Ik ben Bart Bonne
Ik ben een man en woon in Las Palmas (Gran Canaria-Spanje) en mijn beroep is mountainbikegids.
Ik ben geboren op 08/11/1974 en ben nu dus 50 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: wielrennen,metal,voetbal (Anderlecht).
Nauwelijks twintig uur op Belgische bodem en daar sta je dan..., eindelijk nog eens aan de start van een wielerwedstrijd in Hemelveerdegem. (Of all places...) De terugreis uit Lanzarote verliep niet direct zoals ik gehoopt had. Vooral het inschepen van de valiezen verliep nou niet bepaald lekker. Aangezien ik voor de eerste keer met Ryanair vloog en zij nogal streng toezien op het gewicht van de valiezen, moest ik in 'Lanzarote airport' hemel en aarde verzetten om net niet boven het maximum toegestane gewicht van handbagage (10Kg), gewone bagage (15Kg) en fietsvalies (20Kg) te komen. Groot was dan ook mijn frustratie toen ik voor het inchecken (voor één keer was ik nu eens ruimschoots op tijd...) mijn fiets- en gewone valies woog, en ze respectievelijk 25 en 16 Kg bevatten. Ik had slechts 8 kilo handbage, dus worstelde ik nog steeds met de vraag: "Hoe laat ik 4 kilo verdwijnen in één uur?" Houdini, of voor mijn part Andras Pandy zouden hier ongetwijfeld raad mee weten, maar daar had ik uiteraard geen flikker aan! Ik spurtte met mijn valiezen terug naar de uitgang, kon nog net María tegenhouden, en gooide haar wat kledij uit mijn bagage toe. (Voornamelijk shorts en T-shirts, dacht van die in Helgië toch niet nodig te hebben...) Na enkele wegingen, en wat gehannes en gewissel met kledingstukken en fietsonderdelen die van de ene valies in de andere verdwijnen, sta ik (met ondertussen al een hoofd als een overrijpe tomaat) nog steeds te worstelen met enkele kilo's 'overgewicht.' Ondertussen is het ook al drukker geworden in de luchthaven, en voel ik de spottende blikken van een kudde Engelse toeristen, die terugkeren naar hun 'shity island,' priemen in mijn nek. Mij een zorg. De meesten zien eruit alsof ze nog nooit de binnenkant van een fitnessruimte gezien hebben, laat staan op een fiets gezeten. Hun grootste bekommernis de afgelopen week bestond er ongetwijfeld uit om zo snel mogelijk dronken, verbrand, sch*tlazarus en weer verbrand te worden. Een opdracht waar de meesten duidelijk in waren geslaagd met grote onderscheiding.
Om toch maar aan het gewenste gewicht te komen moet ik (met pijn in het hart) een tiental bidons die ik gekregen heb tijdens de Ironman in een vuilbak achterlaten, mijn short voor een lange jeansbroek ruilen, twee T-shirts boven elkaar trekken, een winterpull rond mijn middel binden, een fleecebody aandoen en allerhande spullen (camera, MP4,...) in mijn zakken proppen. Na deze geslaagde onderneming word ik op het vliegtuig echter begroet door een flink uit de kluiten gewassen stewardess, in een pakje dat ongetwijfeld drie maten te klein is en die vast en zeker het podium zou halen in een miss maxi verkiezing. Nu, het kind kan er waarschijnlijk ook niet aan doen, en ik vind niet dat zwaarlijvige mensen meer moeten betalen op een vliegtuig, maar zorg er dan als vliegtuigmaatschappij godverdomme voor dat zo'n fietskoffer twee kilo meer mag wegen. Dit zou ongetwijfeld veel ellende uit de wereld helpen! Amper bekomen van de situatie, krijg ik bij het binnengluren van de cockpit de schrik van mijn leven! De piloot lijkt namelijk als twee druppels water op Jo Planckaert! Zenuwachtig wurm ik me op een passagiersstoel en ben pas gekalmeerd als ik de piloot in onvervalst 'posh Oxford English' de stewards hoor toespreken vlak voor het opstijgen. Hierin hoor ik bitter weinig Nevels' dialect, dus vermoed ik dat het de ex-coureur wel niet zal zijn. Eenmaal geland in Charleroi rep ik me, gepakt en zwetend als een ezel met hoefpijn naar de bushalte, waar ik in een mix van Frans en Spaans de juiste bus probeer te vinden naar het station. De derde buschaffeur die ik aanspreek begrijpt m'n gebrabbel (mijn Frans is blijkbaar echt abominabel geworden) en brengt me naar het station. Daar aangekomen sleur ik zwetend mijn zware koffers boven naar perron 1, tot een krakende stem door de eeuwenoude luidsprekers klinkt: "Changement de voi. Le train a destination Bruxelles..." Grrrr. Welkom in Helgië! Met de loden koffers dus opnieuw de trappen af en op, en als overmaat van ramp kom ik in Brussel-Zuid krék hetzelfde tegen, met nog eens veertig minuten vertraging erbovenop! Gelukkig verliep de rest van de terugreis zonder problemen, maar dit belette niet dat ik toch tamelijk uitgeblust aan de start in Hemelveerdegem verscheen. (Aja, want dit ging hier eigenlijk een verslagje van die wedstrijd worden...) Om een lang verhaal kort te maken: ik had zeker geen superbenen, maar echt slecht was ik ook niet. Op een kleine drie kilometer voor de aankomst vraagt Joost nog om een gaatje te dichten op twee ontsnapte renners, en ik krijg het warempel nog toe ook. Er waren voordien wel al een dozijn renners voorop, en daarom sprint ik niet echt meer mee voor de ereplaatsen.
