|
|
|
If the future isn't bright, at least it will be colourful |
|
|
05-03-2006 |
Hels week-end |
Graag had ik hier een vertellinkje gedaan, over hoe ik vrijdagnacht, na mijn avonddienst op café gegaan ben en daar in gesprek (en meer) geraakt ben met de mooie Rachida. Maar zaterdag in de late namiddag is me nog een lichtelijk groter avontuur overkomen.
Gisterennamiddag kruiste ik het Sint-Jansplein om naar de aldaar gelegen Aldi te lopen, toen ik plots twee knallen hoorde. Mijn eerste idee was, de knalpot van een oude Fiat, maar het bleken twee schoten te zijn geweest. Het leek in niets op de schoten die je in een film kunt horen, maar het fluiten van de kogels liet geen ruimte voor twijfel. Ik dook weg achter een electriciteitskabine en zag twee jongeren van Marokkaanse afkomst op me afkomen. Eentje met een revolver of pistool in zijn linkerhand, de andere zonder, maar wel met één of andere wapenstok in zijn handen. Die zonder pistool wees naar mij ! Ik kan je verzekeren op zon moment tril je van de adrenaline. Mijn hersenen draaiden op volle toeren. Het is vreemd wat er allemaal door je heen gaat op zulke momenten. Het eerste en voornaamste is : ik moet hier weg, ik moet hier weg en wel zo snel mogelijk. En terwijl je in rottempo alle mogelijke vluchtroutes afgaat, is er een stukje van je brein, dat nog de tijd heeft om na te gaan wie die twee gasten zijn en waarom ze achter je aan zitten. Ze moeten iemand anders voor hebben, dat moet haast, wat zouden die kerels anders achter mij aan zitten. En dan nog op die manier, met een pistool, godverdomme. ZE HEBBEN OP MIJ GESCHOTEN ! Het is één van de eerste keren dat ik een pistool in het echt zie en dan nog van de eerste keer gericht op mij. Op mij ! Ik heb bij mijn weten nooit ook maar één haar gekrenkt van wie dan ook, Marokkaan of Turk, integendeel, ik doe vaak inkopen bij de Turk om de hoek.
En in een flits weet ik het : Rachida. Fuck ja, Rachida. Van vrijdagavond. Dat moet het zijn, zouden dit haar broers zijn, of neven, familieleden ? Maar dan nog, wat kunnen ze mij verwijten ? Ik had gedronken, dat wel, maar zij ook, we hadden er allebei zin in, we hebben er allebei van genoten, en zij was heel zeker geen maagd. Ze leek ook in weinig op een zeer traditioneel gelovig meisje. Komaan zeg ! Wat valt mij te verwijten ? Al die gedachten schoten door mijn hoofd in die ene splitseconde. Samen met het koortsachtig zoeken naar een mogelijke ontsnappingsroute. Weglopen had geen zin, dan zouden ze mij gewoon in de rug schieten. Waar kon ik heen ? Ik koos voor het onverwachte, recht vooruit naar hen toe. In de hoop ze te verrassen. Zo had ik misschien nog een kans. Ik stormde dus recht vooruit naar die met het pistool en probeerde het uit zijn hand te slaan. Dat lukte niet, maar hij was toch voor eventjes de kluts kwijt. Ik vluchtte de Vondelstraat door, naar de Italiëlei toe. Ik hoorde nog één keer een schot, en voelde iets schroeien langs mijn dij. Het schrijnde, maar ik kon er geen acht op slaan. Ik moest vooruit, het moest ! Die met het pistool bleef volgen, de andere haakte af. Ik ben niet zo heel sportief, mijn uithouding is niet denderend, maar het is me meermaals opgevallen dat ik daar in noodsituaties geen last van heb. Ik dacht nu slechts aan één ding. Probeer de Italiëlei te bereiken, probeer hem daar tussen het verkeer kwijt te geraken. En ook : blijven lopen, dan moet hij ook blijven lopen, en als hij loopt kan hij niet mikken of schieten. Ik geraakte aan het kruispunt met de Italiëlei. Net voor een bus schoot ik de leien over. De bus remde uit alle macht en daardoor moesten een tweetal auto's uitwijken. Ze botsten niet, maar zorgden voor veel drukte en getoeter. Hoe groter de chaos, hoe meer dat in mijn kaart speelde. Ik voelde mijn milt steken maar liep door richting Waaslandtunnel, daar staat nog dikwijks een politiecombi om het verkeer te regelen.
