If the future isn't bright, at least it will be colourful
04-10-2006
Drie haiku's
Onder het motto Verandering van spijs doet eten : een haiku trilogie getiteld "Vandaag"
Voor
Hoog op drie poten De herder vindt verlossing draaitol van geluk
Tijdens
Het ribbel leder zuigt zich smeerpatégewijs smeuïg vast - Ow Shit
Na
Met een dorre twijg hinkend huppend op één been schoeisel schoonschrapen
04-10-2006, 19:28 geschreven door Hill
03-10-2006
Drama voor Dertien Personages II
Drama voor dertien personages, probeer die maar eens te verwerken in een samenhangend verhaal van enkele regels. Eentje waren we er zondag al kwijt, zijn tijd vershoppend in de taxfree ergens in Singapore. Maar laten we het vooral overzichtelijk houden : van beide koks wil ik eventjes niets meer weten, dus die schrappen we. Nog tien te gaan, dat schiet lekker op. Wie kunnen we nog missen, ma ja de siamese tweeling, die hebben de hele nacht geslapen, dus wissen die handel. Resten ons nog : acht dramatische personages, dit moet lukken. Go !
Het is middernacht. Tegen alle verwachtingen en tegen de geplogenheden van Smessevier week-enden in, liggen we al allemaal in onze bedstee. Rotzak Robbe had ons afgemat en het vuur zat er niet in die avond. Tegen elkaar op geeuwen is niet de meest spannende manier om een avond door te brengen.
We liggen in onze stapelbedden nog een beetje te zoeken naar het zachtste plekje tegen de oksels van Morfeüs, als ergens links onder mij een dieselmotor aanslaat. Het begint zachtjes pompend, maar gaat algauw over in een hortend gedzoekdzoekdzoek. We zitten allemaal recht in bed. Alleen de filosoof slaapt door (de filosoof slaapt overal door, zeker na een zevental Leffes). Ik spits de oren en probeer het geluid te localiseren. De intensie wijzigt, ik hoor zelfs puffen als van ontsnappend gas. Een stoommotor ? Een gasturbine ?
En dan begrijp ik waarom Jantje bleef doorslapen. Hij is het, het monster Ultrasson. Hij is het die de duivelse decibels produceert. Jantje kettingzaagt. Jantje snurkt. Mij kan dat zo heel veel niet schelen, ik stop mijn oregaatjes dicht met twee fluoriscerende groene oordopjes (het is een merkwaardig zicht, ik geef het toe, maar het werkt) en ik leid m'n gedachten af naar mooie slapende meisjes in veel te grote pijama's. Maar niet iedereen blijkt even vooruitziend geweest. Johnny, de oeverloze woelt stofwolken de donsdeken uit en Dup'n probeert de stilte te herwinnen door zijn vuisten gewikkeld in wollen sokken tegen zijn oren te drukken. Het helpt niks. Het moet al na tweeën zijn als hij met nijdige stap, zijn slaapzak achter zich aan sleurend de trap afsukkelt naar het salon, waar twee versleten sofa's staan. Johnny vloekt binnensmonds. Daar gaat zijn geweldig idee (want hij kent Dup'n al wat beter). Prei kent Dup'n minder goed. Dus begeeft ook Prei zich neerwaarts. Het is hem slecht bekomen. Dat schattig Pongske bleek al evenzeer over een 5000CC Diesel te beschikken, waarvan hij de max paardekracht ten zeerste benutte. Vroenk. Prei weer naar af. (hier verdwijnt Prei uit het verhaal, we hebben hem de volgende morgen pas teruggevonden, in zijn auto, stokstijf bevrozen met de box'jes van zijn iPod in de bloedende oren).
Ondertussen boven, zaten wij nog altijd te genieten van Einstürzende Neubauten live aus Berlin. Je kunt je ertegen verzetten, en je kunt wel beweren dat je geen oog hebt dichtgedaan, maar tenslotte overwint Klaas Vaak het toch en tegen vieren stuikten de overgeblevenen in slaap. En dan : Euuaaah! Euuaaah! Euuaaah! Euuaaah! Euuaaah! Vijf keer luid en dan nog twee keer Euuaaah! Euuaaah! oorverdovend. Man, ik krijg nog mierentetjes als ik eraan denk. Twee seconden daarna was ik aangekleed, zes seconden en een buil later (dat ik bóven in een stapelbed sliep was ik even uit het oog verloren) had ik de deur naar de brandtrap al vast. Mijn blote voeten op het koude metaal, ik rilde de laatste vaak uit mijn botten. En ik kwam tot het besef dat ik daar alleen stond. Dat alle anderen bleven liggen. Ik keek rond. Geen vuur, geen gas, geen inbrekers, niets. Alleen slapende of beter wakker liggende smesseviergangers. Tiens. Ik maar weer naar mijn bedstee. (Later bleek het Robbrecht geweest te zijn. Die heeft de akelige gewoonte om luidop te dromen (Hij droomde dat wij hem opsloten in een berghok, voorwaar een voorspellende droom)). Maar de hulpkreten van Robbe hadden toch één positief effect : De motor van de filsosoof was stilgevallen. De Leffe was verbrand. Alleen nog een binnenmonds gepruttel verraadde zijn positie.
Halfvijf en we konden slapen. Trillende oogleden en een boksbal achterin de hersenen. Eindelijk rust. En toen kwamen de muggen. Maar het was niet zoals het klinkt. Het bleken geen muggen. Vlooien waren het. Maar als een mens moe is steekt het zo nauw niet meer meer.
De volgende morgen zaten we allemaal geradbraakt aan tafel. Met uitzondering van de filosoof natuurlijk. Die was kipfris. Hij kreeeg een dreun. De bloemist onderwierp de wandelaar aan een kruisverhoor over zijn nachtelijk gehuil en drukte zijn sigaar kapot op diens voorhoofd. De sfeer was er een beetje uit.
Gelukkig troostten we ons met de gedachte aan die lekkere hutsepot die 's middags op het menu stond...
03-10-2006, 20:11 geschreven door Hill
02-10-2006
Ziek
Een kop als een koperen klok en darmen waar om de driekwartier een volwassen egel doorgewrongen wordt. Dit is het dichtste dat ik vandaag bij een tekstje kom.
Hoe onrechtvaardig is de wereld toch. Ziek en niet eens zat geweest. Het zou niet mogen zijn.
02-10-2006, 19:31 geschreven door Hill
01-10-2006
Drama voor Dertien Personages
Setting : Een vermolmde smidse omgebouwd tot slaapbarak. Het is middernacht, de wereld slaapt. Twaalf mannen liggen verspreid over de ruimte in stapelbedden. Buiten wast een gezapig regentje de bierresten van tussen de terrastegels.
Dramatis Personae : (onderverdeeld in de Ouderen (bouwjaar vòòr 1947) en de Middelbaren (bj. 1975).)