62 Km. in 1h.31' 40,5 Gem. 23/39 Max. hartslag: 195 Gem. hartslag: 169
Momenteel geniet ik hier van mijn laatste dagen op Lanzarote. Ik heb namelijk voor het eerst in mijn leven een wintersportvakantie geboekt: twee maanden koersen in Helgië in juli en augustus... Als het weer echter zo´n typische Belgische zomer dreigt te worden, waarbij de hemelsluizen om de twee dagen opengaan, zal ik echter vlug mijn "annulatieverzekering" aanspreken. Ondanks het goed zal doen om familie en vrienden terug te zien, zal ik dit eiland en alles er omheen wel missen. Op twee dingen na: die enerverende Alisios wind en de Spaanse TV. Ik weet het. In vorig item op dit blog heb ik er jullie ook al mee verveeld, maar het is sterker dan mezelf! Een passend voorbeeld is het enerverend namiddagprogramma "Salva me." Daarbij worden telkens enkele randfiguren (lees: randdebielen) uit de Spaanse media opgevoerd, en tegen elkaar opgezet in een talkshow, geleid door een nicht van de zuiverste soort. Meestal ontaardt dit in een ordinaire scheldpartij, die op dat uur van de dag allesbehalve geschikt is voor jeugdige kijkers. Neem nu iemand zoals Belén Esteban. Wereldberoemd in Spanje en omstreken, en dit enkel door het feit dat ze een decennium geleden eens iets gehad heeft met een toreador, die nog nooit door een potige stier tussen het kruis was gestoken, want het domme wicht wierp negen maanden later de vrucht van hun gezamenlijke coöperatie. (En als dit laatste geen pleonasme is, weet ik het ook niet meer.) Naast haar ranke bek en IQ, dat op zijn zachts gezegd serieus onder dat van de modale Spaanse medemens ligt, is aan haar lichaam zowat alles al eens opgepompt, uitgerokken en opgevuld! Desondanks is ze razend populair, en heeft ze ondertussen toch ook maar mooi deze blog gehaald... Shame on me!
Wat me ook serieus tegen de borst stuit hier, is de overvloed van reclameboodschappen tijdens sportwedstrijden. Nu, met eerst de Giro, de Dauphiné Liberé en recent nog de Ronde van Zwitserland mocht ik echt niet mopperen over het aanbod. Wat ik iets minder geslaagd vond, was dat ze enkele kilometers voor de aankomst eruit gingen voor...jawel: reclame! In België zou de desbetreffende ezel die hiervoor verantwoordelijk is, simpelweg gevierendeeld worden. Stel je de komende sprintersetappes in de Tour voor: het peloton raast met 65 km per uur over rotondes en door wegversmallingen, de treintjes van HTC-Columbia, Garmin en Quick Step worden gevormd, en dan hoor je plots de nasale stem van Michel Wuyts, die platonisch aankondigd dat we er even uitgaan voor reclame...! Waanzin! Wel, hier kan dit dus allemaal. Tijdens voetbalwedstrijden worden we hiermee nog niet verveeld, maar lang kan dit niet meer duren, vooraleer koning voetbal ook hier ten prooi valt aan de platte commercie. Hopelijk heb ik ze hiermee niet op een idee gebracht.
