terra's memories
Inhoud blog
  • Eind goed .....
  • Hanen en hun gekraai
  • streektaalboekje
  • Tijdverzetter
  • Vermist
  • Kosten en baten
  • Van heel ver weg naar heel dichtbij
  • NAGERECHT, TOESPIJS of TOETJE
  • FAQ
  • Pa's identiteit
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Aanbevolen adressen
  • Spinnenkop
  • opgeschreven herinneringen
    12-02-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.IJsvorsten

    Het kan nog net. Nu ons na een vorstperiode van veertien dagen strenge nachtvorsten en matige vorst overdag door allerhande weerprofeten dooi wordt voorspeld, is het goed nog even te kijken naar twee prachtige etsen van Rembrandt uit 1634. Hij ziet - ergens in de weilanden rond Leiden -  de eerste boer verkleumd uitroepen: "'t Is vinnig koud!" Waarop de aangesproken tweede boer antwoordt met "Dat's niet." (In de betekenis van 'helemaal niet!')

    Je kunt de twee juweeltjes (in het echt zijn ze beide ongeveer 4,5 bij 11 centimeter) ook naast elkaar laten zien. De dialoog wordt dan als volgt gevoerd:

    A: "Koud hè!"

    B: "Zeg, stel je niet aan!"

     









    12-02-2012, 00:00 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:ijs, vorst, kou, vrieskou, Rembrandt, etsen,
    04-02-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Huisnamen
    Nee, er is een fundamenteel verschil tussen een huisnaam en de naam van een huis. Stel, u loopt door Velp, zoals u weet het dorp van Jan Siebelink en een van Nederlands mooiste voorsteden, en u loopt door de Veluwezoomallee met zijn prachtige lindendoorkijkjes. Een verscheidenheid aan villa’s schuift aan uw oog voorbij. Huizen met namen als Erica of Carpe Diem. Dit zijn typische namen van huizen, namelijk van toepassing op welk huis dan ook. Lindenallee 24 heet Fata Morgana, maar het adres had evengoed Bergweg 28 kunnen zijn. Casa Nostra woont aan de Hogeweg nummer 24, maar het had even goed nummer 36 kunnen zijn. Ik bedoel maar: de naam houdt geen verband met adres, noch met bewoners, behalve dat enkele toenmalige, toevallige adressanten dit huis deze naam hebben gegeven. En na hun verhuizing hebben de nieuwe bewoners uit luiheid of gemakzucht de naam op de voorgevel laten staan.

    Huisnamen - de meeste staan niet eens met letters op muren geschreven - daarentegen dragen sporen van het verleden en van de bewoners. Het zijn bovendien tekenen des onderscheids, wat handig is wanneer veel mensen in een bepaalde streek dezelfde naam dragen. En dat is in onze Achterhoekse boerenstreek het geval. Mijn schoonvader heette evenals mijn schoongrootvader Westerveld van zijn achternaam. Om het onderscheid aan te geven zeg je dan bijvoorbeeld: ik bedoel niet de Westerveld van de Terborgsestraatweg, maar de Westerveld van de Runderlaan.

    Of je noemt de huisnaam. Zoals bij ons. Ons huis heet Beesterni-jhuus en mijn schoonvader was derhalve Hendrik Westerveld van Beesterni-jhuus. Ikzelf ben dus eigenlijk Terra van Beesterni-jhuus. Hoewel, als ik déze naam noem, weten zelfs mijn naaste buren niet wie ik bedoel. Dat is maar goed ook, want Terra is immers een schuilnaam en een pseudoniem. Maar Beesterni-jhuus bestaat echt.

    Huisnamen komen niet uit de lucht vallen. Ze vertellen iets over de kenmerken (bijvoorbeeld over de grondslag waarop het huis is gebouwd,) over de vroeger bewoners (hun naam, hun bijnaam, hun beroep) of over typische bijzonderheden in of rondom het huis. In het rijtje huisnamen hieronder, allemaal boerderijen uit onze streek, kunt u soms ontdekken tot welke categorie de naam behoort. Maar niet zelden is de huisnaam een groot vraagteken. Waarom heet dit huis De Prange? Wie het weet mag het zeggen. Het woord bestaat niet in ons dialect, anders had ik er een prangende vraag over gesteld.

    Hesselink, de Linde, de Steeg, de Hónke (Hónkerbós), De Stand, De Kwerre, Gäönenhuus, De Riete, Schreur, Oldenhof, Raoterink, Ormel,’t Beester, Beesternijhuus, Fi-jenhuus, AorendterMaotshuus, de Welsker, de Voornekamp, de Steengroeve, Geertshuus, ’t Barger, Garritshuus, Aaldershuus, de Meijne, Olfjanshuus, de Klós, de Krul …

    De Krul, wie bedenkt nou zoiets? En De Klos, wie is op het idee gekomen zijn huis en erf zó te noemen? Heet het huis misschien zo omdat een van de vroegere bewoners ooit domme pech heeft gehad? Vaak is de aanleiding om een huis zó te noemen  - in tegenstelling tot de naam zelf - mettertijd verdwenen. Neem nou De Klós. Een mooi huis, gebouwd in 1840 of daaromtrent. Het heet misschien zo omdat de eerste bewoonster Hermina Klos heette. Zij is overigens in 1855 tijdens de eerste emigratiegolf met negen gezinsleden naar Amerika vertrokken. In die dagen een afscheid voor eeuwig. In ieder geval is het een huisnaam om nooit te vergeten. Maar dat geldt ook voor de Krul.  



    Voor iedereen die zoiets leuk vindt, volgt een kleine toegift. Het gaat over de huisnamen aan wat vroeger een modderige zandweg was, tegenwoordig een keurig geasfalteerde straatweg. De straat heet de Nijmansdijk (terwijl er  zover het oog reikt geen water van betekenis te zien is).

    Aan deze Nijmansdijk staan veel boerderijen met echte, authentieke huisnamen. Ik noem ze u even: De Stand, De Kwerre, Gäönenhuus, De Riete, De Hónke, Schreur. De bewoner: eigenaar of huurder, werd vaak met zijn huisnaam aangesproken. Men zei bijvoorbeeld: ‘Daar komt De Riete aan.’ (En iedereen begreep dat de persoon in kwestie Arie Gosselink was die in de boerderij met de huisnaam De Riete woonde.)

    Ruim honderd jaar geleden is een versje ontstaan dat mondeling is overgeleverd aan volgende generaties. Het gaat zo:

     

    Bi-j De Stand

    hadden ze gebrek an brand;                (brand = brandhout)

    toem kwam Kwerren Jenne                   (boerin Jenne die op De Kwerre woont)

    met sprieken in de benne;                       (sprieken = aanmaakhoutjes;  benne = mand)

    toen kwam de Gäöne                               (de boer van Gäönenhuus)

    en bracht een karre met späöne;          (späöne = spaanders)

    daor kwam De Riete

    en zei: dat grei is nat as driete;             (drijfnat)

    toen kwam De Hónke

    en dén sloeg gauw een vónke;

    en Schreur,

    den hield de hand d’rveur.

    Zo kwammen ze bi-j De Stand

    toch weer an brand.

     

    Hieronder twee boerderijen met huisnamen:

    boven 't Beester (geheel herbouwd in 2003). Daaronder Beesterni-jhuus (bouwjaar 1896).






    04-02-2012, 12:02 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:huisnaam, boerderijnaam, Achterhoek,
    29-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Taiga in drieën

    Om de een of andere onnaspeurlijke reden heb ik iets met het woord ‘taiga’. Ik weet van school dat de taiga een landschapstype is dat veel in Rusland voorkomt. Ik denk dan aan reusachtige steppen met heidevelden en veel berkenbomen met hun slanke, witte stammetjes. Waar het 's winters landklimaat-koud kan worden. En waar je 's zomers van top tot teen door bloeddorstige muggen opgegeten en daarna leeggezogen wordt. Bij het woord 'taiga' denk ik ook aan naar het noorden stromende brede rivieren, zoals de Ob en de Lena, die marsmanniaans traag door oneindige laagvlakten gaan. Typisch dat alle landschappen die op de  taiga lijken allemaal op een a eindigen, bedenk ik mij nu. In Hongarije heb je de poesta, in Argentinië de pampa. Dan is er natuurlijk ook nog de paloma, maar daar gaat het nu even niet over.

    (1) Iets heel anders nu. Je had vroeger zogenoemde boekenseries. Per jaar verschenen vier prachtige romans, geïllustreerd, gebonden en voorzien van een hard kaft, waarop je een abonnement kon nemen. Bij ons thuis had men in een onoverdacht ogenblik gekozen voor de Spiegel-serie die Zomer & Keuning te Wageningen uitgaf. Ik weet het niet zeker, maar mijn geheugen zegt mij dat het tweede boek dat de postbode ons helemaal vanuit Wageningen bracht de titel Taiga droeg. De rode draad uit het verhaal ben ik kwijt geweest, evenals het boek zelf, maar ik herinner mij de beschrijving van Russische strafkampen en bar koude winters. Naar de auteur heb ik heel internet afgezocht, maar die bleek spoorloos verdwenen, waarschijnlijk in een taigaans moeras verzand. Totdat ik hem onlangs terugvond, net als het boek dat hij schreef. Zijn naam was Hendrik Koster.

