terra's memories
Inhoud blog
  • Eind goed .....
  • Hanen en hun gekraai
  • streektaalboekje
  • Tijdverzetter
  • Vermist
  • Kosten en baten
  • Van heel ver weg naar heel dichtbij
  • NAGERECHT, TOESPIJS of TOETJE
  • FAQ
  • Pa's identiteit
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Aanbevolen adressen
  • Spinnenkop
  • opgeschreven herinneringen
    11-01-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Brilleputseklud: klud om brillen te putsen

    Mijn eerste bril kreeg ik toen ik ongeveer tien was. Omdat slechtziendheid in de familie zit – mijn vader bijvoorbeeld was enorm bijziend en zonder bril aan het toeval overgeleverd – dacht Ma dat het verstandig was ook mijn gezichtsvermogen te doen controleren. En ja hoor: de oogarts achtte de tijd gekomen voor een ziekenfondsbrilletje met van die ronde glazen en verend meegevende haken achter je oren. Vóór je ogen twee glaasjes min drie en min twee. Ik had er een gloeiende hekel aan omdat je er bij het voetballen en turnen alleen maar last van had. In ieder geval was de bril vaker in zijn huisje te vinden dan op mijn wipneus. Dat was niet verstandig, zei een wijze Heurnse boer die bij ons thuis in het voorjaar de groentetuin omspitte. Hij kende iemand die het ook had vertikt om een bril te dragen en die iemand moest nu van de dokter veertien dagen met zijn ogen op een stoel zitten.

    Neen, lenzen heb ik nooit gedragen. In de tijd dat ik aan mijn brilletje begon waren die trouwens ook nog niet uitgevonden. Overigens had ik, in het geval dat, zonder lensvloeistof kunnen leven, omdat ik van nature een beetje een huilebalk was die bij iedere passende gelegenheid de waterlanders liet vloeien. Ook op latere leeftijd, toen een paar lenzen kwam vragen of het in aanmerking kwam, heb ik mijn trouw aan het brilmontuur met bijpassende glazen niet verloochend. Ook al zeg ik nu dat ik mij van de heersende mode nooit iets aantrok, ik moet toegeven dat een aantal monturen eraan beantwoordde. U kent ze ook nog wel: brillen met van die zware, mahoniebruine kunststof monturen met glazen in dikke randen die bijkans je gehele wangpartijen bedekken. Af en toe, wanneer het ZDF weer eens een reportage over leeglopende Russische dorpen uitzendt, zie je een oudere bebrilde Russische onderwijzeres met dat type montuur.   

    Kan het zijn dat ik bij een van je brillen leesstukjes in de glazen zie? Compliment voor uw opmerkingsgave, want u hebt mij op een zwak punt betrapt. Inderdaad heb ik een tijdje zo’n lompe bril gehad met van die afwijkende focussen in een gedeelte van de glazen om niet alleen mijn vrouw diep in de ogen te kunnen zien, maar om tevens een boek te kunnen lezen. Van bifocaal had niemand toen ooit gehoord, laat staan van multifocaal. Als ik een beroemde schrijver wilde betrappen op een ongerijmdheid in zijn nieuwste boek, moest ik regels uit dat boek lezen via de extra ingeslepen leesstukjes. Een tamelijk waardeloze uitvinding, zo’n bril met leesstukjes, als u het mij vraagt, want loodzwaar op je neus. En we hebben al genoeg te tillen in ons leven.

    Jazeker, je ogen veranderen met het ouder worden. Met het klimmen der jaren blijkt mijn gezichtsvermogen, anders dan u dacht, er op vóóruit te gaan. Voorwerpen tot een afstand van zeg een anderhalve meter kan ik heden ten dage zonder bril heel goed zien. Voor zaken verderop gebruik ik een goedkoop lichtgewicht brilletje dat u bij een van de vele brilgiganten voor een prikje kunt verwerven. Een leesbril heb ik niet nodig, boeken lezen doe ik zonder bril. En aan contactlenzen heb ik mij zoals gezegd nooit gewaagd. Dat heeft veel te maken met mijn conservatieve geestesgesteldheid als het gaat om vertrouwde hulpmiddelen zoals mijn brilletje. Ik kan er geen afscheid van nemen.

    Nu ik u toch spreek en u een kijkadvies wilt: kijk met je ogen wijd open. Niet zomaar kijken, maar observeren. Niet zien, maar waarnemen. En wees alle dagen van je leven dankbaar dat er zoveel moois is om te zien.

     

     De  foto’s hieronder laten brillen zien die ooit op mijn neus hebben gestaan.








    11-01-2011, 16:06 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (1 Stemmen)
    Tags:bril, brillen, brilgeschiedenis
    06-01-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Magische beelden

    Hoe graag had ik u vandaag op Driekoningen 2011 een foto laten zien van iets magisch dat zich enkele dagen geleden aan ons oog voordeed. Ik bedoel de gedeeltelijke zonsverduistering van afgelopen maandagmorgen. Om negen uur liep ik met mijn camera naar buiten, richting oosten, teneinde de opgaande zon te fotograferen. De hemel kleurde geel/rood/oranje op de plek waar een zon met een ontbrekend schijfje haar dagelijkse tocht langs het zwerk begon. Maar van de zon zelf was nauwelijks iets te zien. De boosdoener was een wolk die op het moment suprème voor de zon langs gleed. Bovendien is het voor een amateurfotograaf als ik moeilijk tegen de zon in te fotograferen zodanig dat je ook nog iets van de zonnevorm kan zien.

     

    Toch hebben de onderstaande foto’s iets van het magische, van het onpeilbare, van het fascinerende van een verschijnsel als een zonsverduistering. Ik herinner me nog goed uit mijn jonge jaren hoe wij eens, staande op het schoolplein, door beroete glaasjes kijkend, de gehele zon zagen verdwijnen achter de maan. Het werd zo donker dat de kippen van de weeromstuit op stok en stal gingen.

     

    Bovendien kan ik u hiermee alsnog een Gelukkig Nieuwjaar wensen. Op Driekoningen mag dat zeker nog wel. Nog sterker: het mag bij ons in de streek de gehele maand januari.








    06-01-2011, 11:50 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:zonsverduistering, landschap, zonsopkomst
    22-12-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Scherpzinnig
    Mijn nu al geruime tijd geleden overleden schoonvader, een kleine boer in de figuurlijke betekenis van het woord, bezat paard en wagen waarmee hij iedereen die iets te vervoeren had zijn diensten aanbood. Zo reed hij jaren lang met halffabricaten van het spoor in A. naar de fabriek in D. waar men van de halve fabricaten hele eindproducten maakte.

    Dat deed hij zomer en winter, bij alle weersomstandigheden, bij nacht en ontij om zo te zeggen. En wanneer de wegen praktisch onbegaanbaar waren door winterse toestanden met ijs, sneeuw en ijzel, zoals wij ze nu ook in deze adventswinter anno 2010 meemaken, zette hij zijn paard op scherp. Dat wil zeggen: hij monteerde ijzeren stiften met scherpe pijlvormige uiteinden in de openingen van de paardenhoefijzers. Kijkt u maar naar de foto hier beneden: stiften, speciaal voor u bewaard in een oud kartonnen doosje. Zwaar onder de roest, maar verder onaangetast en bruikbaar tot op de dag van vandaag.  Het paard staat op scherp; het heeft grip op de ijzige ondergrond, het kan zich staande houden.

    Zelf staan wij ook wel eens op scherp. Wanneer wij alert en opmerkzaam de gebeurtenissen om ons heen bezien en waar nodig van commentaar voorzien. Iemand prijzen, of andersom iemand afkeurend bejegenen, protesteren tegen wanstaltige maatregelen van de overheid, demonstreren voor het behoud van alles wat ons goed en dierbaar is. Niet wachten op wat anderen doen of op de jongste dag, maar ad-rem, attent en to-the-point reageren.

    Voor het komende nieuwe jaar wens ik u en mijzelf naast al het goede wat denkbaar is ook een beetje scherpte. Zodat wij frank en vrij de toekomst tegemoet kunnen zien.

    Er moet ook ruimte zijn voor stilte en bezinning. Zelfs voor nostalgie en sentimentaliteit als het ons daarnaar te moede is. Met een nostalgisch kerstsneeuwplaatje van onze boerderij ergens in de binnenlanden van het Gelderse platteland wens ik u allen goede en prettige kerstdagen en een voorspoedig, of zoals wij zeggen: een welgelukzalig Nieuwjaar met veel heil en zegen.