De wereldbeker voetbal is nog maar eens van start gegaan zonder de Belgen, maar hierover uitwijden zou in een eindeloze klaagzang uitmonden, waarbij de conclusie ongetwijfeld luidt: "Dat het vroeger allemaal beter was..." "En dat die jonge generatie veel te vet betaald wordt!" Etcetera, etcetera... Nee, laat ik het dan liever eens hebben over de Spaanse televisiezenders! Ik die dacht van hier dagelijks, achterovergezakt in mijn zetel enkele WK-wedstrijden te bekijken, kwam bedrogen uit. Blijkt dat Canal+ de rechten heeft voor alle wedstrijden, behalve de openingsmatch, de wedstrijden van de Spaanse nationale elf en de finale. Gelukkig biedt mijn stamcafé "Casa Paco" in Arrieta hier de oplossing, zodat ondergetekende regelmatig te vinden is in deze gezellige bar, waar hij samen met twee man en een paardekop de wedstrijden kan volgen op een groot scherm. De doorsnee Lanzaroteen loopt dus nog niet direct enthousiast voor dit evenement. Nochtans heeft de uitbater er alles aan gedaan om meer klanten te lokken. Tijdens de wedstrijden betaal je voor een pint amper één Euro, en voor een halve liter gerstrijk vocht slechts 1,80 Euro! Nog een geluk dat ik geen fervente bierdrinker ben, of uw dienaar waggelde hier elke avond straalbezopen naar huis. Afgezien van het WK, is er aan voetbal trouwens geen gebrek op de Spaanse kabel. Zo kan je practisch elk weekend live meemaken, hoe Union Deportivo Las Palmas zich elke wedstrijd meer en meer in de knoei brengt, en steeds verder afzakt naar de bodem van Segunda A. (Spaanse Tweede Klasse.) Twee weken terug zonden ze ook de eindstrijd uit van de "Copa del Reina," dit is de voetbalbeker voor Spaanse vrouwenploegen, en we kregen alles voorgeschoteld vanaf de halve finales. Ik had het (on) geluk van de eerste halve finale te kunnen aanschouwen tussen Barcelona en Español. Nou, daar wordt een mens ook niet bepaald vrolijk van! Net zoals bij de meeste mannenwedstrijden werd er hard getackeld, gespuwd, geschoffeld en geschopt dat het een lieve lust was. Ik zag 22 "Dolle Mina' s" die met het mes tussen de tanden de groene arena betraden, met maar één doel voor ogen: "Gij passeert mij niet, trut!" Helaas bleken er op de koop toe (geheel volgens de cliché ´s van het vrouwenvoetbal) heel wat manwijven tussen te zitten. Zo ben ik er rotsvast van overtuigd, dat de voorstopster van Barcelona niemand minder was dan de broer van Carlos Puyol! Hetzelfde halflang krullend haar, een boeventronie en benen die opgetrokken zijn uit een legering van titanium en roestvrij staal! Nee, die "meid" kom je liever niet tegen als spits van de concurrerende ploeg, laat staan ergens in een doodlopend desolaat steegje in het halfduister... Tot mijn grote opluchting werden er op het einde van de partij geen truitjes gewisseld. Español won met 1-0, en versloeg in de finale Rayo Vallecano met 3-1.
Ik ben nog even in mijn archieven gedoken en stuitte op dit filmpje van begin januari, waarbij ik de bochtige afdaling gefilmd heb van de verbindingsweg tussen San Bartolomé de Tirajana en Fataga (GC-60) op Gran Canaria. Nu ik nog enkele weken competitieloos blijf, moet ik regelmatig zoeken en puzzelen om hier een konijn uit 'mijnen' hoed te toveren, maar wees gerust. Aangezien mijn camera al vijf (!) weken voor herstelling binnen is, zal dit wellicht het laatste afdalingsfilmpje zijn waarmee ik jullie kan vervelen. Ik hoop van mijn "speelgoedje" alvast terug te hebben tegen 29 juni, want dan heb ik mijn "Ticket to Hell" geboekt: een (voorlopig) enkele reis richting Helgië. Vanaf dan ga ik ook zo vlug mogelijk in competitie treden, om het harde, eenzame trainingswerk hier te verzilveren met een verre ereplaats. (Een plaats bij de eerste dertig is mogelijk, bij een goeie en slechte dag van de anderen zit er misschien zelfs een top twintig in...) Man man, koers...,wat een ellende! Ik had gehoopt van komend weekend nog eens richting Gran Canaria te trekken, voor de "XVI Vuelta a Gran Canaria" (voor de niet-Spaanstaligen onder jullie: dit is geen pensenkermis of sjoelbakcompetitie, maar een tweedaagse wielerronde op het betreffende eiland), maar op het laatste moment hebben de heren van de Canarische wielerbond beslist om het hele zootje te verplaatsen naar half juli! Dit wellicht om de concurrentie met de Tour aan te gaan... In alle geval mag ondergetekende, ipv wat competitieritme op te doen, nog drie weken trainingskilometers wegtrappen onder een stralende zon. En ik hoop voor jullie uiteraard hetzelfde!
