Fietsers genoeg, hier bij ons
op de grindweg die zich slingerend door het mooie Achterhoekse landschap van A
naar B spoedt. Scholieren, toeristen, dagjesmensen, toerrenners (zoals de leden
van de club De Nijvere Peddelaars)
werknemers van en naar hun arbeid, kortom een gemêleerd gezelschap. Soms voegt
Terra (dat ben ik dus) zich bij hen op zijn hybride rijwiel met vierentwintig
versnellingen, maar zonder kettingkast, vandaar de ordinaire broekklemmen. Met
u verbaast hij zich over het groeiend aantal fietsers dat gebruik maakt van een
elektrische hulpmotor. Zon fiets met accu bedoel ik die alleen helpt wanneer
je zelf ook meetrapt, want voor niets gaat de zon op. Hoe meer je meewerkt, hoe
meer de elektrische aandrijving iets terugdoet. Geloof maar dat het een genot is,
zegt mijn buurman, tegenwindkracht tien kan mij niet meer deren. Ik geloof het
graag.
Vroeger ik heb het nu over
het midden van de vorige eeuw - had je bromfietsen, echte bromfietsen, die je
hielpen de tegenwind te overwinnen. Bij ons thuis deed op een goede dag de Berini
zijn intrede. Ik zie het nog voor me. Ma had besloten dat de tijd voor een
bromfiets gekomen was en gunde de opdracht aan een van de twee fietsenmakers
die dichtbij ons huis woonden. Zij gaf de opdracht aan de fietsenmaker met de
minste klandizie. Want, zei ze, die moet ook eens iets verdienen. Dat de
weinige klandizie ook iets met het vakmanschap te maken had, werd later pas
duidelijk.
Wij kregen een Berini, een
echte Berini. Een hulpmotor boven je voorwiel aan het frame gemonteerd, die je
met een vernuftige hendel op je voorband kon laten zakken. Met een beetje geluk
ging het motortje lopen en dreef daardoor op zijn beurt het voorwiel en dus de
gehele fiets aan. Op een van de foto's ziet u hoe onze Berini er ongeveer
uitzag. Het meest opvallend was de eivormige benzinetank en de uitlaat die
parallel aan de spaken langs het voorwiel naar beneden wees. Gas geven deed je
met een onnozele schuifhendel bij je rechterhand. Liep het ding, dan kon bij
een beetje wind mee de respectabele snelheid van 25 km/uur worden bereikt. Liep
het kreng eens een keer niet, dan kon je de motor optillen van de voorband en
vervolgens op eigen menskracht verder fietsen. De tijd van de Berini was ook
de tijd dat ik per fiets naar de kweekschool reed om mij aldaar te vervelen.
Een enkele keer tijdens de laatste jaren mocht ik van ma de brommer meenemen.
Dat heeft mij bijna voor het gehele leven getekend en dat kwam zo.
Om een of andere reden zat de
uitlaat van onze Berini niet al te stevig vast. Wij hadden het trouwens nooit
over de uitlaat, maar altijd over de knalpijp. Het kon geen kwestie zijn
van slijtage, want zo lang hadden wij de brommer nog niet en zoveel werd hij
niet gebruikt.
Ik kan u vandaag de dag de
plaats nog aanwijzen waar het gebeurde. Op het fietspad tussen Terborg en
Gaanderen, ongeveer daar waar je rechtsaf over het spoor naar Oud-Gaanderen
gaat en rechtdoor via de Hoofdstraat naar Doetinchem. Plotseling werd ik door
een onzichtbare hand met brommer en al hoog opgetild aan het achterwiel,
terwijl het voorwiel met geen mogelijkheid verder wilde. Met andere woorden: ik
sloeg finaal over de kop omdat de uitlaat losraakte en tussen de spaken van het
voorwiel kwam. Golven van medeleven en hulpvaardigheid trokken vervolgens over
het fietspad. Half Gaanderen kwam uitgelopen om te zien hoe het met me ging. Ik
constateerde dat ik weliswaar enkele lappen huid verloren, maar verder
waarschijnlijk niets gebroken had. Waarop ik mij omdraaide, op de brommer ging
zitten en terug naar huis reed. Wonder boven wonder deed de brommer het nog. Vergezeld
van een geweldig kabaal, want het geluid van onze Berini werd niet langer
geblokkeerd door een demper. Jongen, zei mijn moeder toen ik thuis was, je
had wel kunnen verongelukken. Zet de brommer maar in de schuur.
Daar heeft hij
gestaan totdat de rijwielhandelaar hem ophaalde. Hij had er een koper voor
gevonden, zei hij. En de Berini, op de uitlaat na, was immers weinig gebruikt
en nog zo goed als nieuw. Zowel Pa als Ma slaakten zuchten van verlichting toen
hij weg was.
Hieronder ziet u niet minder
dan vier Berinis van het type dat wij thuis hadden. Ze worden op een foto van
Ben van Meerendonk (AHF) uit de serie Het Geheugen van Nederland getest door
Amerikaanse militairen. Typisch Koude Oorlog (1953).


|