    22-12-2010, 11:46 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (2 Stemmen)
    Tags:scherp, op-scherp-zetten, gladheid, paarden, hoefijzers, gelukwens
    28-11-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Onleesbaar

    Over twee onleesbare boeken wil ik u in dit niemendalletje iets vertellen. Hoewel, onleesbaar: u ziet twee normale boeken, dat wil zeggen wat wij normaliter onder normaal verstaan. Witte bladzijden dus, bedrukt met zinnen, woorden en letters. Af en toe bovendien voorzien van een illustratie: een foto, een afbeelding, een schema, een grafiek, een tekening. Wat beide boeken onleesbaar maakt, is louter subjectief. Het is de taal waarin het boek geschreven is. Als dat uw moederstaal is, is er geen vuiltje aan de lucht. Het gaat om de aantallen lezers die iets begrijpen. Van het eerste boek zullen slechts weinig lezers kunnen zeggen dat zij lezen en begrijpen wat de auteur hen wil zeggen. Van het tweede boek weet de auteur dat zélf niet eens.

     

    Laat ik proberen u uit de droom te helpen. Het eerste boek is vers van de pers. Het heet Dinxperse grenspräötjes en is geschreven in een moeilijk op te schrijven, laat staan te begrijpen Oost-Nederlands dialect. Het bevat korte verhalen, jeugdherinneringen, die twee leeftijdsgenoten onafhankelijk van elkaar hebben opgeschreven en afhankelijk van elkaar samen in een boekje hebben gezet dat in november 2010 is verschenen. Voor eenieder die gewend is dialect te lezen (misschien bovendien te spreken) een fluitje van een cent. Maar voor niet-dialectkenners is de hier geschreven taal een grote sta-in-de-weg. Net zo iets als iemand die mij in een Zuid-Fins dialect uit de omgeving van Helsinki  een verhaal wil vertellen van een verdwaald rendier. Zoiets. Daar snap ik dus totaal niets van.

     

    Het tweede boek is nog raadselachtiger. Het bevat niet-arabische, latijnse of romeinse lettertekens, maar schichtige kronkeltekentjes die blijkbaar aan elkaar geschreven woorden en zinnen vormen die je van rechts naar links moet lezen. De voor ons verkeerde richting. Bovendien moet je dit boek van achteren naar voren lezen, wat het raadsel alleen nog maar groter maakt. De taal waarin dit boek geschreven is, is het farsi. Dat wordt bijvoorbeeld in Iran gesproken en geschreven.

     

    Het is zoals het is, en ik schaam me er ook niet voor. In beide boeken heb ik, uw nederige verhalenschrijver, de hand gehad. Als een van twee auteurs namelijk. Het eerste heb ik geschreven samen met een jeugdvriend, het tweede met een collega. Dat tweede boek gaat trouwens over kenmerken van het primaire onderwijs (het basisonderwijs) in een aantal Europese landen. Oorspronkelijk is het geschreven in het Engels en een collega uit Iran heeft het vertaald in een ook voor de auteurs onbegrijpelijke taal.

     

    De plaatjes hieronder laten de voorkanten zien. Eerst het Achterhoekse dialectboek, daaronder een stukje van het Engelse titelblad en daar weer onder de voorkant van het boek in farsi. Doe maar wat ik iemand altijd aanraad: ook al begrijp je er niets van, je kunt het altijd bewonderen.

     







    28-11-2010, 21:26 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Tags:boeken, leesbaarheid, boekentaal, begrijpen, dialect
    16-11-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Pimpelmans per abuis

    Mijnheer Pimpelmans is een veearts in ruste. Hij geniet van een onbezorgde levensavond, samen met zijn vriendelijke en hartelijke echtgenote. Hoe meneer Pimpelmans met zijn voornaam heet, weten we niet. Misschien heeft hij die niet eens. Wel zien we dat hij een ouderwetse monocle draagt, zo’n bril zonder pootjes, aan een touwtje, die je op je neus klemt. Het belangrijkste fysieke kenmerk van meneer Pimpelmans is ongetwijfeld zijn omvang. Hij weegt schoon aan de haak minstens 250 pond. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat zijn geliefde echtgenote hem daarbij op de voet volgt. Maar dit valt allemaal volkomen in het niet als je oog hebt voor het belangrijkste aan meneer Pimpelmans: hij trekt onheil aan en roept het over zich af. Dat doet hij ongewild en nooit expres: het overkomt hem. Het gebeurt per abuis. Hij is de levende Wet van Murphy: alles wat maar fout kan gaan, gaat in de nabijheid van mijnheer Pimpelmans gegarandeerd fout. Mijnheer Pimpelmans vervult zijn slachtofferrol met verve. Zijn zonnig gemoed helpt hem er altijd weer bovenop, hoezeer het onheil hem ook treft.

     

    Mijnheer Pimpelmans ten voeten uit. Alles wat hij onderneemt, loopt verkeerd af. Wij allen thuis, Ma niet in het minst, moesten hier vreselijk om lachen. Zelf vond ik het af en toe de spuigaten uitlopen. Waarom moest die arme mijnheer Pimpelmans zo lijden onder de grillen van het lot? Waarom vergat de schrijver van het verhaal die dingen te noemen die wél goed gingen? Ik had medelijden met meneer Pimpelmans, maar ik zag wel hoe zeer iedereen om mij heen genoot van Pimpelmans’ avonturen, dus kon het niet anders dan grappig zijn. En dus lachte ik mee. Maar niet altijd van harte.

     

    Over meneer Pimpelmans’ avonturen konden we lezen in De Graafschapper. Dat was een drie keer per week verschijnende regionale krant die behalve een beetje wereld- en nationaal nieuws het vooral moest hebben van alles wat er plaatselijk stond te gebeuren of recentelijk was gebeurd. Die krant lazen we vroeger thuis. De strip met meneer en mevrouw Pimpelmans werd door iedereen als eerste gelezen. Hun belevenissen werden door mij uitgeknipt en met behulp van een kwastje en een potje gluton in een schoolschrift geplakt. Om er later nog eens van te kunnen genieten.

     

    Nu ik na zoveel jaar de tekeningen terugzie en de strip nog weer eens lees, vieren wij een feestje van herkenning. Zoals bij de tekening van de hagelwitte kluit ijs die mijnheer Pimpelmans, staande op het balkon, laat vallen op de blote rug van mevrouw Ribbenspek die nietsvermoedend op het terras beneden een kopje thee drinkt. Het gebeurt allemaal per abuis. En de herinnering aan haar wraak is springlevend: ze slingert hem niet alleen de heftigste verwijten naar z’n hoofd, maar ook het thonetstoeltje. Ook per abuis. Maar wat betekende, wist ik niet toen ik het verhaal voor het eerst las. Nu nog niet precies, trouwens.






    16-11-2010, 22:02 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:stripverhaal, meneer Pimpelmans, De Graafschapper,
    31-10-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Storm en stilte


    Bij het woord ‘herfst’ denken we aan stormen die wal- en hazelnootbomen geselen zodat wij hun vruchten kunnen rapen. En aan de scholieren die bij ons op de grindweg merken wat het is om tien kilometer tegen de slaande regen in naar school te fietsen. Vaak echter brengt de herfst ook een aantal stille en windstille dagen. Het lijkt net of de tijd, net nadat ze is terugverzet naar de winterstand, even stilstaat om jou de gelegenheid te geven van de laatste mooie dagen te genieten. Ik lees in een oude almanak dat het vaak gebeurt in de tijd rond Allerheiligen en Allerzielen, wanneer oktober in november overgaat.

     

    Op zo’n moment ontwaakt ook mijn romantische zicht op de dingen. Romantisch is het verkeerde woord, ik bedoel eigenlijk sentimenteel. In de vroege ochtend kijk ik naar buiten, zie hoe de zon pogingen doet de ochtendnevels te doorboren, hoe de adem van de grazende koeien zichtbaar wordt, en pak ik mijn camera die altijd paraat ligt en schiet mijn eerste winterse tegenlichtplaatje. Zo mooi en gevoelig dat er zonder mankeren straks een fraaie kerst- en nieuwjaarskaart van gemaakt kan worden.

     

    Allerzielen en Allerheiligen, ze zeggen mij weinig omdat ik niet katholiek ben grootgebracht. Toch overvalt mij ieder jaar een gevoel van weemoed. Wanneer onze katholieke medeburgers hun graven hebben versierd met witte bloemen, weet ik zeker dat de nazomer definitief op zijn eind loopt. Ook al hebben de trekvogels vanwege de hoge temperaturen hun vertrek nog even opgeschort totdat het écht tijd wordt om te gaan.





