Ipomoea is
de prachtige Latijnse naam voor deze eenjarige bloeier. Wij zeggen eenvoudig:
winde of blauwe winde. Soms zie je geheel witte. En dan zeggen wij in het
verborgene, besmuikt achter onze hand, in het achterhoeks, omdat wij ons voor
het woord schamen: pispötjes. Je hebt ze in verschillende kleuren, ook in rood
bijvoorbeeld. Welke kleur ook, de winde slingert zich rechtsdraaiend omhoog
langs verticale stokken en palen en verblijdt ons met de meest fantastische
bloemen.
De blauwe winde is naar mijn bescheiden opvatting de mooiste bloem die
er bestaat. U mag daar anders over denken, maar over sommige smaken valt niet
te twisten. Het is niet alleen de kleur die deze bloem haar allure geeft. Het
is ook niet de bloemvorm: kroon- en kelkbladen. Buitengewoon fraai, dat wel,
maar niet exceptioneel.
Het is het onuitsprekelijke
wit dat zich in de bloemkelk rondom stamper en stempel ophoudt. Letterlijk
oogverblindend. Het laat zich ook niet in een plat vlak vangen. Als je de bloem
fotografeert, kun je moeilijk scherpstellen op het witte innerlijk. Het is
ongrijpbaar. En tegelijk onbegrijpbaar.
In een bijbels
scheppingsverhaal staat beschreven wat er het éérst geschapen werd. In het
allereerste begin was de aarde aardedonker, woest en ledig, maar plotseling
klonk het en wás het er: het licht. Maar de vraag rijst meteen, waar kwam dat
licht dan vandaan?
Ja, nú weten wij het. Want de
wetenschap staat voor niets. Het licht stamt uit het binnenste van de blauwe
winde. Dat is de bakermat waar alle golflengten samenkomen in een alles
omvattende witte gloed. In het Engels heet zij Heavenly Blue en ook dat kan
geen toeval zijn. Hemels witblauw, dát is het. Het windt zich in alle
richtingen hemelwaarts.


|