    (2) Waaraan denkt ú bij het lezen van het woord ‘taiga’? Je kunt je er ook een beeld bij voorstellen, zoals deze Sovjet-tankbrigade die herdenkt dat morgenstond goud in de mond heeft en dat viert met een feestelijk bad. Het is een schilderij van Boris Fedorow uit 1952, dus midden uit de Koude Oorlog. Als u het mij vraagt een prachtig tijdsbeeld en magnifiek op canvas gezet. De schilder hoort trouwens tot de Socialistische Realistische School, te vergelijken met de Bergense School, maar dan geheel anders. (Nu begrijpt u natuurlijk ook waar Willink zijn Magisch Realisme vandaan heeft.)

    (3) Een vijftal jaar geleden liet mijn jongste zoon zich bij een van zijn schaarse thuisbezoeken ontvallen dat hij het dienstverband bij het ICT-bedrijf waar hij werkte, had opgezegd. Samen met een collega was hij van plan om voor zichzelf te beginnen. Hoewel je dat natuurlijk nooit van tevoren met stelligheid kunt zeggen, dacht ik toen al (en naar nu blijkt terecht) dat ze het wel zouden rooien. Dat kan ook moeilijk anders gezien de naam van het bedrijf. Het heet Taiga.







    29-01-2012, 11:08 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:taiga, steppe, Rusland, ict-bedrijf
    22-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Tuinvogelteldag

    Dit weekend (21/22 januari 2012) verzamelen zich weer duizenden vogelliefhebbers voor de ramen van hun uitkijkposten om gedurende een half uur te speuren naar soorten en aantallen. Het gaat in dit geval om tuinvogels die zich deze winter verblijden over het zachte weer en de dito leefomstandigheden. Zelfs hebben wij al enkele gevederde vriendjes zien uitkijken naar een nestgelegenheid in het komende broedseizoen.

    Nee, er wordt dezer dagen weer ijverig vogels geteld. En talrijk zijn de discussies tussen tweetallen vogelkijkers. In de trant van: A: Is dat nou een pimpelmees of een staartmees? B: Geen van beiden, het is een huis, tuin en keuken koolmees.
    Als er geteld wordt, wordt er ook opgeteld. Met als gevolg een lijstje. En een top-tien. De topvijf van vorig jaar (in de provincie waar ik woon) wil ik U niet onthouden:

            1.    huismus         23.356 (getelde aantallen)
            2.    koolmees        14.444
            3.    merel              10.654
            4.    pimpelmees     10.221
            5.    vink                10.124

    Een paar jaar geleden zag ik ergens een ander vogellijstje: welke vogelfluiter fluit volgens u het mooist? Hier was dus niet alleen de kwantiteit (aantal en soort), maar ook de kwaliteit (schoonheid van de zang) in het geding. De topvijf destijds bestond uit:

           1.    merel                4190 (voorkeursstemmen)
           2.    nachtegaal         3331
           3.    zanglijster          2547
           4.    roodborstje        2545
           5.    winterkoning      2539

    Hieronder herhaal ik nog even voor U wat Koning Frits (de onbetwiste Koning der vogels) daarvan vond. Goed om nog even te lezen voordat U op SBS6 en Canvas kunt kijken naar de vogelversie van The Voice Of  ….

    Koning Frits tot zijn Minister van Publieke en Culturele Zaken:

    Er is een top honderd gekozen
    door vroege vogels
    mensen met smaak
    en met een absoluut gehoor
    de beste zangers onder de vogels
    wij staan met stip op vijf
    de winterkoning staat vijfdes
    niet slecht hè?
    vindt u ook niet?

    meneer de minister
    minister van publieke relaties en cultuur
    zorg er voor dat wij de volgende keer
    bij de top horen
    in ieder geval de top drie
    op het podium


    en, meneer de minister,
    geef morgen de volgende opdracht
    aan iedereen
    aan elke winterkoning:
    een uurtje per dag oefenen
    tot je een ons weegt
    want oefening baart kunst


    de Minister tot Koning Frits:

    Goed majesteit
    ik geef het persbericht uit
    dat zal de concurrentie doen schrikken:
    de merel, de zanglijster en niet te vergeten
    de nachtegaal en de roodborst
    met stomheid geslagen -
    zo is het maar net.









    22-01-2012, 12:53 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:vogels, vogeltelling, tuinvogels, winterkoning
    14-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Houtwonderen

    Ik zit geknield voor een ongeordende berg gezaagd en gekloofd hout met een camera in de hand als mijn alter-ego me betrapt en me iets vraagt:

     

    - Wat zit jij daar nou te doen? Ben je een huisaltaartje aan het knutselen om het daarna te fotograferen?

    - Nee, ik zit de boeiende houtstructuren te bekijken. Daar maak ik foto's van.

    - Boeiende houtstructuren, ja dat zal wel! Is dat een bijzonder soort hout soms?

    - Zeker! Dit is notenhout. Van een walnotenboom. Vorig jaar na een rijk leven van 75 jaar doodgegaan en vorige week gekapt, gezaagd en gekloofd. Dit zijn een paar restanten.

    - Wat is er zo mooi aan dood notenhout?

    - Dit notenhout is enkel geschikt om naar te kijken: zo'n blokje in je hand en later zo'n brandend blokje in de houtkachel. Maar echt goed notenhout wordt voor van alles gebruikt. Voor mooie meubels bijvoorbeeld.

    - Hoe komt het dat dit hout zo nat is? In de regen laten liggen? En waar is de schors?

    - Niks in de regen laten liggen. Dit hout is vochtig van nature. Om het als brandhout te kunnen gebruiken moet je het zeker een jaar of twee laten drogen. En de groene schors heb ik er afgehaald. Dat gaat nu nog heel gemakkelijk.

    - Wat fascineert je zo aan zo'n stukje walnoot?

    - De kleur, de structuur en het lijnenspel. Maar dat kan ik jou als cultuurbarbaar moeilijk uitleggen.

    - Gaan we liggen katten? Laat eens wat moois zien!

    - Nou, kijk dan. Naar de onverwachte patronen die achter de schors tevoorschijn komen. Naar de golvende lijnen. Dat laatste plaatje: een fantastisch zeegezicht. Of niet soms?

    - En wat doe je als je op het hout uitgekeken bent?

    - Dan schrijf ik er een blogverhaaltje over.










    14-01-2012, 17:30 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:hout, walnotenhout, notenhout, houtstructuur, fotografie
    10-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Advertentie
            
               
                         ENIGE EN ALGEMENE BEKENDMAKING

     

                         bedroefd en verslagen

                         geven wij kennis

                         van de vermissing van

                         onze trouwe

     

                      STALO

     

                         lengte inwendig 200 cm

                         doorsnede uitwendig 5 cm

                         kleur: zwart met geel

                         zo iets ongeveer

     

                               is hij in lucht opgegaan?

                              de weg naar huis verloren,

                              of ontvoerd?

                              tijdelijk op water en brood,

                              wie zal het zeggen?

     

                              mijn metgezel,

                              mijn steun en toeverlaat

                              in bange tijden,

                              mijn vriendje

     

                              altijd eerlijk, onbaatzuchtig,

                              rechtlijnig, recht door zee,

                              flexibel ondanks ruggengraat,

                              tegenstribbelend, tegelijk meegaand

     

                              nooit achterbaks, altijd koöperatief,

                              geen mitsen en maren,

                              de leugen verloochenend,

                              trouw aan de waarheid

     

                              mijn opgerold geweten

                              mijn maatje

                              mijn rolmaatje

                              mijn maat                           

                              de maat aller dingen







    10-01-2012, 17:47 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:rolmaat, vermissing, advertentie,familiebericht
    30-12-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Jaarwisseling

    Onder het voortdurend genot van een oliebol,

    een poffertje of een appelflap

    hebben wij enkele dagen geleden het oude jaar afgesloten

    en tegelijkertijd 2012 voor geopend verklaard.

     

    Wij hopen dat iedere lezer en lezeres van dit blog

    een prettige jaarwisseling heeft gehad

    en wensen u veel geluk, gezondheid en (enige) voorspoed

    in het nieuwe jaar!






    30-12-2011, 00:00 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:jaarwisseling,niewjaarwens,nieuwjaar,oud-en-nieuw,
    27-12-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Spiegelschrift

    Tien tegen één dat je niet weet wat een spiegelboek is, zei ik tegen mijn spiegelbeeld. Wedden om een kratje bier? Dat heb je dan verloren, antwoordde mijn konterfeitsel met een zegevierend, gespiegeld gezicht. Natuurlijk weet ik wat een spiegelboek is. Maar je moet het wel met een hoofdletter schrijven. Een Spiegelboek is … en toen kwam het volgende relaas waar geen speld tussen te krijgen is.

