Sommige mensen hechten veel belang aan hun uiterlijk. Sommige mensen houden ervan urenlang in klerenwinkels rond te struinen of zich op te dirken. Sommige mensen willen er altijd piekfijn uitzien, met das, gesteven hemd of op hoge hakjes en met bijpassende handtas. Ik ben zo niet. Ik durf al eens een scheerbeurt over te slaan. De schoenpoets heb ik niet altijd bij de hand, en de meeste truien hoeven geen strijkbeurt.
Veel vrouwen knappen daar op af. Gelukkig niet zo, mijn vriendin. Ik ben blij dat je niet zo'n afgeborsteld type bent. Ik hoor het haar nog zo zeggen bij onze eerste ontmoeting. Ik ben blij dat je appartementje er niet kraak-kraaknet bij ligt, maar dat het er gezellig rommelig is. Merkte ze op, terwijl ik stiekem een eenzame sok onder de zetel schopte. Jij bent helemaal zoals ik wil dat je eruit zou zien. Zei ze, terwijl ik schichtig in de badkamer mijn neushaar bijtrimde.
Het eerste dat ze me vroeg toen ik bij haar introk, was of die baard er ook af kon. En daarna of mijn haar niet wat langer kon worden. -nee, dat kan niet, als ik het laat groeien zie ik er uit als Aartbeliën, Sylvain-. Daarna vroeg ze me of mijn haar niet wat korter kon, ik zag eruit als een geëlectrocuteerde Diana Ross. -Ik zei het je toch!
O, kijk, wat een mooie sexy slipjes, zou jij niet ? Of nog, je bent geweldig zoals je bent, mijn lief, maar als je nu eens je bakkebaarden zou...
Verleden week wou ze me een hipper brilletje aansmeren. Je zou zo sexy zijn met een zwart brilletje. Jamaar, de oude is nog niet versleten, pruttelde ik tegen. Ik heb de gewoonte om van bril te veranderen als de glazen versleten zijn van erdoor te kijken. En nu moest het plots hipper, sneller en feller zijn.
Terwijl ik helemaal niet hip ben. Meer nog, ik haat hip. Hip is voor hippies en als er nu iets is wat ik niet ben dan ik dat een hippie. Ik was verdorie nog niet eens geboren in achtenzestig. If you go to San Francisco, be sure to wear some flowers in your hair. Ja dag, de enige plant die in mijn kortgeknipt koppeke zou blijven zitten is een cactus, met weerhaakjes. Of een vetplant.
Hippie, ik, humpft, hoe komt ze erbij!
Maar met een slinkse smoes (ga je mee naar de Colruyt, ik heb nogal veel boodschappen te doen, o kijk, een opticien laten we even binnenlopen, het zijn nu toch solden, gewoon eens zien wat hij in huis heeft, kijken kost niks...) troonde ze me toch mee naar de brillenwinkel.
Als er nu iets is wat ik niet graag doe, dan is het winkelen. En zeker niet als er gepast moet worden. Kleren kopen, een verschrikking, is dat. Ik word al draaierig als ik nog maar in een auto moet gaan zitten om te zien of de kuipzetel rond mijn derrière past. Kun je nagaan. En nu een bril passen. The horror, the horror.
Het begint al bij de entree. Vooreerst zijn opticiens altijd zo kruiperig vriendelijk. En dat kan ik absoluut niet hebben. Alles wat je op je neus zet vinden ze prachtig en geweldig en je staat er beeldig mee. Tot je zelf je inbreng wil en vraagt om dat ronde gevalletje uit de etalage te mogen opzetten. En dan verkleurt hun blik. Ah neen, dat zal meneer niet staan, meneer heeft geen kop om een rond brilletje op te zetten.
Trouwens de mode is vierkant, niets is nog rond den dag van vandaag. Mijn kop is rond, wierp ik nog tegen. Hahaha, deed hij vriendelijk. Hahaha. De stoethaspel. En weet je wat nog het irritantste was, mijn vriendin lachte mee. Zo van, wij mensen van de wereld weten wel beter.
Maar och, als ik haar daarmee gelukkig kan maken, en als ze mij echt sexy vindt met mijn nieuwe brilletje, mij goed, ik kan er maar wel bij varen, nietwaar. De brillenventer haalde zijn assortiment hippe gevallen boven en ik maar passen. Zelf zag ik geen knijt want in de modellen zat natuurlijk vensterglas. Ik moest maar voortgaan op het oordeel van de vriendin. O ja, en op het oordeel van de mini-zapjes, want die waren ook mee.
Het ging als volgt. De lachgaai achter de toonbank schoof mij een ondoenlijk montuur toe, genre bompa jaren vijftig, en dat moest ik dan op mijn neus vijzen. Ik keek in de spiegel, zag iets wazigs wat wel eens een gezicht zou kunnen zijn, keek vervolgens naar links en hoorde toen als commentaar : Waaw, hoe mooi, dat is helemaal je ding, sexy ! (grote Zap). Eèèèèh, beikes !(de minizapjes). Brillenmans gniffelde alleen maar. Grote Zap bleef maar in vervoering, en de kleine zapjes bleven alles afkeuren Tot de jongste er toch eentje aanwees die ze wel leuk vond. Mijn originele bril dus. Met ronde glazen. Heel geruststellend.
Het is er tenslotte dan toch mee geëindigd dat ik een nieuw brilletje bestelde. Iets zwarts en rechthoekigs. Iets onbestemds. Iets wat een drietal jaar geleden hip zou geweest zijn. Iets Nana Mouskouriachtigs dus. Moh gow.
Donderdag kreeg ik een telefoontje, het was klaar. Jeui. Met glazen erin en al. Of liever plastieken, want de glazen van vandaag maken ze van plastiek. Hoe verzinnen ze het. Ik dus, na het werk, trots met mijn geïnkadreerde lenzen in mijn vestzakje naar huis.
Ik deed alsof mijn neus bloedde en ging doodgemoedereerd gewoon aan tafel en at met de verzamelde Zaps mee. Net voor het dessert (yoghurtijs!) sloop ik de keuken uit en zette ik mijn nieuwe bril op. Dat ging hier nogal eens een vonk geven.
Ja, dank je de koekoek. Niets. Niets. Niets zeg ik U. Helemaal niets. Niet de minste reactie. Alleen de de kleinste had iets gemerkt. Ze teende naar me toe en vroeg in mijn oor of ik een andere bril aan had. Ja schat, maar zeg het niet tegen mama, ons geheimpje ! Ze glunderde en zei niets. Net zoals haar mama. Die zag het niet. Ze zag het niet eens !
Nu ja, begrijpelijk misschien, ze was druk in de weer met het opvoeden van de kroost, maar toch.
Na het avondeten, nam ik haar even apart en drukte een kus op haar mond. Niets.
Ik schudde haar even door mekaar en gaf haar nog een kus. Niets.
Ik nam haar hoofdje in mijn handen hield het een twintig centimeter voor mijn gezicht, keek haar diep in de ogen en zei : Ik hou van je.
Niets.
En dan plots, Oooooo, Ooooooo (met haar twee handen voor de mond), Oooooo. Oooooo. Je hebt je nieuwe brilletje op. Ooooooo. Ooooo. Heb je eens een taalvaardig lief, komt er niets anders uit dan o.
Ik heb het nu al vier dagen op. Vier mensen hebben gemerkt dat er iets veranderd is.
Dorien, een collega, vroeg me vandaag nog of ik naar de kapper was geweest.
29-01-2007, 22:26 geschreven door Hill
|