In het boekje over Eggewaartskapelle door Antoon Lava in 1974 staan veel merkwaardige zaken over mijn mooie dorpje. Zo ook de weergave van een soort vervloeking voor wie een boekje, eigendom van de familie David, zou stelen of zo.
De tekst :
Dezen behoort toe aen mij Norbertus David die dezen boek vindt ende wederom bringt, hij zal hebben voor zijn loon een bourse vol appelschroon en heeft hij daarmee niet genoeg me zullen hem stellen aen den ploegh en slagen geven genoeg!
dezen 5 Xbre een duyst seven hondert vijf en negentig. joannes norbertus david woonachtig tot Ascappeloek
Wat appelschroom precies kan betekenen is me niet meteen duidelijk, of toch? Misschien zijn dit appelschillen? In ons dialect zeggen we immers : 'we gaan een appel schroon', schillen dus... en 'appelschroon' zijn dus appelschillen. Dit geschenk voor de eerlijke vinder blijkt inderdaad niet veel soeps, maar het alternatief is nog minder interessant!
Joannes David was een voorname landbouwer in Ascappel (= Eggewaartskapelle).
In andere boeken vinden we heel af en toe nog andere teksten in die aard, met vooral nadruk op wat er gebeurt als je een gevonden boek NIET terugbezorgt aan de rechtmatige eigenaar.
In een volgende blog zal ik het hebben over een vervloeking vooraan in een zestiende-eeuws boekje over de Duivel!
Wat een heisa rond het al dan niet zwart mogen zijn van Zwarte Piet. Wat ook vroeger aan de oorsprong van de keuze van een zwarte als gezel van de Sint kan geweest zijn, Zwarte Piet is gewoon deel van onze folklore.
Persoonlijk vind ik het erg dat in ons land het allochtonen zijn die ons hier de les gaan spellen. Het zijn gewoon relschoppers die zich niet willen aanpassen aan de cultuur in België. In Nederland is er nog méér herrie, nog meer onnozelaars die zich niet kunnen aanpassen in West-Europa.
Wie zich niet kan aanpassen aan onze cultuur, keert misschien best terug naar het land waar hij hoort te zijn. De welvaart die onze voorouders opbouwden wordt opgesoupeerd door mensen die hier niet thuishoren, gelukkig voor hen zijn er de sossen die graag Sinterklaas spelen met een ander zijn centen.
Het lijkt er heel sterk op dat vooral de advocaten pret beleven aan het feest met de Sint...
Bladerend in het uiterst interessant boekje over de geschiedenis van Eggewaarts (door Antoon Lava, 1974), verneem ik dat er precies 100 (HONDERD) soldaten begraven werden in ons dorp gedurende de eerste wereldoorlog. Nadien werden ze herbegraven oa in Adinkerke.
Nu ligt er nog één Belgische soldaat, Casier geboren te Beselare. En daarbij nog een Fransman. En enkele piloten verongelukt in WO II. Daarmee zou dit het kleinste militaire kerkhof zijn...
In Passendale was er vandaag weer een boekenmarktje met boeken uit WO I. Ik ben er zelf jarenlang met veel plezier standhouder geweest. Heel veel bezoekers, meestal erg kooplustig. Maar plots werd de sfeer er grondig verpest door een wilde snoeshaan die alle koopjes voor zichzelf opeiste. Een onverbeterlijke betweter. Nogal agressief, hevig met de ellebogen werkend... Iedereen had er last van maar enkele dorpsgenootjes van hem, wellicht bang voor deze 'rijzende ster', lieten lijdzaam begaan... Ik zal hier geen namen noemen anders krijg ik (weer) onder mijn voeten van een wild krijsende lelijke domme vrouw... Ik heb niets tegen domme vrouwen hoor maar ik mijd alle conflict met hen want uiteindelijk moet je toch vluchten voor zoveel dwaze praat...
Mij daar dus niet meer gezien (lett. en fig.), maar mijn medeleven gaat elke 11e november weer uit naar de vele slachtoffers van mentaal en verbaal geweld in het anders zo vredig geworden Passiondale.
Elk jaar opnieuw denk ik terug aan de uiterst sfeervolle Sint-Maartensviering vroeger in Eggewaartskapelle. Wellicht volgens een unieke formule. Sint-Maarten en Zwarte Piet die in de pastorie op de zolder 'zaten' en dan via de houten trap naar beneden kwamen waar héél het dorp de H. Man opwachtte in de grote pastorietuin. Dan stapt de Sint langs de voorgevel naar de zijkant van de pastorie, buigt het wijze gemijterde hoofd wanneer hij door het sierlijke stenen toegangspoortje stapte en sprong op zijn paard. Vandaar in stoet, begeleid door de vele kinderen met uitgeholde koe- en suikerbieten waarin een kaarsje brandde. Dan naar het schooltje waar allerlei 'zottigheid' naar het hoofd van de stoute kinderen geslingerd werd. De schooljuffen lichtten de sint namelijk vooraf in omtrent de 'daden' van de kinderen : 'Die eet zijn soep niet uit, die plaagt de anderen, die komt te laat op school soms...' enz. De sint kon alles lezen op spiekbriefjes die hij in een groot kerkmissaal verstopte. De kinderen verstonden er zich niet aan hoe de Sint dit allemaal wist... Maar goed, na enkele vermaningen of positieve opmerkingen kreeg iedereen een grote zak snoep!
Dit feest had telkens plaats op de vooravond van 11 november. Ik kan me niet inbeelden dat Sint-Maartensfeestjes in andere dorpen even leuk kunnen geweest zijn!
De tijd vliegt echt snel : weeral een jaartje voorbij. Maandag laatstleden was er zoals elk jaar een mis voor de overledenen en ook voor de gesneuvelden van beide wereldoorlogen. Nadien gezellig samen tafelen in het restaurant te Zoutenaaie.
Bij het binnenkomen van de kerk kregen we een boekje om de dienst te kunnen volgen. Meteen keek ik naar de plaats waar de overledenen van het afgelopen jaar vermeld waren. Acht personen!!! Ik dacht aan één persoon uit Zoutenaaie en een vroegere buurvrouw uit Eggewaarts. Maar het lijstje was dus viermaal langer... allemaal mensen die vroeger in ons dorp woonden of huwden met iemand van de 'onzen'.
Ik was benieuwd welke priester de mis zou komen doen. Elk jaar een ander??? Vorig jaar was het deken Frans Essel, maar die is intussen met pensioen. Nu was het Frans Terry, een oude (!) bekende van mij. Hij gaf les in het college van Veurne. Alhoewel ik persoonlijk geen les gekregen heb van hem ken ik hem wel redelijk goed. Vooral van de strafstudie... strafstudie krijgen van hem was niet bepaald een straf... de hele tijd hielden we hem voor de gek, en we 'gooiden' inkt op zijn blauwgrijze stofjas, dit door met ons vulpen gooiende bewegingen te maken. Die stofjas zag er niet meer uit na een uurtje inktgooien... en na twee uur was het écht gieren!
De man houdt veel van poëzie en tijdens het praten articuleert hij eerder overdreven, om toch maar correct 'schoon Vlaams' te klappen. Mij stoorde dat overdreven gearticuleer enigszins, het kwam nogal verwaand over, maar goed, de man zette zich honderd procent in voor zijn studenten. Ook is hij nogal verstrooid. Wanneer een dame (Paula) hem wil komen helpen bij het uitdelen van de communie, staat ze ongeduldig met opengevouwen handen te wachten om de communie te krijgen, een hostie dus. De priester is verstrooid en ziet haar (letterlijk) niet staan. Paula wordt ongeduldig en fronst grappig de wenkbrauwen en kijkt van 'Gaat het nog lang duren?' De meeste misgangers let niet echt op (zoals gewoonlijk) en heeft niets in de gaten. Ik wel, grappig! Plots kijkt de priester naast zich en ziet de geopende handen van Paula, nu fronst hij de wenkbrauwen en kijk van 'Jezus, oeps, vergeten!' en geeft een hostie aan de dame, die opnieuw met de ogen doet van 'Eindelijk, hij heeft me toch gezien nu!'
Heel veel volk is er niet, misschien tachtig of honderd personen. Het zouden er véél meer moeten of kunnen zijn, maar goed alle beetjes helpen! Eentje hoorde er echter helemaal niet thuis! Pinockio! De grootste roddelnonkel van het dorp, een echtbreker bovendien. Aan de andere kant... niemand die meer bekering nodig heeft... In zijn onmiddellijke omgeving dook een lelijk oud vrouwtje op, zo eentje dat nooit zo oud zal worden als ze er nu 'uitziet'... Ontzettend, wie heeft zo'n creatuur op de wereld kunnen brengen? Een echt mysterie!
Na de viering het nationaal en Vlaams volkslied. En dan naar Zoutenaaie. Onderweg zie ik dat één van de zes huizen van Zoutenaaie verdwenen is. Het huis van de familie Carpentier. Onlangs overleed weduwnaar Urbain Carpentier en één van de zonen gooide heel de boel plat om er een nieuwe woning te bouwen. In totaal zullen er dan weer twee boerderijen en drie huizen en een restaurant zijn.
Eerst lekker aperitieven. Elk jaar opnieuw zijn er enkele mensen die ontbreken. Mensen die hier vorig jaar waren en nu verstek geven. Ofwel omdat ze overleden zijn... logisch dat ze niet meer te zien zijn. Ofwel mensen die in rusthuis gingen wonen afgelopen jaar of niet mobiel zijn en geen vervoer hebben. Mensen die op vakantie zijn. Weinig jonge gezichten, ik denk dat ik met mijn 43 lentes hier de allerjongste ben. Het is natuurlijk 'werkdag' maar ik neem graag 'verlof' voor Eggewaarts-kermis.
Focus-tv arriveert en wil vanavond in het nieuws wat beelden nemen van wat het laatste grote feest is in de feestzaal te Zoutenaaie. Hopelijk vindt de eigenaar een overnemer. Vraagprijs is slechts 650 000 euro, heel schappelijk voor zo'n groot pand met weids (!) uitzicht en met een kleine 2000 vierkante meter grond. Eerst een groepsfoto in het grasveld, met zicht op de hoeve Kinget. De oud-Eggewaartsnaars en oud-Zoutenaaienaars drummen om vooraan op de foto te komen. Iedereen wil vooraan staan en na een kwartier duwen en drummen staat iedereen in één grote gesloten kring! Hoe moet je daar nu in hemelsnaam een foto van nemen? Een opname van 360 graden misschien, zoals op de foto die gemaakt werd tijdens het pausbezoek te Ieper? Die foto was tot voor kort nog te bewonderen in de kathedraal van Ieper. De fotografe van het Wekelijks Nieuws staat op een stoel op het gras en ziet er geen doen meer aan... Dan trekt de dame des huizes naar het eerste verdiep en de fotografe laat iedereen in dezelfde richting kijken en klaar is kees...
Dan terug naar binnen voor het middagmaal : kalkoengebraad met frietjes en sla en tomaten. Iets wat iedereen lust. Daarna lekker gebak en koffie. Met koffieklets. Héél leerrijk telkens : enkele uurtjes babbelen met oudere mede-ex-dorpsgenoten. Ongelooflijk wat deze mensen allemaal meemaakten en realiseerden. Eenvoudige mensen met een leven vol werken maar ook genieten. Wanneer alle koffie opgeslurpt is wordt het tijd om afscheid te nemen.
Een groot feest zou je denken? Jaja normaalgezien wél natuurlijk... Maar veel reden om feestvieren zit er natuurlijk niet in. Misschien volgend jaar : 20 jaar echtscheidingsellende? Ook niet echt iets om te vieren!