    « Er was eens een tijd dat de Nederlandse verzuiling zichtbaar werd in de dag- en weekbladen die men las. Laten we ons voor het gemak even beperken tot de wekelijkse leesgenoegens. Lieden van roomsen huize lazen de Katholieke Illustratie. Mensen met agnostische neigingen die zo op het oog nergens meer aan deden, waren geabonneerd op Panorama. (Ze zeiden altijd  dat ze het deden om de diepgravende achtergrondartikelen, maar natuurlijk ging het hen om de mooie platen van de niet minder mooie dames, pin-ups genaamd, en de Lach-moppen achterin.) Protestanten zoals mijn ouders lazen De Spiegel, volgens de omslag een ‘Christelijk Nationaal Weekblad’. De gehechtheid aan het weekblad was ook concreet zichtbaar: vaak werd bij ons thuis een complete jaargang De Spiegel ingebonden en zo voor het nageslacht bewaard. Dát is een Spiegelboek, » besloot mijn glazen zelfbeeld. Hij had de weddenschap gewonnen en samen hebben we er een vrolijke avond van gemaakt.

    Hoewel er méér in De Spiegel stond, waren voor mij zonder enige twijfel de zwart-wit beelden het belangrijkst. Honderden malen heb ik ze bekeken: die foto’s uit die oude Spiegels. Gefotografeerde illustraties uit de politieke en sociale wereld. Geografisch getinte foto’s (IJslandse geisers, wijnvelden in de Dordogne), foto’s van mensen bij het werk (theepluksters bij Bandoeng genietend van een welverdiende rustpauze). Beelden uit de politieke alledag (de beroemde Belgische minister Paul Henri Spaak) en plaatjes van een hoog streekromangehalte (dominee Visser uit Kerkambacht die na 45½ jaar trouwe dienst toegezongen wordt door zijn gemeente en meteen daarna met verdiend emeritaat gaat).

    Voor sportfoto’s hoefde je niet bij De Spiegel aan te komen. Dat was een blinde vlek die wij opvulden door voetbalwedstrijden te bezoeken en de foto’s dan maar zelf te maken.

    Veel Spiegelfoto’s heb ik zo vaak gezien dat ik ze onmiddellijk herken. Toen in 2003 de Ramp zijn 50-jarig jubileum vierde, werd er nogal eens teruggegrepen op foto’s uit dat jaar. (De beroemdste is die van koningin Juliana in levensgrote kaplaarzen die het verdronken Zeeland bezoekt.) Ik zie meteen of het een Spiegelfoto is of niet. Op een of andere manier hebben al die oude zwart-wit plaatjes een plekje weten te bemachtigen in mijn lange-termijngeheugen.

    Tenslotte wil ik u nog even een gewetensvraag voorleggen.

    Denkt u ook, zoals mij altijd geleerd is, dat de mens óf auditief óf visueel ingesteld is? En dat een combinatie uitgesloten moet worden geacht? Ligt het dan aan aangeboren fysieke kenmerken of worden wij terzake geconditioneerd? Ik bedoel, heeft het te maken met de ontwikkeling van de laterale frontaalkwab – of hoe het deel van mijn hersenen dat verantwoordelijk is voor de opname en verwerking van visuele informatie ook mag heten – of met het feit dat ik vroeger ben doodgegooid met Spiegelfoto’s dat ik denk voornamelijk visueel ingesteld te zijn?

    Als u de volgende keer weer eens in de spiegel kijkt, zou u misschien een ogenblik uw aandacht aan dit probleem kunnen geven. Wedden dat u tot de slotsom komt dat uzelf in aanleg visueel bent en uw spiegelbeeld auditief ingesteld is? Of andersom natuurlijk.

     

    Hieronder een voorblad en een stukje reclame uit een Spiegel van maart 1947.


     

     






    27-12-2011, 19:19 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:De Spiegel,tijdschriften, weekbladen,nieuwsvoorziening, reportages
    17-12-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kerstvakantieknopen

    In onze straat, schuin tegenover ons huis, stond een kleine fabriek. De oprichter, een schoenmaker, maakte er met enkele getrouwe personeelsleden voorwerpen van leer. Vooral riemen en knopen. Dat kwam goed uit, want in die tijd kwamen kakikleurige jassen met grote leren knopen in de mode. De knopen werden door vlijtige thuiswerkers gevlochten uit smalle, geurig ruikende stroken leer.  In de fabriek werden eerst de stroken op de juiste lengte, breedte en dikte gebracht. Dan bracht een persoonslid met een volkswagenbusje het materiaal naar de huizen met thuiswerkers en haalde de gisteren gemaakte kant en klare knopen meteen op. Terug in de fabriek werden de knopen nog voorzien van een metalen ringetje, gepoetst en ingepakt. Ze waren dan letterlijk om door een ringetje te halen.

    Ik was veertien, ging naar de middelbare school en had veertien dagen kerstvakantie. Zoals in meer vakanties was ik dit keer aan het werk in het knopenfabriekje schuin tegenover ons ouderlijk huis. 's Morgens om half acht stopte ik mijn kaart in de klok en ging aan het werk. Met een onderbreking van een uur wegens middagpauze en een koffiepauze van een kwartier werd er tot vijf uur doorgewerkt.

    De eerste dag werd ik door de voorwerker aan een stansmachine gezet. Met een stevige tred op een pedaal kwam er een vlijmscherp mes naar beneden dat stroken leer - die ik met mijn twee handen precies op de goede afstand en de juiste maat gereed hield - doormidden sneed.  Links stond de mand met ongesorteerd leer, rechts de mand met lange repen leer, alle in de juiste lengte en breedte, klaar om door de thuiswerkers gebruikt te kunnen worden.

    Op de middag van de eerste dag gebeurde het onvermijdelijke. Mijn voet, al een beetje gewend geraakt aan het ritme van de tred, had er even niet op gerekend dat mijn handen nog niet zo ver waren. Met andere woorden: het mes sneed behalve de strook leer ook een flardje van mijn  rechterduim af. De voorwerker zei dat ik buitengewoon veel geluk had gehad. Ik had mijn hele rechterduim wel kunnen afhakken! De toegang tot de stansmachine werd mij ogenblikkelijk streng verboden.

    De kersttijd, vlak voor het einde van het jaar, is de tijd om de balans op te maken. Hoeveel winst is er dit jaar gemaakt? Hoe groot is de voorraad riemen van het type Blauw A4? Ook deze vragen dienen te worden beantwoord.

    De plaatsvervangend hulpdirecteur van de fabriek verplaatste mij van de stansmachine naar de zolder van het bedrijf. Daar lagen bergen leren knopen en stapels riemen in alle mogelijke maten en soorten. De hulpdirecteur wees naar een berg knopen en zei: "Ga die maar eens tellen. Schrijf het getal op een briefje en leg dat er bovenop. Ben je klaar met de ene berg, ga je naar de volgende."

    Daar zat ik dan. Op de ijskoude zolder van een knopenfabriek. Op een dag in december. Te tellen tot ik een ons woog. Op de eerste berg kwam een briefje met het getal 2356. Ik wist het zeker, want ik had eerlijk, oprecht en zonder fout geteld.

    Drie bergen deed ik die dag. 's Avonds thuis en 's nachts in bed lag ik nóg te tellen: 202, 204, 206, 208. De volgende morgen begon ik met berg numero 4.

    Maar ik had net als Tom Poes een list verzonnen. Ik pakte een klein ijzeren bakje dat ik in een hoekje van de zolder had zien staan. Hoeveel knopen zouden er in zo'n bakje kunnen? Een afgestreken bakje bevatte 78 knopen. Daarna ging ik bakjes vullen, telde in plaats van het aantal knopen het aantal bakjes, - bij ieder vol bakje een streepje in het stof - en vermenigvuldigde dat getal met 78. Ik werkte langzaam, omdat ik niet wilde dat men zou merken hoe ik zo vlug kon tellen.

    Na veertien dagen kwam er een einde aan het tellen. Overal op zolder lagen bergen knopen  en stapels riemen met briefjes erop. Alles was geteld en de voorraad was tot in de puntjes bekend. Alles in kannen en kruiken. Het nieuwe jaar kon beginnen.

     






    17-12-2011, 22:16 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:vakantie, vakantiewerk, kerstvakantie, knopen tellen
    12-12-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bij stukjes en beetjes

    Wat een stelling is, weet u natuurlijk wel. Dat is een steigerwerk waarmee de buitenschilder zelfs de bovenste ramen op de derde verdieping bereikt. Een stelling is nog meer: het is ook een ferme uitspraak met een stellig karakter waarover je prachtig kunt discussiëren. Vooral ook omdat je een stelling meestal niet kunt bewijzen. Je bent het ermee eens of niet.

    Onlangs promoveerde Drs. Paul Tangram aan de Technische Hogeschool van Haarlem. Het onderwerp doet niet ter zake; het was in elk geval iets ingewikkelds. Heel bijzonder was de verzameling stellingen die hij bij zijn proefschrift had gevoegd. Elke stelling was bovendien geïllustreerd op een manier die de naam van de bedenker grote eer aandoet.

