Eigenlijk jammer dat ik geen
Nederlands heb gestudeerd. Misschien had ik dan met zekerheid kunnen zeggen wat
het voorvoegsel ont in een werkwoord als ontmantelen betekent. Mijn alter
ego kwam met een ongevraagde oplossing. Hij zei: ont- betekent in dergelijke
gevallen altijd zoiets als een begin maken met. Luister maar: ontploffen: beginnen te
ploffen. Ontbijten: beginnen te bijten. Ontluiken: beginnen te luiken. En
luiken betekent vanzelfsprekend bloeien. De Rijn ontspringt ergens in
Zwitserland. Daar begint hij te springen, van rots naar rots. Zo zit dat dus.
Geen speld tussen te krijgen,
dacht ik op het eerste gezicht. Maar, bleef ik hameren, hoe zit het dan met
ontmantelen? Beginnen te mantelen zeker? En ontsporen, beginnen te sporen? Nee,
ik heb een betere oplossing. Ont- als voorvoegsel gekoppeld aan een werkwoord
heeft te maken met iets of iemand
verwijderen. Hoor maar: ontmantelen: de mantel uitdoen; ontluisteren = de
luister (glans en gloria) van iets verwijderen. Ontslaan: iemand uit zijn werk
verwijderen. Ontbossen: de bosse vegetatie verwijderen. Ontdekken: de bedekking
weghalen zodat je kunt zien welk vlees in je kuip zit.
We komen er niet uit. Hoe zit
het met het stukje ont in het woord ontwikkeling? Natuurlijk weten we wel
wat het gehele woord betekent, maar als we het in stukken verdelen, raken we in
de problemen. Zelf heb ik altijd bij hoog en bij laag beweerd dat het werkwoord
ontwikkelen betekent dat van iets ingepakts de wikkels of de windsels worden
verwijderd. Dat weghalen van omhulsels doe je om het binnenste de gelegenheid
te geven te laten zien wat het kan. Een talent (bijvoorbeeld) kun je
ontwikkelen. Je haalt de knellende en overbodige verpakking weg en de
creativiteit begint te bloeien als nooit tevoren.
Over ontwikkelen gesproken, hieronder
ziet u een fraai plaatje van een vreedzame, herkauwende koe die naar haar
ouderlijk huis kijkt, ergens in het Winterswijkse buitengebied. Het is een van
de eerste fotos die ik zelfstandig en eigenhandig heb ontwikkeld. Let u even
niet op het onderwerp an sich. Dat is
inderdaad wat gezapig, maar wel passend bij de koe en de verdere entourage. De koe annex boerderij behoorden tot de eerste
objecten die voor mijn lens opdoken toen ik de spullen voor het ontwikkelen had
aangeschaft. Ik had al een eenvoudig cameraatje, geladen met een film waarop 36
kleinbeelden; nu had ik ook apparatuur om fotos te ontwikkelen en af te
drukken.
In een provisorisch
verdonkerde kamer (in ons geval de badkamer boven) werd de film in het
pikkedonker uit de camera en in het ontwikkeltankje gespoeld. Dan werd een vies
ruikend soepje toegevoegd: de ontwikkelaar. De spoel moest regelmatig gedraaid worden,
anders werden de bovenkanten van de fotos ontwikkeld en de onderkanten niet. Tijd
en temperatuur deden er veel toe. Twintig graden en acht minuten, niets meer en
niets minder. Daarna werd de ontwikkelaar teruggegoten in zijn fles en
vervangen door zurige fixeer. En als de fixeer zijn stabiliserend werk had
gedaan, dan kon de deksel van de ontwikkeltank af om te kunnen beginnen met het
spoelen met water. Vervolgens werd de film aan wasknijpers te drogen opgehangen
om uiteindelijk in negatieven verknipt te worden die je in een vergroter op een
plank kon projecteren en op papier afdrukken.
Die eerste ontwikkeling en
afdruk, de koe met de oude boerderij met zijn houten topgevel, stelde qua
onderwerp natuurlijk weinig voor. Het was ook maar een proefje, een probeersel.
Maar ik herinner mij als de dag van vandaag het grandioze moment daar in die
badkamer, toen ik in de bak met ontwikkelaar en fotopapier de contouren van de
koe met de mooie zwart-wit tekening zag verschijnen. Ik wist niet wat ik zag.
Later heb ik mijn zwartwit
fotos vaak zelf ontwikkeld en afgedrukt. Zoals deze opnames van lang geleden
gehouden Nederlandse kampioenschappen atletiek op Papendal. Gefotografeerd
gewoon vanaf de tribune. Ze zijn een beetje verkleurd, maar een kniesoor die
daarop let. En ziet u, bij de start van de 200 meter, ook het fraaie rookwolkje
uit het startpistool?

|