De Ouderen : Johnny, de oeverloze, ook wel 'de directeur' genoemd : Slaagt erin om iedere anekdote uit te spinnen tot een alomvattende avondvoorstelling waarbij "Ten Oorlog" van Lanoye en Perceval een kattebelletje lijkt. Begon ooit zijn antwoord op de vraag hoe oud hij nu was met volgende zinsfrase: Ik weeg mij alle dagen, dat is een hobby van mij, om driekwartier daarna te eindigen met ...en dus heb ik mijn auto gekocht in 1993. Wat was de vraag ook al weer ? Loopt er vaak bij met roze snorpunten, houdt van geuze met grenadine. Jantje, de filosoof : Staat bekend als groot verteller en filosoof. Kan de meest complexe discussies de grond in boren met de vraag of de hutsepot al warm is. Verzot op 'gele' Leffe, staat na één pintje op zijn hoofd. Blijft dan de hele avond giechelen, zoals Azraël, de kattekop uit de smurfen : Ghèghèghèghèghè. Heeft volgens eigen zeggen een bril, maar niemand heeft die ooit al gezien. Is altijd zoek, die bril. Altijd.
Frans-van-de-Delhaize, de volumineuze : De kok. En zo ziet hij er ook uit. Alleen een snor heeft hij niet, anders ware hij perfect gecast. Is zo breed als hij groot is. 1m85. Heel gemakkelijk op zijn paard te krijgen. Arm paard... Favoriet gespreksonderwerp : de hyena's die in Botswana aan zijn tent kwamen snuffelen.
The Dynamic Duo : M'n'N (spreek uit Eminin); Siamese tweeling. Waar de ene is, is de andere. Je kunt ze herkennen aan de oren. Met die van M kun je niet vliegeren.
Prei : Gewoon Prei.
Robbe, de wandelaar : Grootste hobby is het uitstippelen van eindeloze wandelingen, daarbij systematisch de cafés uit de omgeving mijdend. De rotzak. Heeft absoluut geen afstandsgevoel, iedere wandeling is volgens hem tussen de vijf en de zes kilometer. Ook als we er acht uur over doen. Wordt zoveel tegengewerkt als menselijk mogelijk.
Robert, de bloemist : Rookt sigaartjes die geweldig stinken. Zijn gezicht is geboetseerd uit een derrivaat van kunsthars en elastisch rubber. Zegt niet veel (sigaar zit altijd in de weg), maar heeft the Evil Eye. Kijkt meestendeels als een boosaardige viking op speed. Kan evengoed met één wenkbrauwfrons de quantumfysica uitleggen, én er zijn eigen interpretatie aan toevoegen. Krijgt meestal de slappe lach, helemaal alleen.
Laurent, de rijkswachter : Zijn voornaamste bestaansreden is de oeverloze Johnny kanaliseren. Wordt daar ruimschoots voor vergoed. Functioneert in deze setting als hulpkok.
De Middelbaren : Jan-van-Johnny : Carbon copy van de directeur. Doet niet mee. Zat te nagelbijten ergens halverwege Taiwan en Dranouter, naast een overboekt vliegtuig. Koekwie-van-Leuven, de onbewogen beweger : Doet niets, zegt niets, weet alles. Neigt naar God. Wordt de volgende Belgische astronaut, alleen weet hij dat nog niet.
Dup'n (Pongske voor wie hem héé-éél graag ziet) : Bumperklever par excellence en Leffelebberaar. Missing link tussen Jan en Koekwie. Heeft de meest praktische kijk op problemen, denkt in oplossingen. (Vooral, en eigenlijk alleen, in de boeiende wereld der Leffeconservatie.)
Hill, de ziener. Doet niets, zegt niets, weet niets. Schrijft alles op.
En de actie of het gebrek daaraan is voor morgen.
01-10-2006, 22:06 geschreven door Hill
Alweer
Dan ben je eens vooruitziend en werk je je de vrijdagmorgen in het zweet (ik tik nogal uitbundig) om tekstjes te voorzien die resp. zaterdag en zondag moeten verschijnen. Je komt zondagavond uitgeput na een w-e niksen thuis van weg geweest en ze zijn niet verschenen. Boehoe.
01-10-2006, 18:47 geschreven door Hill
29-09-2006
Kokkerellen op vrijdag : Banana Split
De Zweedse kok temt een banaan. En in één ruk door een volledig volksdansgezelschap :
29-09-2006, 12:34 geschreven door Hill
28-09-2006
Paardestaart in de war
Zij was te laat. Ik was te laat. Zij liep voor me uit, op smalle hakjes, de benen breeduitzwaaiend, maar gehinderd door haar rokje. Ik stapte stevig door, gelijkmatig met lange stappen. Zij kon niet meer en hijgde uit tegen een bushokje. Ik stapte voorbij, gezwind.
Zij vond haar tweede adem en begon opnieuw te lopen. Ik hoorde der hakjes tikken. Ze liep me weer voorbij. De wangen vuurrood, haar lange blondbruine paardestaart volledig in de war. Haarlokken schoten alle kanten uit, plukjes haar, mooi kleverig nat. Ik stapte voort, in tempo. Weer was ze op en weer stond ze uit te hijgen, dubbelgebogen, haar handen op haar knieën.
Ik wou haar niet voorbijlopen. Haar een arm geven en ondersteunen tot aan de tramhalte, haar moed inspreken (komop meid, nog eventjes), dat wou ik. Haar een kusje geven in haar nek, haar lange haar opnieuw verzamelen tot die edele paardestaart en mijn arm om der heen slaan.
Maar het was kwart voor negen, het was Antwerpen, een haastige straat en geen roman. Ik liep haar gewoon voorbij.
En ik vind het nog steeds rottig van mezelf.
28-09-2006, 22:19 geschreven door Hill
27-09-2006
Vorsprung durch Technik
Wie dit blogje regelmatig volgt, weet dat ik op ongeregelde tijden te maken krijg met tegenwerkende technologie. Enige regelmaat valt er niet in te ontdekken, het valt vooral voor op dagen met een 'N' of een 'R' erin. Dan gaat opeens alles stuk, alles wat maar te verzinnen valt met een stekker aan spant tegen mij samen om het bloed van onder mijn nagels te sarren. Afgelopen week is o.a internet uitgevallen, de LAN-connectie van mijn PC, de router, de harde schijf, de videokaart en het klokje. Het erge is dan nog dat ik er niet eens veel aan kan doen. Alles loskoppelen, heraanelkaar knopen, tegen shotten, nogeens loskoppelen, opnieuw in elkaar vijzen en hopla, hij doet het weer. Of niet, en dan moet het hele proces nog eens over. Geen enkel onderdeel is vervangen, en de PC bolt weer als nooit tevoren. (Tevoren bolde hij ook nooit.) Zo'n dagen dus.