    Hieronder staan de geschreven stellingen in een willekeurige volgorde. Daaronder staan de illustraties. Aan u de eer de juiste uitspraak bij de juiste tangram te zoeken. Een mooi werkje in deze donkere dagen voor kerst!

     

    (1) De bank die er niet in slaagt alle zeven onderdelen van een tangram in zijn logo op te nemen, de ABN-AMRO dus, is geen knip voor de neus waard.

    (2) Het is helemaal niet belangrijk of een tekst op bloggen.be inhoudelijk iets voorstelt. Als hij maar virtuoos in elkaar is gezet.

    (3) Zolang een hoofddoekje ook gebruikt kan worden als brillenpoetsdoekje is er niets aan de hand.

    (4) Dat zoveel misdrijven onopgelost blijven, komt doordat de rechercheurs in hun jeugd niet geleerd hebben hoe ze legpuzzels moeten leggen.

    (5) Het verschil tussen een pers en een siamees is dat de tweede niet als tapijt kan worden gebruikt.

    (6) Ook een minister-president moet af en toe een minister uit zijn kabinet kunnen trappen.

    (7) Mijn naam is haas, zei het konijn en ging vervolgens in het leger.

    (8) Alleen opgeborgen in een doosje is het geheel meer dan de optelsom van de delen.


















    12-12-2011, 12:16 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:tangram,stelling, uitspraak, raadseltje
    04-12-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Meer van hetzelfde

    Zolang ik mij kan herinneren heb ik gefotografeerd. Niet bijzonder goed, niet buitengewoon slecht, gemiddeld, zoals veel van mijn doen en laten. Mijn eerste toestel was een Kodak Brownie, een boxje. Zo’n rechthoekig doosje met op twee zijden twee glaasjes. Eén voor het formaat 6*9 (panorama) en het andere voor 9*6 (staand). Het rolfilmpje dat alleen maar zwart/wit-beelden opsloeg, kon zegge en schrijve acht foto’s aan. Je bedacht je wel honderd keer voordat je een foto nam, want een mislukte foto kon je je niet permitteren. Na elke opname was het draaien geblazen aan de enige aanwezige knop, totdat achter een heel klein derde glaasje een nieuw cijfer verscheen waaraan je kon zien hoeveel foto’s je al had gemaakt.

    Ik was veertien, betaalde aan de fotograaf fl. 28,-- want zoveel kostte het toestelletje. Zelf verdiend met kerstvakantiewerk. Ontwikkelen en afdrukken liet ik aanvankelijk ook door de fotograaf doen, maar na een paar jaar nam ik dat werkje van hem over. De badkamer werd daartoe omgebouwd tot een donkere kamer. Zelf ontwikkelen, fixeren, drogen, vergroten, afdrukken: als ik mij een beetje inspan kan ik de zurige geur van de fixeer nog ruiken.

    De eerste foto die ik laat zien is er eentje uit die vroegere tijden. De Kodak Brownie was intussen vervangen door een heuse kleinbeeldcamera, een Adox. U ziet waarschijnlijk dat dit de romantische periode is. Nog net geen vurige liefdesverklaringen, maar verzuchtingen over een onaanraakbaar ideaal. Over het geluk dat zich dáár bevindt waar jij toevallig net níet bent. En dan meestal verbeeld in landschappen met veel bomen, struikgewas  en modderige bospaden.

    Tegenwoordig gaat mijn fotografische voorkeur vaak uit naar meer van hetzelfde. Afbeeldingen van allemaal dezelfde dingen en voorwerpen. Een foto met louter drogende walnoten, een rij fietssturen in de stalling, gemetselde stenen in een muur. Geen wirwar van kleuren en objecten, maar series en rijen van één-en-hetzelfde. Simpele patronen en dan het liefst met veel ritmische herhalingen. Vruchten, boomstammen, wolken, golven. Desnoods ijsberg- of krulsla. Het is niets bijzonders en u moet er ook niets achter zoeken, dat doe ik zelf ook niet. Ik vind het gewoon en mooi, gewoon mooi.

     






    04-12-2011, 21:16 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:fotografie
    26-11-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Uitgeslapen

    Wanneer u de moeite neemt om even naar beneden te scrollen, ziet u daar een aantal oude katoenen beddentijken. Wat een prachtig woord trouwens. Nu schrijf je het met een tussen-n, zonder n is het nóg mooier: beddetijk. Het zijn overtreksels ter bescherming en verfraaiing. Mijn echtgenote, mevrouw Terra dus, kwam ermee aanlopen om er tafellakens van te maken. (Zij vierde onlangs haar verjaardag en de tafelkleden annex beddetijken op de tafels in de hobbyschuur dienden tot vergroting van de feestvreugde.)

    De tijken zijn naar schatting meer dan vijftig jaar oud. Sommige zijn veel gebruikt, veel gewassen, en daardoor een beetje bleker dan hun lotgenoten die in de kast bleven liggen. Mevrouw Terra en ik komen er nu pas achter dat we beiden in onze jeugd bij het naar bed gaan gebruik gemaakt hebben van dit soort tijken, maar op verschillende manieren. Op de boerderij waar mevrouw Terra opgroeide, sliep men aanvankelijk nog op stromatrassen. Dat waren jute zakken, met stro gevuld en op gezette plaatsen gecapitonneerd met grote knopen zodat het stro enigszins op zijn plaats bleef. Deze stromatrassen lagen gewoon op een rij planken. Op die planken lag een ruwe onderdoek en daarbovenop kwam de stromatras. En weer daarop lag, in een tijk gehuld, een dunne linnen zak vol donsveren. Je sliep ónder dekens, tússen de lakens en óp de beddetijk met veren en de stromatras.

    In het huis waar ikzelf opgroeide, wist men beter en was men wel wijzer. Wij hadden thuis van die kolossen van tweepersoonsledikanten (koetsen bedoel ik eigenlijk) met daarin als beweegbaar, verend element een netwerk van spiralen, ingeklemd in een gietijzeren frame. Omdat de spiraal loodzwaar was, werd hij alleen bij hoge uitzondering verplaatst. Soms werd het complete beddengoed buiten gelucht. Een mooie gelegenheid voor de kinderen in huize Terra Sr. om de spiraal te gebruiken als trampoline.

    Op de spiraal kwam een matrasdek en daar weer bovenop een matras. De inhoud was kapok en de meester op school beweerde bij hoog en bij laag dat kapok van de kleine Soenda-eilanden kwam waar het werd verbouwd zoals de boeren bij ons haver verbouwen. Hoe het ook zij, je sliep er prima op. Waar blijft nou de beddetijk? zult u vragen nadat ik gezegd heb dat we tussen blanke, witte lakens sliepen. Wij sliepen niet óp maar ónder de tijk. Onze familie lag onder een zak met donsveren waaroverheen de beddetijk werd geschoven. De tijk werd af en toe gewassen en gewisseld. De binnenzak werd op dezelfde gezette tijden gevuld met nieuwe, verse dons- en andere veren.

    Twee zaken zullen mij tot op de jongste dag bijblijven. Het eerste is de herinnering eraan hoe heerlijk je sliep onder zo’n veren bed. En het tweede is de narigheid die je ermee had. Aanvankelijk was er geen vuiltje aan de lucht. Ma bracht je naar bed en schudde net als wijlen Vrouw Holle eerst nog even het verenbed op. Van achteren naar voren, en daarna stopte zij de achterpanden goed in. Jammer was het dat door je slaapbewegingen de veren echter altijd naar het voeteneinde schoven, zodat je in barre winters ’s morgens vroeg vernikkelde van de kou. Dat wil zeggen: van boven.

    Sprekend over stromatrassen zal menigeen denken: ‘wat een armoedig zootje daar!’ of ‘hoe kan iemand nou op een zak stro slapen?’ Maar u vergist zich: strozakken slapen heerlijk!

    Dat weet ik uit mijn militaire dienst, toen ik vol bravoure het vaderland verdedigde. Wij sliepen op authentieke, dienstplichtige strozakken. Die moest je inslapen, net zoals je een nieuwe auto moest inrijden. Maar als die fase achter de rug was (veertien dagen) sliep je als een roos. De strozak had zich de vormen van jouw lichaam aangemeten.

    Af en toe moest je voor de nieuwe lichting, de verse rekruten, strozakken vullen. Wij togen gezamenlijk naar het strohok en propten daar de zakken vol nieuw stro. Niet zelden stopte ik daar – heel gemeen - een baksteen bij in.

     






    26-11-2011, 21:38 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (1 Stemmen)
    Tags:strozak, beddentijk, slapen, bed
    20-11-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zelfportret

    Zoals u ongetwijfeld weet, is het zelfportret een  belangrijk genre in de beeldende kunst. Iedereen kent de serie zelfportretten van Rembrandt van Rijn die uitmuntend zijn levensloop weergeeft. Van flamboyante jongeling die de hele wereld aandurft tot en met de ziekelijke ogende oude man met de vragende oogopslag. Of wij zien in gedachten hoe Charlie Toorop - om maar iemand te noemen wier zelfportret tamelijk bekend is - zichzelf in de spiegel aankijkt en tegelijk die vragende blik in een portret vastlegt waarmee zij de beschouwer aan het denken zet. Met name schilders hebben zichzelf met genoegen geportretteerd: alleen of als deelgenoot in een massascène.

