Miou is een zeer lieve poes. Een oude, wat trage poes bij het oversteken. En vandaag is het heel erg druk in onze straat. En sommige chauffeurs rijden veel te snel. Vanaf nu zullen we onze Miou moeten missen. Heel erg hard missen. We zullen haar niet meer aantreffen in de aanhangwagen. We zullen haar niet meer zien 's morgens op ons terras, miauwend om eten en aandacht. We troosten ons met de wetenschap dat we haar veel knuffels en lekkere beetjes gegeven hebben. Dat ze nu vast en zeker geen last meer heeft van haar gekwetste achterpoot. Dat ze nog mooie warme dagen heeft gekend. En dan lag zij in het gras, wij in de stoel ernaast. En dat ze niet heeft afgezien. We zullen je niet vergeten Miou.
Er is veel te doen rond de herdenking van de Eerste Wereld Oorlog. Ook de kalligrafie-leraar organiseert een wedstrijd daarrond. In het kader daarvan probeer ik me vanuit verschillende hoeken te inspireren en momenteel lees ik het boek 'Honger' van Rick Blom, een geschiedenis uit de eerste wereldoorlog. Tegelijkertijd probeer ik het contrast vast te leggen door foto's te nemen van afval dat wij heden ten dage overal achterlaten. Ik hoef niet echt op zoek te gaan en ben beschaamd.
Normaal wordt bij ons het vuilnis opgehaald op maandag. Aanstaande maandag is echter een feestdag. En dan wordt het vuilnis opgehaald op vrijdag. Helaas had ik dat pas door op vrijdagmorgen om 7.15 uur. De vuilnismannen zijn vroege vogels, maar ik besloot het er toch maar op te wagen en de vuilniszak alsnog op straat te zetten. Zelfs al stond er bij de buren niets meer. Wellicht een teken dat de kar al was gepasseerd. Maar toch zette ik het vuilnis buiten. En ja, ik had geluk. Want zelfs al was de kar al op de terugweg en had de chauffeur het laattijdig gezien en moest hij achteruit rijden, de zak met vuilnis werd meegepakt. Merci dus vuilnismannen!
In het boek "City of heavenly fire" verwijst men naar personages uit vorige boeken. Omdat ik die al een klein beetje vergeten was, dacht ik "laat ik het even checken op internet". Ik dacht niet dat het veel zou uithalen, maar kijk. Door één enkele zoekterm in te voeren, kreeg ik de volledige lijst. Toch een prachtig ding, zo'n zoekmachine.
Het is vast wel een prachtig vakantieland. Maar als voetballand heb ik er nu wel genoeg over gehoord. Dus toen de radioreporter aankondigde dat "heel België enthousiast wordt" zei dochterlief doodleuk :" dan kent hij jou niet, hé mama".
Het wordt een week van "laatste keer dit schooljaar" voor onze dochter. Zoals: laatste keer studie (gisteren), laatste (halve) schooldag (morgen), laatste turnles en zelfs "laatste rapport voor de examens". Nu nog juist de laatste examenperiode van dit schooljaar doorkomen..
Jongste is ingeschreven in Brugge! Zoon was op school dus gingen manlief en ik met z'n tweeën op internaatjacht. We twijfelden tussen twee, woensdagmiddag nog eens met zoon naar Brugge. Vanuit Brakel toch een uur rijden dat werd haasten omdat de beheerders niet de hele middag aanwezig waren. Nipt waren we in Brugge en om toch zeker op tijd te zijn nam ik een spurt jongste volgde moeizaam. Met zijn mams in zijn uniformkleding door de stad rennen was te beschamend ook al liepen we richting station en konden de mensen denken dat we de trein moesten halen.
Om vanmorgen van mijn ene afspraak naar de andere te gaan stuurde de GPS mij langs kleine dorpen en smalle wegen. Rustig rijden was het wel op die manier.
Een eigen wagen is uiteraard een luxe. Makkelijk als de dochter ergens naar toe wilt. Of om te gaan werken. Maar voor die luxe moet worden betaald. En dat deed ik netjes. Moet ik weer een jaar lang niet denken aan de verkeersbelasting.
Het laatste deel van "The Mortal instruments" serie is -verschenen -en afgeleverd door de koerier. Zal ik eindelijk weten hoe het afloopt. Al is dat waarschijnlijk pas na enkele dagen/weken. Want het boek bevat behoorlijk wat bladzijden. Blijkbaar kon de schrijfster geen afscheid nemen van haar personages.
Gisteren kwam een collega van mijn man op bezoek. Niet om belangrijke dossiers door te praten. Maar om te racen. Eerst op de baan met race autootjes, dan met de treintjes. En omdat driemaal "racerecht" is raceden ze nadien nog een paar uur met de spelconsole...
Omdat gisteren een feestdag was, besloten we niet te koken maar naar de afhaalchinees te gaan. Het deel "chinees" was geen probleem, het deel "afhalen" wel. Want toen ik thuiskwam met alle potjes struikelde ik in de gang. Gelukkig was er op de meeste potjes een stevig deksel, behalve op de sauzen. Resultaat: een grote plas saus in de gang. De "argh" reactie van mijn man was wel dramatisch maar niet erg hulpvol. Maar na de opkuis heeft het me toch gesmaakt.
Intussen las ik het boek uit. En schaar ik mij bij de fans ervan. De Dood als verteller is wel even wennen. Af en toe kondigt de Dood aan wat er nog gaat volgen. Eerst vond ik dat storend, maar aan de andere kant wekt het nieuwsgierigheid op Van alle hoofdpersonages zullen Liesel en Rudy mij het meest bijblijven. Het einde van het boek is ontroerend. Ik begrijp waarom de auteur verklaart dat hij er moeite mee had om het te schrijven. Als ik dan toch een minpunt moet geven dan is het wel voor de flashbacks die de verhaallijn wat bemoeilijken. Al bij al is het boek zeker een aanrader.
Vanmorgen was het leuk opstaan. De werkweek eindigt immers al vandaag. Al zegt dochterlief wel dat het een weekend lang studeren wordt met de examens zo dicht bij de deur.
Bij de inschrijving voor de bakcursus liep ik voorbij de stand van handwerk. De stukken die er stonden waren mooi. Dus schreef ik me meteen ook in voor een cursus breien. Maar gezien mijn voorkennis mag ik wel naar het derde jaar. Dus vanaf september volg ik op maandag bakken en op vrijdag breien. Als het bakken goed lukt, kan ik misschien een baksel meenemen naar de breiles...
Zaterdag was het opendeurdag van het instituut waar ik bakles wil volgen. En ja, het is mij eindelijk gelukt mij in te schrijven. Dus vanaf september kan je mij op maandagavond vinden in de bakles. Hopelijk goed bezig zodat ik lekkere dingen mee naar huis kan brengen.
Toen ik vanmiddag op de parking van de supermarkt liep richting ingang met een lege bak in mijn hand, werd ik aangesproken door een oudere heer. Hij was op weg naar de ingang met zijn lege kar en bood aan dat ik mijn lege bak in zijn lege kar zette. Heel lief en eigenlijk ook een beetje een gelukje voor hem. Want ik zag zijn bril liggen in de winkelkar. Hij was mij erg dankbaar dat ik hem daar attent op maakte. Twee gelukkige mensen op de parking van de supermarkt dus.