De dorstigen laven is een werk van barmhartigheid, maar geen enkele toerist die me hier in een huurwagen voorbijscheurd, heeft door dat ik langzaam begin te dehydreren. Nu ja, het is mijn eigen schuld natuurlijk, want ik wou kost wat kost met zo weinig mogelijk ballast aan de vijf kilometer lange klim door het park van Timanfaya beginnen. Nu zie ik me genoodzaakt om een klein ommetje te maken richting Yaiza, om m´n vochtreserves weer op peil te brengen. Op elke beklimming die ik vandaag voor de wielen geschoven krijg, staat de wind natuurlijk pal op kop. Ik heb ondertussen al ruim 100 kilometer afgelegd en spreek m´n MP4 aan voor wat muzikale afleiding. Het eerste nummer dat door mijn oortjes knalt is "The Sun no Longer Rises" van Immortal. Na reeds vier uur onder een loden zon gepeddeld te hebben, komt dit nummer vrij surrealistisch over... Eenmaal het park van Timanfaya door blijft het constant beuken tegen de wind. Via Tinajo en La Santa hou ik halt aan mijn vaste stopplaats in Soo, en verslind zowat het halve rek van de koekjesafdeling in het plaatselijke kruidenierswinkeltje. Dat had ik misschien beter niet gedaan, want amper terug op de fiets beginnen mijn darmen nogal heftig te protesteren. Ik krijg last van hevige krampen en moet dringend een sanitaire stop maken of het komt niet goed. Uitgerekend vandaag is de enigste bar van het dorp gesloten! "Abierto cada dia, excepto el jueves 20 de Mayo." Grrrr, sh*t...!" Soo, beste vrienden, is een gehucht van amper 200 zielen, maar op dit middaguur zie je natuurlijk geen levende ziel op straat. De meesten liggen wellicht te ronken tegen de sterren op, want de siesta hier is nog iets heiligs. Je kan dan ook moeilijk bij een willekeurig huis aanbellen en vragen om eens goed te... Enfin, je begrijpt wel wat ik bedoel. In de wijde natuur dan maar. Tussen Soo en Caleta de Famara sla ik een klein aardewegje in, bestudeer uitgebreid de windrichting en leg mijn eh... colletje van vierde categorie. Als een konijn mag k*kken in de vrije natuur, dan mag ik dat toch verdomme ook wel zeker? Meteen weet ik ook weer waarom ik telkens enkele papieren zakdoekjes bij me heb. Lang leve de uitvinder van de papieren zakdoekjes! Na dit oponthoud komt het echte werk eraan, want via Teguise vat ik de klim aan naar Mirador de Haría. De afstand laat zich voelen, want ondanks ik nog maar veertig kilometer af te werken heb, zijn dit (op uitzondering van de tien laatste) de zwaarste. Hoe hoger ik klim, hoe meer wind en wolken mijn pad kruisen. Deze puist is godver slechts 671m hoog, maar hij krijgt warempel de capsones van een heuse alpencol. Ik hijs me naar boven, maar in de afdaling staat er me een onaangename verrassing te wachten. In de open vlakte waai ik bijna van m´n vehikel en de rukwinden stuwen donkergrijze wolken tegen de bergwand. Precies of ik ben plots in het oog van een tornado beland. Ik kan mijn fiets amper onder controle houden, en in de bochten klik ik veiligheidshalve m´n voeten uit de pedalen. De ezel die hier met hoge velgwielen passeert, vliegt vast en zeker het decor in! Eenmaal beneden in Haría zijn de wolken weer verdwenen, en wacht me ietsje verder het steilste stuk van de omloop. Een korte, maar enorme pittig bult doet me amper vooruitkomen. Ik rij nu zelfs zo traag, dat de hagedissen langs de kant van de weg me dreigen voorbij te kruipen! Na zes en een half uur fietsen wacht me na een korte afzink de laatste klim van de dag, Mirador del Río. (Het was hier dat Marc Hermans in 2002 zijn onfortuinlijke val maakte, waardoor hij in een rolstoel belandde.) Met het laatste restje kracht dat nog in m´n uitgemergeld lijf schuilt, duw en trek ik me naar boven, waar me naast een prachtig uitzicht op de top, enkel nog een afdaling wacht tot Arrieta. Na bijna 190 kilometer en zeven uur fietsen, kan ik na een heerlijke douche en uitgebreide schranspartij eindelijk languit in de zetel ploffen. Het parcours van de afsluitende marathon verkennen zal voor een ander keertje zijn...