En vandaag was er weer zo eentje. De klokradio brult je wakker (dat kreng is nooit stuk), je steekt het licht aan en het lampje knalt. Niet onmiddellijk, dat is te gemakkelijk, neen het gloeit op tot oranjegeel, het knippert een paar keer met zijn peer en dzzidzzi-dzzi-tt. Gedaan. De voorbode van een dagje stappen aan de zij van good ol' Murphy. Het scheren heb ik wijselijk achterwege gelaten, maar strijken moest wel. En ging ook wonderwel. Het strijkijzer warmde niet op, maar dat kwam omdat de stekker er niet inzat. (Da's niet helemaal waar, hij zat wel in, maar het stopcontact stond niet ingeschakeld. In Da Moose Tower kan dat.) Nu, als je heel snel met strijkbout heen en weer beweegt én er keihard mee drukt wordt ze ook wel warm, dus dat is geen punt.
Alleen was ik zo veel te laat. Ik spoeide me naar de ondergrondse. Tram twee komt eraan, ik haal al mijn tienrittenkaart boven, als ik besef dat ze gisteren blokkeerde. In zeven haasten naar de ticketverdeler voor een reservekaartje. Optie 1 : dagrit <Tonk>, optie 1 : zone 1+2 <Tonk>, optie 2 : Proton <Tonk>. Voer nu je protonkaart in : Jaja, allez jong <TonkTonkTonk> <Tonk> (Touchscreens zijn niet aan mij besteed 's morgens.) Goed, proton bliebt, betaling ok, maar geen ticket. Niets. Zelfs geen errorbewijsje zoals ik al twee keer bij de trein voorhad. Gewoon niks. Gelukkig was de tram nog niet vertrokken, tussen twee dichtklappende deuren nog net de valreep gehaald (Mind the Trap!), maar ik haal het. Ik heb deze morgen dan maar zwartgereden (ik ben voor de goegemeente toch al een halve neger).
En dat was het aangename deel van de dag, Murphy was toen nog niet eens goed wakker. Een opsomming ? Vastgezeten tussen de draaideuren op het werk, niet lang, hooguit een twintigtal seconden, maar... daarna nog een dienstweigerende badge. Zeker acht keer met dat ding voor de scanner staan zwaaien, de horlepiep gedanst, om dan een luizige piep te krijgen om 9u01. Godverdomme toch. Een mens zou ervan gaan vloeken. De lift ingestapt naar de achtste verdieping. Ik had het moeten weten. Het ding is niet stilgevallen, dat is voor in de films, maar is gestopt op 3,4,5,6,7 en 14. Ik was in mijn haast vergeten om het knopje naast verdieping acht in te drukken.
Eindelijk ter burele, je doet je jas uit, en de telefoon rinkelt. A-ha, bonjour Bernard, comment ça ! Bien bien. Tiens Hill, est-ce normal que l'application ne fonctionne pas ? Zucht. Aujourd'hui probablement oui. Ik bel eens naar de informatica afdeling. Je te tiens au courant. Hallo, zeg Daisy, Bernard laat me hier weten dat onze applicatie (ze heet James. James, om U te dienen!) het niet doet. Weten jullie hiervan ? Doodse stilte aan de andere kant van de lijn. Hallo ? Oei, we hebben er gisteren inderdaad iets aan veranderd. Ja, ok, jammer dan, maar dit moet wel opgelost worden, je belt me terug als je meer nieuws hebt. Het werd het grootste incident ooit met ons computersysteem. Voor de liefhebbers, data contactlogging van september fysiek gedeleted uit de databank. En de dagelijkse back-up gecrashed. Wel ja waarom niet... als we toch bezig zijn.
En zo ging het maar door vandaag : kleurenprinter print alleen witzwart, e-mail verstuurt geen attachments meer,... en die kleurenprints moeten morgen gebruikt worden bij een presentatie op het directiecomité. En mijn printer thuis doet het ook niet. Boehoeoeoeoeoe.
Het werd té erg vandaag, zelfs Murphy vond het erover. Hij nam mij in de arm en als troost heeft hij mij een espresso geschonken, een duivels sterke met extra suiker. De perfecte espresso. De perfecte troost. Ik heb mijn hoofd tegen zijn schouder gelegd en ben snikkend in zijn armen in slaap gevallen.
27-09-2006, 22:12 geschreven door Hill
26-09-2006
De witte neger
Ik heb iets van een neger. Althans, negers vinden dat ik iets heb van een neger. Vandaag was het de derde (!) keer dat een zwarte medemens mij aansprak en me toevertrouwde dat ik zeker zwarte voorvaders moet gehad hebben, Afrikaans bloed.
Deze keer was het de geblokte verkoper op de Keyserlei. Mussieur, mussieur ! En dan wil hij mij, ik weet al niet meer wat, aansmeren. Je vois que vous êtes un vrai Africain, dans votre âme. Zo begon hij. Waarschijnlijk roept hij dat tegen elke mannenmensch of ranke deerne die de pech heeft zijn blik te vangen, maar toch toch. Dat verklaart die andere twee niet.
Degenen die mij beter kennen rollen nu over de grond van het lachen : Hill, de Afrikaan, die onwel wordt als de temperatuur boven de twintig graden durft klimmen. Hill met zijn schil van wit dennenhout, licht ontvlambaar bij het geringste vermoeden van zonnestraal. Hill, die voor zover zijn stamboom reikt alleen bleekscheten ontmoet. Langs moederskant zit er wel een druppeltje Deens bloed (Ik ben een Viking in het diepst van mijn gedachten), maar Afrikaans, mo gow wi. En toch is het zo.
De eerste keer dat iemand me zwarte noemde, was in New York (de staat, niet de stad). Ik was er gestrand in een onooglijk dorpje, Syracuse heette het, geprangd tussen het absolute niets en het hol van Pluto. Gestrand klinkt erger dan het was, want ik zat op hotel. Mijn toenmalige werkgever had besloten om mijn kennis bij te schaven en dat moest persé daar gebeuren. Daar zat ik dus. Vijf weken in the middle of nowhere, met werkdagen van 8 tot 22 uur. Ik zag er de lol niet van in.
Leonard ook niet. Leonard was een Texaan en volgde dezelfde opleiding. Hij was het prototype van de gezellige opblaasneger, 120 kg schoon vlees aan de haak en zeer vroom. Twee keer in de week ging hij naar de mis en dan hees hij zich altijd in zijn beste pak. Omdat er toch niets beters te doen was, trokken we vaak samen op in die vijf weken. Hij had geen wagen en ik had er daar ook geen, dus deden we boodschappen voor elkaar. Taxi naar de Mall, 12 km verder en mondvoorraad kopen om de dag door te komen. We konden wel eten in het hotel, maar na vier dagen soja-omelette met gebakken worstjes krijgt je spijsverteringsstelsel een afwerende reflex. En dat heet dan weer reflux. Zo karden wij in het w-e van hot naar her en van zig naar zag, ik gebruikte zijn gelijkstroomadapter, hij mijn tondeuze ("clippers"), ik schreef zijn computerprogramma's, hij leende me zijn Charles Mingus tapes.