Ik weet niet of hij me toen nog volgde, maar toen ik de Konijnenpijp bereikte, was hij er niet meer. Ik was op. Leeg ! Ik zeeg neer op een bank in een bushokje en draaide weg van vermoeidheid. Ik gaf over. Ik proefde bloed in mijn keel en het leek of mijn longen bij iedere ademstoot scheurden. Ik verzuurde helemaal, ik kon niet meer rechtstaan, zowat iedere spier verstramde en trok in een kramp. De schroeiwonde aan mijn dij was nog het minste, dat prikte alleen maar. Ik was volledig kapot. Had hij toen voor mij gestaan, ik was niet meer gevlucht, hij had maar te schieten, ik kon niet meer. Maar hij was er niet, godzijdank. Ik leunde voorover met het hoofd in de handen, de foetus houding benaderend en toen moet ik bewusteloos gevallen zijn. Deze morgen werd ik wakker in het Stuivenbergziekenhuis.
Hey hey, da's allemaal niet waar hoor. Ik heb verdorie heel het w-e op het werk gezeten. Zoals ik al zei had ik vrijdag avonddienst en er is één en ander foutgelopen. Tot tien voor zes daarstraks, jawel, zondagavond, ben ik er geweest, samen met een paar collega's proberen een oplossing te verzinnen voor een boekhoudprogramma dat in de war was gelopen... Een hels week-end dus.
05-03-2006, 18:36 geschreven door Hill
|
|
|
|
02-03-2006 |
Mensjes kijken in de zoo |
Het was alsof ze de krant gelezen had. Nadat overal was verschenen dat februari 2006 de somberste maand gebleken is sedert de grote ijstijd, kwam El Sol over de middag de depri burger verwarmen. Ik besloot ervan te profiteren en mijn boterhammetjes op te eten in de zoo. Deze keer heb ik heb de kameel straal genegeerd en hing ik wat rond bij de beren. Vroeger kon je in de zoo een ijsbeer zien ijsberen en in de kooi daarnaast een grote bruine beer. Verleden jaar zijn beide beesten verhuisd en hun plaats werd ingenomen door neusberen, een soort wollige katten met een lange snuit, en door de brilbeer. Dat is dan weer een pocketversie van de bruine beer, maar met veel slechtere ogen (vandaar zijn naam). De brilbeer was druk bezig met het snuffelen aan de zijwand van de afsluiting. Daardoor was hij niet goed zichtbaar. Een dreumes van een jaar of drie werd door papa opgetild om toch een glimp van de beer te kunnen opvangen. En toen zag ik het pas. Het meisje was ingesnoerd (zonnig, maar wel nog koud) in een bruine wollen jas, met bijhorend kapje. Ik denk niet dat haar ouders beseften dat ze als twee druppels water leek op de beer. Een heel mooi zicht, het ene beertje wuivend naar het andere. Ik zou hier nu een fantastisch verhaal kunnen vertellen over de brilbeer die het meisje zag, herkende als een soortgenoot en een indrukwekkende paringsdans begon. Maar in werkelijkheid deed hij justekens niks. Beren zijn lui.
Wie wel veel lawaai maakten waren een zevental bouwvakkers die vermoedelijk schafttijd vierden. Ze waren aan het werk in de zoo zelf en deden tijdens hun lunchpauze een wandelingetje, overal luid commentaar op gevend, ondertussen elkaar joviale klappen uitdelend. Ewel, diejen gast heeft ne schone lochtink (het waren nog West-Vlamingen ook), over de beer. Diejen pletskop daar, zie dem, op dien boom ginter, ewel das ne gier. Fameus bekske hé, diejen gast. En dat leeft op dood vlees. Een beetje gelijk de Gino, die moet ook altijd een dood koebeest hebben bij zijn frieten. En zo ging dat maar door. Het was een genot om ze bezig te zien. Zeven blauwe overalls met Claus Construction op de rug, voor de kooi van de roze flamingos.
