Een uurtje voor sluiting kreeg ik bezoek van een sympathieke heer die in de loop van de beurs mijn stand bezocht en zelf vier houten beelden te koop had. Zijn familienaam deed me onmiddellijk denken aan een heel bekende kunstenaar uit het begin van de twintigste eeuw en inderdaad het bleek nogal dichte familie te zijn. Aangezien de bezoekers geen zaken mogen binnenbrengen in de beurs ging ik mee in de koffer van de auto kijken. Ik bekeek deze eerder al op foto's die me doorgemaild werden maar ik moet natuurlijk alles 'met eigen ogen' kunnen bekijken. Twee beelden interesseerden me enigszins, de andere twee leken me wat minder interessant. Ik vroeg de prijs en de man toonde de aankoopbonnen van dertig jaar geleden. Oefff... nogal serieuze bedragen die nu bij lange niet meer haalbaar zijn, vooral omdat de 'markt' vandaag echt overspoeld wordt met houten beelden. De beelden waren herschilderd of de polychromie was nogal beschadigd. Ik deed een prijsvoorstel maar mijn bod bleek voor de aanbieder wat te laag en we kwamen niet onmiddellijk overeen wat de prijs betreft. Ik vond het spijtig want de man kwam speciaal voor mij naar Namen op een zondagavond... misschien komen we later nog wel tot een akkoord.
Vorige week, bij het begin van de beurs, sprak ik met bezoekers af om vanavond te gaan kijken naar boeken die ze wilden verkopen, kerkboeken of zo zeiden ze. Meer uitleg konden ze niet geven... En deze vooravond sprak ik af met mensen in Ghlin bij Mons om naar een beeldje te gaan kijken.
Dan naar Ottignies voor die oude boeken. Ik keek op internet hoe welke weg ik diende te volgen. Eerst richting Brussel en dan afslaan ter hoogte van Louvain La Neuve, Ottignies, enz. enz. Dan richting Mont St Guibert : ik zie een bordje en draai in. Maar dan loopt het mis : ik zie allerlei straatnamen maar niet degenen die op mijn blaadje staan... Ik vlam maar verder, héél die berg op en er aan de andere kant weer af. Allerlei kronkelende kleine landwegjes met hier en daar heel hoge hagen waarachter zich waarschijnlijk kasten van villa's verscholen... Ik baal en overweeg om mijn laptop te nemen en een nieuwe weg uit te stippelen vanaf de straatjes waarvan ik af en toe de naamborden voorbij flits... Maar dan beslis ik altijd maar een zelfde richting aan te houden en jawel, ik kom weer op mijn beginpunt terug... Nu laat ik die afslag naar die berg achtelloos voor wat ze is en vlam verder : nog zo'n naambord, om de 'krul' te krijgen... Dan straat in straat uit... en ik bereik Ottignies. Maar owee, heel wat straten liggen opengebroken en ik kan niet de normale weg volgen naar mijn bestemming... Uiteindelijk bereik ik een grote straat en ik bedenk dat dit wellicht de 'Route provinciale' of zo is... Dan weer wegomleggingen, maar ik negeer die nu, het is al meer dan welletjes geweest. Dus door de opengebroken straten gehotst, eventjes tegen rijrichting in gereden en ... plots was ik gearriveerd. Ik stap uit en twijfel aan de juistheid van het adres want ik zie voor me een echt mottig half vervallen voorgeveltje met een raam en een deur... Toch bel ik aan want ik heb nu die heel die dodentocht afgelegd... Geen reactie, zijn ze niet thuis of is het dus wel degelijk een flauwe grap van die beursbezoekers? Na enkele minuten hoor ik een paar slepende voeten en ik weet meteen dat ik aan het juiste adres ben want die beursbezoeker sleepte ook nogal opvallend met de voeten. Ik wordt binnengelaten en een mottige weëe lucht overvalt me, ik denk onwillekeurig aan die arme frontsoldaten in WO I die te maken kregen met aanvallen met mosterdgas, het ieperiet. Maar ik had geen masker mee en die geur deed me naar adem snakken. Het was de geur van een grote smerige hond die nooit gewassen wordt en die wat (of meer dan 'wat') problemen had met vochtverlies... Ik vroeg me af of die mensen dat zelf niet in de mot hadden... Een hond zag of hoorde ik echter niet... Ik vroeg om die boeken