    31-10-2010, 00:00 Geschreven door terra38  
    Reageren (1)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:herfst, herfsstorm, herfststilte, allerzielen, allerheiligen
    19-10-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wonderen in steen

    Je ziet ze weinig meer, religieuze voorstellingen die als muursteen de voorgevel verfraaien. En bijbelse voorstellingen, in het bijzonder als zij ons wonderen laten zien, zijn al helemaal niet meer van deze tijd. Natuurlijk komt dat door de secularisatie. Wij kennen het klassieke Bijbelverhaal van de vijf broden en de twee vissen niet meer, net zo min als de afloop. Wie van ons weet nog dat het hierbij gaat om de wonderbaarlijke broodvermenigvuldiging aan de oevers van het meer van Tiberias? Jezus die brood breekt en brokken vis uitdeelt, discipelen (apostelen zo u wilt) die de toegestroomde menigte van voedsel voorzien, kom daar tegenwoordig nog eens om. In elk geval waren vijf broden en twee vissen genoeg om duizenden hongerige magen te vullen, zegt het verhaal.)

     

    Thuis hebben we ook zo’n wonderlijke gevelsteen. Hij is gemaakt door mijn jongere broer tijdens zijn eerste jaar op de kunstacademie. Als ik toevallig eens zuidwaarts naar buiten kijk, valt mijn blik op zijn kunstwerk. Een steen van een of andere gipssoort, voorstellende de wonderbare visvangst, aangebracht op het tegenoverliggende muurwerk en overgeleverd aan weer en wind.

    Het verhaal wil dat enkele leerlingen van Jezus bij zonsopgang aan het vissen waren op het hierboven al genoemde meer van Tiberias. Ze hadden die nacht nog geen spierinkje gevangen. Jezus stond aan de kant, zag aan de kleur van het water waar de vis zat, (staat er niet, maar dat denk ik) en adviseerde zijn vrienden het net aan de ándere kant van de boot uit te werpen. Waarop de netten, brekend vol als zij waren, slechts met veel moeite binnen boord konden worden gehaald. U moet zich voorstellen dat u de vissers van boven ziet: aan de bovenkant twee hoofden, handen die een net trekken, vissen die in het net verward raken.

     

    Passend bij de vergankelijkheid van het leven is de verandering die onze muursteen ondergaat. Regen en wind, vorst en hitte, alles laat zijn sporen na. Dat de illustratieve zeggingskracht ook te lijden heeft, nemen wij op de koop toe. Ja, we zien steeds minder wat de steen voorstelt, maar dat geeft niet. Wij kennen immers het verhaal erachter. Dat zit in ons hoofd.

     

    Tenslotte wil ik met uw toestemming nog even terug naar de andere kant van het meer van Tiberias, daar waar de wonderbaarlijke brood- en visvermenigvuldiging plaats vond. Het mooiste van het verhaal vond ik altijd het slot. Nadat iedereen – vijfduizend man, vrouwen en kinderen niet meegerekend, kunt u nagaan - voldoende gegeten had, werden de restjes opgehaald. Twaalf manden vol! Want je moet nooit eten weggooien of ongebruikt laten liggen. En zeker niet zolang er mensen op aarde honger lijden.

     





    19-10-2010, 19:18 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Tags:religieuze voorstellingen, muurstenen, wonderbare visvangst,
    08-10-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Onmogelijke figuren

    Pas geleden stuurde een neef mij een fotootje. We zien (als u even naar beneden scrolt en stopt bij het eerste plaatje) een onzichtbaar iemand die met één ferme handbeweging de datum op de scheurkalender een dag voorwaarts brengt. Toeval of niet: vandaag, op de 25ste september zien we een postzegel van 25 eurocent. Twaalf miraculeus geordende kubusjes, bedacht door de Zweedse graficus Oskar Reutersvärd.

     

    Er klopt iets niet. Je ziet het, maar je wilt het niet zien, niet erkennen. Want het brengt je in verlegenheid, je raakt in de war. De kubusjes laten een driedimensioneel figuur zien dat tweedimensioneel wordt afgebeeld.

    Reutersvärd noemt deze manier van afbeelden ‘perspectives japonaise”.  Wij spreken van onmogelijke figuren. Reutersvärd heeft er talloze bedacht. Deze, met de twaalf kubussen in een driehoek, is wel zijn bekendste.

     

    Een aantal jaren geleden had ik dit figuur nodig voor de omslag van mijn boek. Ik schreef de ondertussen beroemd geworden graficus een brief met het verzoek om toestemming. Die kreeg ik. Ik kreeg nog meer: Reutersvärd had de tijd en moeite genomen om speciaal voor mij een nieuw onmogelijk figuur te ontwerpen. Perspective japonaise No. 442.

     

    Sommigen die deze figuren voor het eerst zien, denken aan de Nederlander M.C. Escher die wij allemaal kennen van zijn ingenieuze prenten met figuren die van de ene vorm in de andere overgaan. Maar nu weten wij beter. Zien we zó’n onmogelijk figuur, dan is de maker vast en zeker (zeker en vast) Reutersvärd.

     

     






    08-10-2010, 23:14 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (3 Stemmen)
    Tags:onmogelijke figuren, Oscar Reutersvärd,
    03-10-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Diploma-inflatie

    Zeer onlangs zijn enkele Nederlandse hogescholen negatief in het daglicht verschenen omdat de studenten van enkele studierichtingen voor een appel en een ei – anders gezegd: met heel weinig moeite, bijna voor niets, voor een habbekrats – een diploma kregen uitgereikt. Even een eerder afgekeurde scriptie kopiëren, even een geschikte docent opzoeken, en even naar school om je diploma op te halen. Ja, zo ken ik er nog een paar.

    Je moet de weg weten. Dat blijkt ook weer bij het schandaal over deze Nederlandse hogescholen die toestaan dat hun studenten met een minimum aan kennis en inspanning en een maximum aan door-de-vingers-zien door de verstrekkende instantie een einddiploma ontvangen. Wat overigens geen wonder is wanneer het criterium voor kwaliteit (doelen, inhoud, docenten, exameneisen) verlegd wordt naar de simpele vraag: hoeveel studenten zijn in het afgelopen collegejaar afgestudeerd? Nee, het verbaast mij niet dat studenten gebruik maken van handige leerroutes, daarbij gadegeslagen door quasi-onwetende collegebesturen, managers en docenten die het naar eigen zeggen ook niet kunnen helpen want zij wisten niet beter.

    Dan vroeger, toen immers álles beter was. Iedere cursus en opleiding, kort of lang, stond of viel met helder geformuleerde eisen (zowel aan studerenden als aan lesgevenden) waaraan niet te tornen viel. Neem als voorbeeld de opleiding voorafgaand aan de status van gediplomeerd melker. Ik kom hierover te spreken omdat, jaren geleden, tijdens een genoeglijke gemeenteavond de vraag gesteld werd: wie van u heeft bijvoorbeeld een melkdiploma? Twee aanwezigen bleken de vraag met ja te kunnen beantwoorden: de echtgenote van de plaatselijke dominee en mijn echtgenote: mevrouw Terra dus.

    Hoe grondig de opleiding was blijkt uit de even grondige manier waarop het opleidingsprogramma  was samengesteld. Want het handmatig melken van een koe is inderdaad wel iets meer dan even trekken aan een van de vier voorbijkomende spenen teneinde droppels melk in een schone emmer te kunnen opvangen. Wat dacht u van alle eisen op milieutechnisch en hygiënisch gebied? Wist u dat het uier van tevoren gewassen moet worden en afgedroogd wordt met een droge, ruwe doek? En wist u dat je niet alleen kunt melken, maar ook moet námelken. En dat je voor het melken een voldoende kunt hebben gehaald, terwijl het namelken beloond wordt met een schamele onvoldoende?

    Hieronder ziet u hoe vernuftig het cijfersysteem in elkaar zat. Je kreeg voor elk onderdeel een cijfer tussen de 1 en de 5 dat vermenigvuldigd werd met een moeilijkheidsfactor. Want het is duidelijk dat het regelmatige, krachtige melken meer punten op moet leveren dan een fiere houding bij het verlaten van de koe.

    Mevrouw Terra behaalde destijds 182 van de 200 mogelijke punten. Laten we zeggen: eindcijfer een negen. Geslaagd: ja. Dat spreekt vanzelf. Dat vond ook de Rijksveeteeltconsulent voor Gelderland waaraan de managers en de bestuursdirecteuren van de diverse hogescholen een voorbeeld kunnen nemen.