Wat verder kwam een Hollandse huppeltrien me tegemoet gelopen. Kijk Dànny. (Ze sprak het uit als Denny). Kijk, Denny, hier een Harry Potter-uil ! En hier een uil met kwastoortjes, en hier ! En hier... ! Haar Denny slofte haar achterna, en ik zag hem denken, ze heeft een mooi snoetje, dat wel, maar moet ze nu altijd zooo energiek zijn...
Net voor de uitgang (mijn middagpauze zat erop), kwam ik nog een jong koppeltje tegen, waarschijnlijk hun eerste uitje samen, zij met een rood gezicht, maar met een harde trek om haar mond, hij houterig een arm om haar heen slaand. Straks zou ze het af maken, en nu wachtte ze op het goede, of liever, juiste moment. Je kon het haar zo zien denken. Toen ik de Keyserlei doorliep zag ik aan een tafeltje in Le Fouquet een heer in kostuum iets vertellen tegen een mooi opgeklede dame. De dame lachte verschrikkelijk hard om zijn grapje. Veel te hard om zijn vrouw te kunnen zijn...
Mensjes kijken, het blijft een hobby van me.
02-03-2006, 18:44 geschreven door Hill
|
|
|
|
01-03-2006 |
Hoe sterk is de eenzame fietster ? |
De avondspits op en rond de Roosevelt-plaats in Antwerpen. Al van ver zie ik haar komen. Om de rechterschouder een modieuze handtas, aan het fietsstuur een grotere, veel grotere tas in Burburry-ruit, met daarin dan weer allerlei plastieken zakjes, gevuld met appelsienen, pompelmoezen of prei. Met ware doodsverachting laveert ze tussen de stapvoetsrijdende wagens op de leien. Ze weet de spekgladde tramrails en de plassen te mijden, met een stuurvastheid waar Sven Nys nog een puntje aan kan zuigen. Een metaalgrijze auto, zon hoog op de poten staande 4X4, komt plots wel heel dichtbij. Ze schrikt en wankelt, en heel even moet ze voetje aan de grond zetten om niet weg te glippen over de pulpsneeuwnatte kasseien. Bijna onmerkbaar tikt ze met haar hooggehakt laarsje de stoeprand, ze duwt zich ertegen af en weg is ze, tussen de autos door, de franjes van haar zwarte sjaal wapperend in duet met haar lange blonde lokken. Wat een vrouw !
01-03-2006, 20:28 geschreven door Hill
|
|
|
|
28-02-2006 |
Alea iacta est |
De teerling is geworpen, de kogel is door de computer. Na acht en een half jaar weggedoken geleefd te hebben in diverse informatica-afdelingen, zet ik vanaf juni de stap naar de overkant. Zoals den Jules bij het oversteken van de Rubicon wist, nu kan ik niet meer terug, zo heb ik ook een definitieve overstap gemaakt, weg uit de IT-sector. Mijn huidige baas dreigde nog eventjes - Je moet goed beseffen dat, als je de overstap maakt, je nooooit meer terug kan naar de computerwereld.- Fijn zo, dat is ook mijn bedoeling.
