Deze blog moet dringend terug in gang gezet worden. Het Belgische wielerseizoen kan dus maar beter officieus van start gegaan zijn, kwestie van een goeie aanleiding te hebben. En jawel hoor, van start ging het. Na maanden van winterslaap en warmdraaien in het verre Midden-Oosten is het terug tijd voor de koers. Sprinten tegen de hellingen, dokkeren over de kasseien, beuken tegen de wind, het hoort er allemaal bij voor het wielergild. De eerder passieve wielerliefhebbers, waartoe ik behoor, kunnen zich dan weer beperken tot het zitten in de zetel. Een duidelijke rolverdeling is immer van groot belang, zo niet zal je altijd zien dat het in het honderd loopt.
De eerste voorjaarsklassieker heb ik nochtans niet in de zetel doorgebracht. Terwijl Sep Vanmarcke tot verbazing van iedereen Tom Boonen te snel af was, waste Forza Mechelen B kinderlijk gemakkelijk het varkentje FC La Folie. 5-1 werd het, wat contradictorisch genoeg de afgang in de heenmatch (zie de blog van 17-10-2011) postuum nog pijnlijker maakt. Ook de volgende zaterdagen zal mij eenzelfde lot beschoren zijn: thuiskomen na de match en meteen zenuwachtig de wondere wereld van teletekst verkennen. Nu wil ik wel toegeven dat teletekst zijn status van meest futuristische informatiemedium al even kwijt is, maar voor mij heeft het nog niks van zijn magie verloren. Pagina 400 consulteren en één seconde later wordt duidelijk wat het resultaat is van 200 kilometer wroeten en afzien. Ik blijf dat fascinerend vinden.
In deze tijd van het jaar dwalen mijn gedachten ook regelmatig nog eens af naar de jaren dat mijn broer koerste. Alles en iedereen in het ouderlijke huis van Tsigalko stond toen in het teken van het wielrennen. De huiscoureur moest en zou in de allerbeste omstandigheden aan de start gebracht worden. Heel veel rijst met kip gegeten toen. Uiteindelijk zou het drie overwinningen, de titel van vice-kampioen van Limburg en ontelbaar veel dichte ereplaatsen opleveren. De stille droom van een profcarrière is nooit bewaarheid, maar desondanks waren het mooie namiddagen van hoop die we altegader in zo ongeveer elk Belgisch gehucht gesleten hebben. Het belang van de uitvinding van het wiel mag nooit onderschat worden.
|