    03-10-2010, 00:00 Geschreven door terra38  
    Reageren (1)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:diploma, Nederlandse hogescholen, diploma-inflatie, melkdiploma
    27-09-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vlijmscherp

    Wie herinnert zich niet uit haar of zijn lagere schooltijd de steeds terugkerende misère met de potloodpunten. Grafiet slijt, dat merk je gauw genoeg als je voor de eerste keer een potloodje in je hand neemt om op de onderkant van een smetteloos wit stuk tekenpapier een huis te tekenen met een schoorsteen waar rook uit kringelt. Nóg erger is het afbreken van de potloodpunt bij een beetje tegendruk. Je probeert een tak aan een boom te tekenen, zo eentje met veel zijtakken en bladeren, en páts … weer een gebroken punt. Het is om horendol van te worden. En ik was als kleine jongen toch al zo’n driftkikker!

     

    Faber, dat waren de beste, zei mijn vader. Hij had verstand van potloden, want hij was een meester in het met potlood tekenen van fraaie portretten. (Hieronder laat ik u er een zien.) Faber was een duur potloodmerk. Maar voor de jongens en meisjes op school waren die Fabers veel te kostbaar. Wij kregen van die gele Bruynzeelpotloden die ergens in Zaandam of daaromtrent werden gemaakt. Tekenen deden we sowieso met potlood in tekenschriften. Maar ook in schriften met lijntjes (taalschriften) en hokjes (rekenschriften) werkten wij met potlood. Wij noemden dat kladschriften, naar Jaapje van Nieuwenhuizen uit de vijfde klas die een meester was in het bekladderen van alles waar inkt, verf en waskrijt aan bleef kleven. Je had ook netschriften. Daar schreef je in met kroontjespen en Gimborn-inkt die de meester schonk uit een grote mandfles in een glaasje, dat in een holletje op je bank stond.

     

    Kleuren deden we met kleurpotloden. Je had dozen met kleuren in zesvoud. Ik bedoel kleine doosjes met zes verschillende kleuren of grotere met een veelvoud daarvan. Favoriet was de 24-delige Caran d’Ache kleurdoos. Je was de koning te rijk op de dag na Sinterklaasavond, als je triomfantelijk met je nieuwe kleuraanwinst op school kwam en iedereen de ogen uitstak. Het nadeel van kleurpotloden was dat hun punten nog vlugger braken dan de gewone HB-zwartgrijze.

     

    Het aanpunten van de potloden was een bijzonder ritueel. De meester had een puntenslijper op het hoekje van zijn bureau laten monteren. Achteraan zat een wieltje met handvat, aan de voorkant kon je door te knijpen een opening forceren waar je potlood met de stompe kant naar voren ingestoken werd. De meester draaide gelijk Michiel de Ruyter aan het puntenslijperswiel, waardoor, o wonder, een scherp inwendig verborgen mesje dunne spiralen cederhoutslingertjes produceerde. Net zolang totdat het grafieten binnenste een vlijmscherpe punt had gekregen.

    Scherp is scherp. Je kon draaien wat je wilde, maar een scherpe potloodpunt kreeg je nooit nóg scherper.

     

    Tegen de tijd dat het edele draai- en handwerk vervangen werd door een elektrisch aangedreven mechaniekje ging het bergafwaarts met het potlood. De ballpoint kwam hem vervangen. Die had het grote voordeel dat je hem nooit hoefde aan te slijpen en prachtige vlekken kon toveren in je schoolschriften. Zodat de meester op een dag zei: Op blaadjes mag je met een balpen schrijven, maar in het netschrift schrijven wij zoals gebruikelijk uitsluitend met pen en inkt.

     

    U mag het best weten: ik schrijf nog iedere dag met potlood. Om iets te noteren wat ik anders onherroepelijk zou vergeten. Of om een inval voor een weblogje te bewaren voor de eeuwigheid. Ergens op mijn bureau staat altijd wel een glas met potloden. Samen met zo’n kleine metaal-glimmende puntenslijper. Voor potloodpunten waar je een puntje aan kunt zuigen.

     

     

    Zoals beloofd een potloodtekening van Terra Sr. voorstellende de beroemde schrijver Louis Couperus.

     








    27-09-2010, 23:31 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:potlood, potloodpunt, putenslijper, kleurpotloden, school
    19-09-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wit windend licht

    Ipomoea
    is de prachtige Latijnse naam voor deze eenjarige bloeier. Wij zeggen eenvoudig: ‘winde’ of ‘blauwe winde’. Soms zie je geheel witte. En dan zeggen wij in het verborgene, besmuikt achter onze hand, in het achterhoeks, omdat wij ons voor het woord schamen: pispötjes. Je hebt ze in verschillende kleuren, ook in rood bijvoorbeeld. Welke kleur ook, de winde slingert zich rechtsdraaiend omhoog langs verticale stokken en palen en verblijdt ons met de meest fantastische bloemen.


    De blauwe winde is naar mijn bescheiden opvatting de mooiste bloem die er bestaat. U mag daar anders over denken, maar over sommige smaken valt niet te twisten. Het is niet alleen de kleur die deze bloem haar allure geeft. Het is ook niet de bloemvorm: kroon- en kelkbladen. Buitengewoon fraai, dat wel, maar niet exceptioneel.

    Het is het onuitsprekelijke wit dat zich in de bloemkelk rondom stamper en stempel ophoudt. Letterlijk oogverblindend. Het laat zich ook niet in een plat vlak vangen. Als je de bloem fotografeert, kun je moeilijk scherpstellen op het witte innerlijk. Het is ongrijpbaar. En tegelijk onbegrijpbaar.


    In een bijbels scheppingsverhaal staat beschreven wat er het éérst geschapen werd. In het allereerste begin was de aarde aardedonker, woest en ledig, maar plotseling klonk het en wás het er: het licht. Maar de vraag rijst meteen, waar kwam dat licht dan vandaan?


    Ja, nú weten wij het. Want de wetenschap staat voor niets. Het licht stamt uit het binnenste van de blauwe winde. Dat is de bakermat waar alle golflengten samenkomen in een alles omvattende witte gloed. In het Engels heet zij ‘Heavenly Blue’ en ook dat kan geen toeval zijn. Hemels witblauw, dát is het. Het windt zich in alle richtingen hemelwaarts.

     








    19-09-2010, 11:49 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Tags:winde, blauwe wind, bloemen, rechtsdraaiend, wit
    10-09-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Grensgezicht
          Wie zoals ik geboren is in een dorp waar de landsgrens dwars doorheen loopt, staat er niet meer bij stil wanneer iemand met één been in Duitsland en de andere in Nederland gaat staan. Bij ons kan dat. De grens is een vast bestanddeel in ons bestaan en we worden er alleen warm of koud van wanneer van hogerhand besloten wordt de looprichting te veranderen. Dat was in 1949 het geval, toen een stukje Duitsland aan Nederland werd toegevoegd en in 1961 toen het correctiebesluit weer ongedaan werd gemaakt en de Bondsrepubliek zijn stukje land compleet met bebouwing en inwoners (rond 500) terugkreeg.

          Waar de bewoners van ons grensdorp altijd zenuwachtig van worden is de factor prijsverschil. Wanneer bijvoorbeeld een half pond boter in Nederland twee keer zo duur is dan in Duitsland, (ik geef maar een voorbeeld,) dan raken wij van de kook. Wij hebben dan de neiging in Duitsland duizend kilo van het goedje in te slaan en dat later in Nederland voor een zacht prijsje met een vette winst van de hand te doen. Het illegaal verplaatsen van goederen van het ene naar het andere land noemen wij smokkelen. En wij glimlachen er bij omdat het zo’n aangename inkomstenbron is. Tenminste, als de commiezen er geen stokje voor steken.

    Ik geef schoorvoetend toe – het is geen reden om trots op te zijn – dat ik ook wel eens gesmokkeld heb. Als 10-jarige jongen bracht ik wel eens boter en koffie naar familie die een paar kilometer over de grens in Duitsland woonde en die wel eens weer trek had in een lekker bakje plus een krentenboterham met goede, échte, boter. ‘Ach’, zei mijn moeder geruststellend, ‘de commiezen laten zo’n jongen als jij wel lopen.’

    Commiezen, douanebeambten, douaniers, wat u maar wilt, waren geüniformeerde overheidsdienaren die moesten zien te voorkomen dat goederen zonder papieren, clandestien, illegaal en ongelimiteerd de grens passeerden. Je had bij ons zowel Duitse en Nederlandse commiezen.