te mogen bekijken. De man was nogal hardhorig en riep voortdurend 'Comment? Comment?' Ik dacht eerst dat hij met mijn Vlaamse voeten aan het rammelen was... Met alle Vlamingen maar niet met mij. Daarom begon ik dubbel zo luid te pratgen. Hij verdween langs een heel smalle (kan ook niet anders natuurlijk in zo'n huisje) naar de zolder of zo. Bij elke stap die hij deed schudde de luster boven de keukentafel weg en weer, de lampjes floepten aan en uit, echt angstaanjagend. Ik kijk bezorgd naar boven en de dame des huizes kijkt me wat verontwaardigd aan. Ik zei dat ik moe was en graag wou gaan zitten in de living (zo ver als mogelijk van die wiebelende keukenluster). De dame bood me een glaasje aan maar ik bedankte héél vriendelijk, ik viel nog liever dood dan uit een vies glas of zo te moeten drinken. In de living stonden mooie achttiende eeuwse meubeltjes en aan de muren hingen oude litho's, oa ivm mythologie en bekende Franse gebouwen en tuinen. Ook een mooie grote reproductie van het Lam Gods, gedateerd ca 1892. Mooie kwaliteit. Nu kwamen de stappen tot boven de living. Heel het plafond bewoog. Je kon goed zien waar de man liep, de balkjes zakten lichtjes in. Ook de luster begon te bewegen. Mens mens mens, ik wilde hier zo vlug mogelijk weg. Ik begreep trouwens niet waarom hij niet alles klaargelegd had voor mij want twee dagen voordien belde hij me nog op om onze afspraak te bevestigen... Na tien minuten rondcrossen stommelde hij al puffend de trap af. Hij had een houten doos mee en enkele zaken verpakt in plastiekfolie. In de doos stak een heel grote en mooie missaal, een boek dat heel veel geld zal gekost hebben, daterend uit 1920. Verder een kruisbeeld en enkele canonborden maar die konden me niet echt bekoren. De andere missalen vond hij niet. Hij vroeg of ik 'tijd' had en ik antwoordde dat ik nog naar Mons moest. Dus kocht ik dat ene missaal en zei hem dat hij later nog maar wat verder moest zoeken en dat hij me moest opbellen indien hij nog wat vond. Blij en op-ge-lucht verlaat ik dit hondenkot. De geur bleef nog een halfuur in de auto hangen... Via een lange rechte baan reed ik riching Nijvel, onderweg veel mist...
Dan op de autoweg riching Mons. Ik moest een bepaalde afslag nemen, maar het opgegeven nummer vond ik niet, wel de opgegeven namen Nimy en Mons. Intussen belde ik die mensen op en ze wachtten me op aan die afslag, oef, van de eerste keer de juiste plaats dit keer... De auto met de verkopers reed me voor, via het kanaal Nimy-Blaton (denk ik). Op het kanaal zie ik een fel verlichte boot passeren, wellicht de hard werkende Di Rupo die hier met zijn vriendjes aan het fuiven is. Eventjes denk ik : hopelijk wacht me op het einde van deze rit geen hinderlaag want achterin lagen mijn vijf Antwerpse engeltjes... en die zijn nogal wat waard... Maar even later stopten we voor een huis.
Op de foto zag ik een soort gemijterde bisschop met rechts een kindje, dus wellicht Sint-Niklaas. Ik nam het beeldje nu in handen en zag dat het nogal verweerd was, de 'tand des tijds' dus (en/of die van de houtwormen). Na het eerste kinde stonden nog twee andere, ik was onmiddellijk zeker dat ik hier een mooie vondst had gedaan en de prijs viel echt mee. Dus geld uitgehaald en afscheid genomen.
Nu naar huis. Zoals vroeger al twee gebeurde zag ik het bordje Tournai niet staan en reed ik richting Valenciennes. Nog had ik niets in de mot want het was immers pikdonker. Plots zie ik de afrit 'Dour' maar te laat ik ben er al voorbij. Dus de Franse grens overgestoken en kilometers verder de afrit genomen en langs de andere kant terug... Lap, niet te geloven, maar ik rijd nu te ver richting Charleroi of zo. Dus weer via afrit en oprit rechtsomgekeerd gemaakt. En net op het nippertje zie ik ditmaal het bord van Tournai...
Nu vlug gaan slapen want het was intussen bijna middernacht en morgen moest ik met een vrachtwagen terug naar Namen om alles op te halen.
|