    Als fotograaf is het een koud kunstje jezelf te portretteren. Je stelt de zelfontspanner van je camera in werking, zodanig dat tien seconden nadat je hem op een statief of een ander vast standpunt hebt verankerd en in zijn blikveld bent gaan staan, de sluiter open en weer dicht gaat. Al of niet begeleid door een flits van heb ik jou daar.

    Je kunt natuurlijk ook iemand anders vragen een foto van jou te maken en dan net te doen of jijzelf die foto hebt gemaakt, maar dat is natuurlijk geen stijl en geen echt zelfportret.

    De beste manier is de volgende. Je neemt de camera achterstevoren vast, strekt je armen, richt de lens en zoeker op jezelf, geeft de camera gelegenheid om automatisch scherp te stellen op je neus, en drukt voorzichtig maar vastberaden op de ontspanknop. Het resultaat is een zelfportret dat niet is om over naar huis te schrijven.

    Zelf houd ik er niet van om gefotografeerd te worden. En zeker niet door mezelf. Dat een fractie van mijn zelfportret aan het begin van mijn allereerste blog hier op deze site te zien is, is een welwillende gunst mijnerzijds aan het lezende publiek dat dan tenminste een béétje weet met wie het te doen heeft.

    Wat ik wel leuk vind, is het fotograferen van mijzelf in tamelijk raadselachtige situaties. Ik maak graag een zelfportret dat buitengewoon veel te wensen en te raden overlaat. Als voorbeeld kunnen de twee onderstaande foto's dienen. Kijkt u svp even naar de bovenste van de twee en zeg mij (virtueel) wat u hier ziet.

    De menselijke figuur, in een decent zwart, ben ik. Aan de rechterkant is het silhouet van een boom te herkennen. Is dit een zelfportret? Hoezo is dit een zelfportret?

    De zaak zit zo. Ik loop met mijn camera te wandelen langs een sloot. Aan deze kant van de sloot is een bosrand met daarachter akkers. In deze bosrand staat een boom, déze boom, met een hoogzit. Vlak bij het hoofd van de menselijke figuur zit u een soort stoeltje. Daarop kan een jager plaatsnemen om het wild te bespieden. Hij komt bij die hoogzit via een ijzeren ladder die tegen de boom geleund staat.

    Nu komt de oplossing van het raadsel. Ik klim langs het laddertje naar boven en ben bijna boven gekomen. Met mijn rechtervoet sta ik op een trede van het laddertje. Mijn linkerbeen zwaait enigszins door de lucht. De zon schijnt in mijn rug en werpt een schaduw op de grond voor mij. Ik fotografeer niet mijzelf, ik fotografeer mijn schaduw! Met enige fantasie ziet u dat ik het fototoestel met twee handen vast en voor mijn gezicht houd. Ik kijk door de zoeker en zie mijn schaduw. Ik zie mijzelf en maak een zelfportret.

    Zo simpel kan een zelfportret zijn. Het is de kunst overal ergens iets in te zien.



     

     






    20-11-2011, 13:58 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:zelfportret, fotografie, schaduwbeelden
    16-11-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Brommer & Fietser

    Fietsers genoeg, hier bij ons op de grindweg die zich slingerend door het mooie Achterhoekse landschap van A naar B spoedt. Scholieren, toeristen, dagjesmensen, toerrenners (zoals de leden van de club De Nijvere Peddelaars) werknemers van en naar hun arbeid, kortom een gemêleerd gezelschap. Soms voegt Terra (dat ben ik dus) zich bij hen op zijn hybride rijwiel met vierentwintig versnellingen, maar zonder kettingkast, vandaar de ordinaire broekklemmen. Met u verbaast hij zich over het groeiend aantal fietsers dat gebruik maakt van een elektrische hulpmotor. Zo’n fiets met accu bedoel ik die alleen helpt wanneer je zelf ook meetrapt, want voor niets gaat de zon op. Hoe meer je meewerkt, hoe meer de elektrische aandrijving iets terugdoet. Geloof maar dat het een genot is, zegt mijn buurman, tegenwindkracht tien kan mij niet meer deren. Ik geloof het graag.

    Vroeger – ik heb het nu over het midden van de vorige eeuw - had je bromfietsen, echte bromfietsen, die je hielpen de tegenwind te overwinnen. Bij ons thuis deed op een goede dag de Berini zijn intrede. Ik zie het nog voor me. Ma had besloten dat de tijd voor een bromfiets gekomen was en gunde de opdracht aan een van de twee fietsenmakers die dichtbij ons huis woonden. Zij gaf de opdracht aan de fietsenmaker met de minste klandizie. Want, zei ze, die moet ook eens iets verdienen. Dat de weinige klandizie ook iets met het vakmanschap te maken had, werd later pas duidelijk.

    Wij kregen een Berini, een echte Berini. Een hulpmotor boven je voorwiel aan het frame gemonteerd, die je met een vernuftige hendel op je voorband kon laten zakken. Met een beetje geluk ging het motortje lopen en dreef daardoor op zijn beurt het voorwiel en dus de gehele fiets aan. Op een van de foto's ziet u hoe onze Berini er ongeveer uitzag. Het meest opvallend was de eivormige benzinetank en de uitlaat die parallel aan de spaken langs het voorwiel naar beneden wees. Gas geven deed je met een onnozele schuifhendel bij je rechterhand. Liep het ding, dan kon bij een beetje wind mee de respectabele snelheid van 25 km/uur worden bereikt. Liep het kreng eens een keer niet, dan kon je de motor optillen van de voorband en vervolgens op eigen menskracht verder fietsen. De tijd van de Berini was ook de tijd dat ik per fiets naar de kweekschool reed om mij aldaar te vervelen. Een enkele keer tijdens de laatste jaren mocht ik van ma de brommer meenemen. Dat heeft mij bijna voor het gehele leven getekend en dat kwam zo.

    Om een of andere reden zat de uitlaat van onze Berini niet al te stevig vast. Wij hadden het trouwens nooit over de ’uitlaat’, maar altijd over de ‘knalpijp’. Het kon geen kwestie zijn van slijtage, want zo lang hadden wij de brommer nog niet en zoveel werd hij niet gebruikt.

    Ik kan u vandaag de dag de plaats nog aanwijzen waar het gebeurde. Op het fietspad tussen Terborg en Gaanderen, ongeveer daar waar je rechtsaf over het spoor naar Oud-Gaanderen gaat en rechtdoor via de Hoofdstraat naar Doetinchem. Plotseling werd ik door een onzichtbare hand met brommer en al hoog opgetild aan het achterwiel, terwijl het voorwiel met geen mogelijkheid verder wilde. Met andere woorden: ik sloeg finaal over de kop omdat de uitlaat losraakte en tussen de spaken van het voorwiel kwam. Golven van medeleven en hulpvaardigheid trokken vervolgens over het fietspad. Half Gaanderen kwam uitgelopen om te zien hoe het met me ging. Ik constateerde dat ik weliswaar enkele lappen huid verloren, maar verder waarschijnlijk niets gebroken had. Waarop ik mij omdraaide, op de brommer ging zitten en terug naar huis reed. Wonder boven wonder deed de brommer het nog. Vergezeld van een geweldig kabaal, want het geluid van onze Berini werd niet langer geblokkeerd door een demper. ‘Jongen,’ zei mijn moeder toen ik thuis was, ‘je had wel kunnen verongelukken. Zet de brommer maar in de schuur.’

    Daar heeft hij gestaan totdat de rijwielhandelaar hem ophaalde. Hij had er een koper voor gevonden, zei hij. En de Berini, op de uitlaat na, was immers weinig gebruikt en nog zo goed als nieuw. Zowel Pa als Ma slaakten zuchten van verlichting toen hij weg was.


     

    Hieronder ziet u niet minder dan vier Berini’s van het type dat wij thuis hadden. Ze worden op een foto van Ben van Meerendonk (AHF) uit de serie Het Geheugen van Nederland getest door Amerikaanse militairen. Typisch Koude Oorlog (1953).

     








    16-11-2011, 21:36 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:bromfiets, fietsen, brommer, Berini,
    05-11-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dropslaaf

    Over verslavingen kunnen we kort zijn. Het is geen onderwerp om grapjes, of wat daarvoor door moet gaan, over te maken. Je hebt trouwens ook mildere vormen. Ik noem u als voorbeeld de schrijfverslaving. Ik weet er het fijne niet van, ik lijd er niet aan, ik heb het ook maar van horen zeggen, maar naar verluid zijn er mensen voor wie de dag niet geslaagd is wanneer zij niet op enig ogenblik op dit of ander weblog hebben rondgedwaald en ergens een schriftelijke bijdrage hebben achtergelaten. Voor hen is alleen al het idee van een computer- en dus weblogloze dag een verschrikking.

