Zolang ik mij kan herinneren
heb ik gefotografeerd. Niet bijzonder goed, niet buitengewoon slecht,
gemiddeld, zoals veel van mijn doen en laten. Mijn eerste toestel was een Kodak
Brownie, een boxje. Zon rechthoekig doosje met op twee zijden twee glaasjes.
Eén voor het formaat 6*9 (panorama) en het andere voor 9*6 (staand). Het
rolfilmpje dat alleen maar zwart/wit-beelden opsloeg, kon zegge en schrijve acht
fotos aan. Je bedacht je wel honderd keer voordat je een foto nam, want een
mislukte foto kon je je niet permitteren. Na elke opname was het draaien
geblazen aan de enige aanwezige knop, totdat achter een heel klein derde
glaasje een nieuw cijfer verscheen waaraan je kon zien hoeveel fotos je al had
gemaakt.
Ik was veertien, betaalde aan
de fotograaf fl. 28,-- want zoveel kostte het toestelletje. Zelf
verdiend met kerstvakantiewerk. Ontwikkelen en afdrukken liet ik aanvankelijk
ook door de fotograaf doen, maar na een paar jaar nam ik dat werkje van hem
over. De badkamer werd daartoe omgebouwd tot een donkere kamer. Zelf
ontwikkelen, fixeren, drogen, vergroten, afdrukken: als ik mij een beetje
inspan kan ik de zurige geur van de fixeer nog ruiken.
De eerste foto die ik laat
zien is er eentje uit die vroegere tijden. De Kodak Brownie was intussen
vervangen door een heuse kleinbeeldcamera, een Adox. U ziet waarschijnlijk dat
dit de romantische periode is. Nog net geen vurige liefdesverklaringen, maar
verzuchtingen over een onaanraakbaar ideaal. Over het geluk dat zich dáár
bevindt waar jij toevallig net níet bent. En dan meestal verbeeld in
landschappen met veel bomen, struikgewas
en modderige bospaden.
Tegenwoordig gaat mijn fotografische
voorkeur vaak uit naar meer van hetzelfde. Afbeeldingen van allemaal dezelfde dingen
en voorwerpen. Een foto met louter drogende walnoten, een rij fietssturen in de
stalling, gemetselde stenen in een muur. Geen wirwar van kleuren en objecten,
maar series en rijen van één-en-hetzelfde. Simpele patronen en dan het liefst
met veel ritmische herhalingen. Vruchten, boomstammen, wolken, golven. Desnoods
ijsberg- of krulsla. Het is niets bijzonders en u moet er ook niets achter
zoeken, dat doe ik zelf ook niet. Ik vind het gewoon en mooi, gewoon mooi.


|