De tijd vliegt enorm snel. Op 26 augustus 1944 werd mijn teergeliefde moeder geboren in het kleine mooie lieflijkogende (!) dorpje Beveren-aan-de-Ijzer. Haar ouders runden er een mooi en groot landbouwbedrijf. Maar al gauw was er heel wat kommer en kwel... de jonge moeder werd ziek en moest enkele jaren later haar twee spruiten achterlaten in dit aardse tranendal... In 1950 vertrok deze liefhebbende moeder naar de hemel... De weduwnaar, mijn grootvader hertrouwde, maar wel met de voorwaarde dat eventuele volgende kinderen gelijkwaardig zouden behandeld worden als de twee weesjes...
De geschiedenis wees uit dat onrechtvaardigheid en wreedheid overal voorkomen... Veel meer uitleg kan ik hier niet geven maar om een lang en vreselijk verhaal kort te maken : het levenspad van mijn moeder ging niet bepaald over rozen... Een héél boek kan hierover geschreven worden... het is niet ondenkbaar dat dit ook ooit gebeuren zal want de waarheid heeft zijn rechten.
Op vierentwintigjarige leeftijd (1968) treedt mijn moeder in het huwelijk met een landbouwer uit het Veurnse. Het gaat om échte liefde (zeker vanwege moeder). Ze krijgt drie 'wolken' van kinderen (al zeg ik het zelf...) : drie flinke zonen. Maar na een grote twintig jaar komt abrupt (?) een einde aan het 'geluk' op de grote boerderij in Eggewaartskapelle!!! De boerin van 50 is afgeschreven blijkbaar en gaat gedwongen in ballingschap.
Tot op vandaag verblijft ze in ballingschap, hoop op de oogst van wat zij zoveel jaren trouw gezaaid heeft...
Gelukkig mag ze op de onvoorwaardelijke liefde en steun rekenen van twee van haar zonen (van de rest zal ik wijselijk zwijgen). Eigenlijk verdient ze een standbeeld!
We moeten niet klagen want de weermannen hadden het voorspeld : massa's regen en soms opklaringen! Maar die mannen zijn er vaak helemaal naast... en dus trok ik vol goede moed naar Damme. De eerste uurtjes was er geen vuiltje aan de lucht, figuurlijk toch niet. Wel heel wat wolken.
Veel standen op de boekenmarkt, wat beter niveau dan anders, wat echter niet wil zeggen 'goed' niveau. Jammer dat vele standhouders niet wat méér moeite doen om écht tweedehandse boeken te zoeken, waardevolle boeken dus. Enkele standhouders kwamen vandaag voor het eerst en sommigen hadden wel enkele interessante boeken bij. Altijd leuk om een ontdekking te doen, een boek te vinden waar wat winst in zit. Zolang je op je gemak kan snuisteren natuurlijk. Tot mijn onaangename verrassing was Roomule daar weer. Waarom hij altijd zo rood (in het gezicht) aanloopt weet niemand... een slecht karakter misschien, haat en nijd (=zeker), een teer hart (neen, zeker niet!). In elk geval, R. drong zich, zoals gewoonlijk, overal op om de mooiste 'batjes' te vinden. Elke standhouder op de boekenmarkt in Damme heeft een hekel aan hem, omdat hij alles voor zich wil, zoals 'Alexander, alles voor zichzelf en niets voor een ander!).
Pfft, moest je dat gezicht zien, als hij zag dat hij toch niet overal als eerste bij was! Een kwatong beweerde vandaag dat hij 'met niets in orde is', wil dat dan zeggen dat hij geen btwnummer heeft? Dat kan ik me moeilijk inbeelden want elk weekend is hij op allerlei markten te zien met een grote stand met mooie boeken. Ongetwijfeld maakt hij veel meer omzet dan professionele belastingbetalende antiquaren zoals ik... Niet dat ik jaloers ben hoor, zélf ben ik ook begonnen met boeken verkopen op rommelmarkten allerlei. Maar niet op grote schaal zoals bovenvermeld sujet! En van zo'n mooi camionette kan ik enkel dromen... zo'n 'bak' kan ik me niet veroorloven, enkel met een veel grotere omzet zou ik me zoiets kunnen veroorloven.
Rond de middag begon het te regenen. Gelukkig had ik extra plastic zeilen mee want de boekenkraampjes zijn echt onvoldoende afgeschermd tegen regen. Elke keer als het regent is het weer doffe ellende : schade aan boeken door de regen en door bezoekers met natte paraplu's. Vlug monteerde ik wat zeilen rondom mijn boekenstand maar even later bleek dat ik de zaak verkeerd had aangepakt. Enkel als je het volledige boekenkraam met heel grote zeilen overdekt zijn je boeken enigszins veilig voor alle nat. Intussen de hele tijd druppels verwijderen van mijn boeken en wachten op klanten.
Veel kopers waren er niet. Een historicus uit het legermuseum, die ik al een tijdje niet meer gezien had, kwam goeiendag wensen. Ook andere mensen die ik enkel in Damme zie, nooit in de winkel. Enkele mensen waren heel gelukkig bij mij een boek te vinden dat ze al jarenlang zochten. Eentje vroeg een korting want het stond bij een collega aan de zelfde prijs... bij iemand die altijd loopt te zeuren dat mijn prijzen 'veel hoger liggen dan bij haar'... Neen dus!
Ook kwam er een ventje van zijn neus maken... Blijkt dat hij hoorde van enkele mensen dat ik geruchten rond zou strooien dat hij losse handjes heeft, lange vingers dus... Tja wat moet ik daar op zeggen? Als ik van collega's zo'n dingen hoor... Als ik met eigen ogen héél ongewone zaken waarnam een tijdje geleden, héél ondubbelzinnige handelingen... Als ik... Ja, dan kan ik enkel het volgende zeggen : gasten brengen altijd vreugde aan, is't niet bij het komen, dan bij het gaan'! Om zijn woordje kracht bij te zetten vervolgde hij nog : 'Ik geloof dat je mij nog niet goed kent, let maar op of je gaat mij héél goed leren kennen!' Hoeft het gezegd dat ik niet sta te springen om hem nog beter te leren kennen??? Ik kies mijn vrienden nog altijd zélf, laat dat duidelijk zijn! En dat hij maar vriendjes zoekt onder zijn eigen soort...
Enkele dagen geleden wou ik op bezoek gaan bij een nonnetje dat ik heel goed ken vanuit mijn seminarietijd. Een schat van een vrouw, één van de 'schatten van de Kerk' zoals mgr Desmedt destijds altijd zei. Mijn winkel gesloten toog ik op tocht, het was een flink eindje wandelen.
Aan het klooster is een rusthuis verbonden, alhoewel... gezien de eerbiedwaardige (hoge) leeftijd van de gepensioneerde nonnetjes mag je eigenlijk het omgekeerde zeggen : een klooster verbonden aan een rusthuis. Om binnen te komen moet je op de bel drukken en gezien het al achttien uur dertig was diende je op de 'nachtbel' te drukken. Na wat wachten 'ging' de zoemer en kon ik de deur van het rusthuis openduwen. Ik vroeg een personeelslid waar ik 'mijn' zuster kon vinden. In de kapel dus, ik had al zo'n vermoeden, want deze godgewijde maagden (of gewaagde meiden?) brengen een groot deel van de dag al biddend door. Bidden ook ipv de mensen die zelf geen tijd (of zin) hebben, bidden voor de hele wereld dus. Aan de kapel gekomen zie ik door de gekleurde glazen deuren dat de zusters aan het bidden zijn. Het personeel zei dat ze daar al een tijdje 'zaten' en dat ik 'even geduld' moest hebben.
Natuurlijk kon ik de zusters gaan vervoegen in de kapel maar ik wilde hun gebed niet verstoren of zo. Ze zijn niet veel gezelschap gewoon in de kapel, behalve dan enkele bejaarden die willen meebidden. En natuurlijk is er wel heel wat meer volk tijdens de misvieringen in het weekend en zo.
Ik dus wachten op de gang. Eventjes verder zag ik enkele rolstoelgebruikers zitten in de dagzaal. Om de 'ouden van dagen' wat gezelschap te bezorgen kunnen ze de dag samen doorbrengen in een grote zaal, 's middags eten ze daar en daarna is er gelegenheid voor ontspanning zoals gezelschapspelletjes en babbelen met elkaar.
Ik ken dit rusthuis heel goed want jaren geleden nam ik deel aan een 'caritaskamp' hier. Een groepje jongeren die een week lang zorgt voor extra aandacht voor de bejaarden door allerlei activiteiten te organiseren. Ook op bezoek gaan in de kamers zélf werd meestal heel erg gewaardeerd. Veel bejaarden hebben immers weinig bezoek als ze geen familie of vrienden hebben 'extra muros' (buiten de muren van het rusthuis bedoel ik hiermee). Ik herinner me de Vlaamse volksspelen. Een oud priestertje, EH Leopold Grymonprez, steelde de show door zijn enthousiasme. Bijna honderd jaar en in rolstoel maar héél kwiek. Ook was er een priester Vanmassenhove, een ernstiger type. Beiden genieten intussen van de Eeuwige Rust sinds jaren... Toen ik hier een weekje 'meedraaide' was ik eigenlijk net enkele dagen 'buitengebonjourd' uit het grootseminarie (voor de duidelijkheid : de eerste van twee malen dat ik de (voor)deur gewezen werd!). Ik wist toen van geen kanten waarom ik 'buitengevlogen' was... een échte zware klap die ik eerlijk gezegd nog altijd niet helemaal heb verteerd... Maar goed, ik was dus héél aangeslagen en mijn eerste idee was : al de engagementen die ik in de grote vakantie zou doen, last ik af, want buitengesmeten wil zeggen : kappen met heel die boel!!! Maar die ene brave Zuster drong aan om toch maar deel te nemen aan dat caritaskamp : het zou me wat afleiding geven en intussen kon zij toezien hoe ik die tegenslag verwerkte... Het werd een heel mooie week!
Eén negatief puntje echter was toen ik tijdens die week op een middag uitgenodigd werd door de aalmoezenier, we zouden samen middagmalen. De priester stelde wat vragen over het seminarie, en besloot toen heel zelfverzekerd 'dat ze wel een héél goeie reden moeten gehad hebben om mij buiten te gooien!' Wat een lomperik! Ik stond recht van tafel en antwoordde : 'Meneer de aalmoezenier, je bent gehersenspoeld door bepaalde confraters! Leer een eigen en eerlijk oordeel te vellen voor je iemand zijn zaligheid vertelt! Ik zoek nu beter gezelschap op om mee te gaan tafelen!' Verschillende malen zocht hij tijdens die week nog contact maar voor mij was hij vanaf toen 'lucht' geworden. De laatste dag van dat caritaskamp moest ik de mis dienen. De Zuster zei dat mgr Vangheluwe, die zelf vroeger aalmoezenier geweest was in dit rusthuis, de mis zou voorgaan, geassisteerd door de aalmoezenier, en dat ik niet te veel wierook mocht maken, dus niet te veel rook... Maar... dat was dus buiten de waard gerekend, ik strooide rijkelijk wierookkorrels op de gloeiende kooltjes... Jammer genoeg moest ook de bisschop er aan geloven, de twee priesters hoestten als gek en even later gleed de rookwolk richting rusthuisbewoners zodat er nog veel meer gehoest werd als gewoonlijk... Een wolk, misschien enigszins te vergelijken met, maar gelukkig (minder) dodelijk dan die gaswolken (gifgas) die traag over de velden naderden naar onze soldaten in de loopgraven in het Ieperse tijdens WO I. Op de duur kon je de achterste mensen in de kapel niet meer zien zitten...
En waar waren we intussen gebleven, ik bedoel waar was ik gebleven? Oja, ik wachtte dus aan de buitenkant van de kapel. Het altaar stond vol kaarsjes, ook voor het OLV-beeld stonden er heel wat. Het was nog steeds muisstil in de kapel, meditatie dus. Plots hoorde ik muziek en er werd gezongen, en verder beurtelings muziek en gebed... En het bleef maar duren, té lang voor een avondgebed, naar mijn bescheiden menig.
Intussen mocht ik meegenieten van het rust-huis-leven. Een personeelslid herkende me nog van dat jongerenkamp van toen en zei me dat dit niet meer georganiseerd werd omdat de mensen die tegenwoordig in een rusthuis gaan wonen bijna zonder uitzondering zwaar zorgbehoevend zijn. Dus gedaan zoals vroeger, toen je als kwieke zestiger of zeventiger lekker op 'hotel' kwam hier. Neen de mensen zijn meestal niet meer mobiel, velen zijn ook dementerende zodat je hen niet echt kan plezieren met lawaaierige en drukke activiteiten. Jammer maar ik begrijp het. En natuurlijk is het ook zo dat het vandaag veel moeilijker geworden is om nog jongeren te vinden die gratis een weekje van hun vakantie willen 'opofferen'. Een van de meer mobiele mensen komt op het personeelslid af met een klacht : ze willen een andere tafel 's middags in de zaal want haar 'buren' zitten met hun handen in haar bord te 'potelen'... Ook gooien de buren soms met stukjes aardappel en zo... Er wordt een andere zitplaats beloofd. Eén voor één worden de hoogbejaarden met rolstoeltjes van de dagzaal naar hun kamer gebracht. De laatst overblijvende dame heeft echt last van verlatingsangst want ze vraagt elke dertig seconden : 'En ikke té? En ikke té?' Ik beloof haar bij haar te blijven tot ze haar komen halen (in de betekenis van : naar haar kamer zullen brengen,niet tot ze haar van Hierboven komen halen he...!). En daarna wordt het rustig. Tot ik een paniekerige mannenstem (op eerste verdiep) hoor smeken : 'Allez kom me helpen! Ik weet dat je daar bent!' Denkt hij dat ze hem van Hierboven spoedig komen halen? Verbeeldt hij zich dat de Man met de Zeis hem wenkt? Dat hij binnenkort 'het hoekje om gaat'? Neen, het is wellicht een dementerende man die op de gang rondwaart... Ik wil wel maar durf niet te gaan kijken want ik zal hem toch niet kunnen helpen. En wat zou het personeel wel niet denken als een wildvreemde zich gaat moeien met hun werk...
Het wachten blijft duren... en ik krijg grote honger! Ik open de kapeldeur wat om te luisteren naar wat er gebeden wordt... misteksten, er is dus een gebedsdienst bezig die de H. Mis vervangt. Het personeel zei me bij het binnenkomen eigenlijk al 'de zusters zijn naar de mis', en ik dacht dat ze 'avondgebed' bedoelden want veel mensen kennen het verschil niet tussen de twee... Daarom dus dat het altaar zo speciaal verlicht is en daarom dus dat het zo lang duurt. Ik besluit nog wat te wachten... maar dan werd ik een rare geur gewaar... Een verzorgende opende een deur wat verder op de gang en was een karretje aan het leegmaken. Pampers blijkbaar, tweedehandse... om het duidelijk te stellen... Pff, grote honger hebben en dan .... Nu werd het mij te veel, die hoge temperatuur daar in de gang en al de rest... ik had er stilletjes aan genoeg van en voor ik een appelflauwte zou krijgen of ik dreigde zélf daar in één of ander kamertje te belanden, koos ik het hazenpad. Ik keer later wel eens terug!
Heel dat gezever bij Marcel Vanthilt, een man die zijn naam niet gestolen heeft... Hypnose in Blankenberge. De Marcel weet op de duur wellicht niet meer van welk hout pijlen maken. De meest onnozele gasten worden opgetrommeld om de tvkijkers en de toeristen bezig te houden. Past wel bij het imago van Blankenberge, wat de burgemeester daar ook mag beweren... Veel meer dan platte commerce vind je daar gewoon niet!
Vandaag zag ik die pezewever zijn kunstjes opvoeren... Hij zocht duidelijk labiele onderdanige typetjes die graag eens in beeld komen. Mensen die zich écht niet wilden laten beinvloeden, daar had hij ook geen vat op! Voor mijn part een idiote vertoning om Blankenbergertjes bezig te houden...
Maar... er bestaan nog veel ergerlijkere vertoningen voor wie gek is op hypnosestuntjes!!! Zo zegt men dat in de rechtbank in Veurne, beter bekend als 'het Huis van Wantrouwen' heel wat van die tovenaars zitten. Tijdens héél ernstige rechtszaken zouden échte hypnotiseurs vuile spelletjes spelen. Zeker als men vreest een rechtszaak te verliezen omdat men heel goed beseft zwaar in de fout te zijn gegaan. Als er recht zou gesproken worden dan zijn die vooraf al zeker dat ze hun straf niet ontkomen zullen!
Mààr! Als je goed toneel kan spelen... de arme sukkelaar uithangen door een oud versleten hemd aan te trekken, pijnlijke grimassen trekken dus 'de Pierrot uithangen'... 'Kriepen' als een konijn... naar je hart grijpen en 'wanhopig' roepen naar je vrouw voor die pilletjes voor je hart... Wat een comedie! Of... telkens als een getuige tegen jou wil spreken, de keel schrapen zodat de getuige zijn mond niet meer durft opendoen... De getuigen strak in de ogen kijken zodat ze wegkruipen van angst... Jaja in Veurne gebeurt dat allemaal!
Natuurlijk zou de rechter al deze truukjes onmiddellijk moeten kennen en die snoodaards/ manipulatoren de mond snoeren of buitengooien... Maar zo gaat het niet altijd in Veurne, het lijkt wel of die 'rechtsprekenden' een selectief gehoor hebben, een 'straffere' bril nodig hebben... Maar wat baten kaars en bril als de uil niet zien en wil???
En wie is dan 'het kind van de rekening' en 'den uil van het spel'? Je raadt het al... Soms ben ik beschaamd om te zeggen dat ik in Veurne geboren ben!
Het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet begrepen! Begin van WO I net honderd jaar geleden
Indrukwekkend Het licht verschijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet begrepen... Gewichtige woorden... En alle kaarsen en lichten (behalve eentje) gingen uit in Buckingham Palace en de kathedraal in Londen... De Engelsen hebben er alles aan gedaan om héél de wereld te laten zien dat de verschrikkingen van WO I nooit mogen vergeten worden. Prachtige en heel zwaar beladen symboliek.
Ook de herdenkingsplechtigheid nabij Bergen, een hele avond lang, was pakkend. Daar liggen Geallieerden én Duitsers broederlijk naast elkaar te rusten. De toekomstige koning en koningin van Engeland, onze koning en koningin en vele andere staatshoofden woonden de plechtigheid bij.
In Leuven kwam de Duitse president op bezoek. Daar ging de universiteitsbibliotheek in vlammen op tijdens de oorlog en werden vele inwoners gedood door de Duitse oorlogsmachine.
Foto's van gesneuvelde soldaten die door een pastoor uit de streek van Luik, je word er stil van... Lichamen van gedode soldaten... Ijskoud word je daarvan! Een wat luguber initiatief maar zo is er toch een gezicht (...) bewaard van die arme drommels. Deze foto's liggen nu in Ieper.
Deze wreedheden en onmenselijkheden mogen nooit vergeten worden! Persoonlijk vind ik dat de Duitsers helemaal niet uitgenodigd moeten worden om deze herdenkingen bij te wonen. Als ik zie wat Duitsers hebben aangericht... al dat menselijk leed, al die materiële schade, al dat patrimonium dat vernield werd... nee, ik zal huiveren als ik Duitsers zie of hoor... en dat neerbuigende, dat minachtende zit er nog wat in soms... Als ze maar weten dat ze met zo'n attitude nooit welkom zullen zijn in mijn winkel!