    Over verslavingen gesproken, zelf ben ik jaren lang verslaafd geweest. Aan drop. Voor mij was een dag zonder greep uit de droppot een verloren dag. Het begon al op jeugdige leeftijd. Van het wekelijkse zakgeld (fl. 1.00) werd 40 cent gereserveerd voor een gang naar de drogist aan de overkant. Deze verkocht namelijk het lekkerste drop dat er bestond en ooit bestaan heeft. Dat is kruisdrop: zwart, plat vierkantig van vorm, met de beeltenis van het Zwitserse Rode Kruis erin geboetseerd, maar dan in zwart. Voor het gereserveerde bedrag van vier dubbeltjes kreeg je een ons, oftewel op de kop af 100 gram. Kenners en liefhebbers zullen ongetwijfeld met instemming en genoegen aan het beeld herinneren willen worden van iemand die, buiten gekomen, meteen een greep in het lichtbruine puntzakje doet en een handjevol drop in zijn mond propt.  Het dropwater loopt je om je tanden!

    De dropverslaving is met het verstrijken van de jaren verminderd, maar niet geheel en al uitgestorven. Misschien is het mijn maagwand, die langzamerhand met een dikke droplaag moet zijn bedekt, die parten speelt. Maar u kunt zich niet voorstellen hoe graag ik nog steeds een ruitvormig stuk drop in mijn handen draai tot het scheurt – waarbij een fantastisch aroma vrijkomt - en dan vervolgens de verscheurde resten in mijn mond steek totdat ik er bijna ziek van word.

    Het behoort niet tot mijn favorieten, maar, bij gebrek aan beter, koop ik wel eens een zakje gemengde Engelse drop. Dat bestaat onder vele andere uit lichtbruine dobbelsteentjes bestrooid met kleine suikertjes, witte stukjes krijt die niet geschikt zijn om een sommetje op het schoolbord te schrijven maar wel om achter de kiezen te worden gestoken, ronde toverballetjes die van kleur kunnen verschieten, of dropsteentjes die uit verschillend gekleurde laagjes zijn opgebouwd. Het is, met andere woorden, ook een beetje drop om naar te kijken, zo mooi! Om slaaf van te worden!






    05-11-2011, 21:52 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:drop, engels drop, verslaving, snoep, snoepen,
    29-10-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Voortrekker

    Meteen maar met de deur in huis: ik heb jaren gerookt en niet zo zuinig ook. Ik ben er niet trots op, ik schaam me diep, ik begrijp niet dat ik geen weerstand heb kunnen bieden aan de nicotine. En met terugwerkende kracht bied ik mijn vroegere collega’s mijn excuses aan omdat zij, bij het binnengaan van mijn werkkamer, zich eerst met behulp van de vlinderslag een weg moesten banen door vieze rook-, reuk- en smaakflarden die je ook nog het uitzicht ontnamen. Mijn (auto)biograaf zal schrijven dat ik de eerste … jaren van mijn leven niet heb gerookt en de laatste … ook niet. (Op de plaats van de puntjes komen straks getallen, maar daar is het nu nog te vroeg voor.) Wat daartussen zit, is in elk geval blauw van de rook en zwart van de nicotine. 

    Wat de zonde tot een doodzonde maakt is de pijp. Jawel, ik heb een tijdje gehoorzaamd aan een innerlijke stem die zei dat het de hoogste tijd was de pijp ter hand te nemen. Nadat ik een keuze gemaakt voor een bepaald type pijp en tabak, waarover later meer, voltrok zich het grandioze ritueel. Hoe ik de pijp liefkozend uit het rekje haalde, een plukje tabak uit de doos nam en dat voorzichtig en toch kordaat in de pijpenkop vlijde als ware het hooi, er met een lucifer (áltijd met een lucifer, nooit met een aansteker!) de brand in stak, en de eerste teugen tot mij nam. Wat een genot, die geur en smaak! De rook enigszins laten golven in je mond en die dan met een gerichte straal naar het plafond linksboven blazen. Natuurlijk niet inhaleren, want dat is helemaal zonde. Op een van de foto’s laat ik u mijn pijpenverzameling zien. Van alles wat: oud en jong, groot en klein.

    De tabakskeuze was een verhaal apart. Eerst wilde ik – het was in mijn storm-en-drang periode - aan de karameltabak (van het merk Clan) met die weeïge geur die u waarschijnlijk wel kent. Maar die tabak was alleen goed om te ruiken, niet om te roken. Via de Friese Herenbaai ben ik tenslotte beland bij de Voortrekker. Van Theodorus Niemeyer uit Groningen. Op het pakje ziet u een Boer met een hoofdletter en een ossewa die naar Transvaal trekt, onderweg almaar zingend van Bobbejaan en Sarie Marais.

    Op een goede dag was het afgelopen met de pijp. Ook met de sigaret trouwens. Na een waarschuwend hartinfarct zei mijn cardiologe dat het toch beter was om de pijp aan Maarten te geven, rigoureus met roken te stoppen. Dat hebben we gedaan, van de ene dag op de andere, nu al weer jaren geleden. Mijn vrouw was solidair en is ook gestopt. We zijn tegenwoordig niet-rokers. Maar u zult mij nooit rokers horen beschimpen of op een andere manier in de verdomhoek zetten. Want ik ben ook zwart van binnen, onder andere van de Voortrekker. Bovendien heb ik boter op mijn hoofd.






    29-10-2011, 21:48 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:roken, pijp, pijptabak, nicotine, Voortrekker
    23-10-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Geen geld


    Thuis heb ik een kleine verzameling van meest technologische dingetjes met twee eigenschappen: (1) ze kosten niets of bijna niets en (2) je kunt er eigenlijk niets mee. U begrijpt dat mijn hart sneller ging slaan toen ik in de Blokker-folder een aanbieding zag van een digitale camera voor de prijs van € 9.95. Dat kan niet anders dan voor mijn verzameling bedoeld zijn, dacht ik.  Hoewel de prijsverloop van digitale camera’s omgekeerd evenredig is aan dat van het aantal pixels, een beetje 12-megapixel-camera met stabilisator koop je al voor  125 euro of daaromtrent, is het onbestaanbaar dat een apparaatje van nog geen tien euro beelden op je netvlies tovert. Daar kunnen ze hem zelfs in China niet voor maken.

    Ik naar de Blokker. Ja hoor, daar staat hij. Fraai en uitgebreid verpakt en verzegeld, made in Taiwan, achter slot en grendel in de hebbedingenkast.  ‘Meneer,’ zegt de aardige verkoopster waarschuwend, ‘dit is natuurlijk geen échte digitale camera hoor!’ Terwijl toch zowel in de folder als op de verpakking niet te ontkennen ‘digitale camera’ staat. Maar de verkoopster is veel te vriendelijk om ergens stampij over te maken en ik weet ook wel wat er voor tien euro te koop is. Geen digitale camera dus.

    Spannend altijd, zo’n verpakking open maken! Wat tref ik aan? Een op een camera lijkend gevalletje met een kijkglaasje (9 bij 5 centimeter en 12 millimeter plat) met een tweetal knopjes en iets wat op een lensje lijkt. Voorts een usb-kabeltje, een elegant draagkoordje, een cd-tje met software en een gebruiksaanwijzing in vier talen, waaronder een Nederlandse en bij nader inzien nog niet eens zo’n slechte. Voor de liefhebbers: het is een 300K pixel camera.

    Wat kan dit apparaatje? Volgens de gebruiksaanwijzing heel veel. Het kan foto’s maken die je op je pc kunt bekijken, je kunt er videoclips van wel 15 seconden mee opnemen, en het apparaatje is bruikbaar als webcam. De camera kan nog veel meer, maar dat moet u zelf maar eens nalezen. Vrolijk staat er nog bij: de camera is geschikt voor binnen en buiten, zorg wel voor voldoende licht. Scherp stellen hoeft niet. Tussen een halve meter en oneindig is alles scherp als u tenminste niet staat te wiebelen bij het fotograferen.

    Weet u het nog, we hebben het over een dingetje van nog geen tien euro. Zou je er, vraag ik mij af, echt een foto mee kunnen maken? Wat let ons de proef op de som te nemen. Maakt deze camera de grootse verwachtingen waar?

    De installatie is een fluitje van een cent. Ik lees: doe twee van die kleine alkaline batterijtjes ergens in hun huisje en installeer de software op je harde schijf. De gebruiksaanwijzing laat niets te wensen over, want als ik het kan, kan iedereen het.

    Ik loop naar buiten, het is ’s morgens om een uur of negen. De zon staat nog heel laag op deze mooie novembermorgen. De eerste foto is van een houtstapel waar de zon tegenaan schijnt. Niet moeilijk lijkt mij. En voor de tweede foto kiezen wij een sentimenteel landschapje. Even controleren of het wat geworden is, is er niet bij, maar wat wil je ook voor dit geld. Aan de teller te zien heb ik twee foto’s gemaakt. We gaan nu naar binnen om te controleren of het waar is.

    Een kabeltje verbindt mijn 300K-camera met mijn pc en de software zorgt ervoor dat er twee afbeeldingen moeiteloos worden gedownload. Ik geloof mijn ogen niet. Het apparaat werkt inderdaad. Het is wel een digitale camera!