          De commies op de foto’s is in Duitse dienst. Hij tuurt, met een typisch Duits petje gewapend, door zijn verrekijker de weg af om te zien of er een smokkelaar met verdachte waren de hoek om komt. Hij is klaar om in actie te komen en bereid om tot aanhouding over te gaan. De smokkelende dorpsgenoten hebben echter ook een aantal manieren om iemand om de tuin te leiden. Zij laten zich niet kennen, vinden een sluipweggetje en leveren hun waren op afgesproken plaatsen af. Later vertellen zij honderduit over hun grootse prestaties bij het misleiden van de douaniers. Totdat er in de krant een keer het bericht staat dat onze geachte dorpsgenoot H. te K. betrapt is op het onrechtmatig over de grens brengen van zestig pond bohnenkaffee en door de rechtbank in Arnhem is veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie maanden en een boete van duizend guldens. Op die momenten lachten de commiezen.

          Waarschijnlijk is het u niet eens opgevallen, maar de commies heeft zijn verrekijkertje verkeerd-om. Hij ziet alles heel ver weg en dat schiet ook niet op. Het is een grapje van de kunstenaar die de beelden langs de grens heeft gemaakt. Hij heet Jürgen Ebert en woont in Bocholt. Hij heeft gevoel voor humor.

     






    10-09-2010, 18:00 Geschreven door terra38  
    Reageren (1)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:grens, landsgrens, smokkelen, douane,
    06-09-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZEGELTJES PLAKKEN

    Wij – ik spreek nu even over de Nederlanders als medelandgenoten; over Vlamingen, Walen en Duitstalige Belgen durf ik mij geen oordeel aan te matigen – wij, Nederlanders, zijn niet alleen een volk van kankeraars en criticasters, maar eerst en vooral een volk van plakkers. Niet zozeer in de vorm van sijsjeslijmers en bumperklevers, alhoewel, maar ik zit meer te denken aan onze fobie of manie om bij iedere gelegenheid en in elke supermarkt zegeltjes te willen verzamelen om die later thuis gezellig op een spaarkaart te kunnen plakken. Wij zijn een volk van zegeltjesplakkers. Ontegenzeggelijk.

     

    Weet u overigens wat échte plakkers zijn? Dat zijn, en nu houdt alle ironie even op, armzalige vluchtelingen in Zuid-Afrika die uit buurlanden komen waar het de mensen nóg beroerder gaat. Ze trekken naar ZA, bouwen ergens van afvalhout, golfplaten, plastic en blik een hutje. Wanneer zij erin slagen rook uit een geïmproviseerde schoorsteen te laten opstijgen vóór zonsondergang,  mogen zij blijven wonen. Dat zegt tenminste het heersende recht. Plakkers wonen  met zijn duizenden in plakkerskampen. Als alles meezit is er een lokale overheid die voor stroom en water zorgt.

     

    Er bestaan ook zegeltjes die je niet hoeft te plakken. Ik vond ze bij het opruimen van een oude kast. Het zijn zegeltjes om uit te knippen, het zijn bonkaarten. Van na de oorlog, zegt iedereen die ze kent, toen nog veel spullen op de bon waren. Ze stammen uit de tijd van de distributie. In verband met de heersende schaarste werden de beschikbare goederen eerlijk verdeeld. Een vriendelijke ambtenaar op het distributiekantoor deelde per hoofd van de bevolking de bonnen uit. En in de plaatselijke krant stond welke bon je nodig had om deze week een half pond suiker te kunnen kopen. Ik heb heel lang in de overtuiging geleefd dat bonnen betaalmiddelen waren, maar dat was een misverstand, zei de kruidenier. Het was én én: je moest bonnen inleveren én je moest met geld betalen. In de bonnentijd was ik nog heel jong, maar toen al overtuigd van de gerechtigheid van het systeem. Zonder bonnen zou immers iemand met veel geld alles kunnen weg- en opkopen? Zodat er voor de minder bedeelden niets meer over was? Voor de bonnenwet was ieder gelijk, en zo hoorde het ook.

     

    Op een dag, kort na de oorlog, heeft het bonnennoodlot mijn moeder getroffen. Ma had voor een periode van een maand voor het hele gezin bonnen ingeslagen voor de noodzakelijke boodschappen. Om onverklaarbare redenen is zij toen de hele bonnenvoorraad kwijtgeraakt. Verloren. U begrijpt dat Leiden echt in last was, hoewel we daar niet woonden. Want zonder bonnen was er niets te koop van wat er in de winkel lag, dus dreigden dorst en hongersnood. En ook Pa kon naar zijn geliefde tabak fluiten.

    Met behulp van de vriendelijke distributieambtenaar en mede doordat  (1) Ma bij de plaatselijke dorpsbevolking geen kwaad kon doen en (2) Pa gemeenteambtenaar was, werd er een kleine inzamelingsactie georganiseerd. Iedereen die een bonnetje over had kon dat inleveren bij het distributiekantoor. Aan het eind van de actiedag kon de ambtenaar Ma een complete set bonnen overhandigen. Ma was buitengewoon geroerd door al die vrijgevigheid.

     

    Bonnenacties. Ze bestaan nog steeds. Het zijn nu zegeltjesacties bij de super, waarbij je bij twee halen er drie moet betalen met als compensatie dubbele zegels. Om thuis gezellig op te plakken.

     






    06-09-2010, 22:48 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (1 Stemmen)
    Tags:zegeltjes, plakken, bonnen, bonkaarten, distributie, voedselschaarste
    29-08-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Rampenplan

    Vóórzorgen is een mooi werkwoord, veel mooier dan het overdreven ‘voorzorgsmaatregelen treffen’. Je wilt een zich mogelijk voordoende onheilvolle situatie de baas zijn en daartoe bedenk je in de eerste plaats wat die schrikwekkende situatie wel niet zou kunnen zijn (brand, een ongeval: van zes meter hoogte van de ladder vallen, een natuurcatastrofe, ongenode gasten die drie weken komen logeren) en ten tweede bedenk je voor elk van die noodsituaties een passende reactie, een rampscenario, een rampenplan. Op deze manier proberen we het leed dat de ramp ongetwijfeld met zich mee zal brengen althans enigszins te verzachten.

     

    Een van de sprekendste voorbeelden van rampspoed waarop je je zou kunnen voorbereiden, is brand tengevolge van blikseminslag bij een plaatselijk onweer. Ik herinner mij nog vaag uit mijn kindertijd hoe ons moeder ons bij zwaar onweer uit bed trommelde, en ons vroeg ons aan te kleden. Gekleed en wel zaten wij dan in een verduisterd vertrek de tijdsduur te tellen tussen bliksemflits en bijbehorende, knetterende donderslag. Ergens, wisten wij, stond een klein kistje waar wat geld, trouwboekje en paspoorten, de polis van de brandverzekering, plus de weinige kroonjuwelen van ma in zaten, gereed om meegenomen te worden in geval van nood.

     

    Het typerende van een ramp is dat hij je altijd onverwacht en onvoorbereid treft. Bij het opstellen van een rampenplan en een rampscenario – dat doe je meestal achteraf, in een tijd van rust en vrede, bij het dempen van de put, als het kalf al lang is verdronken – denk je erover na wat er allemaal kan gebeuren en hoe daarop adequaat te reageren. Daarbij heb je verbeeldingskracht nodig, want je kunt natuurlijk niet in werkelijkheid twee tankwagens met uiterst gevaarlijke stoffen op de A26 met elkaar in botsing laten komen. Wat er precies gebeurt bij een échte ramp - zoals een aardbeving, een watersnood of een tsunami - overstijgt onze verbeelding vele malen.

     

    Ik geef toe dat ik heel ambivalent tegenover een rampscenario sta. Daarbij maak ik een onderscheid tussen rampen die óns en welke ánderen kunnen treffen. Een redelijke stem in mij zegt dat het in het laatste geval verstandig is van tevoren na te denken over hoe te handelen bij mogelijke calamiteiten. Ieder redelijk denkend verzorgingstehuis weet wat te doen in het geval dat de bewoners plotseling geëvacueerd moeten worden. Aan de andere kant beweer ik dat, als het jezelf betreft, een rampscenario geen zin heeft:  je kunt onmogelijk op alles voorbereid zijn. En bovendien, in tijden van nood vergeet je alle rationeel bedachte voorzorgsmaatregelen en doe je wat je hart je ingeeft om te doen.

     

    Er komt nog iets bij. Soms denk ik wel eens dat het de goden verzoeken is. Zo’n rampscenario opstellen bedoel ik. Het lijkt wel of de duvel ermee speelt. Heb je net een scenario klaar voor het geval er iets ergs gebeurt, gebeurt dat erge de volgende dag. (Zonder rampscenario, denk je, was er niets gebeurd.)  En een ander voorbeeld: net als het rampscenario na veel wikken en wegen met algemene stemmen is goedgekeurd, gebeurt er een ongeluk waar het verse scenario niet op van toepassing blijkt te zijn. Of waarbij pijnlijk duidelijk wordt dat zaken die er écht toe doen over het hoofd zijn gezien. Dan kun je maar beter helemaal geen rampscenario hebben.