In 97 studeerde ik af als verdwaald economistje en ik besloot eigenlijk meer voor de grap te solliciteren bij een IT-consultant bedrijf (waaah, een IT-consultant bedrijf), als computer engineer (nog meer waaaah). Let wel, op dat ogenblik had ik nog geen letter informatica gezien, noch in het middelbaar, noch aan de universiteit, ik had zelfs geen computer thuis. Om de één of andere heel duistere reden, een ziek gevoel voor humor waarschijnlijk, hebben ze mij daar toch wel niet aangenomen zeker ! Ikke hoogstverbaasd, maar kom, ik had een job. Ik kreeg een gedegen opleiding en een firmawagen. Wat meteen zorgde voor een eerste probleem : ik had nog geen rijbewijs. Ik denk dat ik de eerste consultant was, die rondtufte met een L op zijn achterruit. Ik kreeg de opleiding, ik volbracht die en ik werd verhuurd aan een grote bank. Daar zou ik wel door de mand vallen dacht ik, maar neen. Ik slaagde er zelfs in om een soort van carrière uit te bouwen als verantwoordelijke voor de commissielonen van de makelaars. En dat als externe consultant. Ik was zelf nog het meest van al verwonderd. Na een jaar of vijf tussen Antwerpen en Brussel in de file gestaan te hebben, vond ik het welletjes en wou ik een job dichter bij huis. Ik nam een stadsplan en trok enkele concentrische cirkels rond mijn huis en ik solliciteerde bij het grootste bedrijf dichtstbij. Blind, gewoon een briefje verstuurd naar hun personeelsdienst. Na één gesprek kreeg ik de volgende dag een contract aangeboden. Die personeelsdiensten zijn echt wel knettergek (maar ze herbergen de schoonste blondines : O Isabelle, O Heike, O andere Isabel !) Ik kreeg een contract, weliswaar zonder bedrijfswagen, maar de afstand woon-werk werd herleid tot 4 minuten stappen, een droom. Ook hier slaagde ik erin te doen alsof, en ik werd achtereenvolgens computerprogrammeur en analist in COBOL, JCL, SAS, Cool:Gen, IDMS, DB2, Oracle en Siebel. Hahahahaha. Nog steeds had niemand door dat ik geen knijt ken van informatica. En eerlijk gezegd, na acht jaar informaticaspecialist, kan ik nog niet eens een PC herformatteren, het interesseert mij ook niet, helemaal niet. Ik vind het wel leuk om links en rechts een programmaatje te schrijven of wat onderzoekjes uit te voeren, maar technisch inzicht, volgens mij heb ik dat niet. Wie zegt van wel, die dwaalt. Het werd me stilletjesaan zelf wel te gortig en daarom heb ik nu besloten om al die computers achter mij te laten en een loopbaan te beginnen als business consultant. Dat komt erop neer dat ik uitzoek welke processen belangrijk zijn in ons verzekeringsbedrijf en dat ik dat gestructureerd op papier zet zodat de informatica-afdeling aan de slag kan. Niet dat ik daar veel kaas van gegeten heb, maar kom, als ik acht jaar heb kunnen verbergen dat ik totaal a-technisch in elkaar steek, dan zal ik hier ook wel een paar jaar show kunnen geven veronderstel ik. We zien wel.
En heel voorzichtig, stapje voor stapje nader ik mijn ultieme doel. Grasafrijder in de Zoo. Op zon tractortje met drie versnellingen. Vrrrrrrrrrrroem.
28-02-2006, 20:16 geschreven door Hill
|
|
|
|
27-02-2006 |
Zwaarmoedige wolken |
Zwaarmoedige wolken, zwanger vol dikke druppels, záchte druppels die niet koud aanvoelen. Druppels die bellen zullen blazen in vuile plassen, als kokende konfituurgistsels. Maar de regen komt niet, zal niet komen. Nu toch nog niet. De wolken dreigen, maar tussen hun donkerblauwe koppen zit nog teveel vuilgeel, niets meer dan een vermoeden van zon. Het is een gevecht van wolken tegen zon. Een gewapende stilte, de wolken winnen het licht, de zon de temperatuur. De luchtdruk moet heel laag zijn, de hemel wacht op een schilder. Deze dreiging, zonder echt gevaar in de kiem, weekt altijd een vreemd menggevoelen in me los. Een vertrouwen, een overheersende tevredenheid zelfs, over de omgeving en mezelf, maar ook een melancholie over verdwenen geluk. Een jubelend hart met een schrijnende geest. Mijn vingertoppen tintelen van plezier en mijn ogen worden vochtig. Dit is het Al. Onder deze luchten ben ik thuis.
27-02-2006, 18:00 geschreven door Hill
|
|
|
|
|
|
E-mail mij |
Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.
|
Gastenboek |
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
|
|
|
|