Zaterdag won de Spanjaard Eneko Llanos de Ironman hier op Lanzarote ( tweede was Bert Jammaer ), maar drie dagen geleden, wou ik wel eens aan den lijve ondervinden wat 180 kilometer fietsen, met 2500 hoogtemeters aan lijf en leden aanricht. Wat ik echter nog het meest vreesde, zijn de verschrikkelijke Alisioswinden die hier verwoestend kunnen uithalen, en die vooral de laatste uren van m 'n tocht in het nadeel zullen föhnen. Het blijft me trouwens een raadsel waar die allesvernietigende passaatwind vandaan blijft komen. Om jullie een idee te geven van de kracht: Met een beetje meeval acht ik het niet uitgesloten dat je verdomme éénrichtingsbadminton kan spelen, met iemand in het noorden van Gran Canaria! Maar goed. Op een voor mij onooglijk vroeg startuur begin ik in thuisbasis Arrieta aan mijn calvarietocht, die me langs de meeste uithoeken van het vulkaaneiland zal voeren. De benen voelen niet direct super aan, maar ik ben dan ook een "diesel eerste klas," die niet zelden na twee uur het juiste ritme vind. ( Om nog eens twee uur later uitgeput tussen de touwen te hangen, omdat ik in mijn enthousiasme enig proviand vergeet in te slaan...) Dit mag me vandaag zeker niet overkomen, dus steek ik geregeld ( in het begin wel met enige tegenzin en walgneigingen ) iets achter de kiezen. Na een kleine twee uur bereik ik Puerto del Carmen, waar de start en aankomst van de Ironman is, maar één of andere aap heeft hier waarschijnlijk een pijl geschoept, want ik rij enkele kilometers verloren. Tientallen triatleten zijn zich hier aan het losrijden, en krijgen applaus van de vele wandelaars die langs de boulevard paraderen. Zo ook ondergetekende, en voor het eerst schaam ik me een beetje omdat ik maar een coureurke ben van het achtendertigste knoopsgat. Bij het verlaten van de badplaats heb ik zestig kilometer, dus zit één derde van m'n tocht er al op. Ik vier dit met een banaan en een halve suikerwafel. Een geut lauwe aquarius maakt de feestmaaltijd compleet... Op de grote brede weg richting Yaiza wemelt het opnieuw van de triatleten, en ik krijg het gezelschap van een Spaans exemplaar met benen als staalkabels. We nemen elk om beurt een kilometer voor onze rekening, maar m´n gezel gaat nogal tamelijk hard tekeer. Ondanks ik vandaag niet in het rood wil rijden, flirt mijn hartslag al met de grens van de 185. Beseft die kerel wel dat hij overmorgen wedstrijd heeft? Vijftien kilometer verder scheiden onze wegen, en rij ik verder in zuidwestelijke richting langs het prachtige "El Hervideros" (de kokenden). Dit mag je ondertussen letterlijk beginnen te nemen, want het kwik loopt op tot dertig graden, en er is geen wolkje aan de lucht. "That´s the way we like it," maar ik merk hierdoor weer veel te laat dat m´n bidons dringend bijgevuld moeten worden...
Later deze week het vervolg, met een antwoord op de vraag wat kruipende hagedissen, tornados en wildkakken met elkaar gemeen hebben...
Op onderstaande link vind je een filmpje van de Waalse Pijl. We zijn nu bijna een maand later, dus vooraleer dit kleinnood gedateerd is (voor zover het dat al niet is) heb ik het dus maar vlug op mijn blog gegooid. Het betreft de doortocht van het peloton op de Cote du Ben Ahin, een twintigtal kilometer voor de aankomst.
Aanstaande zaterdag staat Lanzarote in rep en roer, want dan vind hier voor de 19e keer de Ironman triatlon plaats. Toen ik vorige week een landgenoot tegenkwam, die voor dit evenement aan het trainen was, moest ik ontkennend antwoorden op de vraag of ik al eens het volledige fietstraject van de "Ijzeren Man" had afgewerkt. Dit kan niet zijn natuurlijk, dus daarom ga ik deze week eens de volledige 180 kilometer afhaspellen, en een verslagje neerposten op deze blog. Sinds dit weekend staat de volledige omloop met grote gele borden uitgepijld, zodat zelfs een halve blinde met glaucoom moeiteloos de juiste richting zou weten te vinden. Schrik dus vooral niet als ondergetekende hopeloos verloren rijdt... Het fietscircuit van vorig jaar stond trouwens nog met witte pijlen op het asfalt geschilderd, maar omdat ik tijdens wedstrijden al genoeg kromgebogen over mijn stuur, met mijn kop struisvogelgewijs op de grond hang, bieden die grote gele borden nu enig soelaas. Sommige wielrenners mogen dan misschien ietwat denigrerend tegenover triatleten staan (ook ikzelf denk in een donker moment wel eens dat sommigen naar deze sport overgestapt zijn, omdat ze in de koers niet meekonden), maar je kan appelen niet met peren vergelijken. "Fietsen es fietsen," horen we in een hilarisch filmpje van Man bijt hond. Bekijk het filmpje hieronder:
Maar 180 kilometer afpeddelen na 3,6 km zwemmen en vóór een marathonneke lopen is geheel andere koek. Mij zouden ze bijvoorbeeld na 500 meter zwemmen al met uitputtingsverschijnselen uit het koude water mogen vissen, en na een koerske van amper zestig of zeventig kilometer kan ik ´s avonds amper nog de trap op, laat staan een marathon lopen. (Een sprintje naar de plaatselijke frituur kan nog net.) Kortom, respect voor de triatleten en ik hoop voor hem dat die verschrikkelijk, tergende "Alisioswind" tegen zaterdag wat gaat liggen.
Het zal jullie wellicht niet verbazen als ik zo maar voor de vuist weg meegeef, dat één van de grootste verschillen tussen Lanzarote en Helgië zich situeert op klimatologisch gebied. Int schoon Vlaams: "Twere es ier betere." Wat wel enige gelijkenis oplevert, is dat de Canarische televisie ook een weerman en weervrouw op ons loslaten, luisterend naar ronkende namen als Carmelo en Vicky. ( De Canarische versie van Frank en Sabine zeg maar.) Nog meer gelijkenissen: Bij hun weersvoorspellingen slaan ze beiden net zovaak de bal mis, als een dronken, uitgeputte tennisser na een negen uur durende vijfsetter. Als een graaiende, vliegenvangende keeper als S. Stijnen had ook gekund, maar die losers van Blauw-Zwart hebben de laatste weken al genoeg geleden, dus gaan we ze (voorlopig althans) een beetje sparen. De eerste dagen van mei waren hier behoorlijk bewolkt en winderig, maar die (sorry voor m´n oneerbiedig taalgebruik) trut van een weervrouw vond het nodig om vrolijk aan te kondigen, dat we de volgende dag opnieuw van een zonovergoten dag met weinig wind zouden kunnen genieten. Weinig wind op Lanzarote wil zoveel zeggen als: Zorg er zeker en vast voor dat je de was goed vastmaakt aan de waslijn, of je kan je onder- en andere broeken gaan samenrapen ergens op een strand in Fuerteventura, hier in vogelvlucht toch wel een slordige zeventig kilometer vandaan... Dat die wind allesbehalve een pretje is op de fiets is een open deur intrappen, maar ja, er is ook niemand die me verplicht om me hier op mijn tweewieler te begeven bij windkracht zes. Het is me trouwens opgevallen, dat er elke week precies minder en minder idioten (zoals ikzelf) met hun stalen ros op dit vulkaaneiland rondpeddelen, dus eventjes bij een collega fietser in de wielen uitrusten zit er ook al niet in. Zo ben ik gisteren tijdens mijn trainingstocht van vier- en een half uur welgeteld negen fietsers tegengekomen, waarvan er zeven in tegenovergestelde richting reden, en ik er twee op een helling heb voorbijgestoken en ver achter me gelaten! ( Het betrof een vrouw van middelbare leeftijd op een mountainbike en een overjaarse, mollige wielertoerist met harige benen, maar dit wil niks zeggen!) Eraf is eraf! ;-) Toen mijn vriendin bij thuiskomst m´n rode, verbrande snuit onder de ogen kreeg, merkte ze terecht op dat ik zonnecreme moet gebruiken, maar hoe kon ik nou verdomme vermoeden dat van ´s morgens tot ´s avonds de zon zou schijnen? Mijn beste vriend Carmelo had gisteren met veel overgave een bewolkte dag aangekondigd! Het blijft me trouwens een raadsel waarom dit nu zo moeilijk blijkt te zijn om het weer te voorspellen. Mijn vader is vijfentwintig jaar geleden eens door een laffe, Mechelse herder in zijn been gebeten. Wel... Als dat been nu begint te jeuken, mag je er al je geld op verwedden dat we binnen de twee dagen sneeuw krijgen! Twee maanden terug was hij hier met mijn ma en neefje Cas een week op vakantie. Awel... Zijn been heeft niet gejeukt! Toeval? Ik dacht het niet...
Met deze avondwedstrijd in Beveren sluit ik voorlopig mijn Belgische campagne af. Onderweg passeer ik langs de Freethiel, de thuishaven van SK Beveren, waar ik in het verleden het bezoekersvak vaak onveilig gemaakt heb met RSC Anderlecht. We herinneren ons uiteraard nog allemaal de goal van Taument in de vierennegentigste minuut, die ons in 1998 verzekerde van Europees voetbal en jullie vragen zich ongetwijfeld af, wat dit nu met deze wielerwedstrijd te maken heeft, bijna twaalf jaar later??? Niks eigenlijk, dus kom ik maar meteen ter zake. Ruim honderddertig renners zijn naar het Waasland afgezakt, en onder hen vind ik ook enkele Lanzarotegangers terug, die eind februari met ondergetekende de Lanzaroteense wegen onveilig maakten. Het parcours leent zich uitstekend voor LV (lekker vlammen) en dat wordt er van bij de start gedaan. Het eerste uur leggen we maar liefst 44 kilometer af, en toch slagen nog een dozijn renners erin om aan de haal te gaan. Wanneer we rond halfweg wedstrijd het peloton van de "T"- categorie inhalen en voorbijsteken, breekt onze groep in twee stukken, en zit ik natuurlijk weer achteraan neusbolletjes te draaien. Eerlijk gezegd: Het kan me op dat moment geen halve kl**t schelen, want in het omvangrijke peloton zat ik geen halve minuut op mijn gemak. Ik leg me al neer bij nog maar eens een wedstrijd "voor spek en bonen" uitrijden, als we na een helse ronde achtervolgen toch weer aansluiting krijgen bij het grootste peloton. De koplopers hebben ondertussen hun voorsprong opgetrokken tot meer dan een minuut, dus die gekken zien we ook niet meer terug tot na de finish. Uiteraard laat ik de woelige sprint links liggen, omdat ik overmorgen liefst in één stuk en zonder beschadiging aan mijn bruine benen, in Lanzarote wil aankomen. Wat ondertussen (ondanks de vulkanische assen) alweer gebeurt is, en ik alweer uren tegen die verschrikkelijke "Alisios-winden" aan het beuken ben.
67 Km. in 1h.33' 43,2 Gem. Peloton Gem. hartslag: 166 Max. hartslag: 193
De wedstrijd in Steenhuize zal ik blijven herinneren als die waar ik voor het eerst zonder handschoentjes met lange vingers gekoerst heb. Een prestatie, want we zijn nog maar half april... Mouwstukjes en overschoentjes bleken ook hier geen overbodige luxe, want de striemende noordoostenwind deed zijn werk naar behoren. (En ik die zelfs begin januari in Lanzarote aan het klagen sloeg tegen mijn vriendin, omdat het door de frisse noordoostenwind daar amper 21 graden was...) Maar goed, eens vertrokken was het op de steile helling halfweg de omloop plots zo koud niet meer. Tijdens de eerste doortocht vond ik daar niet direct mijn ritme, en natuurlijk komt de beslissende ontsnapping daar tot stand. Echt ver rijden de koplopers niet voor ons uit, en wanneer Arie De Moor de volgende ronde alles uit de kast haalt bergop, spring ik mee. Na de bochtige afdaling worden we echter terug bijgehaald en achtergelaten door een zestal renners, die wel uit de greep van de grote groep blijven. Elke passage op de heuvel werk ik nu af in de eerste gelederen van het peloton. Meestal kom ik zelfs lichtjes afgescheiden boven, maar voorop blijven blijkt echter onmogelijk. Een bescheiden drieëntwintigste plaats valt ietsje te mager uit, maar ik mag zeker niet zaniken over de conditie.
59 Km. in 1h.33' 38,2 Gem. 23e/59 Gem. hartslag: 171 Max. hartslag: 200
De race de volgende dag in Borgt liep zo lekker niet. De beentjes waren verre van hersteld, en het zachtjes glooiende parcours was bij momenten een marteling. Beter nieuws was er van het klimatologisch front, want nu konden zelfs de schoenovertrekjes en mouwstukken in de tas blijven zitten. Als die traditie zich voortzet, en we tijdens de volgende koersen telkens wat kledingsstukken achterwege kunnen laten, rijden we weldra poedelnaakt rond! Alhoewel, dat zou ook geen zicht zijn eigenlijk. Allez, bij sommigen toch nie... Doordat heel wat ontsnappingspogingen in de kiem gesmoord werden lag het tempo redelijk strak. Op zich niet slecht, want ik wou vandaag maar één ding: zo vlug mogelijk na de koers vertrekken om Anderlecht kampioen te zien worden op het veld van aartsrivaal Klup Bruhhe. De match overtrof m'n stoutste verwachtingen, want uitgerekend op het moment dat ik nog eens terug in België ben, spelen we verdomme kampioen in het hol van de (tamme) leeuw! Een prestatie die uiteraard gevierd moest worden, dus trokken we nog diezelfde avond richting Constant Van Den Stock stadion, waar ik tijdens het bestellen van enig gerstrijk vocht, op een collega wielrenner bots die me vertelt dat hij gans de wedstrijd in mijn wiel heeft zitten afzien. De pijnlijke benen waren echter vlug vergeten na de historische zege!
57 Km. in 1h. 24' 40,5 Gem. Peloton Gem. hartslag: 166 Max. hartslag: 195
Bovenstaande gemeente deed zijn naam alle eer aan, toen ik in het centrum vruchteloos op zoek ging naar iets dat kon doorgaan als "wielerwedstrijd." Van dranghekkens over gedateerde muziek tot speakerwagen... niets van dit alles was hier in de verste verte te bespeuren, zelfs geen fiets, laat staan wielrenners. In een dorp, amper zo groot als mijn pc-klavier kan het toch niet echt moeilijk zijn om de weg naar te koers te vinden, niet? Wel, waarom ben ik dan altijd de enige die in het Vlaamse land steeds hopeloos verloren rijd, en hautain zijn GPS ("Bwah, ik vind da wel...) thuis laat liggen? Na wat omzwervingen en stressmomenten (de eerste in acht maanden) toch nog op tijd de plaats van afspraak gevonden, en tijdens de parcoursverkenning onmiddelijk vastgesteld dat mijn drinkbus op de kasseistrook "verschijnselen van ontsnapping" vertoont. Wil ik na de eerste ronde nog wat vocht tot me nemen, rest me niets anders te doen dan net voor dat boereslagje mijn bidon in mijn (veel te klein) zakje van m'n koerstrui te proppen. Consternatie aan de start: beide reeksen (C en D) moeten samenrijden, zodat we met veel te veel renners op de smalle, kronkelende landelijke wegen opeen zitten. Tegen alle tradities in start ik goed vooraan, maar tegen de tijd dat ik mijn bidon in mijn achterzak gewurgd heb, zit ik al redelijk achteraan het peloton te apegaaien. Natuurlijk rijden ze net op dat moment weg, zodat de koers nog maar eens vrij vlug beklonken is. Tja, wat heb je dan aan een redelijk goeie conditie als je geen fluit koersinzicht hebt? Inderdaad, bitter weinig natuurlijk. Ik probeer hier en daar nog wat te reageren op één of andere speldeprik, maar veel haalt dat natuurlijk allemaal niet uit. Ploegleider en "Canaria-liefhebber" Joost was wel met de eerste trein vertrokken, maar krijgt in de eindsprint helaas af te rekenen met krampen, zodat hij tevreden moet zijn met een (knappe) tweede plaats.
