Soms ben ik U een beetje kwijt in de veelheid van christelijke liedjes en preken die te horen zijn. Ik voed me er mee maar dan wordt het een cultuurtje en mis ik het leven. Dat wil zeggen, hoe het is voor mij.
Mijn hart is vaak zo eenzaam in het missen van een geliefde. In de rouw van alleen zijn, wederom alleen zijn, het single leven weer oppakken en verder gaan mis ik de vreugde vaak van het kennen wie U bent.
Dan klinken de liedjes van dat U Jezus alles bent voor ons, me ineens zo hol in de oren. Alles is anders geworden in de getijden van het leven.
Er waren tijden dat mijn hart vol was van liedjes en teksten en schijnbaar niets stond in de weg. Nu is het serieuzer, nu ik iets geproefd heb wat ik zelf heb gepakt en niet echt gekregen.
Ik weet het, een man is maar een man
Ik werp me op het bouwen aan mijn huis en tuin en ondertussen ben ik met mensen en creëer ik wat; een tas, een schilderij. Maar mijn hart is niet blij. Er is wat geknakt.
De realiteit van weer single zijn en dat te aanvaarden niet wetende wanneer of dat ik een man mag ontmoeten/vinden, is zo onverteerbaar soms. Te lang single doet iets met je. Troostvol, liefdevol, rijk zijn de vriendinnencontacten, de uitjes, de kleine feestjes. Hun voorbeelden in het bouwen aan een goed bestaan maken dat ik ook die kant op beweeg.
Niet blijven hangen aan wat was maar een basis scheppen voor nieuwe dingen.
De stem van de slang is dat er geen nieuwe dingen komen. Geknakt hart, teleurgestelde hoop en lang wachten. Voelend mijn eigen kwetsbaarheid en me zeker ook daardoor extra afhankelijk voelen van God die mij misschien nog niet of helemaal niet geschikt vindt voor een relatie. Ondertussen wil ik gewoon op de fiets zitten en tegen mezelf kunnen zeggen dat ik een getrouwde vrouw ben, terwijl ik boodschsppen doe en weet dat hij straks thuiskomt.
Kan het dat deze pijn legitiem bestaat, of ben ik geen goede aarde voor het zaad van het Koninkrijk en heb ik het opnieuw nodig dat de aarde omgewoeld wordt en het zaad nieuwe grond vindt, niet verstikt door distels en dorens.
Een man die Gods plekje inneemt? Het verlangen van mijn hart... Nog nooit heb ik me zo verscheurd gevoeld. Eerder heb ik het losgelaten, in jonge jaren, de wens naar een man, en ben weer moedig met mijn eigen stuk aan het werk gegaan.
Nu heb ik mijn jeugd verlaten, en dient de middelbare leeftijd zich aan. De tijd lijkt voorbij. Een beproeving vind ik het. Rebels, opstandig, boos en verdrietig. Ik ben het allemaal.
Een gevecht met mijn God die me elke dag weer mensen geeft, cadeautjes van hulp of liefde zo dichtbij.
Mijn geknakte hart is aan het plantjes kopen gegaan en heeft zich op de tuin gestort. Dat is ook leven; planten, aarde, compost.
Het geknakte riet verbreekt Hij niet, de walmende vlaspit dooft Hij niet. Iemand huilde mijn bittere tranen met me mee; wat een gemeenschap. Wat een echtheid. Bij iemand anders gooi ik al mijn angst en opstandigheid eruit.
Zij is ook opstandig in haar verdriet en gemis,. Dat geeft ruimte, lucht, maar ook omdat we weer terug belanden bij onze hoop, ons gebed, onze God.
Verdriet en pijn, verscheurd voelen en onmachtig. Moe van alle dingen me terugtrekkend en tegelijk weer meebewegend met het leven. Temidden van het uitbundige voorjaar wat barst van bloemen en schoonheid is er mijn plat geslagen hart.
Maar ik ben er nog. En het riet en de vlaspit zijn sterk, want ze zijn verbonden met de Levende. Toch Le Chaim, daarom, op het Leven.
( En hoe bemoedigend was gisteren weer; een feestje met bijna allemaal onbekenden waarvan velen mijn naam kenden en ik er zo bijhoorde, om applaus vroeg voor de gastheer, foto's maakte en met plezier samen aan tafel zat..)
|