    De verdere bewijzen volgen op de voet. Ik zie op de computermonitor mijn eerste foto: die van de houtstammetjes. Ze zijn te tellen, dus levert de camera voldoende scherpte. En kijkt u eens naar het schone landschapje. Is het geen plaatje! Met de hand op het hart verzeker ik u dat ik niets aan het resultaat heb veranderd. Behalve door met photoshop-elements even een horizon rechtzetten. Ik had misschien ook de kleuren kunnen corrigeren, maar dan is de aardigheid er af.

    Ik neem mij voor om de twee plaatjes te laten afdrukken en die aan de Blokker-verkoopster te laten zien. Met de woorden: geen geld voor zo’n mooie camera! Je begrijpt niet waar ze het van doen, die Taiwanezen.

     







    23-10-2011, 21:21 Geschreven door terra38  
    Reageren (1)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:digitale camera, foto, fotograferen, goedkoop is duurkoop
    17-10-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Sneeuw

    Een paar weken geleden hebben we de knoop doorgehakt. We hebben een nieuwe, platte tv gekocht. Om twee redenen: iedereen heeft er tegenwoordig eentje en je loopt voor spot en schande wanneer je nog naar het journaal kijkt op zo'n ouderwets dikbuikig toestel. De tweede reden is de scherpte. Onze nieuwe tv laat zogenoemde HD-beelden zien. (Wat dat betekent weten we niet, maar de leverancier beweert dat het beeld stukken scherper is dan vroeger. Dat kunnen wij niet kunnen beoordelen, maar wij hadden altijd al een superieur beeld, ook op onze oude dikzak.)

    In elk geval zien we nu 's avonds prachtige bewegende plaatjes aan onze ogen voorbijgaan. Áls we tenminste kijken, want er gaan genoeg dagen voorbij dat de tv niet of nauwelijks aan staat. Wanneer we kijken, zeggen we soms tegen elkaar: weet je nog van die eerste tv-uitzendingen in de jaren vijftig van de vorige eeuw? Herinner je je nog dat het toen vaak zo sneeuwde?

    Reden genoeg om even terug te gaan naar het jaar 1956. Op een novembermiddag speelt het Nederlands voetbalelftal tegen Duitsland, de wereldkampioen. De wedstrijd wordt life uitgezonden op de Nederlandse tv.

    We mogen kijken bij groenteboer B. te B, woonachtig in hetzelfde dorp, vlakbij, aan de andere kant van de kerk. Te B. is zelf verzot op voetbal en zijn zoon Jan hoedt het doel van de plaatselijke voetbalclub SVD. De opslagruimte achter de groentewinkel wordt ingericht als bioscoop. Kratjes en planken worden gezamenlijk getransformeerd tot kleine tribunes. Het raam wordt zoveel mogelijk met oude jutezakken geblindeerd zodat het geheel is gehuld in een onaardse schemer die prachtig past bij de knisperende spanning die ongetwijfeld zal heersen wanneer de twee elftallen het speelveld betreden. Omdat het verschijnsel ‘lichtwedstrijd’ ons  nog volslagen vreemd is, wordt de wedstrijd niet ’s avonds maar in de namiddag gespeeld.

    Op een stellage staat het wonderapparaat: een televisietoestel (43 cm beelddiagonaal) dat ons straks in zwart/wit de beelden zal laten zien waarop wij ons nu al, ruim voor het begin van de wedstrijd, verheugen. Enkele familieleden, vrienden en kennissen komen kijken. Ik heb mijzelf gebombardeerd tot vriendje van keeper Jan zodat ik ook mag komen. Op de afgesproken tijd bij het begin van Duitsland-Nederland is de opslagruimte afgeladen vol. Het lijkt wel of het hele dorp zich tot de familie- of vriendenschaar van de familie te B. rekent. Ik kom achter buurman K. te zitten die mij met zijn brede rug bijkans alle uitzicht ontneemt. Tot overmaat van ramp beginnen de zenuwen een rol te spelen, zodat iedereen plotseling een shagje moet opsteken waarvan de rook het nog overblijvende zicht halveert. Maar de spanning vergoedt veel.

    Op het piepkleine tv-schermpje in de verte sneeuwt het. Onafgebroken, en begeleid door gesuis en gekreun. Er is verder geen beeld en geluid totdat een van de aanwezige buren zich ermee bemoeit. Hij controleert de verbindingen en vraagt aan gastheer te B. of er ook een antenne op het dak staat. Want zonder een antenne, zegt hij, wordt het niks. Dan kunnen we allen beter naar huis gaan (en daar zeker naar de radio luisteren…) Te B. is woedend over de insinuaties in de gemaakte opmerkingen en slaat even kort maar krachtig met de vlakke hand op het tv-toestel. En zie daar:  tussen de sneeuwvlokken door zien wij enkele spelers en een speelveld. Een bal is niet te bekennen, maar dat zal wel aan ons liggen. Aan ons gezichtsvermogen, bedoel ik dan. Ook horen wij iemand commentaar geven. Van Emmenes heet hij en hij schijnt van beroep ingenieur te zijn.

    Nadat iemand luid om STILTE! heeft verzocht, proberen wij het spelverloop te volgen. Groot is het kabaal wanneer het Nederlands elftal scoort en even groot is de daverende stilte bij de Duitse treffer. – U zult het niet willen geloven, maar nergens gedijt het voetbalnationalisme zo goed als bij ons aan de landsgrens. - En wanneer het laatste fluitsignaal klinkt, de voetbalcommentator Ad van Emmenes zijn laatste voetbalcliché uit de kast heeft gehaald, en wanneer blijkt dat Nederland met 2-1 heeft gewonnen, is het hek van de dam. Het lijkt wel of de oorlog na elf jaar weer opnieuw is gewonnen. De vrienden en kennissen van gastheer B. te B. slaan hem en elkaar eens goed op de schouder en prijzen het wonderbaarlijke spel van die Hollanders die het hem toch maar weer mooi hebben geflikt.

    Ik doe daar niet aan mee. Ik verheug mij natuurlijk ook, maar met mate. Want ik heb behalve wat bewegende figuren op een schimmig speelveld en een brede rug van buurman K. alleen maar sneeuw gezien.


    Toegift: een actiefoto van de nog jonge Johan Cruijff. Plus een plaatje van een ouderwetse sneeuwantenne.

     

     






    17-10-2011, 20:49 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:tv, life-uitzending, tv-geschiedenis, voetbal,
    07-10-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gejaagd door de wind

    Het was maar een klein eindje, van hier naar daar. Híer was de stoep voor mijn ouderlijk huis, in een rustige Kerkstraat in het grensdorp. Dáár was Hotel ’t Wapen van Oldenburg, het enige fatsoenlijke hotel-café-restaurant in het centrum van hetzelfde grensdorp. Ik liep altijd binnendoor van hier naar daar. Oversteken, dan door het gangetje bij ons tegenover naast de Albino (een soort Spar in de jaren zestig van de vorige eeuw), een klimpartij over een het hek met gaas, een klein stukje halfverhard zandpad en je was er. Je stond voor de zij-ingang van het hotel, tevens de ingang van de enige echte plaatselijke bioscoop. Hemelsbreed tweehonderd meter;  ik deed er nog geen twee minuten over.

    Op zaterdag en zondag kon je naar de film. ‘Aanvang der voorstelling 20.00 uur’ stond op het aanplakbord-achter-glas bij de ingang naast een paar aantrekkelijke foto’s van de komende film. Ik ging bijna altijd op zaterdagavond. Dat wil zeggen: áls ik ging en dat was misschien zo’n tien keer per seizoen. De kosten bedroegen twee kwartjes, waarbij ik het geluk had dat de jongen achter de kassa (tevens de filmvertoner) mij matste en mij toeliet tegen het kindertarief. De kwartjes kreeg ik vaak van mijn vader, want die ging zelf ook. Pa was lid van de commissie die er op toezag dat er bij een film van boven de achttien (of veertien) geen personen die deze leeftijd nog niet hadden bereikt werden binnengelaten. Als beloning voor dit veelomvattende werk had hij te allen tijde vrije toegang.

    Daar zaten we dan met zijn tachtigen. Er waren geen rangen en standen. Sommige groepjes jongens zaten altijd helemaal vooraan op de eerste rij. Daarachter kwam een leeg tussenstuk en achteraan, op wat men zei de beste plaatsen, zat de rest van het publiek. Voor aanvang, in het schemerdonker, heerste er altijd een opgewonden sfeertje waarbij iedereen zich even luidkeels liet gelden. Nadat de kassier zijn schamele contanten in het sigarenkistje had weggeborgen, klom hij het laddertje op naar boven waar de projector stond. Gelijktijdig met de muziek van het Polygoonjournaal (‘k Heb u lief mijn Né-hé-der-land) stierf het zaallicht uit, schoof het gordijn naar beide zijden opzij en vertoonden zich de eerste flikkerende beelden. De volgorde was bijna altijd dezelfde: Nederlands nieuws, wereldnieuws, een trailer (hoewel het woord trailer nog niet bestond) van de film voor de komende week en dan een pauze. Soms werd om onnaspeurlijke redenen een extra filmpje ingelast. Meestal een slechte oude zwartwitkopie van Chaplin op de kunstijsbaan of het verhaal van Stan en Ollie die pogingen deden een piano een trap op te zeulen. Ik moest er altijd vreselijk om lachen, ook al was het de dertiende keer.

