2012 lijkt op meerdere vlakken een plotsklapse verandering in te luiden, die ik nog wil accentueren door voor het eerst op hetzelfde moment twéé blogs te lozen. Dat is één of zelfs twee meer dan normaal. Helemaal in lijn met dat verdomde 2012. Neem nu de treinen dit weekend. Ze reden op tijd, hahaha. Nee, even serieus nu. Ik pendel al tien jaar in het weekend tussen Leuven en Bilzen, en nooit is het tot een gesprek gekomen met meisjes op de trein. Om te beginnen vind ik dat geen plaats om kennis te maken met nieuwe mensen, terwijl de rest van de coupé toekijkt en toehoort. En daarbij wil ik op de trein gewoon lezen en moet voor de rest iedereen zijn bakkes houden. Zaterdag dacht een niet geheel onaantrekkelijk meisje daar anders over. Ze sprak me aan over iets treingerelateerd en bleef vervolgens maar kletsen over vanalles niet-treingerelateerd. Door op een goed half uur tijd twee keer een zin te beginnen met "Ik ben gene racist, maar..." heeft ze in elk geval afgedaan. Niet omdat ik zo politiek correct ben, wel omdat pseudo politiek correct taalgebruik me doet overgeven. Zinnen als "Ik ben een racist hoor, van mij mogen alle Marokkanen op de brandstapel" zouden tenminste van een verfrissende invalshoek getuigen.
Dan toch liever het meisje waarmee ik op zondag in gesprek raakte. Ten eerste omdat zij ervan afzag bovengenoemde zin in haar fraaie mondje te nemen. Ten tweede, ten derde, ten vierde en ten oneindigste omdat dit bewuste meisje al eerder in mijn blog figureerde, op 18 september vorig jaar. Zij is het mooiste meisje ter wereld, tenzij ik haar hier zit te verwarren met een andere treinreizigster. In elk geval, een verdacht vroege trein in Bilzen (trouwens bedankt daarvoor, NMBS) noopte haar ertoe de debatten te openen. We spraken wat meer dan strikt noodzakelijk was, wachtten samen op onze aansluiting in Hasselt en zij besloot nadien om tussen Hasselt en Diest haar goddelijke verschijning recht tegenover de mijne neer te vlijen. Eigenlijk leken we in alles al op een getrouwd koppel. Enkel haar naam was tot het laatste ogenblik een hiaat in ons huwelijkscontract. Dus ik vroeg haar naar haar naam, waarop zij antwoordde met haar naam. Dat leverde dankbare inspiratie op voor de titel boven dit stukje, die zonder concurrentie de meest relevante woordspeling aller tijden vormt.
|