     

    De volgende ochtend vraagt mijn vrouw: “Stel dat er hier brand uitbreekt. Wat zou jij het eerst in veiligheid brengen? Waar denk je aan?” Ik zeg: “Nergens aan, want sinds er geen lucifers meer in huis zijn omdat er niemand meer rookt, is de kans nihil dat er brand uitbreekt.” “Nou,” zegt ze, “ik weet het wel, het eerst moeten de fotoalbums in veiligheid worden gebracht.” “Goed,” besluiten we, “dan is hierbij punt één van ons rampscenario afgehandeld. Wíe voor de albums zorgt als het zover is, dat zien we dán wel.”








    29-08-2010, 12:11 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:rampenplan, rampscenario, thuissituatie, ramp, voorzorgen
    22-08-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.SCHETS

    Wat denkt u dat erger is: (A) van de ladder vallen bij het aardbeien plukken, of (B) onderuit gaan bij het kalverschetsen? Ik zal u een beetje op weg helpen. (A) is een voorbeeldje van absurde humor, dus dat zal het wel niet zijn. (B) daarentegen is ook maar voor een gedeelte waar. Juist is de bewering dat je op weg naar het kalverschetsen onderuit kunt gaan. Want dat is mijn vrouw overkomen, weliswaar jaren geleden maar toch. In een beijzelde, gladde bocht ging ze met haar brommertje onderuit. Gelukkig zonder ernstig nadelige gevolgen.

     

    Tegenwoordig moet iedereen zich kunnen legitimeren, ook de boerderijdieren op het platteland. Daarom dragen ze ook van die afschuwelijke gele oormerken. Binnenkort staat alle informatie digitaal op een ingeplant chipje, dan zijn die gele flappen ook niet meer nodig. Vroeger moest iedere koe of kalf ook al beschikken over een paspoort. En omdat je met een kalfje niet even naar de drogist kunt gaan om een pasfoto te laten maken, maakte mijn vrouw een tekening, een schets. Ze deed dat voor het rundveestamboek of voor de onderlinge veeverzekering. Gewapend met een voorbedrukt formulier (kijkt u maar naar het plaatje beneden)  en tekengereedschap ging ze naar de stal of een weiland om het pasgeboren nieuw leven te portretteren. Op de grove omtrek van het dier op het formulier werd ingetekend wat wit en wat zwart was. Niet tot op de punt en de komma nauwkeurig, en het was ook niet nodig ieder haartje en rimpeltje te kunnen zien, maar wel zo dat je aan de hand van de getekende schets uit een kudde van honderd dieren het betreffende kalf kon herkennen. Dát is ’m, zie je wel!

     

    Een tweede voorbeeld van een schets laat ik u – in één moeite door - hieronder zien. Dat is van een ander, zij het niet minder hoog niveau. Het is ook geen schets in de betekenis die wij er eerder aan gaven als een geschreven stemmingsbeeld waarin niet alle karakters en situaties tot in de puntjes zijn uitgewerkt. Het is ook geen schets in de strikte betekenis: een vluchtige tekening met potlood of houtskoolstift.

    Dit is een ets, meer precies een droge-naald ets. Als u klaar bent met het bewonderen ervan zou u wellicht kunnen opmerken dat zoiets ook in West-Vlaanderen of in de Krimpenerwaard te zien en te schetsen is. De maker heeft het niet over de geografie en beschrijft de ets als opklarend landschap na onweer. Maar wij herkennen ogenblikkelijk het land waar wij wonen en de daarbij horende mentaliteit. Dreigend en somber, op het melancholische af, maar niet zó dat het totaal overheerst. Wij zijn ons bewust van de gevaren die ons omringen, maar altijd zijn er hoopvolle signalen zoals het zonnetje dat door de wolken breekt.  In het midden zien we de geploegde voren zich naar de einder spoeden, waardoor we weten dat de boer klaar is met het winterbed. En in het boerderijtje maakt de boerin voorbereidselen voor de broodmaaltijd in de namiddag: het vier-uur-eten.

    De ets is gemaakt door mijn getalenteerde, kunstzinnige jongste broer. Hij (de ets) hangt al jaren op een opvallende plek in onze woonkamer en hoe langer hij er hangt, hoe mooier hij wordt.






    22-08-2010, 10:59 Geschreven door terra38  
    Reageren (2)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:schetsen, kalveren schetsen, ets, schets,
    25-07-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Soete Suikerbollen


    Wij schrijven het jaar 1949 en ik zit in de vierde klas van de lagere school. Het is vrijdagmiddag: zonder twijfel de fijnste middag van de schoolweek.

    Zo’n vrijdagmiddag begint met tekenen. Niet op losse vellen, maar in een tekenschrift. Meester K. heeft geconstateerd dat mijn tekenschrift – witte bladzijden met zo’n doorschijnend velletje er tussen - tot op de laatste bladzijde en tevens tot in alle hoeken gevuld is en overhandigt mij een nieuw, nadat hij er op de voorkant met vulpen mijn naam op heeft gezet.

     

    Nadat de klas een half uurtje ijverig heeft getekend, wordt er gezongen. Geestelijke en vaderlandse liederen. Soms een liedje over de winter of over varen met een bootje. De betekenis van de gezongen woorden en zinnen ontgaat ons volkomen, maar daar gaat het ook niet om. Wij zitten rechtop met de armen over elkaar en overtreffen elkaar in toonhoogte en volume. Ik kijk gefascineerd naar meester K. die ons begeleidt op zijn viool. Maar pas op! Kinderen op de eerste banken die van plan zijn uit de band te springen, kunnen een mep met de strijkstok tegemoet zien, want meester K. is bij vlagen kort aangebonden. Mijn buurman A. bromt maar wat mee, maar ook voor hem is dit een geslaagd uur. Want meester K. zegt nooit dat hij er niets van kan, wat hij met rekenen en schrijven wel doet.

     

    Plotseling is het zanguurtje voorbij. Meester K. draait de haren van zijn strijkstok losser en legt viool en strijkstok in een zwarte doek en vervolgens in een kist. Dan pakt hij zijn voorleesboek.

     

    Meester K. heeft  een voorliefde voor de boeken van W.G. van der Hulst. Bijvoorbeeld Willem Wijcherts of Jaap Holm en zijn vrienden. Onvergetelijk voel je mee met de arme Jaap wiens vader in deze strenge winter een centje bijverdient als baanveger. Favoriet is de serie In de Soete Suikerbol. Zeven boekjes die het verhaal vertellen van de dikke bollenbakker en zijn magere, dunne vrouw die behept is met een recht-fobie. Alles wat maar een beetje scheef hangt of staat, zet zij recht. Zelfs het wapen van de koning uit het Noorderland dat juist bedoeld is om scheef te hangen.

     

    Sonoor klinkt meester K’s stem door de klas. O, die heerlijke voorleesuren! Zonder twijfel het hoogtepunt van de week: niets te hoeven doen dan te luisteren. En zelfs dan kun je altijd nog je gedachten laten gaan en je eigen verhaal bedenken. Wij laten ons de verhalen van de bakker aanleunen en genieten met volle teugen. Ook de meester geniet. Dat kun je horen aan zijn stem. Hij hoeft ook niet rond te kijken of iedereen wel bij de les is.

     

    Vandaag horen we dat de bakker honderd suikerbollen moet bakken voor de koning. “Zijn bolle wangen glommen van de warmte en van de pret …. En de bollen moesten lekker zijn, zó lekker als hij ze nog nooit gebakken had ….  En hij maakte mooie balletjes deeg klaar, met boter en rozijnen en amandelen en sukade en vanille en nog veel meer lekkers.”

    Langzamerhand, na diverse vrijdagmiddagen, ben ik er achter gekomen wat bollen zijn. Het zijn dingen om te eten. Maar in onze streek is het woord bol als iets om te eten onbekend. Bossche bollen kennen wij niet. Bollen zijn voor ons kleine ronde stammetjes hout. Of mannelijke koeien. Bollen die je kunt eten noemen wij pufferkes.

    De bollenbakker bakt één bol extra. Daarin kneedt de bakker een grote denappel. Die is voor zijn knechtje Louw die een tijdje geleden een hond een stukje worst gegeven heeft waar een steentje in zat. “Louw, we zullen je krijgen!” denkt de bakker. En wij met hem.

      

    Meester K. kijkt even op zijn horloge. Tien voor half vier. Hij merkt dat er net tijd is om dit hoofdstuk uit te lezen. Van der Hulst Sr. is een begenadigd kinderboekenschrijver die precies weet hoe je een hoofdstuk spannend moet afsluiten. Als hij weer een hoofdstuk uit heeft, slaat de meester heel langzaam het voorleesboek dicht. Hij zucht en hetzelfde doen wij. Van spijt. Want nu duurt het weer een volle week tot we weten hoe het verhaal verder gaat.

     







    25-07-2010, 21:18 Geschreven door terra38  
    Reageren (1)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:voorlezen, lagere school, suikerbollen, W.G. van der Hulst, kinderboeken
    06-07-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Familiaire bedgeheimen


    ‘Vanmiddag gaan we met zijn allen naar de fotograaf’ zei mijn moeder. ‘Iedere oom en tante in de familie heeft een prachtig familieportret laten maken. Wij nog  niet, maar vanmiddag is het zover. Hier heb je twee kwartjes voor de kapper en zeg tegen hem dat hij je haar mooi kort knipt.’

     

    Op de eerste foto ziet u het middaglijke resultaat. Pa en Ma en hun vijf kinderen, variërend in de leeftijd van 16 (oudste zus) tot 3 jaar (jongste broer). Ikzelf zit in mijn zwart/wit gestreepte linnen boevenpakje links beneden tussen Pa en hond Johnny. Aan de andere kant van Johnny zit mijn jongere broer.

     

    Lang geleden. Van de zeven mensen op de foto zijn er op het moment dat ik dit schrijf nog drie in leven. Behalve ikzelf mijn jongste broer en mijn jongste zus. Het is een van de weinige foto’s waar we allemaal samen op staan. Zowel mijn vader als ik waren/zijn fanatieke amateurfotografen, maar zoals wel vaker hielden/houden ze er niet zo van zelf gefotografeerd  te worden.

     

    De kinderen op de foto verschilden onderling ongeveer drie tot vier jaar in leeftijd. Weinig, maar u weet dat zoiets in je kinderjaren een mensenleven betekent. Met mijn broers en zussen had ik relatief weinig contact, simpel omdat ze zoveel ouder of jonger waren en hun eigen vriendenkringetje hadden. We konden heel goed met elkaar overweg, maar een hechte broer/zus of broer/broer-relatie was er niet.

     

    Soms werd je wel gedwongen met elkaar contact te hebben en met elkaar op te trekken. Bijvoorbeeld in het laatste jaar van de oorlog toen ons dorp een tijdje in de vuurlinie kwam te liggen en wij ’s nachts in de kelder sliepen. Wij sliepen gevieren – mijn pas geboren jongste broertje was ondergebracht bij de buurvrouw omdat ma ernstig ziek was – enkele nachten in de aardappelkist. Twee aan twee met de benen naar elkaar toe.

     

    Later hadden we elk een eigen slaapplek. Een eigen kamer met een eigen bed. Maar soms sliepen mijn broertje en ik samen in een groot tweepersoonsbed. Dan kwam Ma ons ’s avonds instoppen. Soms vertelde ze een verhaaltje dat wij, omdat ze het zo vaak vertelde, bijna van buiten kenden. Dan liet ze ons een avondgebed bidden – Heer, o houd ook deze nacht over mij getrouw de wacht – en streek ons over onze bol. Ze deed het licht uit en sloot de deur achter zich.

     

    Dan kwam het uur van de bedspelletjes die mijn broer en ik speelden. We gaven elkaar raadsels op. Het is hier in de kamer en het begint met de letter K. Ra, ra, wat is dat? We reciteerden liedjes en gezangen die we van de juffrouw op school uit ons hoofd moesten leren. Of we vertelden elkaar wat we die dag bij aardrijkskunde hadden geleerd. Ik leerde mijn broer welke plaatsen je allemaal in Zeeuws Vlaanderen kon tegenkomen: Oostburg, Sluis, Terneuzen, Hulst, Axel. Dat soort bedspelletjes.

     

    Het favoriete bedspelletje was het noemen van alle kinderen die bij jou in de klas zaten. Zij zaten in houten tweepersoonsbanken, vijf of zes achter elkaar, in drie of vier rijen. De klassen waren erg groot in die dagen.

    En dan begon het noemen van de namen. Tweede rij: vooraan Jan de Braam en Kees Weiland. Daarachter Marietje van de Reisakker en Karla Wetering, daarachter …. Mijn broer probeerde de namen en zitplaatsen van alle kinderen uit mijn klas te noemen en ik deed hetzelfde met zijn klasgenoten. Soms maakten we het erg moeilijk: wie zit er in mijn klas in de derde rij in de vierde bank? Dat was Jan Balijn. Naast hem zat niemand. Hij zat alleen. Die kinderen had je ook.


    -----------


    De tweede foto - technisch niet erg fraai, maar daar gaat het niet om - toont de twee broers enkele jaren later. Wie is wie? U raadt het wel.


     





    06-07-2010, 00:00 Geschreven door terra38  
    Reageren (2)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:jeugdherinnering, familieverhaal
    21-06-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Foto met tekst - tekst met foto

    Een tekst plus een foto, een foto plus een tekst. Zo zit dit blog in elkaar. Vanaf het eerste begin. Plaatje(s) en verhaal horen bij elkaar en ondersteunen elkaar. Ze hebben ook afzonderlijk wel recht van bestaan, maar het geheel is méér dan som van de delen, ook hier, ook nu.

     

    Onlangs kreeg ik een mailtje van een mij onbekende mevrouw O. uit Rotterdam die mij vroeg of zij enkele van mijn foto’s mocht gebruiken voor een publicatie. Het betrof een halfjaarlijkse periodiek van het Erasmus Medisch Centrum Rotterdam. Bij een artikel over arterieel vaatlijden – pijn veroorzaakt door aderverkalking c.q. vernauwing van de slagaders in de benen – paste een door mij gemaakte foto. Als u even naar beneden scrolt, kunt u zien om welke foto het ging. De bovenste van de vier foto's was het.

     

    Dit is een simpel rabarberblad. De inderdaad op bloedvaten lijkende nerven hebben een extra accent gekregen omdat ze aan de ene kant door de zon worden beschenen en aan de andere kant door mij zijn gefotografeerd. Kijkt u maar wat er gebeurt wanneer er aan het plaatje een tekst wordt toegevoegd.

     

    Van zo’n foto heb je dus dubbel plezier. De eerste keer wanneer je wijsvinger de afdrukknop van je camera beroert. (Ik kan niet zonder een ouderwetse zoeker en gebruik nooit het lcd-schermpje en ik verbeeld mij dat ik al bij het nemen van de foto weet of de foto gelukt is of niet.) De tweede keer plezier heb je wanneer je het Erasmus MC-boekje openslaat en op de pagina’s 4 en 5 je eigen foto’s vergezeld ziet van een passende tekst. Ik denk dat zowel foto’s als teksten er op vooruitgegaan zijn.

     

    Wilt u nog een voorbeeld zien van een geslaagde combinatie? Ik fotografeerde vlierbessen-zonder-bessen in een doorschijnende plastic kom (foto 3). Een paar resterende bessen maken het beeld spannend. Ook deze foto is door het Erasmus MC gebruikt in de publicatie. Hieronder (foto 4) te zien.  

     

     

    Bron: Koers ‘013 – Erasmus MC-paden, lente 2010.



     










    21-06-2010, 00:00 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Tags:Erasmus Medisch Centrum Rotterdam, periodiek, Koers '013
    12-06-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Op je rug

    Sommigen slapen bijna bewegingloos, anderen zijn complete draaitollen. Zelf behoor ik tot de eerste soort. Dat is al van jongs af aan zo. ‘Stop hem ’s avonds in een netjes opgemaakt bed,’ zei mijn moeder wel eens, ‘als hij er de volgende morgen uit komt, lijkt het of het bed onbeslapen is. De dekens netjes ingestopt en bijna geen plooitje in het laken.’ Toch schijnen wij in onze slaap niet alleen van gedachten, maar ook van houding te veranderen.

    Heel vroeger sliep ik het liefst op mijn rug. Maar sinds mijn bedgenote mij een fikse por geeft als ik weer eens ruggelings lig te snurken en de meest schrikaanjagende keelgeluiden produceer, draai ik bij. Ik bedoel: opzij, meestal op mijn rechter.

