Joepie, het kon toch doorgaan! Met een compleet gratis toegangsbewijs reisde ik veilig met de trein en de bus naar Thermen Soesterberg. Een dagje baden in de luxe van warme bubbels en creatief bedachte sauna's. Het wegzakken tot mijn hoofd in erg warm chloorwater met uitzicht op de besneeuwde bomen was een weldadige ervaring. Oh, ik houd van warme baden! En dan de ruime zwembaden waar je in schemerlicht doorheen zoeft met een soepel voelend lichaam wat als een dolfijn kan draaien in het zachte water. Ik houd van die beweeglijkheid. De rustruimte was een paradijs. Iemand heeft erg goed over deze inrichting nagedacht en al wat ik hoefde te doen was het weldadig in me opnemen en me laten wegzakken in alle comfort, zachtheid en rust. Er waren een serie met olijfgroen beklede éénpersoons waterbedden, verwarmd, met een wit badlaken erop gespreid en een prachtige, wollig aanvoelende plaid erop, ook in olijfgroen met beige en iets goudachtigs erdoor geweven. Het houtwerk was wit geverfd en tussen de bedden in waren hier en daar een serie berkenstammen in witte houten blokken aangebracht met ruimte ertussen. Ik houd van berkenstammen! Op het plafond waren rieten matten vakkundig aangebracht, op een manier dat het iets golfde, tussen de witte houten tussenstukken. Er was een volledige stilte en de grote ramen boden uitzicht op het besneeuwde bos. De donkere stammen met aan één kant een sneeuwlaag, de kruinen en dan de sneeuwlucht erboven; het was magnifiek. Ik kon niet lekkerder liggen met mijn bijbel naast me en rechts een posterwand met een prachtige mistige bos -foto in groene en geelgroene kleuren. Wat een harmonie! Ik sliep een beetje en las een paar psalmen. De reis kostte me eigenlijk al mijn budget maar rond vier uur, voelde ik dat ik toch wat nodig had om te gebruiken. Als je het restaurant in wou moest je je handdoek buiten laten, in de garderobe zeg maar. Aangezien ik alleen was, deze dag, liep ik alleen in mijn badpak en duster het restaurant binnen. Overal waren zitjes, kerstbomen met ballen en overal zaten tweetallen. Ik ging maar ergens zitten, bij een wel gezellig lijkend stel die mondaine bladen lazen in hun mooie dusters. De prijzen logen er niet om! Ik had een niet te duur soepje willen nemen voor wat zout en vulling, maar dit kon ik niet betalen. Zucht, dan maar een warme chocolademelk. Dat vult ook, en die ene chocomelk moest het dan maar helemaal zijn. De serveerster liep rond en nam her en der bestellingen op. Naast mij zat een stel, ook in mooie dusters, elkaar wat te knuffelen en van een wijntje met chippies te genieten. Een tortillachipje voor 6, 95 of zoiets. De mensen rechts van mijn kerstboom vroegen om een deken en werden bediend. De serveerster zei iets schattigs als dat je daar altijd wel mee zou kunnen blijven knuffelen; met de olijfgroene plaid, passend bij de roomwitte banken. Ik voelde me zo kaal. Ik was binnen komen lopen met alleen mezelf, mijn badpak en duster. Er waren geen andere leesbladen meer beschikbaar en ik had alleen een warme chocolademelk. Het was een gek gevoel. Ik zat er terwijl de mensen rechts van me hun koffie leeg dronken met de warme plaid over hun benen en links, snackten ze van de chippies en streelden elkaars lijf. Ik kreeg spontaan zin in het leven van de serveerster. Ik bedoel dat ik me als het ware aan haar kant schaarde omdat dat veel minder saai leek dan deze verveelde ontvangende kant van een in comfort gehulde bank. Ik was er gauw klaar mee. Wat kan de rijke wereld in een paar tellen je al vervelen terwijl het zoveel lijkt te beloven. De chocolademelk was gelukkig erg lekker, voor drie euro vijf en twintig zónder slagroom en ik ging nog voor een laatste rondje voordat het tijd was om snel te douchen en hups weer met de bus terug. Weer het gewone leven in, maar de warme badenrust neem ik met me mee.
Ik ben weer thuis van een bezoekje. Het was een hele omreis, via Driebergen meerijden met mijn - domineevriendin- die eerst bij had gelogeerd,naar onze -zendelingvriendin- in Kampen. Ze is alweer een poosje terug uit China; onze - zendelingvriendin-, samen met haar geadopteerde zoontje. Ik sliep onder het ietwat schuine dak van haar jaren 30-achtige gezellige woning in Kampen- Zuid terwijl we tot na twaalven aan het feesten waren geweest met toastjes, wijn, chips, verhalen en gebeden, taart en drinken. Het was een oergezellig samen zijn, maar ook een - nieuw - samen zijn. In de zeven jaren dat ze weg was zijn we allemaal veranderd. Ik merkte vandaag de vruchten van verandering. Vruchten van verandering zoals veel meer eigenheid kunnen vasthouden, naast haar, en rustig kunnen -zijn- temidden van al haar familie en wat buren. Dit terwijl ik vroeger nog ineens kon wegzakken in een moeras van wie ben ik nou, schaamte en angst. Blij met verandering, dank aan God voor verandering, maar ook nog het wachten op al lang gehoopte veranderingen. Wachten op een tijd dat er een man is die met mij mee naar boven loopt 's avonds laat, in plaats van een superlieve vriendin in haar gekleurde duster meekwebbelend tegen de poes. Ik ervoer de metamorfose van ander leven dat door mijn huis heenstroomt , zelfs zodanig dat ik mijn hele huis als een ander huis beleef, gewoon doordat je met zijn tweeën gaat slapen. Doordat ik het huis deel wordt het huis- huis- en niet meer mijn gesprekspartner zonder echte stem. De ruimte waar ik tegen mezelf pratend doorheen loop. Het huis krijgt een andere functie... Terug weer thuis denk ik nog dankend over alles na. In mijn proces van accepteren van wie ik ben en tot waar ik ben gekomen als mens, is er veel meer rust gekomen en zijn er schimmen van schaamte en schuld verjaagd. Het is niet makkelijk om geen succesverhaal te hebben over werkervaring of een gezin. Wie ben je als mens? En dan ook nog alleen. Maar ik mag er zijn. Ik draag met me mee wat ik heb doorleefd, door pijn heen. Soms roep ik het uit naar God om de tergende tijd soms van nog weer alleen wonen en zijn. Maar ik bedacht net dat Hij vast mee voelt met mijn pijn maar het ook opbrengt in Zijn liefde en in Zijn geloof in mij om te wachten op het juiste moment totdat hij mij kan geven wat Hij heeft voorbereid. Ik hoop dat het zo is en ik niet uit angst of een andere reden iets afhoud. We dragen het wachten ook mee met elkaar. Wachten is geen nutteloze tijd. Het vormt ons. In maart stonden we met ons drieën op de stoep van haar nieuwe huisje waar toen nog de oude bewoners woonden met het bord : -Te Koop- in de tuin. We kregen een rondleiding en de bewoners bleken christen en alles leek haast te mooi om waar te zijn. Iemand kocht dit huis speciaal voor Hannah zodat zij het nu kan huren. En nu, kwamen we aangetuft door de donkere novemberavond en stapten op de drempel van haar verjaardag binnen in haar nieuwe huis! Wonderlijk! Blij liepen we samen alle vertrekken door en bewonderden alle details en nieuwe aankopen. Ik vond het gewoon gek om in datzelfde huis op de grond te zitten met mijn pantoffels aan en dat ik nu bij Hannah thuis was. In de dingen die we graag willen, wachten we samen, het verlangen proevend van wat hopelijk nog komt, net als die sinterklaasavond als kind, waar eindelijk alle kadootjes uitgepakt gaan worden en de tijd van wachten voorbij is. Het geloof van vrienden om je heen, die mee verwachten in Gods goedheid voor jou en je omringen met warmte, gebeden, lekkers en allerlei verhalen over wat God heeft gedaan werkt als een stuwende kracht om door te gaan in het gewone dagelijkse, weer verder met alles, maar toch... Eens op een dag, pakken we de kadootjes uit.. En ondertussen is er ook zoveel feest ;)
Ik krijg niet gauw genoeg er van; kijken naar mijn nieuwe poes. Ze is zo schattig, donzig zacht, speels met een spits kopje, grote oogjes en een warm soepel lijfje. Aan alles is te merken dat ze goed gehecht en veilig is opgegroeid op de boerderij. Ze is niet getraumatiseerd, zat bij haar eerste binnenkomst in het mandje, met nog wat hooi van de boerderij, gewoon rustig om heen zich heen te kijken... De volgende dag zat ze al gezellig erbij; op de bank. En inmiddels kent ze mij. Ze kent mijn stem en bewegingen en weet dat ze bij mij moet zijn voor eten en als er wat is. Gisteren gaf ik haar een zakje whiskas uit de koude bijkeuken. Ik had het niet lang genoeg laten opwarmen. Ik zat op de bank en ineens begon Myou keihard te mauwen. Ik hoorde gelijk dat ze om hulp riep en rende naar haar toe. Het arme ding maakte voor 't eerst mee dat ze ging overgeven. Ze begreep er niets van en de whiskas golfde weer uit haar bekje terug op de vloer. Ik streelde haar en stelde haar gerust. De onschuld van Myou raakt me. Haar -gezond -reageren. Ze ervaart iets in haar lijfje en schreeuwt gelijk om hulp. Er zit niets tussen. Ze is volkomen transparant en vertrouwt op mijn hulp en nabijheid. Het raakt mij omdat er bij mij wel vaak zoveel tussen zit. Wat heb ik niet een leven lang opgebouwd aan ervaringen waardoor je eerst aftast, of verbergt of het er anders uit laat komen. Wat ben ik vertrouwd met manipulatie, met vervormingen. Maar gelukkig ken ik ook het echte. Myou is geheel onbedorven onschuld. Als ik niet met haar kan spelen gaat ze zelf spelen, ik mag haar oppakken en kroelen vind ze spinnend lekker!! Lief Myoutje, breng jouw transparantie in mijn huis en wees een spiegeltje die alle muizenissen verjaagt..
Ik ben gezwicht! Na ongeveer zeven maanden zonder poes vond ik de vrijheid niet meer opwegen tegen poezenpootjes dor mijn huis en miauwgeluidjes. De verleiding werd helemaal onweerstaanbaar na de zwijmelfilm:"Kedi". Een prachtig gefilmde kattenfilm, over straatkatten in Istanbul. Verschillende kattenpersoonlijkheden werden gevolgd en op aandoenlijke manier in beeld gebracht. En dan die stoere Turkse zeebonken van mannen in schipperstruien en met wilde haren; helemaal voor de bijl gingen ze voor een nestje kittens of een ander karakteristiek beest. Vele katten kwamen in beeld. Ééntje was geadopteerd door een Traiterie; een delicatessenzaak. Hij bedelde niet om eten maar kreeg de duurste hapjes geserveerd vanuit het restaurant. De beste kaas, en wat rosbief. Hij krabbelde met zijn pootjes tegen het raam totdat hij eten kreeg. Katten zijn meesterlijke wezens. De dag na de film keek ik op marktplaats en mijn oog viel op een klein ondeugend schatje. Ze ligt nu naast me, tegen de laptop aan gevleid en mijn bovenbeen. Ahh, ze is zooo lief!! Ze heeft haar eerste half jaar doorgebracht op een gezellige Lunterse ouderwetse boerderij. Ze mocht vrij rondlopen op het erf en was goeie maatjes met de hond, kat en de konijnen. De boerin haalde haar uit de hooikist en ik was gelijk weg van haar. Ze is een bonte mix van een lapje en een syferse. Ze heeft een spits kopje en is nog zo klein! Ik heb haar Myou genoemd. Mijn stille huis heeft een huisgenootje erbij en ik ben zo blij. Haar zachte poezelijfje tegen mijn wang en haar spinnesnorretjes en myoumiauwtjes. Ze ontdekt alles en wordt steeds ondeugender. Nageltjes in de bank.. Maar ze is zo makkelijk. Ze eet alles op en was met een paar daagjes al thuis in mijn huis en nu kent ze me al. Myoutje, ik ben voor je gegaan. Welkom in mijn bestaan!
Ik sta in het zwembad. Het is volle bak! We zijn wel met zo'n vijf en dertig 55 plussers in het warme water, aan het bewegen. Ik kijk om me heen en vind het grappig. Het valt me op hoe kwetsbaar we zijn met ons lichaam. Als mensen ouder zijn gaan de armen veelal krom omhoog en de tenen komen niet makkelijk meer boven water met een zijwaartse zwaai. Het verbroedert. Wat me raakt is het verschil tussen onze capaciteiten met onze geest in tegenstelling tot ons lichaam. Mensen zijn tot zoveel in staat. We kunnen gebouwen ontwerpen, machines maken, kunstwerken, boeken schrijven, filosofieën bedenken, bruggen bouwen, landbouwprojecten vorm geven enzovoort maar ons oudere lijf in het warme water moet rustig bewegen omdat het anders een blessure krijgt. De benen gaan in looppas en alles wordt met mate getraind. Tussendoor zitten we tegen de krachtige massagestralen, die op de bekende spierknoopplekken hun werk doen. We hebben een lichaam, maar zijn gemaakt als wezens voor de eeuwigheid met enorme capaciteiten. "Dit is maar een jasje", zei een kennis van mij over haar lichaam. Ons wezenlijke ik heeft een veel groter bereik en is voor iets veel langdurigers bestemd. Voor nu zie ik kromme armen en benen heen en weer zwaaien. We moeten het allemaal wat beweeglijk houden en gespierd, en ons kwetsbare 'jasje' loopt kouwelijk na de warme douches naar een kleedhok om laagjes kleding aan te trekken. Wat heeft het allemaal veel voorzichtige zorg nodig, alle plekjes en uiteinden. "Wij hebben deze schat in aarden vaten", staat er in de bijbel. Ik vind het wonderlijk. Ons lichaam is zo uiterst ingenieus gemaakt en toch kan een paar armen in de lucht gooien op een gegeven moment best een prestatie worden. Een aarden vat is zo breekbaar. Ik kan me voorstellen dat mensen de kracht die zij van binnen voelen ook met hun lichaam willen uiten en waaghalsdingen doen als met sleehonden over de ijsvlakten lange afstanden afleggen, of kayakken op wilde rivieren, diepzeeduiken of turnen op de balk. Maar spotten met aardewerk kun je niet. Onze benen breken, onze vingers krakken. Dus overal voor zorgen en hups de armen en benen in hun belachelijke eenvoud blijven bewegen van links naar rechts en even uitstrekken en op spanning brengen. Het moet allemaal nog wat jaartjes mee.
Mijn vriendin G, is naar het noorden vertrokken. Ze is daar zowaar als domina bevestigd in een grote PKN gemeente. Het was een hele gebeurtenis. Misschien wel duizend mensen in het grote kerkgebouw en veel rijen voor de gasten; waaronder ik. We hadden ons allemaal mooi aangekleed voor het feest en werden zeer gastvrij onthaald met koffie en na afloop zalige kleine oranjekoekgebakjes met slagroom en een tekst erop. Het was een zorgvuldig voorbereid gebeuren met veel feestelijkheid en één en al welkom. Ik ken haar niet zozeer als predikant maar privé. Wat zij bij mij achterlaat is bijvoorbeeld hoe of ze met zichzelf omgaat als we samen zijn. Met zichzelf en met mij. Ze laat zich niet opjagen maar checkt steeds of aan alle behoeftes is voldaan. Heb je lekkere sokken aan voor de wandeling? Een warm genoege jas? Wel of geen handschoenen aan? Toch nog een legging onder de broek voor de kou? Wil je je koffie met nog iets meer melk? Ze handelt alles zorgvuldig af. Als we op pad gaan zijn we van alles voorzien en klaar voor de trip. Haar respect voor mijn en haar behoeftes en de tijd die ze neemt om daar goed voor te zorgen spreekt van liefde en zorg. Het vertelt hoe kostbaar ik ben en de moeite waard. Het voelt wat onwennig maar ook prettig. Ze is ook hoog sensitief en bij haar mag ook elk detail er toe doen. We genieten samen van geuren of kleuren. Van de kleur in de lucht of de temperatuur. Van diep rode herfstbladeren of de zon over de uiterwaarden. Van een prachtig oud huis of haar luid knorrende poes. Van een heerlijke maaltijd of een diepe gedachte. Van samen diep nadenken of voluit lang lachen. Ze communiceert nog meer, in haar -zorgen voor-. Ze geeft ook waarde aan het nu. De waarde van waar je nu bent in de tijd waar je nu bent. Haar hart is op dat moment niet bezig met een verlangen naar vroeger of naar toekomst, zoals het mijne wel vaak kan afdwalen. maar ze neemt het nu als een kostbaar stukje tijd wat compleet gevuld wordt door wat er op dat moment zich in afspeelt. Vriendin G. neemt dit mee naar haar nieuwe geloofsgemeenschap waar ze mag gaan herderen. Mensen meenemen in de rust en heelheid om van daaruit met kracht het leven tegemoet te gaan. Haar bronnen zijn in God door levenservaring en training. Wat bijzonder dat je zo fijngevoelig en zacht, met zoveel behoefte aan detail en zorg, toegerust bent om een groot werkveld te hebben. Ik draag haar voorbeeld met me mee.
Ik was er door aangedaan; de rouwkaart voor haar begrafenis. Ze was mijn bijzondere, oude, joodse vriendin uit de kerk waar of ik eerst heen ging. We hadden altijd bijzondere gesprekken, waarin zij zonder dat ik veel zei, met een soort van openbaring wist in te spreken in mijn leven. Ze verraste me vaak, door aan de ene kant haar enorme bemoediging, energie en riem onder het hart en tegelijk kon ze ook ineens een stuk waarheid in je gezicht smijten. Ze was fel en energiek met haar enorm fragiele lijf waar ze maar mee tobde en tobde. Ze was intelligent en boeiend, spraakzaam en bijzonder. Ze had me stukjes van haar leven verteld die me een beeld gaven van een zeer imponerend iemand. Goed gelovig had ik alle informatie die ze mij gaf over haar leven en persoon voor waar aangenomen. Tegelijk schemerde er ook een andere realiteit door van eenzaamheid en niet blij met haar plekje in het tehuis voor ouderen. Ik vond het stiekem wel bijzonder dat deze zeer ontwikkelde vrouw een klein stukje vriendschap met mij aanging. Soms zaten we buiten, op de houten banken van de evangelische hogeschool. We hadden dan allebei onze benen aan de buitenkant bungelen en ik voelde hoe of we elkaar ontmoetten in iets van - kind zijn-. ik vroeg me altijd af wat of zij nou meegemaakt zou hebben. Ze was een felle dame, met heel verrassende reacties en kanten, die als het aan haar lag best wel eens had willen preken denk ik. Ze gaf de gemeenschap kleur met haar outgoing nature, haar geen blad voor de mond nemen en hoe ze allerlei mensen benaderde en zichzelf daarin gaf. Maar vandaag, op deze prachtige herfstdag rijd ik naar Amersfoort voor haar begrafenis. Op het hek staat: Maranatha, de Heer kome en dat vind ik mooi. Er staat een klein groepje mensen en al gauw begroeten en bevragen we elkaar over mijn vriendin. De in de realiteit staande familieleden vertellen dat het allemaal niet waar was wat ze vertelde, maar gefantaseerd! Een schokje gaat door me heen, maar ook een glimlach. Ze is me er niets minder om. Ik heb ook mijn fantasieën gehad over wie ik was, dus ik weet drommels goed hoe of dat is. Maar ze volhouden tot je sterft is wel wat anders. Maar we weten niet wat bewust was of wat door verwarring kwam. God weet het. Ze wou een sobere begrafenis maar gelukkig heeft haar broer toch voor een prachtig bloemstuk gezorgd. De leugens over haar - zijn-, haar leven, worden snel uitgewisseld onder elkaar en de kleine groep mensen voelt als heel dichtbij en vertrouwd. Het geeft een band. Het feit dat zij dit nodig had of ons wou laten geloven, en dat het nu aan het licht is gekomen heeft iets ontwapenends waardoor wij juist maar gewoon zijn wie we zijn. Ik kan me zo goed voorstellen dat ze boven met een glimlach is verwelkomd. Het is wel jammer dat we moesten zoeken naar de waarheid over wie ze wél was, om haar daarom alsnog te eren. Gelukkig kon iedereen mijns inziens wel die werkelijkheid alsnog met een zonnetje naar voren halen. We staan met drankjes bij elkaar en ik deel twee leuke foto's van ineens een heel andere vrouw. Mijn beeld is totaal gewijzigd; alsof je een enorme draai aan je cameralens hebt gegeven. De nieuwe persoon, die het is geworden, is minder 'beroemd', waarschijnlijk geen dikke vriendin met Jip Wijngaarden, die ik dacht eventueel nog te treffen, maar wel een aandoenlijke levenslustige vriendin die volop geleefd heeft en uitgedeeld. Alleen een beetje óver de top...
We staan bij het graf. We hebben mazzel ( wéér Gods trouw), want nét deze dag priemt de zon door de wolken en verlicht het prachtige plekje tussen de oude bomen van de Driebergse begraafplaats. Ik sta achter de familie, maar redelijk dichtbij en zie de rode neuzen van mijn vriendin en haar zus of schoonzus. Mel al haar warmte staat ze achter haar moeders klapstoeltje terwijl ze haar handen op moeders schouders heeft. Een beschermend liefdevol gebaar. Ze is emotioneel aangedaan; logisch, haar lieve pa ligt in de kist. Door haar persoonlijke schets van zijn leven, voorafgaand aan de kerkdienst, en alle entourage van de omgeving voel ik de warmte van de oude boerderij waar ze al zolang wonen; haar ouders die vijftig jaar huwelijk doorleefd hebben. Je proeft de eenvoud van leven zonder opsmuk. De trouw van alle jaren aan zijn vrouw, kerk, kinderen, het werk. Een gezegend mens die op een vredige manier mocht sterven te midden van zijn vrouw en kinderen. Je proeft de verbondenheid, de gemeenschap van gemeenteleden die zich schijnbaar allen onderwerpen aan een strak soort keurslijf van rechte houten banken, hele notenpsalmen, hoeden en lange preken. Ik mis het uitnodigende van wie God is. Er is een soort van discrepantie tussen aan de ene kant een stuk warmte in het verkondigen van waarheid over de beschikbaarheid van Gods heil en tegelijk krijgt die God geen vriendelijk gezicht maar misschien zelfs iets monsterlijks. Er zijn geen bloemen op de kist. Ik ervaar dit als een pijnlijk gemis, alsof hij naar huis gaat zonder een bloemetje mee. Alsof er niets te vieren zou zijn over zijn leven terwijl er van alles te vieren is. De dominee doet zijn hartstochtelijk relaas in zijn zwarte pak met blinde sluiting, zodat zelfs knopen niet afleiden maar alles een glad, zwart geheel is. Er is weinig connectie in zijn verhaal of vanuit zijn persoon met de overledene. Het lijkt haast wel alsof hij de man niet gekend heeft. Op de preekstoel kwam hij op mij over als een man waar dingen uit elkaar liggen; zijn geest, lijf, hart. Alsof je niet dichtbij hem kan komen voor een open ontmoeting. Maar zij spreekt wel uit één geheel. Zij schetst zijn mooie leven, met emotie, een snotter, een traan, vol dapperheid, kranigheid, zichzelf herpakkend, en érend, hem érend; haar lieve pa! En je proeft de sfeer van de oude boerderij en de koeien op het land en moeder met de koffie en iedereen die over de vloer komt. De warmte van de oude boerderij, het - thuis-.. Wat mensen er van maken. Alle verschillende clubjes van geloof met opvattingen en regels. Overtuigingen en wetten. God ziet al die clubjes en werkt er dwars doorheen. Met het condoleren kijkt ieder persoon van de lange rij mij met aandacht aan en daarmee wint de warmte van de familie en de gemeenschap het toch van het keurslijfprotocol en scheve theologie. Warmte waarmee een sobere houtenkist in zijn soberheid toch een diepe glans meekrijgt. De liefde van de mensen. Dag lieve pappa van mooie zus en vriendin. Ga heerlijk uitwaaien daarboven en alle kleuren en geuren, het licht en de glorie in heel je wezen opsnuiven en in doorweken tot eer van Zijn Heerlijkheid. Hallelujah.
We zitten aan tafel in de gezellige caravan. Het is te koud om buiten te zitten en Timo van anderhalf zit in zijn rode Ikea stoel. Ik heb appelmoes gemaakt, van jonagolds helaas, want de nieuwe oogst goudreinetten zijn een beetje duur. In Timo's bakje zit een lekker prakje, van snijbonen, aardappels, een - granny- gehaktbal ( ik was de 'granny ' die ze maakte..) én de appelmoes. Hannah heeft Chinese Timo geleerd om zijn kleine handjes te bewegen als hij iets lekker vindt. Bij elk hapje appelmoes draaien de handjes van links naar rechts met een zwijgend gezicht. Ik kijk ernaar en ervaar het als dat er dank is gezegd. Er is dank gezegd voor mijn eenvoudige appelmoes, zonder kaneel. De beweging voelt als meer compleet dan woorden en blijft bij me hangen als een vet cadeau. Het komt zo bij me binnen, naast dat het errug schattig is, dat het opnieuw mijn ogen opent van hoe God dat zal ervaren, als wij Hem door de dag heen dank zeggen; met of zonder woorden. Al is het maar met een even inhouden van je pas, een glimlach naar boven geven of een dankbare stilte in je hart. Of wij maken ook een beweging met iets van ons lijf. Cadeautjes die écht aankomen!
Ik wil het even hebben over missers en zegeningen in seconden van beslissen. Één seconde was letterlijk erg kostbaar. Hannah had haar oog op Timo die met grijpgrage handjes door de caravan scharrelt op zoek naar alles wat hij maar kan pakken. Met een ruk trekt hij aan de televisie. We weten niet of hij aan de draden trok of aan een pootje, maar het ongeluk is dat Hannah één seconde te laat is en de televisie naar beneden valt; beeldscherm kapot! Driehonderd vijf een twintig euro kost deze seconde, terwijl we zo blij waren met de last minute deal van de goedkope caravan. Maar blij zijn we met geen lichamelijk letsel. Dankbaar voor engelen die meekijken en vast ook ingrijpen.
Ik zag een heel mooi kanten lapje in de etalage van de tweedehands winkel. Het leek een uniek kantje uit wel 1800. Ik kon niet goed bedenken waar ik het voor kan gebruiken en wil verantwoord met mijn geld omgaan. Een paar dagen later weet ik waar of ik het voor wil gebruiken en ga nog net voor sluitingstijd naar de winkel. Het lapje is verkocht. Dat wordt wachten op een andere treffer. Als mijn oog ergens op valt en ik word er héél blij van; misschien toch maar kopen!
De buurman op de camping schuift bij ons aan en we kletsen wat. Ik ervaar eenzaamheid bij hem en behoefte aan contact. Wat bijzonder dat hij in Nijmegen woont waar Hannah vandaan komt ook en dat hij kunstenaar is en Kampen kent. Allemaal raakvlakken met Hannah en een beetje met mij. Een dagje later loopt hij langs de caravan en wil ik het raampje opendoen en even iets zeggen. maar ik doe het niet. Wel hebben we nog op andere momenten gegroet een een klein praatje gemaakt. Op de laatste avond brengt Hannah al onze etenswaren die over zijn naar hem toe en krijgt onverwachts een erg diepgaande ontmoeting. Hij vertelt van zijn leven, zijn verdriet, en Hannah kan delen over onze God en mag zelfs voor hem bidden. Het bepaalt onze verdere avond, we bidden nog lang na en ik voel spijt over gemiste kansen, van hem even benaderen, een uitnodiging... Maar heel dankbaar zijn we dat dit toch nog zo heeft mogen zijn.
Moe reis ik naar huis. Ik mag maar tot vier uur in de trein met mijn fiets. Eindelijk is er een zitplaats na bijna twee uur staan. Heerlijk zit ik in de stoel totdat de machinist vertelt dat er een wisselstoring is; allemaal de trein uit. Ik loop met mijn fiets naar de sprinter naar Utrecht en zie ineens een andere trein, via Ede. Dat lijkt een heel rustige verbinding. Ik beslis met mijn verstand toch voor Utrecht te gaan, maar een half uur later zit ik toch in deze trein naar Ede; geen plek via Utrecht. Het is een fijne trein met veel plek voor de fiets en in het vertrouwde Ede kan ik nog even genieten van een koffie verkeerd. Als een verzopen katje kom ik weer thuis, twintig minuten door de stromende regen gefietst. Maar weer doordrongen van Gods trouw en soms superzachte aanwijzingen die altijd goed uitpakken.
We zijn op het strand, onze laatste dag. Het prachtige Terschellingerstrand. Ik was nog naar West gefietst om een kennis op te zoeken, maar zij was niet thuis. Moe gefietst zit ik op het klein beetje natte zand. Er zijn donkere luchten met af toe wat zon. Het is heerlijk. Dan gaat het regenen. Ik doe mijn sokken weer aan en schoenen we gaan nog even naar zee. maar als je dan denkt dat al het moois voorbij is, dan gaat ineens de zon weer schijnen en is er zo'n onvoorstelbaar mooi licht. De donkerblauwe zee met witte schuimbranding, de waterpoeltjes en ribbels in het zand, de verschillende kleuren van zand waar het licht op valt, de wuivende helmen en wolkenpartijen; zooo mooi! Hannah danst met opgetrokken broekspijpen door de branding van warm zeewater terwijl Timo tegen mijn benen geleund, zijn ogen vast op haar gericht houdt. Het is als een bonuszegen van een zalige week Terschelling; bonusvakantie met een voor mij gratis huisje, van een zomer waar ik maar niet ophoud met vakantie vieren, uitjes en ontmoetingen, natuurschoon en vrijheid, naast hard werken, zweten en vooruitkomen.
Het leven is als een dans door allerlei ruimtes met licht wat zomaar onverwachts ergens op schijnt. Gezegend ben je als je oog er op valt en je plukt de zegen, of volgt de aangegeven weg.. Soms zijn het van die pareltjes die er zomaar liggen op de weg, precies voor jou!
Soms zijn er van die momenten, om in een lijstje te doen. Ik noem er enkele. Hoog piepende halleluja's van Cor We zijn op kamp, met de kerk en het is aanbiddingsavond. De band speelt en met elkaar zoeken we God zoals het met elkaar mogelijk is. Ik was wat later. Ik ging eerst nog even de rust zoeken en een eindje lopen. Mmm, ik zat op een steen en keek uit over het zomerse Twentse landschap. Wat heerlijk! Weer terug in de zaal zat mijn oude vriend Cor van 78 voorin. Hij kan slecht lopen en ze hebben een rolstoel voor hem neergezet. Maar daar zit hij niet in. Hij heeft COPD en weinig lucht. Het is zijn eerste vakantie. In 78 jaar levenservaring is hij nog nooit op vakantie geweest. En nu zit hij in een multicultureel kamp, tussen allerlei donkere en minder donkere mensen te genieten zoveel hij kan. De avond kan hem niet lang genoeg duren. het zingen gaat maar door en door. De band speelt een lied met veel hallelujah er in. Ik ga naast hem zitten en hij houdt mijn hand vast. Aan zijn andere zijde zit ook een vrouw en daar heeft hij ook de hand van vast. Ik voelhoe zijn borst zwoegend op en neer gaat en hoor een piepend hoog geluid. Hij zingt onvermoeibaar mee, met volle borst; met alle piepjes adem die hij in zich heeft. Hij krijgt er maar geen genoeg van, deze voor hem eerste ervaringen van aanbiddingsavonden waarin de hemel een stukje opengaat. Ik bedenk met een glimlach hoe of zijn stem binnen zal komen in de hemelse sferen. Ik denk als een nachtegaal. Wat mooi dat echte schoonheid en liefde van binnen zit!
Marga's knusse gesprek We zijn op een ander feest. Tante Lies is jarig en heel veel familieleden en vrienden zijn gekomen. Het is gezellig in het buurthuis. De kerstlampjes met oranje lampionnetjes en letters eraan zitten vastgeplakt op het raam en zorgen voor een romantische sfeer. De barbecue is achter de rug en de rust is weer gekeerd na ons vrolijke toneelstuk. De tafels staan opnieuw gedekt met ijs, bowl, slagroom en verschillende tova sausjes. Maar ineens is daar Marga met Floortje op de arm. Ik heb het meisje net leren kennen. Ze is ongeveer zes jaar oud en heeft er sinds enkele maanden een nieuwe stiefmoeder bij. De pasgetrouwde nicht van Annelies. Wat een verandering in haar jonge meisjesleven. Marga heeft haar gezellig op de heup, haar armen steunend en gezellig warm om Floortje heen. Het is als een klein, warm, knuffelparadijs van exclusieve aandacht. Marga doet niet zomaar wat, nee, ze stemt uitermate juist af op het kind en vraagt met een enorm leuke toon naar haar juf en de school terwijl ze Floortje aankijkt. Het is een intiem, knus tafereel waarin in zo korte tijd zoveel gegeven wordt dat de schoonheid ervan ook voor mij voedend is. Een beeld van Gods moederliefde van een vrouw zonder eigen kinderen die een meisje van gescheiden ouders zomaar oppakt en in staat is op een zo natuurlijke manier haar dit allemaal te geven. Op het laatst van de avond zingen we in een kring wat liederen met de gitaar. Ik pak de belleblaas en geef ze aan Floortje. We zingen en zij blaast bellen en ik blaas ze en zij gaat dansen tussen de bellen in. Ik maak foto's en zie een kind die echt danst, in de aanwezigheid van aanbidding, de aanwezigheid van Gods gezin. Samen in gebrokenheid het leven vieren in een simpel buurthuis vol kostbare schatten.
Een gezicht als een oase; Florieke Ze zit naast me in het zwembad. We drinken koffie na de, voor mij eerste les, van aqua fit. We ontdekken al snel dat we beiden christen zijn en zij vertelt hoe of ze haar bed & breakfast runt. Ze bidt voor alle gasten. En ze merkt dat het echt werkt, dat mensen open zijn om van God te horen. Haar ogen en gezicht zijn als een oase. Haar zijn is als een verfrissende bron. Het ontroert me en ik moet er van huilen. Ik heb weer eens niet echt gebeden vanochtend. Wel bijbel gelezen maar dan is het alweer tijd. En zij bidt en ziet God werken. Er was een depressieve vrouw die ook geloofde te gast in haar huis. Ze wou voor haar bidden maar een stem zei dat ze het niet moest doen. Ze deed het gelukkig toch. Ze hoorde zichzelf zeggen; "Zal ik voor u bidden?" Dat wou ze. na het gebed liet ze haar gast rustig ontbijten en ze zei dat ze met een uur weer zou komen. Toen ze weer kwam zat de vrouw met de bijbel op schoot en een grote glimlach op haar stoel. Ze voelde zich heel anders; blij en goed. Ik voelde de enorme dankbaarheid en blijdschap van Florieke hierover en nog meer vreugde toen de gast graag nog een nachtje wou blijven. Wat een dienende houding. Later bleek dat ze zelf pijnen heeft en met moeite de dienbladen kan tillen en de trap op en af. Ik voel de vrijmoedigheid om gebed voor te stellen, na een gesprek hierover, en even later staan we om het hoekje van het zwembad te bidden. Ik bid en bid en we ervaren beiden God en we praten over wat zij ervaart. We bidden weer. Ik bid en bid en het is alsof we in het heilige der heilige komen. In mij is een vuur brandend wat wil strijden tegen alles van de vijand en tegelijk, of misschien wel eerst is er het verhogen van God. Het is heerlijk. Ze voelt tintelingen door haar lichaam gaan en voelt zich heel fijn. Wat een dienende vrouw en wat een voorrecht om voor haar te mogen bidden. Ik denk dat we allebei lichtelijk beduusd en verrast zijn maar ook vol van dat wat in ons is. De plekken waar ik voor bad bleken precies te kloppen en we voelden beiden Gods kracht. Wat een verrassende aqua fit! Onze samenbindende liefde voor Vader. Dan is er geen tijd of plaats meer. het is er wel maar het maakt niet zoveel uit. Haar gezicht als een oase sprak boekdelen tot mijn hart.
Gisteren werd ik zo niet goed van het alleen leven dat ik echt snakte naar een praatje. Ik ging, na zeven weken geen tijd, weer eens naar de sportschool. Ik zag mijn kans waar en installeerde me naast een meneer op een fiets. Direct begon ik een gesprekje en gelukkig was hij er voor in de stemming. De man heeft zijn oogzicht verloren in krap acht weken tijd en ziet nu nog drie procent! Heftig verhaal! Toen ik aan het roeien was kwam er ook een meneer naast mij. Hij ging jachthoorns blazen in Frankrijk waarvoor je veel lucht moest hebben. Honden en paarden, daar was hij mee vertrouwd. Okay, dus als ik vrijmoedig ben, dan heb ik op sportschool zo kans op gesprekjes. Vandaag ben ik vanaf twee uur aan het handwerken. Ik vind het heerlijk. Pauzes neem ik nauwelijks. Dan is het etenstijd en ik maak zoete aardappels in de oven met bietjes en sla. terwijl ik drie dingen tegelijk doe, romelt de wasmachine en kiept mijn potje terpentine met kwasten van de wasmachine. Pff, precies in de aardappelmand. Dus heb ik een bord met dampende aardappels en een net gekookt eitje, maar moet aan de slag om de terpentine op te dweilen en de zachte flaneldoek van de mand in een sopje te gooien. Ik ga op de bank zitten met mijn plastic schort om, want de vorige keer kiepte ik ook mijn bord teveel naar één kant waardoor de rabarber op mijn net schone witte rok droop. Ook weer sopjes.. Ik eet het op en ben alweer met het volgende bezig. Pak met mijn vingers de laatste bietjes van het bord en slurp het naar binnen, terwijl ik naar de keuken loop om de boel weer neer te zetten. Olga toch! Ja, dit is wat er met mij gebeurt als ik alsmaar single en alleen leef. Gisteren was er een jonge man bij mij komen klussen. Hij schuurde mijn slaapkamerdeurposten en ik rende op en neer de trap af om zijn werk te bewonderen, instructies te geven, nieuw sopje met ammonia aan te reiken en te zeggen dat het eten klaar was. Ik geniet er van als er iemand te gast is. Ineens is het leven anders. Ik kook voor iemand, dek de tafel en we kijken samen nar de tuin en zoveel meer. Elke dag gasten is ook weer vermoeiend maar ik krijg het beeld op mijn netvlies van de vrouw in huis die als een haard is in de keuken waar het hele huis omheen draait. Zo wil ik zijn. Teveel alleen zorgt voor sopjes, slurpen en lange werkdagen. En te laat naar bed. En nu wil ik toch nog iets voor iemand schrijven, want ik heb inspiratie. Chiao
Een aantal dingen zijn bij mij blijven 'haken'. De mannelijke helft van een bevriend echtpaar kwam bij mij klussen en later een keer eten, samen met zijn vrouw. Hij is iemand die stil kan zijn maar ook kan praten. Bij binnenkomst gaf hij mij een echt gemeende omarming, hug, zoiets. Deze omarming sprak tot mijn hart. Het bleef bij me, week na week. Ik bleef er over nadenken en navoelen. het was alsof hij zonder woorden iets belangrijks had gezegd wat diep binnen was gekomen. Afgelopen keer, met het blijven eten met zijn vrouw, kreeg ik weer een omhelzing. Het was als een frisse stroom water voor mijn ziel, een in cadeau papier bepakte: "ik houd van jou", van God. In deze omhelzing werd ik naar God gebracht, in de zin dat ik het pure levende water in hem voelde dat ook voor mij beschikbaar is. De hug werkt in mij door en door en door. Ik verwonder me erover. In een gebaar en een voelen kreeg ik een boodschap die niet alleen in mijn hoofd binnenkomt, met woorden, maar op een dieper niveau die als water in alle plekjes van mijn zijn doorsijpelt. En niet alleen in een moment maar ik kan ernaar teruggaan en er weer uit putten. Er was een ander gebeuren. Ik was in de samenkomst en er is daat een grote, stevige man uit een ander land, met een baardje. Hij sprak me aan. Hij kan weinig tot geen Nederlands. Hij keek naar me en zei iets tegen mij. In de manier waarop hij keek, de aandacht die hij voor mij had, zijn ogen, woorden voelde ik zoveel pure liefde dat ik spontaan een gat in mezelf voelde en een enorme honger voelde naar liefde. Ik had wel naar hem toe willen gaan en vragen of hij me een hug wilde geven maar de dienst was begonnen. Ik huilde zachtjes. Ook daar kan ik aan terugdenken met verwondering. Ik voel de zachte tedere onbegrijpelijke liefde van de Here Jezus, voor mij. Een man die me aanraakt, een man die me aankijkt. Jezus die me aanraakt, Jezus die me aankijkt. Jezus die me liefheeft. Ik ben diep geraakt.