    In de pauze moest iedereen naar het toilet. De rest liet zich een Vami-ijsje tussen twee wafels of een zakje pinda’s aansmeren door het hulpje van de bioscoopexploitant. Vijf minuten later begon de hoofdfilm en gingen we er allemaal eens goed voor zitten.

    Van de films die ik heb gezien, zijn er me enkele tot op de dag van vandaag bijgebleven. De eerste film die ik mij herinner gezien te hebben, was er een met de Engelse komiek Georg Formby, die opviel omdat hij zo virtuoos op zijn banjo kon spelen. Dan natuurlijk de Stan & Ollie-films, maar daar hebben we het al over gehad. Van Chaplins City Lights blijft de scène met het konijnenpootje (dat boksers untouchable maakte) onvergetelijk.Verder vanzelfsprekend de klassieken: Casablanca, The third man, Citizan Cane en Gone with the wind. En natuurlijk niet te vergeten de onvergetelijke avonturen van het stel Don Camillo & Peppone en de individualist Monsieur Hulot die tijdens zijn vakantie en op Jours de fêtes alles in zijn eentje probeert op te lossen. Nu ik films zit op te noemen die me te binnen schieten, valt het op dat er weinig Duits bij is. Terwijl wij een steenworp van de grens woonden.

    Om kwart over tien kwam je thuis. Dezelfde weg terug: over het hek met gaas, door het Albinosteegje en dan de Kerkstraat overstekend naar huis. Ik liet meestal de voordeur openstaan voor Pa die via de normale weg en in een bezadigd tempo huiswaarts keerde. Soms glimlachte hij zachtjes voor zich uit. Nagenietend van een briljante Tati-scène of nog steeds onder de indruk van de verblindende schoonheid van Sophia Loren. Want – onder ons gezegd – Pa mocht graag een mooie vrouw zien, ook al was het op een filmdoek. Trouwens, zijn zoon was geen haar beter.






    07-10-2011, 00:00 Geschreven door terra38  
    Reageren (1)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:bioscoop, nostalgische films, film, zestiger jaren
    03-10-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Opgewarmde bliksem

    Het wemelt tegenwoordig van eet- en kookprogramma's op de tv en om die reden kunnen wij natuurlijk niet achterblijven. Bovendien mogen wij ons dit najaar gelukkig weten met een rijke appelenoogst en daarom stellen wij vandaag het gerecht hete bliksem in het middelpunt van de belangstelling. Omdat wij op dit gebied behoorlijke experts zijn en tamelijk van wanten weten, voelen wij ons gerechtigd tot het geven van een kritisch commentaar en een heldere toelichting op zowel de ingrediënten als de bereidingswijze.

    Men neme, zegt mijn vrouw want díe kookt vandaag, een aantal aardappels, zoete appels, (de rassen met de Oost-Nederlandse namen honningzuten en breezuten zijn heel geschikt,) een enkele zure appel, (dikke) slabonen, dik vet spek (géén rookspek) en spekvet, komkommer in ’t zuur met een snippertje bieslook. Naar keuze eten wij er een gehaktbal, een lekker stukje gebraden worst of een gepaneerd speklapje bij. Natuurlijk is dit geen recept van meden en perzen; ieder doet het op zijn eigen wijs. Sommige afvalligen gaan zelfs zover dat zij in plaats van zoete appels zoete peren nemen, maar dat moeten zij natuurlijk zelf weten.

    Tot hiertoe is dit een behoorlijk flauw stukje, maar dat past bij de smaak. Niet dat er helemaal geen kraak of smaak aan zit, maar hete bliksem is van nature niet bijzonder smaakvol. Eigenlijk moeten de bijgerechten voor de smaak zorgen. Heet is het echter wel, zodat we zonder overdrijven van een passende naam kunnen spreken. Je moet het ook heet eten. Dus tussen de verschillende happen door over je volgeladen vork blazen om tenminste je tong niet te branden.

    Hete bliksem is, anders dan biefstuk, zalm en kaviaar, een arme-lui’s voedsel. Dus passend bij onze status. Zelfs de arme keuterboeren van het platteland konden het zich veroorloven, omdat alle ingrediënten praktisch voor het grijpen lagen. Ook onze Duitse buren van over de grens kennen hete bliksem. Zij noemen het Himmel und Erde. Genoemd naar de hoofdbestanddelen: de appels uit de hemel (vallend uit de bomen) en de aardappels (opgroeiend in de aarde).

    Hete bliksem is taalkundig dubbel-op, een pleonasme of hoe heet zoiets ook weer? Heet is overbodig, want hebt u ooit een koude bliksem gezien? Een opgewarmde bliksem bestaat wel. Dat is een opgewarmd prakje hete bliksem van gisteren. Net als veel andere prakjes lekkerder dan het origineel.

     

     






    03-10-2011, 20:53 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:maaltijd, eten, recept, voedsel, appelen, hete bliksem,
    Archief per week
  • 05/04-11/04 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 23/11-29/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 29/06-05/07 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 25/11-01/12 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 10/09-16/09 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 11/12-17/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 07/12-13/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 31/12-06/01 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 02/09-08/09 2013
  • 19/08-25/08 2013
  • 12/08-18/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 06/02-12/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 23/01-29/01 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 26/12-01/01 2012
  • 12/12-18/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 05/09-11/09 2011
  • 29/08-04/09 2011
  • 22/08-28/08 2011
  • 08/08-14/08 2011
  • 01/08-07/08 2011
  • 25/07-31/07 2011
  • 18/07-24/07 2011
  • 11/07-17/07 2011
  • 04/07-10/07 2011
  • 27/06-03/07 2011
  • 20/06-26/06 2011
  • 13/06-19/06 2011
  • 30/05-05/06 2011
  • 23/05-29/05 2011
  • 09/05-15/05 2011
  • 02/05-08/05 2011
  • 25/04-01/05 2011
  • 11/04-17/04 2011
  • 04/04-10/04 2011
  • 28/03-03/04 2011
  • 21/03-27/03 2011
  • 14/03-20/03 2011
  • 28/02-06/03 2011
  • 21/02-27/02 2011
  • 14/02-20/02 2011
  • 31/01-06/02 2011
  • 24/01-30/01 2011
  • 17/01-23/01 2011
  • 10/01-16/01 2011
  • 03/01-09/01 2011
  • 20/12-26/12 2010
  • 22/11-28/11 2010
  • 15/11-21/11 2010
  • 25/10-31/10 2010
  • 18/10-24/10 2010
  • 04/10-10/10 2010
  • 27/09-03/10 2010
  • 13/09-19/09 2010
  • 06/09-12/09 2010
  • 23/08-29/08 2010
  • 16/08-22/08 2010
  • 19/07-25/07 2010
  • 05/07-11/07 2010
  • 21/06-27/06 2010
  • 07/06-13/06 2010
  • 31/05-06/06 2010
  • 24/05-30/05 2010
  • 17/05-23/05 2010
  • 03/05-09/05 2010
  • 26/04-02/05 2010
  • 19/04-25/04 2010
  • 12/04-18/04 2010
  • 05/04-11/04 2010
  • 29/03-04/04 2010
  • 22/03-28/03 2010
  • 15/03-21/03 2010
  • 08/03-14/03 2010
  • 01/03-07/03 2010
  • 22/02-28/02 2010
  • 15/02-21/02 2010
  • 08/02-14/02 2010
  • 01/02-07/02 2010
  • 25/01-31/01 2010
  • 18/01-24/01 2010
  • 11/01-17/01 2010
  • 28/12-03/01 2016
  • 14/12-20/12 2009
  • 23/11-29/11 2009
  • 09/11-15/11 2009
  • 02/11-08/11 2009
  • 19/10-25/10 2009
  • 05/10-11/10 2009
  • 28/09-04/10 2009
  • 14/09-20/09 2009
  • 07/09-13/09 2009
  • 24/08-30/08 2009
  • 17/08-23/08 2009
  • 10/08-16/08 2009
  • 03/08-09/08 2009
  • 20/07-26/07 2009
  • 13/07-19/07 2009
  • 06/07-12/07 2009
  • 29/06-05/07 2009
  • 15/06-21/06 2009
  • 08/06-14/06 2009
  • 25/05-31/05 2009
  • 11/05-17/05 2009
  • 20/04-26/04 2009
  • 06/04-12/04 2009
  • 30/03-05/04 2009
  • 23/03-29/03 2009
  • 09/03-15/03 2009
  • 02/03-08/03 2009
  • 23/02-01/03 2009
  • 16/02-22/02 2009
  • 09/02-15/02 2009
  • 02/02-08/02 2009

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Zoeken in blog



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs