Deze wedstrijd gold als laatste test voor het WK Halve Marathon, volgende week in Malaga. Na mijn bevredigende prestatie van vorige week in Lafelt, zou het nu minstens even goed of zelfs beter moeten gaan. Het werd echter een sof... Ik krijg de wisselvalligheden in mijn sportieve verrichtingen dit jaar er maar niet uit. Van bij de start was het harken om vooruit te geraken. Kwam dat door het bochtige parcours met enkele lichte hellingen of alweer gewoon een mindere dag ? Feit is dat de benen al dadelijk volliepen en de rondetijden steeds trager werden: 942; 959; 1010; 1023. Uiteindelijk finishte ik als 20ste (op 141) in 4015: bijna 2 minuten trager dan vorige week! De 2de plaats als M55 was een magere troost. Het mindere gevoel werd achteraf ook gedeeld door mijn dochter, die ook hemel en aarde had moeten bewegen om heelhuids de aankomst te halen. Het enige positieve was dat de 2de plaats in het klassement van de Victors cup binnen handbereik ligt... Er zal een wonder moeten gebeuren als ik volgende week een plaats in de top 10 zou behalen...
De zesde wedstrijd van de Victors cup werd gelopen in het onooglijke maar gezellig dorpje Lafelt, geprangd tussen Vlijtingen en Vroenhoven. Vorig jaar werd de Oversteekrun georganiseerd in Rosmeer. De jaren daarvoor liep het parcours van Lafelt naar Rosmeer. We (mijn dochter & ik) vertrokken goed op tijd, maar toen we er bijna waren stuurde de GPS ons mee het parcours op en moesten we wachten tot de laatste deelnemer van de 5 kilometerwedstrijd aangekomen was. Zodoende hadden we nog maar een half uur om onze startnummers op te halen en de opwarming te doen. Ik was benieuwd of het zou vlotten vandaag, want de voorbije dagen voelde ik me precies niet zo heel fit. Feit is dat op mijn leeftijd de recuperatie na een stevige inspanning steeds trager verloopt. Daar was na de start niet veel meer van te merken want het liep gesmeerd en na enkele honderden meters lichtjes bergop ging het reeds bergaf: ideaal om op adem te komen. Later volgde er een langere helling met nog een kuitenbijtertje erachteraan. Niet super zwaar, maar met twee rondjes af te leggen, toch zwaar genoeg. Bovendien speelde de wind op die lange klim ook nog eens met onze voeten. Dit alles maakte dat het nooit echt gemakkelijk aanvoelde, maar het ging toch vooruit. Ik kon rond halfweg een jonge gast (Wim) inhalen en helemaal op het einde naderde ik nog sterk op Dirk en eerste dame (Mieke). Zo overschreed ik de finish na 3820 en als 15de van de 115 (1ste van de 26 vijfenvijftig plussers!). Blij met de zege uiteraard, doch vooral met mijn eindtijd en het gevoel achteraf natuurlijk... Sharon, echter, had een offday met een maag die opspeelde, maar dat gevoel werd achteraf ruimschoots weggespoeld toen ze als derde dame senior op het podium mocht plaatsvatten. Of dat te maken had met de aanwezigheid van haar schoonouders en -broer, valt moeilijk te becijferen, maar dat hun présence stimulerend werkte, staat buiten kijf...
29ste âEreprijs Freddy Feytonsâ. Gotem. (10 Km)
Twee wedstrijden op 2 dagen lopen: vroeger draaide ik daar mijn hand niet voor om. Of ik dat in de tegenwoordige tijd nog uit mijn benen zou kunnen schudden, valt te betwijfelen. En dan bedoel ik: de scherpe eindtijd van de dag ervoor evenaren of zelfs verbeteren... Met Kozen, vorige maandag, erbij was dit mijn derde wedstrijd op een week! Tot 4 jaar geleden lukte dat nog allemaal prima (toen deed ik zelfs eens 2 wedstrijden op 1 dag: (BK Halve Marathon en 10 Km in Sint-Truiden), maar de aftakeling van deze oude mens heeft zich onherroepelijk ingezet... Gotem is echter een mooie wedstrijd met start en aankomst in het idyllische Fontijnhof en de opbrengst gaat naar een goed doel, daarom wou ik van de partij zijn. Bovendien is er steeds een speedrun van 3 km, waar enkel de absolute toppers aan mogen deelnemen. Er stonden slechts 44 deelnemers aan de start van de 10 km, wat ongetwijfeld ook te maken had omdat dit geen klassementswedstrijd meer is door het opdoeken van de Haspengouw Challenge. Met zo weinig atleten op het parcours loop je veel kans om alleen komen te zitten en dat gebeurde ook. Vooral het lange stuk bergop was moordend en de wind, die daar in het nadeel blies, maakte het nog zwaarder. Het tempo (dat al niet te hoog lag) ging er daar volledig uit en de afdaling was net genoeg om terug op adem te komen. Alleen lopende kon ik me dan maar beter concentreren op mijn ronde-tijden en tot mijn vreugde was de derde (en laatste) ronde zelfs de snelste! Toen haalde ik terloops nog ex-teammaat Geert in en stevende ik af op een 14de plaats algemeen (1ste M55) in 3935. Een dikke minuut trager dan gisteren, doch beter dan maandag. Hiermee kon ik leven, want de tevredenheid van gisteren was nog niet weggeëbd en daar was wel progressie merkbaar. Volgende week geen wedstrijd en veel kilometers maken met het oog op het WK Halve Marathon (16/9) en BK Marathon (14/10). Uitdagingen genoeg....
Voor de 8ste keer stond ik aan de start van de Champignonloop. Deze vijfde manche van de Victors cup is een mooie wedstrijd op een vrij selectief parcours. Tot in 2014 was de afstand 13,7 km, waardoor drie plaatselijke ronden dienden afgelegd te worden. Sindsdien is het 10 km geworden met nog twee grote ronden, na aanlooprondje van 1 km. Sinds Kozen, maandag, heb ik afgebouwd met 1 rustdag en enkele langere en een korte training, inclusief de laatste twee dagen respectievelijk 22 en 17 km losfietsen. Op die manier zouden de benen fris (moeten) zijn... Tijdens de opwarming leek het nochtans daar niet op, toch weet ik uit ervaring dat dit niet alles wil zeggen... De omstandigheden waren met 24º en het zonnetje (voor mij, althans) ideaal. Dat die tapering zijn effect niet had gemist, voelde ik van bij de start. Ik kon een stevig tempo van <350/km goed aan: dat was ook al even geleden... Wat een verschil met maandag! Zo kon ik rustig opschuiven en regelmatig atleten inhalen, die ik normaliter niet kan volgen. Het vlakke stuk met tegenwind en de drie beklimmingen per ronde verteerde ik ook relatief gemakkelijk, in zoverre zelfs dat ik nog makker Dirk via een ultiem eindsprintje voor kon blijven! Resultaat: 12de van de 121 deelnemers in 3831 en (WEERAL!) tweede in mijn categorie bij de M55. Hier was ik zeer tevreden, ook en vooral omdat ik bijna 1 minuut sneller was dan vorig jaar! Dit verdiende een klein applausje en enkele dikke biertjes na afloop.... Ook & vooral omdat dit mijn 600ste wedstrijd was (jubileeke). Te veel nagenieten was er niet bij, want morgen staat Gotem op het programma.
19de âGrote Prijs Roger Luykxâ. Kozen. (9,5 km)
Voor deze wedstrijd koesterde ik op voorhand geen al te hoge verwachtingen. Reden: vier en drie dagen geleden werkte ik telkens stevige trainingen af. Donderdag wou ik een lange duurloop van minstens 33 km doen, maar na 22,5 km moest ik die afbreken omdat ik in een hevige onweersbui terecht kwam. Ruim 4 Km werd ik vergezeld van donder rond mijn oren en bliksem boven mijn hoofd... Het regende bovendien zo hard dat ik nauwelijks mijn ogen kon open houden. Gevolg: de dag erna stramme spieren door de koude regen die het lichaam heel snel had afgekoeld. Toch deed ik Woensdag nog twee vlotte duurloopjes van 10,7 en 11,7 Km aan respectievelijk 424 en 429 per km. De twee dagen recuperatie die daarop volgden waren duidelijk niet genoeg om frisse benen te krijgen, dus zag ik deze meest dichtst-bij-huis-zijnde wedstrijd meer als een doorgedreven training. Stilletjes hoopte ik mijn tijd van vorig jaar (3558) te evenaren, maar het werd een dikke minuut trager! Vlak na de start had ik al verzuring tot achter mijn oren, dus was het zaak om toch nog een min of meer aanvaardbaar en vooral constant tempo aan te houden. Dat laatste lukte wonderwel want ik klokte het laatste rondje dezelfde tijd als het eerste. De ronde tijden waren: 912; 921; 921; 912. Uiteindelijk liep ik nog als 10de (van de 75 deelnemers) over de eindmeet in 3708. Er waren slechts twee categorie-indelingen met ongebruikelijke min veertigers en plus veertigers. Bij die laatste categorie werd ik warempel nog derde ook! Als bijna 62 jarige was ik best tevreden dat ik met mijn oude knoken het podium mocht bestijgen na die jonge snaken...
âOptiek Sonck Streetraceâ (BK 10 km op de weg). Lokeren.
De aanhouder wint, zegt men. Nog nooit behaalde ik de titel op de 10 km in mijn categorie, zowel op de weg als op de piste...en op die laatste discipline werd ik vorig jaar met 4 en dit jaar zelfs met 2 geklopt. Aan mij om daar deze keer verandering in te brengen op het Belgisch kampioenschap op de weg in Lokeren. Over mijn streetrace van vorig jaar was ik meer dan tevreden, alleen was het toen 11º minder warm dan vandaag. Met temperaturen tot 32º zou het vandaag meer een survivalrace worden. Daarom zou ik een tijd van onder de 39 een supergoed resultaat vinden...en daar zou ik uiteindelijk niet ver naast zitten ! Het was al te warm om wandelen naar de atletiekpiste, waar de start & aankomst plaatsvonden! Via de voorinschrijvingen leerde ik dat ik 3 serieuze concurrenten in het oog moest houden : twee kende ik, waarvan meneer Van Campenhout, die me op 5 mei met 2 voorafging op het BK 10000 meter in Luik. Die namen googelen doe ik liever niet, daar teveel informatie me enkel zenuwachtig zou maken en ik toch steeds voluit ga en mijn eigen tempo loop... Na een stevige start kon ik de eerder genoemde Paul al in de eerste km afschudden (hij zou uiteindelijk meer dan een minuut na mij eindigen). De andere Paul was van bij de start al achtergebleven, dus was het enkel uitkijken naar concurrent #3. Ik wist (vermoedde) enkel dat hij een rood truitje droeg. Ikzelf kon mijn tempo goed aanhouden en liep verscheidene atleten voorbij, die de hitte blijkbaar niet goed ingeschat hadden. Niet dan het vanzelf ging, toch voelde ik me goed gezien de omstandigheden. Na 9 km kreeg ik een rode loper in het vizier en even later snelde ik hem voorbij. Op de piste perste ik er nog een sprint uit om een ietwat ouder uitziende medemens voor te blijven (je weet maar nooit :)), maar hij bleek niet in mijn categorie te zitten. De titel was binnen, dacht ik even, tot bij de huldiging van de podia bleek dat ene zekere Van Havermaet voor mij was en dat met slechts.....4!!! Hallucinaties bij warme temperaturen bestaan echt, weet ik nu, want na een gesprekje met hem vlak na de aankomst had ik nog niet door dat ik geklopt was (of verstond ik zijn taaltje niet goed...?). Nadat ik wat informatie had opgezocht, wist ik dat hij een topper is, die ook vroeger hoge toppen scheerde. Over mijn prestatie en eindtijd (3910) was ik echter zeer tevreden. Ik liep uiteindeljk slechts 1 trager dan vorig jaar. Nu nog hopen dat de conditie niet zo wisselvallig blijft als de voorbije maanden, al is dat misschien normaal voor iemand van mijn leeftijd...
âJogging des Grisneuesesâ. Borlez (Faimes). 11 km.
Toen ik gisteren tijdens een halfuurtje rustig loslopen na bijna 4 km plots een serieuze steek in mijn linker kuit kreeg, dacht ik dat ik deze wedstrijd op mijn buik kon schrijven. Ik geraakte toch nog thuis, al verdween die pijn nooit helemaal. Na ijs leggen, dwars masseren met Voltaren en een stevige massagebeurt van mijn vrouw, voelde ik vanmorgen niets meer. Blijkbaar was dat een acute kramp, allicht door de hitte van 32º. Na mijn traditioneel opwarmingsrondje van 4 km, voormiddag, zette ik het licht op groen en vertrokken we om iets na 17u naar Wallonië. Deze manche van de Hesbignon Challenge werd aangekondigd als lichtlopend. Dat viel wel even tegen, vooral wegens de stevige wind die de eerste 4 a 5 km vooral in het nadeel blies en het glooiende parcours deed de rest. Zo werd het een slopende bedoening want door de zuurstofschuld, die ik op de moeilijke stukken opbouwde, bolde het bergaf ook niet lekker. Toch kon ik een handvol atleten voorbij benen en eindigde warempel nog op een mooie 12de plaats (op 173 deelnemers) en alweer 1ste 60 plusser in 4327. Of dit een goede algemene repetitie was, voor het BK op weg (10 km) van volgende week zaterdag in Lokeren, zal nog moeten blijken. We hebben er in elk geval van genoten en dat had ook mijn dochter gedaan die aan de korte afstand had deelgenomen omdat ze 3 weken niet had gelopen....
Mijn liefde voor de piste is - op zijn zachtst uitgedrukt - nooit echt groot geweest. Integendeel: tegenwoordig begin ik al te zweten zodra dat ovalen ding in mijn gezichtsveld verschijnt. De motivatie was dus ver te zoeken en dat was achteraf ook af te leiden uit het resultaat! Toch wou ik deelnemen aan deze door mijn club ACA georganiseerde wedstrijd met het doel om een tijd van 1830 neer zetten. Het werd uiteindelijk liefst 1 minuut meer en ik kon op geen enkel moment mijn gewenste tempo ontwikkelen... Ik lag constant tegen mijn eigen te vechten en had na enkele ronden al de neiging om er mee op te houden... Zo vlug mogelijk vergeten, deze wanprestatie en op naar de volgende.
Op een warme en zwoele zomerdag vonden mijn dochter & ik het nodig om nog eens een wedstrijdje van den Hesbignon mee te pikken. Het was geleden van begin maart dat we nog eens deelnamen aan een van de manches van dat regelmatigheidscriterium. Toen was het 11º, nu : 27º... Samen met mijn vrouw karden we vol goede moed richting zuiden, maar hoe dichter we de plaats van bestemming naderden, hoe ongemakkelijker we (dochter & ik) ons begonnen te voelen. Dat kwam niet omdat we dicht bij de kerncentrale van Tihange kwamen, wel omdat het landschap er hoe langer hoe meer bergachtig begon uit te zien. Terplaatse aangekomen was het een gezellige drukte in het dorpje Ampsin, maar ondertussen was de moed ons al wel tot in de schoenen gezonken. Met bijna 200 deelnemers namen we om iets na 19u de start, doch van een bepaald tempo aanhouden was geen sprake! Na nog geen 2 km kregen we al een stairway to heaven voorgeschoteld: 93 treden omhoog, die ik wijselijk al wandelend aflegde om niet met mijn façade tegen 1 van die betonnen tredes terecht te komen. Het parcours lag verder bezaaid met wolfijzers en schietgeweren met rond km 4 een heel lange passage steil omhoog in een bos met als extra hindernis de wortels van de bomen die uit de grond staken. De atleten, die me op de trap waren voorbijgestoken, kon ik daar bijna allemaal remonteren. De tweede helft van de omloop was meestal downhill, toch bleven de kuitenbijters regelmatig opdoemen tot op het einde. Na 4439 overschreed ik de finish als 1ste 60 plusser (18de van de 195 algemeen) en 20 later verscheen ook Sharon levend al wel aan de horizon. Beiden waren we tevreden dat we deze tocht tot een goed einde hadden gebracht. Nadien was het nogal lang wachten op de prijsuitreiking want de plaatselijke hardrock band moest zonodig zijn volledig reportoire ten berde brengen... Ik mocht het hoogste trapje van het podium betreden en kreeg een korf met fruit, enkele streekbiertjes en een fles wijn als beloning voor al dat hard labeur... Om iets voor middernacht waren we pas terug thuis, moe en toch tevreden van de geleverde inspanningen: er zijn ooit mensen voor minder gek verklaard...
Na mijn hoopgevende prestatie van vorige week wou ik graag de lijn doortrekken, zelfs op een zwaarder parcours als het effe kon... En dat laatste was zeker het geval op de glooiende wegen in en rond Hoeselt. Deze, slechts voor de tweede keer georganiseerde wedstrijd, trok al meteen een massa volk: op de 10 km alleen al liefst 334 finishers ! Mijn hoge verwachtingen werden al na de eerste bocht de kop ingedrukt. Van bij het startschot voelde ik dat het niet goed zat: de benen voelden lam aan en het gevolg daarvan was dat ik begon te hijgen als een oud rund... Bovendien begon mijn - 20 jaar geleden geopereerde - rechter knie reeds na een paar 100 meter op te spelen tijdens de eerste klim. Zodoende moest ik de eerste km zowat op anderhalf been lopen om de echte pijnscheuten te vermijden. De mannen die ik vorige week nog kon volgen verdwenen stilaan uit mijn zicht. Na een kilometer voelde de knie opnieuw goed aan, doch de opeenvolgende hellingen deden me naar adem happen. Met 21º was het nochtans niet te warm, maar het bolde voor geen meter. Ik eindigde toch nog als 16de algemeen en 4de bij de 50+ers in 3926. Niet slecht, maar ook niet wat ik verwacht had. Zo belandde ik weer met de voetjes op de grond. We zullen het maar op een slechte dag houden... Op naar de volgende....nog zwaardere wedstrijd in Ampsin...
Daar mijn wedstrijden de laatste tijd steeds beter worden en de trainingen ook lopen als een trein, vertrok ik vol goede moed naar Tongeren, waar de Aterstoase (=achter het station) jogging plaats vond. Deze prachtige wedstrijd in het natuurgebied de Kevie was tevens de 4de manche van de Victors cup, waar ik in de tussenstand op de eerste plaats prijk! De ruggensteun die ik, zoals steeds, krijg van mijn vrouw, werd nog extra versterkt door jongste dochter Darlene en hond Quito, die ons vergezelden. Falen was dus geen optie! Bovendien nam dochter Sharon ook deel aan de langste afstand en konden we ook daar naar uitkijken. Als ik mijn snelste tijd (twee jaar geleden: 4027) zou kunnen benaderen, was mijn doel bereikt en van minder dan 40 zou ik gek worden... Ik voelde van bij start dat het goed zat en de eerste km (337) was, voor mijn doen, verrassend snel ondanks een klimmetje na 200 meter. Daar Luc Nassen van de partij was, wist ik dat ik hoogstens voor de 2de plaats in mijn categorie kon gaan, want hij is nog steeds outstanding EN 6 jaar jonger dan ik. Bijgevolg moest ik me enkel op Joris concentreren. Dat lukte vrij aardig, al had ik aanvankelijk wat moeite om aan te klampen. In de tweede ronde nam ik de leiding van het groepje en nam afstand van mijn concurrent voor de 2de plaats. Wanneer ik rond mij keek was ik verwonderd want die gasten kon ik tijdens de vorige wedstrijden nog helemaal niet volgen... Het tempo zakte geenszins en, ondanks enkele jonge snaken me op het einde nog verschalkten, was ik zeer tevreden met mijn prestatie. Met een 16de plaats (op 168) algemeen en 2de plaats (van de 33) M55 kon dat ook niet anders. Vooral mijn eindtijd (3956) stemde me tot kortstondige euforie. Liefst 32 sneller dan 2 jaar geleden en de snelste van mijn vier deelnames. Hier zat duidelijk muziek in en vooral door het zeker niet lichtlopende parcours, met meestal onverharde wegen, maakten dat ik deze prestatie hoog inschat. Ook Sharon had genoten van haar wedstrijd en had het verstandig aangepakt door niet te snel van start te gaan. Nu proberen dit niveau aan te houden en/of misschien te verhogen....
Deze wedstrijd stond, na twee jaar, nog eens op mijn programma. De omloop nodigde uit om eens de grote versnelling op te leggen en te zien welke tijd ik aankan op een zo goed als vlak parcours. Veel deelnemers waren er niet (77 finishers), dus was de kans klein om in een groepje verzeild te geraken. Zo gebeurde het ook en ik liep de ganse tijd alleen en stak in de laatste ronde enkel een jonge gast voorbij. De vier rondes verliepen aan een vlak tempo, de laatste ronde was zelfs nog 4 sneller dan de voorlaatste en dat is altijd een goed teken. De ronde tijden waren: 941; 951; 957; 953. Met een 9de plaats algemeen en 2de 50 plusser (!) kon ik vrede nemen, maar met mijn tijd van 3919 iets minder. De afstand was echter 300 meter meer en na het toepassen van de regel van drie kwam ik tot de constatatie dat dit 3806 op 10 km rond zou zijn. Zodoende keerden we alsnog tevreden terug huiswaarts...
Ik zou eens willen weten welke tijd ik zou kunnen neerzetten op een vlakke 10 km in ideale omstandigheden... Vorige week was het (te) warm en voor deze keer zou een scherpe chrono er ook niet in zitten. Het parcours van de Willerrun is op zijn zachtst gezegd uitdagend te noemen. Vooral het tweede gedeelte bevat een 3 a 4 tal flinke hellingen. De start, die zich de vorige jaren bovenaan een helling situeerde, werd nu verlegd naar de aankomstzone onderaan. Dit maakte dat we een paar honderd meter extra EN een bergje meer moesten overwinnen... Het overgrote deel van de eerste lus van 5 km was vlak, dus die konden in gestrekte draf afgelegd worden. Toch kon ik mijn categorie- genoot, Joris, niet bijbenen, al kon ik hem steeds in het vizier houden. Zijn voorsprong bedroeg echter nooit meer dan zowat 10 a 15 meter. Maar de opeenvolgende hellingen tijdens de laatste 5 km lagen mij blijkbaar iets beter want telkens kwam ik iets dichter, om daarna opnieuw terrein te verliezen in de afdaling. Toch kon ik bij hem aansluiten bovenop de laatste beklimming en toen was mijn pijp uit. Joris schudde de laatste honderden meters nog een versnelling uit zijn benen, die ik niet kon beantwoorden. Zo was de 18de plaats (op 141 deelnemers) mijn deel en de 2de plaats alweer bij de 55- plussers. Op deze manier lijk ik een eeuwige tweede te worden. Mijn eindtijd (3848) stemde me tot tevredenheid en zo doe ik elke week een stapje vooruit. De oude diesel locomotief is blijkbaar stilaan op toerental aan het geraken, nu nog hopen dat hij het eindstation bereikt. Ook dochter Sharon was tevreden en knoopte terug aan bij haar niveau van enkele weken geleden.
Na die zware Halve Marathon van vorige week was ik eens benieuwd of & hoe de beentjes zouden hersteld zijn. De trainingen verliepen alleszins naar wens, afgelopen week, en lichamelijke ongemakken bleven beperkt tot wat spierstijfheid. De temperaturen benaderden de 30º en het licht golvend parcours nodigde ook niet uit om een scherpe tijd neer te zetten, toch stelde ik een tijd van <39 voorop. 1 jaar geleden moest ik het stellen met 3926 maar toen zat ik een serieuze dip, die nog twee maanden zou aanhouden... Ondanks de warmte waren er veel deelnemers, zelfs bij de 10 km. Het gevoel was, naar omstandigheden, goed en ik kon aanklampen bij een groepje met onder andere categorie- genoot Joris. In het begin van de tweede van de 2 rondes kreeg Joris met materiaal pech af te rekenen en moest een pitstop want zijn veter schoot los. Hierdoor kon ik het vrije sop kiezen maar lang duurde dat niet, want beetje bij beetje naderde hij opnieuw en nam me zelfs te grazen in de voorlaatste km. Mijn vaatje was al een tijdje leeg en ik kon niet aanpikken. De beste won, doch ik was tevreden met mijn 2de plaats bij de M55 (21ste van de 149 totaal). Ook over mijn tijd (3854) moest ik me niet schamen, zeker rekening houdende met de zwoele warmte. Dat was allicht ook de reden waarom de tweede ronde 1 trager was dan de eerste. Mijn conditie verbetert traag maar zeker, en die moet pas top zijn in September. Dan ga ik grensoverschrijdend. Ik heb me namelijk ingeschreven voor het WK Halve Marathon in Malaga (Sp.).
33ste Bilzen run (Halve Marathon). Bilzen. (21,1 km)
In Bilzen stond nog eens de 1/2 Marathon op het programma. Sinds 2013 was 15 km de langste afstand. Daar nam ik de voorbije 3 jaar aan deel en trok telkens aan het langste eind (in mijn categorie, toch :)). In 2009 en 2012 liep ik er de halve Marathon: 1 keer in een zinderende hitte en 1 keer in de regen, met telkens 1u21 als eindresultaat. Deze tijd is voor mij heden een utopie, rekening houdende met de zware omloop en mijn belabberde conditie (+mijn vergevorderde leeftijd). Aangezien mijn trainingen de laatste weken goed verlopen, wou ik er toch nog eens voor gaan. Tegen beter weten in, misschien, maar omdat het langere werk me beter, ligt was het toch een optie... Mijn dochter vergezelde me, dit keer niet om deel te nemen maar om te supporteren (of uit medelijden ?). Dat het concept in Bilzen aanslaat, zelfs op Pinksteren, was weer duidelijk te merken aan het aantal deelnemers: alleen al voor de Halve 219 finishers. Bovendien startten deze lopers samen met die van de 10 km, dus het was een drukte van jewelste. Ik had een tijd van 1u24 vooropgesteld en voorgenomen om aan een gezapig tempo te starten. De eerste km ging dat nog in 4, maar tijdens de lange beklimming in de 2de km werd me duidelijk dat ik mijn doel mocht laten varen.... Door wegenwerken werd het parcours hertekend, maar het was er zeker niet gemakkelijker op geworden. Vooral de stevige wind speelde me parten waardoor de bergjes bergen werden, vooral in de open velden. Het was bovendien warm, maar die 23° waren nog te doen. De eerste +/- 7 km kon ik me rustig handhaven in een groepje van een man of 5, maar uiteindelijk liep een drietal weg. De rest van de wedstrijd liep ik samen met een naamgenoot (achternaam Bosmans) en tevens categorie- genoot. Met de nodige aanmoedigingen kon ik hem maar nipt volgen en kon geen meter overnemen... Ik wist toen nog niet in welke positie ik vertoefde en het interesseerde me ook niet toen Marc op het einde van me weg liep, waardoor ik net naast het podium viel. Met een 17de plaats algemeen (4de van de 27 M55) kon ik vrede nemen, niet met mijn eindtijd van 1u2816. Dit was traagste van de meer dan 40 Halve Marathons die ik ooit liep, maar ook een van de zwaarsten. Later, als ik groot ben, wil ik toch nog eens royaal onder de 1u 24 duiken...
Al tien jaar ben ik aan het hengelen achter een Belgische titel 10 km op de piste, maar telkens viste ik achter het net . Nochtans zat ik er enkele keren dicht bij met tweede plaatsen in Naimette ('10), La Louvière ('12) en in Ninove ('17). Verder was twee jaar geleden brons ook nog eens mijn deel in Duffel. Ook voor dit jaar wist ik vooraf dat het moeilijk (doch niet onmogelijk) zou worden. Door mijn belabberde conditie zakte ik met twijfels af naar het Luikse, maar gelukkig vergezelden mijn vrouw en drie jongste dochters me, alsook ons enige zoontje (hond Quito).
Ik was benieuwd of 3 dagen recuperatie na Tongeren genoeg zouden zijn om de strijd met de concurrentie aan te gaan, want die was er met o.a. vooral de Waalse topper Mathy en de winnaar van vorig jaar Nauwelaers. Daar 25 rondjes lopen op de piste niet bepaald mijn favoriete bezigheid is, zag ik er wat tegenop. De wind stond bovendien nogal strak, maar tegen de tijd (bijna 21u30 !) dat de oudste categorieen aan de slag moesten, was die wat gaan liggen. Over de temperatuur viel ook niet te klagen, dus de omstandigheden waren (bijna) perfect. De opwarming verliep prima, de wedstrijd zelf echter iets minder want een hoog tempo kon ik aanvankelijk niet aan. Zo liep mijn Waalse concurrent al dadelijk van me weg maar na een kilometer of 3 a 4 viel hij terug en ik "overrule'de" hem. Bovendien moest de kampioen van vorig jaar opgeven, dus rook ik toch ergens mijn kans. De tegenstand kwam echter uit onverwachte hoek en meer bepaald uit Kapelle-op-den-bos, van waar ene zeker meneer Van Campenhout komt... Gans de wedstrijd liepen we samen en afwisselend op kop. Daar een eindspurt niet één van mijn meest bepaalde specialiteiten is, besloot ik op 3 ronden voor het einde te versnellen. Ik kreeg een gaatje van een goeie 5 meter, maar helaas was dat niet genoeg: Paul bleek over meer snelle spiervezels te beschikken dan ondergetekende en op zijn verpletterend snelle laatste 100 meter had ik geen antwoord. Vorig jaar werd ik geklopt met 4" en deze keer met 2".... Volgend jaar ex-aequo? Wat als ik mijn versnelling 1 ronde eerder had geplaatst? Want tijdens die tempoverhoging voelde ik me merkwaardig goed en had het gevoel dat nog een ronde langer te kunnen doen... Mijn eindtijd (38'59") was ook al niet om over naar huis te schrijven. Toch moet ik tevreden zijn, want dankzij de aanmoedigingen van mijn supporters kan ik blijven lopen en moet (nog) geen andere hobby zoeken (visjes vangen, of zo...)
Reeds voor de twintigste keer stond ik aan de start van de Tungri run. In 1996 en 1998 liep ik er de halve Marathon en in 2008 de ganse (BK), voor de rest stond steevast de 10 km op mijn menu. Het parcours was steeds niet van de poes, zeker deze keer niet want er werden wijzigingen in gebracht wegens werken, zodat het nog wat zwaarder werd met nog meer bochten en hellingen. Bovendien stond er een stevig windje, een natuurfenomeen dat zelden een voordeel is voor een loper. Mijn bedoeling was alleszins iets progressie te maken ten opzichte van vorige wedstrijd. Met bijna 500 atleten werd er van start gegaan op de atletiekpiste en ik voelde al dadelijk mijn benen vollopen, zeker op het eerste stuk vals plat inclusief kasseitjes... Toch probeerde ik een zo gelijkmatig mogelijk tempo aan te houden, voor zover dat mogelijk was. Toch bleef het afzien en Ambiorix heb ik deze keer niet gezien. Hij zal er wel geweest zijn, maar ik moest me focussen op mijn wedstrijd. Ondanks al dat gefocus, deed ik over de tweede ronde van 5 km 28 meer dan over de eerste. Uiteindelijk mocht (moest) ik tevreden zijn met een 2de plaats bij de Masters +55 (51 stuks!) en 56ste totaal in een zeer matige 3852. Vooruitgang was er wel ten opzichte van vorige keer: enkele seconden per kilometer. Dat is beter dan niets, al zou ik liever niet een vergrootglas nodig hebben om progressie te bespeuren. Dochter Sharon, daarentegen, vestigde een persoonlijk record op de 10 km (53). Dat belooft, als ze eens een vlak parcours voor de voeten geschoven krijgt...
10de âLinter looptâ. Overhespen (Linter). 10 km
Nadat de griep me een maand geleden nog op de knieën had gekregen en ik een week zo goed als niets getraind had, krabbelde ik daarna toch weer met veel moeite overeind... Met weektotalen van respectievelijk 80, 105, 110 en 120 km probeerde ik mijn conditie terug op niveau te krijgen. Aanvankelijk ging dat niet van harte maar de laatste anderhalve week was het gevoel goed en ik voltooide een week geleden vlot een tempoduuroop van 12,5 Km tegen 406/km. Of dat zou volstaan om een wedstrijdje van 10 km onder de geplande 350/ km te voleindigen, was nog maar de vraag, want echt afgebouwd had ik eigenlijk niet. Aan het weer zal het niet gelegen hebben want met de zon en 24º waren de omstandigheden, voor mij althans, ideaal. Terplaatse steeds een gezellige drukte, toch minder deelnemers dan voorheen. De reden daarvoor is ongetwijfeld het opdoeken van de Haspengouw Challenge, en ook daardoor waren er ook geen categorieën meer zoals voorheen, enkel nog 2 indelingen: -35 en +35ers... Jammer maar helaas, toch lieten we dit niet aan ons hart komen. Het parcours was tevens veranderd en ingekort van 12,5 vroeger naar 10 km nu. Dat de benen niet echt fris waren, ondervond ik algauw: ik dacht dat ik snel liep, maar dat was helemaal niet zo. En dat mijn rechterknie aanvankelijk wat opspeelde was maar een detail, het ontbrak me gewoon aan kracht. Ik zat wel meteen in de top 10, maar dat had meer te maken met het deelnemersveld dat niet al te indrukwekkend was. De eerste dame vergezelde me aanvankelijk, in de tweede ronde moest ze echter afhaken. Mijn tempo bleef wel constant, toch kon ik niet tevreden zijn met mijn eindtijd van 3919. De 8ste plaats op 78 deelnemers was nog slechts een voetnoot en we zullen dit maar zien als een goede training. Ook voor Sharon werd het een tegenvaller: ze moest zelfs stoppen wegens aanslepende rugproblemen. Een slechte dag die in het niets verdwijnt in vergelijking met 5 jaar geleden: toen scheurde ik mijn hamstrings tijdens deze wedstrijd en was ik twee maanden out... Het kan alleen maar beter gaan, was de conclusie. Die gedachte kwam bij ons op tijdens het nuttigen van een heerlijke Corsendonk, achteraf.
