Ik was op een conferentie vanwege een gratis toegangskaart. Het was overweldigend. We werden ondergedompeld in preken, preek na preek na preek. Levensverhalen en wonderen, gebeden en krachtige aanbidding.
De mannen op het podium zijn mannen met een doordrenkt leven met God. Ze hebben talloze ervaringen met Hem, zelfs iemand gered door de dood heen en ze delen uit van Zijn kracht en goedheid waar ze ook maar komen. Ze staan op het podium in gewone casual kleding met een baard en een stevig postuur of in een spencer. Ze schamen zich niet voor de Allerhoogste. Ze zijn dat punt helemaal voorbij. Vrijmoedig delen ze over de werkelijkheid van wie er in ons woont en hoe wij gebied in kunnen nemen van de vijand door gezondheid te bevelen in de autoriteit van Hem. Ze delen van hun eigen dieptepunten en falen, zwakheden en ongehoorzaamheden, maar ook van Zijn successen, Zijn glorie, simpel doordat ze beschikbaar zijn.
Ik proef autoriteit in hun vanwege hun toewijding aan de Allerhoogste. De preken zijn doorspekt met verhalen waardoor principes langer blijven hangen en als levende schilderijen in onze ziel achter blijven. Dan is er het verhaal van een ontmoeting in een vliegtuig waar de spreker eerste klas in zit vanwege zijn vele vlieguren. Er zit een joodse mevrouw naast hem en, wat vaak gebeurt, omdat hij er niet echt uitziet als iemand die normaal eerste klas reist, vraagt ze wat of hij doet voor zijn werk. Ze maken kennis. "Hai, mijn naam is Marcie.". Hai, mijn naam is Robbie".
Het treft me. Het is alsof van twee volwassenen die al van alles hebben opgebouwd in hun leven zomaar niets anders overblijft dan heel eenvoudig je naam zeggen.
In die ene zin:"Hi, my name is Robby", en hoe hij het zei en er bij stond, proef ik zijn hele geestelijk gesteldheid. Hij is niet de spreker. Hij is niet een bedienaar. Hij is niet de man met de vele vlieguren en het eerste klasticket. Hij is Robby. Hij voegt er niets aan toe en zij ook niet en het voelt alsdat ze twee kinderen zijn die elkaar ontmoeten op school en zeggen hoe ze heten. Er volgt een heel spectaculair verhaal waarin zij als joodse vrouw die niets met God te maken wil hebben, geconfronteerd wordt met Robby die via God weet dat zij heel veel pijn heeft in haar bovenste, uít stekende ruggewervels en haar vraagt of hij voor haar mag bidden dat die rug geneest zodat Jezus kan laten zien hoeveel Hij van haar houdt en hoe graag Hij een relatie met haar wil. Als zij dat uiteindelijk wil, toelaat, verdwijnt de pijn en na twee keer bidden is de pijn van een 10 naar een nul gegaan.
Het verhaal vervolgt en vervolgt met allerlei andere mensen in het vliegtuig die ook een ontmoeting met Jezus krijgen via Robbie, en na een lange vliegreis en veel tumult geeft Marcie zich helemaal aan het eind gewonnen en zegt ze : "I'm ín!" Ook zij laat Jezus in haar hart.
Wat ik zo mooi vond is het allereerste begin: "Hi, I'm Robby, Hi, I'm Marcie.". Twee mensen die zich laten zien, laten kennen in hun meest ware onopgesmukte identiteit. Gewoon simpel je naam, zonder pretenties. Zou dat niet een waarachtig goed uitgangspunt zijn voor elk volgend wonder?
|