     

    Weet u wat een niet uit je geheugen te wissen fantastische ervaring is? Buiten in het ruige veld, niet gehinderd door welke moderniteit dan ook, op je rug in het gras te liggen met zo’n sappig grassprietje tussen je kiezen. En dan maar kijken naar de wolken die voortdurend voor veranderende vergezichten zorgen. Op je rug, dat is in dit verband een bijna overbodige opmerking. Want hebt u ooit iemand gezien die lekker op zijn linkerzij in het gras naar de wolken lag te kijken?

     

    Slapen op je rug onder de vrije hemel in het open veld heb ik geleerd tijdens mijn grandioze carrière in ’s lands wapenrok, in militaire dienst dus. ‘Ik zal jullie zandhazen, infanteristen, wel eens even leren hoe je buiten slaapt.’ Ik hoor het de sergeant-instructeur nog zeggen. ‘Eerst zoek je een mooi plekje uit. Tamelijk vlak en ietwat zanderig, hoewel een beetje begroeiing geen kwaad kan. Dan ga je op je rug liggen. Beweeg nu heen en weer (schuiken in het Achterhoeks) en maak aldus zeven ondiepe, passende gaten in het zand. Twee voor je hakken, twee voor je billen, twee voor je schouderbladen en één voor je hoofd. Dat doe je om ervoor te zorgen dat zoveel mogelijk lichaamsdelen ondersteund worden.  Je moet als het ware voelen dat de aarde je héle lichaam draagt. Na al dat gevoel pak je een grondzeiltje en legt dat over de uithollingen overdwars. Waarna je tenslotte gehuld in een dekentje in de gaten gaat liggen. Het vergt enige oefening, maar je slaapt als een roos.

     






    12-06-2010, 21:35 Geschreven door terra38  
    Reageren (1)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Tags:slapen, ruggelings, slapen-op-de-grond, wolken
    05-06-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Jij zegt mijn tekenleraar

    jij zegt mijn tekenleraar

     

     

     

    jij zegt mijn tekenleraar -

    de derde klas van de kweekschool te D.

    waar je wordt opgeleid tot schoolmeester -

    heeft zich verzameld in het tekenlokaal

    via een witbetonnen trap naar de eerste verdieping

    de laatste twee lesuren

    van een troosteloze novemberdag

     


    gemelijk en balorig – woorden vol onbegrip

    zeggen hoe wij ons voelen

    op een kluitje voor het raam

    mijn vriend P. duwt mij tegen een meisje aan

    ik voel haar zachte lichaam

    vlammen in mijn hoofd

     

    vóór en achter brede ramen die

    uitzien op straat en sportveld

    regen doet kinderkopjes glimmen

    ’s zomers lekker lui liggen in het gras

     

    aan de linkerkant een rij borden

    borden schoolborden schrijfborden nieuwe borden

    niet reinigen met water

    staat er geschreven

    krijt krijtstof  knakkende brekende pijpjes krijt

    wie ooit zo heeft leren schrijven heeft

    voor eeuwig een krijtsmaak in de mond

    rechts de kasten materialen

    verf tubes tubesverf plakkaat kwast penseel

    wasco wasco wasco wasco wasco wasco

    stapels tekenpapier – wit wit wit wit

    vóór de kast een toonbank

     

    jij zegt mijn tekenleraar -

    meneer P. geeft les in tekenen en wiskunde

    zijn voornaam is ondenkbaar

    hoe noemt zijn vrouw hem

    als hij thuis komt – als hij ooit thuis komt

     

    meneer P. strijkt behoedzaam langs zijn snor

    een snor zorgt voor raadsel en afstand

    vandaag een vrije opdracht schilderen

    zegt meneer P.

    geef maar een echte opdracht

    denkt mijn vriend P. (dezelfde die duwt)

    gemakkelijker te begrijpen gemakkelijker te doen


    verf komt tevoorschijn – penselen spoelpotten

    met water dat steeds dezelfde kleur krijgt

    wat je ook schildert

    vellen wit papier verzetten zich

    tegen bedekkende verflagen

    ik schilder: lijnen wendingen lagen

    kleur naast kleur naast lijn naast vorm

    het is maar goed dat mijn hand de weg weet

    mijn hoofd is er niet bij

     

    jij zegt mijn tekenleraar -

    wij staan met ons allen voor het raam

    regen slaat tegen de ruiten

    het laatste halve uur gaat nooit voorbij

    aan de overkant steekt een vrouw de lamp aan

    en schuift het gordijn dicht

     

    mijn ogen volgen druppels die meanderen

    van boven naar beneden binnen en buiten

    ik denk aan de terugweg: twintig kilometer fietsen

    met regen en wind in de rug

     

    tekeningen op de toonbank al krullend drogend

    wij staan verzameld rond meneer P.  hij

    bespreekt wat geschilderd is hij

    hij heeft voor ieder een goed woord hij

    hij kijkt naar mijn kleuren mijn lijnen mijn vormen en zegt

    jij

    jij wordt nog eens een dichter

     





    05-06-2010, 21:01 Geschreven door terra38  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Tags:gedicht kweekschool opleiding tekenles leraar
    Archief per week
  • 05/04-11/04 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 23/11-29/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 29/06-05/07 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 25/11-01/12 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 10/09-16/09 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 11/12-17/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 07/12-13/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 31/12-06/01 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 02/09-08/09 2013
  • 19/08-25/08 2013
  • 12/08-18/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 06/02-12/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 23/01-29/01 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 26/12-01/01 2012
  • 12/12-18/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 05/09-11/09 2011
  • 29/08-04/09 2011
  • 22/08-28/08 2011
  • 08/08-14/08 2011
  • 01/08-07/08 2011
  • 25/07-31/07 2011
  • 18/07-24/07 2011
  • 11/07-17/07 2011
  • 04/07-10/07 2011
  • 27/06-03/07 2011
  • 20/06-26/06 2011
  • 13/06-19/06 2011
  • 30/05-05/06 2011
  • 23/05-29/05 2011
  • 09/05-15/05 2011
  • 02/05-08/05 2011
  • 25/04-01/05 2011
  • 11/04-17/04 2011
  • 04/04-10/04 2011
  • 28/03-03/04 2011
  • 21/03-27/03 2011
  • 14/03-20/03 2011
  • 28/02-06/03 2011
  • 21/02-27/02 2011
  • 14/02-20/02 2011
  • 31/01-06/02 2011
  • 24/01-30/01 2011
  • 17/01-23/01 2011
  • 10/01-16/01 2011
  • 03/01-09/01 2011
  • 20/12-26/12 2010
  • 22/11-28/11 2010
  • 15/11-21/11 2010
  • 25/10-31/10 2010
  • 18/10-24/10 2010
  • 04/10-10/10 2010
  • 27/09-03/10 2010
  • 13/09-19/09 2010
  • 06/09-12/09 2010
  • 23/08-29/08 2010
  • 16/08-22/08 2010
  • 19/07-25/07 2010
  • 05/07-11/07 2010
  • 21/06-27/06 2010
  • 07/06-13/06 2010
  • 31/05-06/06 2010
  • 24/05-30/05 2010
  • 17/05-23/05 2010
  • 03/05-09/05 2010
  • 26/04-02/05 2010
  • 19/04-25/04 2010
  • 12/04-18/04 2010
  • 05/04-11/04 2010
  • 29/03-04/04 2010
  • 22/03-28/03 2010
  • 15/03-21/03 2010
  • 08/03-14/03 2010
  • 01/03-07/03 2010
  • 22/02-28/02 2010
  • 15/02-21/02 2010
  • 08/02-14/02 2010
  • 01/02-07/02 2010
  • 25/01-31/01 2010
  • 18/01-24/01 2010
  • 11/01-17/01 2010
  • 28/12-03/01 2016
  • 14/12-20/12 2009
  • 23/11-29/11 2009
  • 09/11-15/11 2009
  • 02/11-08/11 2009
  • 19/10-25/10 2009
  • 05/10-11/10 2009
  • 28/09-04/10 2009
  • 14/09-20/09 2009
  • 07/09-13/09 2009
  • 24/08-30/08 2009
  • 17/08-23/08 2009
  • 10/08-16/08 2009
  • 03/08-09/08 2009
  • 20/07-26/07 2009
  • 13/07-19/07 2009
  • 06/07-12/07 2009
  • 29/06-05/07 2009
  • 15/06-21/06 2009
  • 08/06-14/06 2009
  • 25/05-31/05 2009
  • 11/05-17/05 2009
  • 20/04-26/04 2009
  • 06/04-12/04 2009
  • 30/03-05/04 2009
  • 23/03-29/03 2009
  • 09/03-15/03 2009
  • 02/03-08/03 2009
  • 23/02-01/03 2009
  • 16/02-22/02 2009
  • 09/02-15/02 2009
  • 02/02-08/02 2009

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Zoeken in blog



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs