Ik had een interessant telefoongesprek met iemand, nu net, tijdens het kamperen.
We hadden het over hoe we kijken naar de ander en ons eigen vertrekpunt van waaruit we kijken.
Ik weet nog goed hoe of ik met enige jaloezie naar mijn schijnbaar alles kunnende vriendin keek, die moeiteloos een feest gaf voor wel vijf en twintig mensen, in een huis waar ze dan weer zomaar in terecht was gekomen, gedeeld met een andere vrouw in de binnenstad van Nijmegen.
Ik zag haar eigen baksels uit de oven halen en met gemak de mensen welkom heten, mooi gitaar spelen en even later ons rondleiden door de christelijke koffieshop waar ze meehielp.
Vanuit mijn eigen falen keek ik naar haar. Ik zag hoe of ze tulpen had gekozen in vaasjes op tafel en voelde hoe of ik niet zou weten hoe of je die vaasjes zou moeten vullen, voor de kerst
De persoon met wie ik belde heeft ook haar vertrekpunt. Een vertrekpunt van veel pijn, afwijzing en worstelingen. Door die mist van tranen kijken we dan naar de ander en ons zicht is niet goed. Mijn alles kunnende vriendin heeft de laatste nacht van onze week, op doorreis, zelfs in de open lucht geslapen met haar geadopteerde zoontje, maar, hé ik merk dat mijn vertrekpunt zo is veranderd. Door de tijd heen ben ik gegroeid in weten wie ik ben, kunnen zijn wie ik ben en durven geven wat ik heb. Ik sta nu op een heel ander punt van de berg, zeg maar, naar haar te kijken.
Ik vind het wel verbazend hoe of mijn beeld aan het veranderen is, van mezelf én van haar en ik op een nieuwe manier probeer te ontdekken hoe zij nu in elkaar zit, vrij van mijn eigen pijn.
Als onze eigen pijn oplost, minder wordt, worden onze brillenglazen schoner en kunnen we frisser kijken naar de mensen om ons heen. Realistischer en schoner. Die ander heeft ook nog zijn dingetjes maar ook zijn gaven. Als er teveel pijn zit moet je soms een tijd van elkaar vandaan totdat je weer beter kunt kijken. Dan kan een persoon die veel pijn bij je oproept even niet de juiste persoon voor je zijn om veel mee om te gaan en kun je groeien en genezen bij andere mensen. Ik geloof zelfs dat het voor mij ook goed was dat 'alles kunnende vriendin ' veel jaren in het buitenland was en er vanzelf meer afstand was. Dat er zodoende ruimte was om zelf te groeien zonder haar te dicht op mijn huid. Twee avonden geleden was de maan rood door die speciale stand van de aarde tussen de zon en maan in. Een heel ander licht erop. Hoe zou het uitzicht boven aan de berg zijn? Daar word ik langzamerhand steeds nieuwsgieriger naar, want hoe hoger je klimt, hoe minder bagage je met je meedraagt en hoe schoner de lucht en.. verzin zelf maar verder. Er is nu al Iemand helemaal aan de top der toppen die het allerbeste zicht heeft op jou en mij en die in Zijn genade onze brillenglazen steeds ietsje oppoetst omdat we het anders niet kunnen verdragen. Shalom, Olga
|