een ander klaagde over de verschrikkelijk lange wachttijden... Allemaal hadden ze wel een punt. Het belang van het doorbreken van hun monopolie mag dus niet onderschat worden. Na bijna acht jaar intense strijd heeft het volk gewonnen! Van gemiddeld 4 bezoekjes per week is mijn aantal de laatste twee weken spectaculair gedaald naar gemiddeld 0. Niet slecht voor een 'autist', dacht ik zo, ook al gaat het hier om een autist die echt wat te ver van de Venezia woont om er 's middags bijtijds te geraken. Het zijn harde tijden.
|