De eerste wedstrijd van de Challenge Hesbignon zal allicht ook mijn laatste worden van dat regelmatigheidscriterium. Daar ik geen intervals doe, zijn wedstrijden als deze ideaal om de snelheid aan te scherpen. De motivatie om naar het verre Fernelmont af te zakken vond ik in mijn bevredigende prestatie van vorige week en het feit dat mijn dochter Sharon me vergezelde (en zelf ook mee zou lopen). Eveneens waren de temperaturen, na een afschuwelijk koude week, van dien aard om nog eens buiten te komen. De 10 a 11º voelden zelfs zomers aan! Zoals steeds bij deze Waalse Challenge- wedstrijden stond er heel wat volk aan de start van de lange afstand: liefst 220 mannen en vrouwen. Ik had niet direct zicht op concurrentie in mijn categorie van 60 plussers, dus ik zette ik er van bij de start meteen wat vaart in. Maar algauw moest ik temporiseren op de glooiende wegen en vooral na 2 km ging het tempo er goed uit op een strook veldweg bergop waar nog sneeuw lag. Daar was het vooral zaak om overeind te blijven en niet tegen de wereld te gaan.. Verder was het parcours niet super zwaar op enkele bruggen en besneeuwde onverharde stukken na. Na 7 Km was het ergste achter de rug en konden de laatste vier km in gestrekte draf afgelegd worden met de wind als bondgenoot. Uiteindelijk finishte ik als 1ste V3 (21ste totaal) in 4553. Mijn tempo was wel 5/km trager dan vorige week, maar daar had het parcours ongetwijfeld iets mee te maken hebben.. Sharon beëindigde haar wedstrijd in goed 67 en daar was ze ook tevreden mee. En als we tevreden zijn, smaakt het bier na afloop ook beter, weet ik uit ervaring.
Het kost me elk jaar precies meer moeite om op kruissnelheid te komen. Zou dat komen door mijn vergevorderde leeftijd (61) of door het gebrek aan warmte? Dit laatste was tijdens deze 36ste editie van de Midwinterjogging heel ver te zoeken. Met amper 1º op de thermometer (en vooral de gevoelstemperatuur van -7!) was dit veruit de koudste van mijn 12 deelnames tot nu toe in Kiewit. Dit moet ook 1 van de koudste wedstrijden zijn van de 584 die ik al liep, de voorbije 26 jaar. De Siberische omstandigheden werden een stukje getemperd doordat, naast mijn dochter Sharon, ook mijn oudste dochter Judy en haar vriend zich hadden ingeschreven. Zo konden we mekaar wat oppeppen, zodat de koude wat vergeten werd. Ieder had zijn (of haar) eigen doel vooropgesteld en zou daar achteraf ruimschoots in slagen. Ik had, met een tijd van <40, de lat niet al te hoog gelegd omdat mijn conditie nog lang niet op punt staat en ik altijd stuk minder presteer in vriestemperaturen. Het parcours was veranderd ten opzichte van vorig jaar met een passage door het water: zeer uniek! Stiekem hoopte ik op een tijd van tussen 38 en 39en ik liep tijdens de eerste paar kilometers al ruim sneller dan dat schema. Benieuwd of ik dergelijk hoog tempo zou kunnen volhouden, en of ik geen terugval zou kennen. Dat laatste viel nogal mee, al zakte het tempo geleidelijk wel wat, toch kon ik enkele atleten bijbenen. De dikke kleding en lange broek waren ook niet ideaal om een toptijd neer te zetten. Tijdens de laatste km boorde ik zelfs nog onvermoede krachten aan en versnelde zowaar nog wat! Ik finishte net onder de 39 als 33ste van de 387 deelnemers en daarmee was ik zeer tevree. Dat waren ook mijn dochters en Wim, die elk de vruchten plukten van hun trainingen en hun wedstrijd succesvol beëindigden. Nu nog wat meer warmte en we zijn - hopelijk - weer vertrokken voor een mooi loopjaar