En halverwege week drie, in de bar van het hotel, na een uitputtend partijtje tafeltennis, de Budweisers werden ontkroond (een mens went aan alles in tijden van nood en ontbering) vertrouwde hij het me toe. Hill, son, you must have black genes, mmm mmm, you do, you have the African blood in you. Daar was hij vast van overtuigd ("Positive !"). Dat kon niet anders. Niet alleen was ik behulpzaam (en dat waren blanken niet), dan hield ik ook nog van zwarte muziek (black jazz, reggae). Daarenboven bewoog ik precies als een zwarte (Hallo ? Ik dans zo harkerig als een geconstipeerde giraf). Maar het was een compliment, ik kreeg er toen de tranen van in mijn ogen, we werden vrienden voor het leven. (Na het beëindigen van de opleiding hebben we elkaar nooit meer gezien, gebeld, gemaild. Zo zitten mannen nu eenmaal in elkaar. Maar zit ik ooit in de knoei in Bushland, ik kan hulp zoeken bij Lamme Goedzak Leonard.) We werden dronken en vrede was op aarde.
De tweede keer was in de Quick op de Keyserlei. Daar weer. Het was eigenlijk al begonnen in de trein. Vraag me niet meer hoe, maar ik was in gesprek geraakt met een Algerijn uit Porquerolles (Zuid-Frankrijk), hij was daar de slager. De mens was uitgeput, het was ramadan of zo en daarom mocht hij pas na zonsondergang eten en roken. De zon viel en we gingen naar de Quick. En daar werd ik bij zijn Antwerpse Algerijnse vrienden voorgesteld (ze zaten daar op hem te wachten) met heel veel schouderklopjes als qq'un de chez nous, un homme blanc avec une âme africaine. Ik kreeg een schok. Nog eens ! We zijn niet zat geworden toen, want hij mocht niet drinken van zijn geloof.
En vandaag dus weer. Ik zal het op den duur nog moéten geloven. En dan wordt alles plots duidelijk ! Ik zie het licht. In een vorig leven ben ik voodoo-priester geweest. Met pinnen in popjes kriebelen. Vandaar dat ik in de kleuterklas primus prikken was !
26-09-2006, 21:14 geschreven door Hill
25-09-2006
Meneer Asbest
Het was weer hectisch vanmorgen. Deze week zat de agenda sowieso al eivol en daarboven kregen we een telefoontje uit Sint-Niklaas dat Hilde, Hilde, de meid die de contacten met de buitenwereld verzorgt, met een hernia in bed ligt. Paniek alom, temeer omdat Hilde morgen een grote klant moet bezoeken. Ik werd aangeduid als chinese vrijwilliger : Hill kun jij dit overnemen, jij kent de rapportage het best, en het is 's avonds...
's Avonds. Als er 's avonds iets te doen is, is het meestal voor mij. Mijn collega's behoren allemaal tot het barend geslacht, en dan nog tot het behoorlijk vruchtbaar barend geslacht. Ze zitten stuk voor stuk met minstens één koter van twee jaar en een half. En bij mij gaan ze er van uit, dat een vrijgezellige man 's avonds toch alleen maar aan de toog hangt, dus ik heb de nachtshift. Attent van de chef, ik zou hem straks nog dankbaar moeten zijn.
Maar geen probleem ik zou dat varkentje wel wassen. Benieuwd hoe zo'n grote klant er zou uitzien : een gezellige dikkerd met vetvlekken op zijn pak, kwistig asse strooiend met zijn Montecristo N°2, of misschien was een lange zurige kweepeer in grijs streepjespak Richmonds kettingpaffend. Of of of, waarom niet, een eenzame carrièrevrouw van halverwege dertig die al jaren niet meer aan haar gerief was geraakt... Plots zag ik het licht. Dinsdagavond wordt broeierig. Moehahaha.
En waar moet ik zijn, voor die dikke vis ? In Molenbeek. Oei, in Brussel, hoe zou ik daar geraken zonder auto ? Pak maar een taxi. Het werd alsmaar beter : de Mercedes rijdt voor, de chauffeur helpt mij uit zijn limousine, verhitte juffra in naaldhakjes en zomermantelpakje staat me al op te wachten. Met haastige stem informeert ze of ik wel degelijk Meneer (met hoofdletter !) McGraw ben, ik bevestig, ze trekt me aan mijn das naar binnen en terwijl ze zachtjes in mijn nek bijt, gromt ze, die zaken doen we later wel. Hoe-oe, het wordt een heerlijk avondje daar morgen in Brussel.
O ja, Hill, nog dit, bel haar even, en laat ze weten dat jij morgen gaat en niet Hilde. Haar ? Haar ! Het is een haar ? Ja, ene mevrouw Amantia. 't Zal een Italiaanse zijn zeker... het is een dikke vis, vooral goed soigneren en niet voor het hoofd stoten, als ik haar statistieken bekijk is ze heel belangrijk voor ons bedrijf. Soigneren zei hij, soigneren. Het zal er niet aan mankeren (en op een gallicisme meer of minder kijken we niet). Het klonk me alsmaar harmonieuzer in de oren, Amantia, Amantia, ti amo, mon Amantia.
Al trillend draaide ik haar nummer (ik heb een heel oude telefoon op het werk). Drie rinkels, nog drie rinkels en dan een zachte vrouwenstem : Bonjour, S.A. Amantia, puis-je vous aider ? Bijna, bijna ! Maar neen, het was de secretaresse. Kunt U mij doorverbinden met Mevrouw Dominique Amantia a.u.b. ? En dat in perfect Frans natuurlijk. Jawel. Ikke. Moi. Un instant s.v.p... Ik hoorde veel geruis en geklik op de lijn en toen kraakte een vermolmde mannenstem : Dominique Amantia à l'appareil ! Volledig mijn kluts én mijn illusies kwijt, stotterde ik : Bonjour euh monsieur Amiante...
Ik zal morgen héél hard mijn best mogen doen.
25-09-2006, 23:47 geschreven door Hill
20-09-2006
Over mijn geweldig groot verstand
Ik heb veel te veel hersenen, een overschot aan brein. Ja, het verwonderde mij eerst ook, maar je leert er mee leven hoor. Tot het verleden maand echt wel de spuigaten begon uit te lopen ; mijn schedel werd te klein. Het zal je maar overkomen, boven mijn voorhoofd, net in de haargrens begonnen mijn hersenen uit te puilen. Een hele bult kreeg ik er. Eerst vond ik dat nogal jolig, maar dat ding bleef maar groeien. Ik heb dan wel geen teevee maar op National Geographic heb ik ooit een reportage gezien (overburen, verrekijker) over Zuid-Amerikaanse Coneheads, Middeleeuwse mensen met een schedel als een verkeerskegel. Het leek me vooral onpraktisch om je haar te moeten kammen met gestrekte arm, dus ik naar de dokter.
Of hij daar niet iets op wist : schedelboring, tupperwaren elastisch schedeldak, mijn hersenkronkels harder opwinden, ik zeg maar iets. Hij bekeek mijn kop vanop zeven meter met een schuin oog en besloot toen : Opereren, dat gezwelletje nemen we wel eens weg. Of hij zeker was van geen vitaal hersenweefsel weg te snijden, wou ik nog weten. Dat zijn geen hersenen, wees hij kordaat af, hersenen zitten langs de binnenkant van je hersenpan. En die bobbel zit langs buiten. Een aantal cellen in je huid zijn gewoon op hol geslagen, meer niet. Weet je dat wel zeker, probeerde ik nog mijn zelfbeeld te redden. Ik ben toch dokter ? Nou, dat zegt ook niet alles. Ik heb economie gestudeerd, maar ik heb nooit een touw kunnen vastknopen aan een financiële jaarrekening. Oóit stond ik op het punt het te begrijpen, maar toen lag het blad ondersteboven en kreeg ik koppijn.
Voor hij kon beginnen moest mijn haar weggeknipt worden. Hij greep naar een Gilletje, maar ik was hem voor en haalde triomfantelijk mijn tondeuze boven. (Ik zit met de gekste dingen in mijn jaszakken). Ik heb hier al veel vreemde kerels binnengehad, maar jij bent de eerste die zijn eigen tondeuze meeheeft. Dan probeer je al eens attent te zijn, mmwwof. (het is een gouden regel bij mij : Mensen die in mij gaan kerven probeer ik altijd zo gunstig mogelijk te stemmen. Je kan ze maar beter ten vriend houden. Zo neem ik voor de tandarts altijd een zak chocotoffs mee. Die ik in de wachtzaal al voor de helft zelf oppeuzel).
Ik moest plaatsnemen op de snijtafel en mijn schedeldak werd verdoofd. En toen begon hij te snijden. De eerste vijf minuten voelde ik niets, voor mijn part zat ik bij de kapper en kreeg ik een brushing, ik zou het niet kunnen zeggen. Maar zo rond de zevende minuut begon het tegen trekken. Hij moest inmiddels al metersdiep zitten want ik voelde hem koteren en peuteren tot in mijn liezen. Onaangenaam, jazeker, maar dat was niet het ergste. Het ergste was het geluid. Ik voelde wel niets, maar ik hoorde alles. Zonder overdrijven, het klonk alsof hij een rauwe biefstuk, met lekker veel bloed nog in, aan het opensnijden was. Wees maar zeker, bij het intikken van die zinnen trek ik een even gedegoûteerd gezicht als jullie bij het lezen hiervan. Maar gedeelde smart is halve smart en jullie lagen niet op die tafel vrijdag. Na.
Ik wist heel goed dat hij niet IN mijn hersenen aan het stoeien was, maar dat verhinderde mij niet om te denken : hopla, daar gaat mijn spraakcentrum, flotsj, mijn wiskundeknobbel weggesneden, spletsj, nog drie millimeter en ik ben psychopaat... Ik wou net in zwijm vallen toen de verpleegster (er was ook een verpleegster die de dokter assisteerde) me zei dat het af was. Klaar. De dokter was in zijn nopjes. Het doet deugd om zo'n mooie ongeschonden tumor te kunnen wegsnijden. Dat komt veel te weinig voor, zei hij nog, meestal is het een etterplas, maar bij jou was het perfect. Mja, moest ik mij nu gevleid voelen ? Ik mocht mijn gezwel ook nog eens bekijken, het stak in een plastieken potje met rood deksel. Ik bedankte, ik moest nog eten.
De draadjes mogen er over twee weken uit. Maar ik denk dat ik ze zal laten zitten. Dan staat er tenminste nog iets op mijn kop dat op haar lijkt.
20-09-2006, 17:54 geschreven door Hill
19-09-2006
Wannes
Wannes geniet van de morgenzon op zijn getaande gezicht, de hoed schuin op het achterhoofd, zodat de stralen zoveel mogelijk gezicht kunnen warmen. Wannes is een oude man, vijfenzestig schat ik hem. Hij slentert door het stadspark, aan twee per uur.
Voor de uitgedroogde vijver blijft hij staan, zijn handen op harde groene afsluiting. Bekaert. Hij staart, neen niet staren, hij kijkt geamuseerd toe hoe het groen de lege vijver overwoekert, hoe grassen en kruiden de plas dichtgroeien. Hij mijmert. Nog een laatste keer blikt hij in de zon, en dan wandelt hij verder, schoorvoetend.
Zou ik de man aanspreken ? En vertellen hoe ik daarstraks ook voor die vijver stond, en ook naar het groeien van het gras keek ? Zou ik hem bedanken ? Voor zijn gedichten, zijn inzichten, zijn muziek ? Och, laat ik hem maar met rust laten, de morgen de morgen laten en de stilte niet breken.
Ik kijk meneer Vandevelde na tot hij om de hoek verdween. Ik ga ook naar huis. Tevreden dat ik die grote meneer ontmoet heb, en tevreden dat ik hem niet gestoord heb.
19-09-2006, 18:32 geschreven door Hill
11-09-2006
Vruchten plukken
Komende dagen geen tekstjes, het spijt me. De Oelewappers van Tele2, voorheen Versatel hebben het in hun kop gestoken om de snelheid van hun netwerk te vergroten. De wijziging zou gebeuren op 11/09, vandaag dus, en voor die datum moest ik mijn modem herprogrammeren. Alleen, die rotte kloothommels wisten mij dat te melden in een schrijven dat pas deze morgen in de bus stak.
Ik citeer even uit hun bewonderenswaardig proza : "Evolueren. Om U nog beter te dienen". Dat is de titel. Humpf. Ik moest dus één en ander downloaden voor vandaag of anders geen internet meer, jammer. Voor meer informatie : zie internet, staat er nog schoontjes bij. Sadisten zijn het. En in PS : Tele2 kiest voor een verbeterd netwerk - en u plukt er de vruchten van. Zo kan ik het ook, ze zorgen ervoor dat de helft van hun klanten niet tijdig hun instellingen kunnen wijzigen zodat de rest kan surfen op een halfbezet netwerk, wat dus dubbel zo snel is. Simple comme dire bonjour.
En dus zit ik nu zonder internet, en jullie zonder tekstjes. Tot ik een plakwaaier van Tele2 aan de lijn krijg morgen en die me een zinnige uitleg kan geven zonder dat ik weer allerlei modems moet herinstalleren, programmeren of pocheren. Hoe lang het zal duren, ik weet het niet, mektoub. Het spijt me, maar het is niet anders.
PS : Dit klaagdicht is alleen tot stand kunnen komen doordat een barmhartige neef (hij verhuist binnenkort en zal mij dan nodig hebben om kisten te sjouwen, jaja) mij de toegang heeft verleend tot zijn pursunnul see.
Ik groet U. Moge de dienst communicatie van Tele2 de bloedkanker achter het hart krijgen.
11-09-2006, 21:16 geschreven door Hill
09-09-2006
Spiegel der Vergankelijkheid
Ze zat aan een tafeltje op de Leopold Dewaelplaats, op één van de hippere terrasjes van Antwerpen. Ze was blond, had een gebeeldhouwd lichaam, en ging gedrapeerd in wel zeer modieuze kleertjes. Zwarte pumps, met daarboven die knoezels. Die knoezels ! Enkel met die enkel kon ze om het even wie warm draaien ; het schoentje heel even laten bengelen aan de tipjes van de tenen en het terug te laten klepperen tegen de hiel. Grrr. Ze stond wel een kilo of tien te mager naar mijn goesting, allemaal pees en geen pak, maar toch, zeer aangenaam om naar te kijken.
Vlak tegenover haar, zat zowaar, ik moest even knipperen, haar spiegelbeeld : lang blond haar (echt blond), zeer slank lichaam, zeer modieuze kleertjes, alleen twintig jaar ouder. Met gelijkaardige enkels, alleen wat ruwer beveld.
De dochter had een enigszins scherpe neus, een dunne mond, maar de gloed in haar grijze ogen verzachtten haar trekken. De moeder zat met haar rug naar me toe, d'er gezicht kon ik niet zien. Boven mijn Pineau probeerde ik een robotfoto van de moeder samen te stellen, door het gezicht van de dochter twintig jaar te verouderen. De zon was te heet, de Pineau perfect en dus lukte het me niet echt. Tot moeder de ober wenkte en de rekening vroeg.
Beste dochter, lieve meid, zoek een vriend, nu, nu onmiddellijk, nu het nog kan. Met je kop van binnen twintig jaar, zal het je niet meer lukken.
09-09-2006, 00:00 geschreven door Hill
08-09-2006
Kokkerellen op vrijdag : Spaghetti
De Zweedse kok delft het onderspit tegen een assertieve spaghetti :
08-09-2006, 20:51 geschreven door Hill
07-09-2006
Handgeschreven brief
Toen ik deze avond mijn brievenbus leegmaakte, vond ik er een witte enveloppe, zonder postzegel, zonder adres. Alleen, centraal op de voorflap : MAC GRAW. Ik heet dan wel McGraw zonder a en in één woord, maar dit moest voor mij zijn, zoveel McGraws lopen er niet rond in dit Belgenlandje. Mysterie, mysterie, wie heeft de moeite gedaan om tot hier te komen, een brief in mijn bus te gooien en niet aan te bellen.
Ik sneed de enveloppe open met een soeplepel (ik weet het...) en volgend briefje viel eruit, handgeschreven (zie foto) :
Mijnheer, mevrouw. Ik woon bij u in de buurt en heb niet de mogelijkheid gehad u te spreken. Deze uitgave een traktaat bevat belanrijke (sic) informatie. Een zekere belofte in de Bijbel luidt. "God zal elke traan uit u (sic) ogen wegwissen nog pijn [onleesbaar] verdriet zal er meer zijn. Openbaring 21:3,4. Wenste u meer inlichtingen ? Bel me aub.
Dat [onleesbaar] zou ik kunnen opzoeken, maar daarover gaat het hier niet. Neen, ik wou het hebben over het handgeschrevene van dat briefje. Ik krijg al jaren geen neergepende brieven meer, hooguit met kerst een ineengekriebeld kaartje (en zelfs dat durft al voorgedrukt te zijn). Nu ik erover nadenk, ik krijg al jaren geen brieven tout court meer. Alle communicatie met de buitenwereld gaat via msn, email en gsm. Brieven, neen, nooit meer.
En dan nu plots, van een onbekende meneer of mevrouw, komt dit in mijn bus waaien. Iemand die met mij te doen heeft, hij wil me redden. Hij en zijn God. Ik vind dat zeer wel van meneer en van zijn God, zo zouden er meer moeten zijn, denk ik dan, maar ik vind het ook een beetje knudde voor hem. (Al sinds het ontstaan van Da Moose zoek ik een aanleiding om het woorde 'knudde' binnen te smokkelen in mijn teksten en vandaag na negen maanden, jawel : knudde knudde knudde !). Ik vind het een beetje knudde ; natuurlijk zal ik niet reageren, de moeite van meneer is tevergeefs geweest. Ik word geen getuige van Jehova (want dat zat erachter natuurlijk), als de wereld vergaat wil ik op de eerste rij staan. Dat moet een machtig schouwspel zijn.
Maar ik wijk af. Knudde dus. Maar nog niet zo knudde als de sympathisanten van de PvdA die, god hebbe hun ziel, handgeschreven strooibiljetjes uitdeelden voor onze school. Jammer genoeg was onze school de afdeling Toegepaste Economische Wetenschappen, niet meteen de doelgroep die gecharmeerd wordt door het communisme. Maar ik heb wel veel respect voor die vrijwilligers, die och, simpelen van geest (en ik bedoel dit niet denigrerend, want zij zullen het koninkrijk gods binnengaan ! (de doening vlak neffens die van de Jehova's)), die misschien wel een hele namiddag briefjes geschreven hebben om hun ideaal uit te dragen, om zoveel mogelijk mensen te overtuigen van hun gelijk. Maar op zo'n knullige manier. De briefjes van de PvdA stonden vol met schrijffouten, een lieve meid hooguit negentien, een arbeidster vermoed ik, had daar met de tong uit de bek, een beetje rood aanlopend, uren op gezwoegd om al die biljetjes te schrijven. De gewoonte niet hebbend om te schrijven, is ze waarschijnlijk een aantal keer moeten ophouden omdat haar middelvinger geen eeltplekje heeft om de balpen te steunen, omdat haar vingers pijn deden, een blaar heeft ze er aan over gehouden. En waarom ? Om uitgelachen te worden door die coole bedrijfsleiders in spe. Meid toch, dom dom dom. Denk dan toch eens na, hoe onzinnig ! Maar ja, zij heeft geen opleiding gehad, ze weet misschien niet beter, en wij, ach cynici, willen daar wel mee in debat gaan, de sukkel wordt afgemaakt, hahaha, zie maar hoe gemakkelijk. Hoe intriest allemaal.
Kijk daar geraak ik dus, gevoelsmens (euche euche) die ik ben, niet aan uit. Dat handgeschreven briefje, van die militante PvdA'ster (in mindere mate mijn Jehovabriefje) raakt me diep : maakt me vrolijk omwille van het enthousiasme en het idealisme dat de schrijver/schrijfster nog heeft. Aan de andere kant maakt het me zo triest, het tevergeefse, al die verloren energie. Ik kan er gewoon niet mee omgaan.
Soms wou ik dat ìk een stukje simpeler was.
07-09-2006, 22:48 geschreven door Hill
06-09-2006
Cabrio-trek
Eén van de grote mysteries der natuur is de cabrio-trek. Zoals vogels vanaf eind augustus naar warmere oorden trekken, zo verdwijnen ook alle cabrio's half september uit het straatbeeld. Om er vanaf eind mei weer in op te duiken. Zoals ik al zei, precies de vogeltrek. (Ik heb jaren gedacht dat de vogeltrek zoiets was als touwtjetrek. Twee teams van vier man langs elke zijde, in het midden een roze flamingo, en maar trekken...). Waar die cabrio's in de winter uitwaaien weet ik niet, ik vermoed ergens Monaco, maar de zon moet maar haar eerste prikken geven in 's mens neus (hatchieha) of ze zijn er weer, de blauwe Peugeotjes 207 CC, de gele Saabs zonder dak of de topless BMWs met glanswieldoppen.
Zo dus ook vandaag weer. Heel augustus geen enkele gespot en vandaag kon je er weer volwassen files mee volstoppen. De mooiste was een Mini'tje van RedBull met zo'n langbenige blondine erin (daar is die flamingo weer, dacht ik nog), maar veruit de leukste was die BMW op kruispunt van Klapdorp en de Minderbroedersrui. Dakloos stond hij te blinken voor de rode lichten, met aan het stuur een Machomarokkaan. Zo eentje in wit trainingspak met gouden kettingen rond zijn nek. Naast en achter hem zaten nog drie neefjes geloof ik, om ter stoerst en coolst uitgedost. Ze zouden niet misstaan in een videoclip van één of andere gesjeesde arrenbie-zanger. Alsof ze mijn idee wilden onderbouwen stond de muziek veel te luid, ik kon de bassen voélen. Het licht mocht dan wel rood zijn, maar toch gaf grote broer aan het stuur, altijd maar gas. Vrrrrroemmmmboemboemboemboem, Vrrrrrroemmmmboemboemboemboem. Onnozel eigenlijk gelet op de huidige benzineprijzen, maar het minste wat je ervan kon zeggen was dat het in de maat was van zijn stereogedram. Tot groot jolijt van de verzamelde cool op de achterbank.
Het zou nu niet lang meer duren vooraleer het licht op groen springt. De auto's uit de dwarsstraat remden reeds af voor oranje. De piloot voerde zijn gebroem nog wat op, het licht sprong op groen en toen...
De auto zei nog eenmaal broem en viel toen stil. Grote neef probeerde nog wel, zijn kop kleurde mooi rood tegen zijn T-shirtje maar meer dan teuheuheu deed zijn voituur niet meer. Motor verzopen, of opgeblazen of naft op, ik weet het niet, maar het resultaat was wel dat de coolboys de wagen naar de kant mochten duwen.
En dan begint bij mij binnenin iets te borrelen, iets samen te trekken, dan rimpelt mijn mond en kriebelen mijn ogen. Moehahaha. Leedvermaak heet dat.
06-09-2006, 22:49 geschreven door Hill
05-09-2006
Ik of dat wurmpie !
Sabine besloot gezond te doen. In plaats van chocoladekoekjes of cakejes had ze deze namiddag fruit bij. Glanzende, sappige, paarse pruimen. Je kon er jezelf in spiegelen, zo blonken ze. Iemand een pruim ?, vroeg ze gul. Zijn het eigen geplukte ? Neej, joh, (Sabine heeft lang in Nederland gewoond) gewoon gekochte, op de markt. Ik nam er één en Véronique nam er één. Jan bedankte vriendelijk, met het argument dat hij overtuigd vegetariër is. Dat weten wij wel, maar hoe viel dat te rijmen met pruimvrees ? Wel, begon hij, de pruim is de fruitsoort waarbij de kans het grootst is dat je bij het weghappen een wormpje mee opeet, ze verbergen zich achter de pit, en voor je het weet glipt dat beest je slokdarm binnen. En dat wil ik niet op mijn geweten hebben. Hij zei het wel met een lach op zijn smoel. Precies dezelfde lach waarmee hij ook eens weigerde van chips te eten met baconsmaak. Omdat dat vlees was en ik eet geen vlees. We weten nog altijd niet of hij het meent, als hij zo lacht. Ik opperde nog dat het opeten van een wormpje toch niet erg kon zijn, als je een beetje hard slikte bleef het ongeschonden en dan zou je na een viertal weken plots een vlinder baren. Diervriendelijk toch ? Maar hij was niet te verwurmen. We drongen niet meer aan. Trouwens hoe minder pruim Jan at, hoe meer wij konden eten.
Ondertussen was Sabine al halverwege haar pruimpje en zoals zovelen doen, ze trok de pruimpit los van het resterende vruchtvlees. En ja hoor, vanachter de pit lachte een groengeel wormpje haar toe. Er ZAT een wormpje in, zeg ik u, een slank geelgroentje zonder pootjes (ik kon er toch geen zien) en hij had ook niet dat lachende gezichtje of de voelsprietjes waarvan de reclame ons wil wijsmaken dat die bij wormpjes horen. Het was eigenlijk gewoon een vettig, smerig beest. We keken in opperste verbazing gedrieën naar Jan. Hoe heeft hij dit voor mekaar gekregen ? Maar algauw begrepen we dat hij er niets mee te maken kon hebben, dit was gewoon een grappige gril van het toeval.
De worm was al geelgroen en Sabine werd het nu ook. Ze liet de pruim vallen en deed "putbbptpuptptt" met haar tong tegen de lippen. Eejven mijn mond spoelen, hoorden we haar nog sputteren en ze haastte zich naar de toiletten. Drie minuten later was ze terug, met onder haar arm een hele stapel papieren doekjes om je handen aan te drogen. Met besliste blik beende ze naar het bureau terug, vastbesloten om de worm plat te knijpen, koste wat kost. Wat buiten de waard gerekend was. In tussentijd hadden wij drie al vriendschap gesloten met het wormpje (wij zijn zeer sociaal), en hem in een drinkbekertje gestopt, met de rest van de pruim. Het stond al vast : We hielden hem als huisdier. Veronique kreeg de eerste shift toegewezen, zij moest morgenochtend een blaadje sla meebrengen en donderdag stond ik ingepland (sinaasappel). Jan zou hem in het w-e meenemen, en op de vensterbank zetten. Volgens zijn beweringen heeft hij daar een speciale bloemsoort staan waarop wormen verzot zijn. Alles was al in kannen en drinkbekertjes toen Sabine terugkwam. Maar zij stelde haar veto : geen worm op haar bureau. Maar hij staat niet op jouw bureau, hij staat op dat van Hill, kijk maar, en ertussen is een afscheiding, dat wormpje kan daar nooit overheen. Het mocht niet baten. Ze was categoriek : Het was of zij of 'dat wurmpie'. Hoe diervriendelijk we ook zijn, we kozen voor Sabine, want al bij al, het is een schat.
Maar daar stonden we nu, met die worm. Wij wouden hem niet dood en hij mocht ook niet blijven. We kozen voor een Belgisch compromis : het beestje kreeg onderdak op de eerste verdieping (Wij zitten op acht), in de bloembakken die net naast de Medische Dienst staan. Jan en ik hadden er een vergadering en stiekem, net voor de vergadering begon, met een afleidingsmanoeuvre ('t is goe were é vandoahe) kieperde hij het bekertje in de vetplanten. Zeven verdiepingen zou dat beest op eigen kracht wel niet overbruggen.
Morgenavond bel ik nog eens naar de Medische Dienst. Even polsen of Sietha, de dossierbeheerder die vlak naast de planten zit, in de loop van de dag niets heeft voelen kriebelen in haar dreadlocks.
05-09-2006, 22:30 geschreven door Hill
04-09-2006
Verloren spoor
Hij wandelt langs de kaaien, niet langs de hippe Vlaamse of Waalse kaai, met zijn restaurantjes of op het Eilandje, maar langs de containers. De echte kaaien. Langs de hangars met kapotgeslagen ruiten, daar waar vrachtwagens achter elkaar geschoven, geparkeerd staan, de gordijntjes dichtgetrokken. Stapels wegroestend metaal op gebarsten beton, slordig opgelapt met asfalt. Een halfontmantelde boot, zijn schroef ligt gebroken op de kade. Plastieken kabels op houten reuzenbobijnen. Dit is een wereld zonder vrouwen. Hier is geen plaats voor orde of netheid. Zelfs hoertjes komen hier niet.
Op een metalen brug blijft hij staan. Hij kijkt in het doffe water, rimpelloos, zwaar, drab. Als een olieplas. Hoe laat zou het nu zijn, negen uur, misschien half tien ? Helemaal donker is het nog niet, de volle maan verlicht de dokken. Zijn sigaar gloeit nog eenmaal op en dan schiet hij de peuk in de donkerte onder hem. Er waait een aangenaam briesje, toch staan er zweetdruppels op zijn voorhoofd.
Over de brug lopen treinsporen, neen ze zijn smaller, tramsporen moeten het zijn. Hij besluit ze te volgen, tussen de containers door, langs nog meer vuilnis. Hij raakt verstrikt in een roestige staaldraad, hij schopt zich los en volgt verder de sporen. Ze lopen naar een open ruimte, tussen hangars en containers. Verdord gras tussen de kasseien. En daar houden ze op. Zomaar. In de schaduw van een kraan.
Er is niets eenzamer dan een verloren tramspoor.
Het is volle maan, met linksboven een klein stukje af.
04-09-2006, 22:28 geschreven door Hill
03-09-2006
Ode aan de lucifer
Dit is een ode aan de lucifer, het houten aanmaakstokje met solferkop. De lucifer die al decennia lang te lijden heeft onder de oneerlijke concurrentie van de aansteker, dreigt de strijd te verliezen. Lucifers zijn bijna niet meer te krijgen, je moet al echt je best doen om nog een doosje op de kop te tikken. En als je er al vindt, zijn het van die lange, bleekscheterige houtjes met bruin of bordeau kopje, die lange aanmaakstokers om de brand in een bbq te steken, die vind je nog, maar de compacte gevaarlijk sexy lucifers van Union Match zijn verdwenen.
Verdrongen zijn ze, uit de markt gedrumd door de aansteker, die gasbel in plastieken omhulsel, dat designwise misbaksel dat niet eens een eigen naam heeft : aansteker. Wat is dat nu voor een naam, aansteker. Een aansteker zou de persoon moeten aanduiden die de brand steekt, niet het voorwerp waarmee. Zoals de kaassteker, of de biersteker, of onruststoker. Zelfs de brandstof waarop de aansteker teert, heeft geen naam. Voor zover ik weet, heet dat 'lighter fluid'. Er bestaat niet eens een Nederlands laat staan Vlaams alternatief voor.
Neen, plaats daar dan eens de lucifer tegen. Lucifer, de naam van de duivel. Lucifer als soortnaam, dat is pas indrukwekkend. In het Westvlaams heten die houtjes zelfs 'sulfers'. Solfer en vuur, de hel en de duivel, hahaha, nu praten we. Ook het uitzicht heeft iets duivels : een houten schacht, donkerrozerood geschilderd, neen niet geschilderd, tot op de vezel doordrenkt van het pigment. Nergens anders wordt dit duivelse roze gebruikt, nergens, alleen lucifers durven zich in die kleur hullen. En dan dat contrast met het vlamgele kopje. Woeoeoeoeoe, om bij te griezelen.
Ook het ritueel om een lucifer aan te strijken heeft iets duisters. Je schuift het laadje open, en daar begint de eerste spanning al : zal er nog een lucifer insteken ? Het doosje rammelt wel nog, maar in ieder luciferdoosje zitten meestal één of meerdere al reeds ontbrande lucifers. Geen idee waarom iedereen de al aangestreken lucifers terug in het doosje stopt, ik betrap mezelf er ook telkens op, maar we doen het met zijn allen. Je neemt de lucifer eruit, je knipt het laadje dicht en dan gebeurt het. Je strijkt het gele kopje tegen het mysterieuze aanmaakstrookje dat tegen de zijkanten van het doosje kleeft. Al van jongsaf intrigeerde die bruine strook met geelwitte stipjes me. De strook die het geheim bevatte dat de luciferkop doet ontvlammen. De sulfer wordt dus met zijn kop tegen die ruwbouw gestreken en in een solferwolk, je ruikt de duivel, je kan hem in die splijtseconde zelfs voélen, ploft de vlam op. Een vlam die bij ontbranding half zo groot is als de lucifer zelf, maar direct daarna tot een werkbaar vlammetje verwordt. Dat, dames en heren, is cultuur. Magie !
En daarom is het ook zo jammer dat dit stukje erfgoed verdwijnt. Zelfs het kartonnen lucifersdoosje bevat de jeugd. En dat mag je gerust letterlijk nemen. Hoeveel schatten zijn er niet bewaard in lucifersdoosjes toen we zoveel jonger waren : meikevers, knikkers, jeukpoeder, je afgesneden vinger in de watten (gaatje onderin het doosje en dan maar griezelen op de speelplaats), en last but not least : waarom heet dat merk van speelgoedautootjes Matchbox ?
Okee, okee, nu gaan de groene jonges argumenteren dat zo'n houten lucifer niet natuurvriendelijk is. Door mijn stekjes gaat het regenwoud naar de knoppen. Twee woorden heb ik voor jullie : Camembert doos. Begin daarmee, dat zijn ook houtschilfers en van een veel hogere kwaliteit hout dan het brandhout waaruit het loze lucifertje, ocharme, geschapen wordt. En zouden de plastieken aanstekers misschien milieuvriendelijker zijn ? Ik dacht het niet. Natuurlijk zijn er de Zippo's, roestvrije metalen stinkwalmverspreidende Vietnamverzameldozen, maar dit is toch echt geen concurrentie voor het solferstokje, geef toe. Verchroomde mini-jerrycans met een wiek zijn het. En met een belachelijke naam : zippo. Precies een nijlpaard met de hik.
Neen beste mensen, er gaat niets boven de lucifer. De kleine dappere houtjes die stuk voor stuk in zich de gezellige warmte dragen van een diner bij kaarslicht.