60 Km. in 1h.33' 38 Gem. Peloton Gem. hartslag: 168 Max. hartslag: 190
Negen jaar geleden reed ik hier mijn eerste wedstrijd bij de VWF, mijn tweede koers ooit. Niet dat ik toen schuddend en bevend van de zenuwen aan de start verscheen, maar veel scheelde het toch niet... Nu, een klein decenium en honderden (al dan niet klote-koersen) later is er eigenlijk nog niet zoveel veranderd. Voor de start van elke koers (of hij nu in Lammekensvere, Aguïmes, Parijs of pakweg Zichem-Zussen- Bolder vertrekt maakt eigenlijk geen moer uit) ervaar ik toch een gevoel dat we gerust als stress kunnen omschrijven. Al was de vorige wedstrijd nog zo goed, het risico zit erin dat je hier al na twee ronden uit het peloton gereden wordt. Met 864 "draaikes" per "toerke" is dit zo gek nog niet, dus sta ik aan de start wat nerveus aan mijn mouwstukjes te frummelen en mezelf te vervloeken, omdat ik het blijkbaar niet koud genoeg vond om mijn schoenovertrekjes aan te doen. Eenmaal uit de beschutting en heerlijke dampen van het hamburgerkraam aan de start, dringt de snijdende noordoostenwind door merg en been. Zoals verwacht ben ik niet mee in de vroege ontsnapping van een achttal renners en de daaropvolgende ronden krijgt natuurlijk niemand meer een vrijgeleide van het peloton. Op anderhalve ronde voor het einde, kunnen toch nog enkele renners ontkomen, en omdat teamgenoot Patrick meeschuift sla ik het schouwspel vanop de eerste rijen van het peloton gade. In de pelotonsprint gaan er nog enkele renners voor me onderuit in een bocht naar links, zodat mijn dagopbrengst weer bijzonder schaars uitvalt. Maar of we ons geamuseerd hebben...!
58 Km. in 1h.31' 39,3 Gem. Peloton Gem. hartslag: 170 Max. hartslag: 187
Bijna dag op dag zes maanden geleden reed ik hier mijn laatste wedstrijd op Belgisch grondgebied, alvorens naar Lanzarote af te zakken. Leuk dat ik hier opnieuw mijn eerste koers mag betwisten. Alhoewel, leuk... In die zes maand is er in Ternat (en België tout court) weinig of niks veranderd. Het is er nog steeds kil, grijs en regenachtig. Wanneer ik mijn rugnummer ga afhalen schalt er een vrolijke, decadente dijenkletser van zangeres Samantha door de boxen, getiteld: "Eviva Espana..." "Geef mij maar alle dagen zon, Espana por favor..." Ik had (bijna) alle dagen zon, maar de ezel in mij wou dat een grote twee weken inruilen om vanop de eerste rij de voorjaarsklassiekers te volgen, en zelf wat competitie mee te pikken. Helemaal gerust ben ik er niet op. Je zal er hier als halve prof (mijn statuut als voltijds huisman in Lanzarote niet meegerekend) maar uit de wielen gereden worden... Tijdens de opwarming voel ik me al niet super. Door de koude wind heb ik nog wat last van de pees in mijn linkerknie, die ik vorige week tijdens een mountainbikewedstrijd bezeerde. Dat een koersje in Vlaanderen rijden iets heel anders is, dan met de handjes op het stuur vier uurtjes in de zon te peddelen, wordt me al snel duidelijk tijdens de eerste ronden. Het tempo ligt redelijk hoog, en ik mis een beetje koersritme om vlot op te schuiven, en vooraan het peloton stand te houden. Ik voel wel dat de conditie redelijk is, want had ik deze winter in België vertoeft, zou ik door dit apeweer héél wat minder trainingskilometers in de benen gehad hebben, en waarschijnlijk na enkele ronden al roemloos uit het peloton zijn verdwenen. Wanneer halfweg wedstrijd dertien man het hazepad gekozen hebben, stokt het tempo een beetje en waag ik me met een viertal anderen aan een schuchtere uitvalspoging. Echt ver rijkt onze vlucht niet, maar de volgende renners die demarreren hebben meer geluk, want zij blijven wel uit de greep van het peloton. De koers is gereden en ik eindig mijn eerste wedstrijd in de buik van het peloton.
64 Km. in 1h.41' 38,2 Gem. Peloton Gem. hartslag: 170 Max. hartslag: 194
Jawel, sinds zaterdag ben ik terug in het land, en de weergoden hadden meteen iets leuks voor me in petto: Stortregen, hagel, wind en temperaturen die met moeite net boven het vriespunt kwamen. (Althans, zo voelde het aan...) Zondagmorgen dan bibberend en bevend de start meegepikt van de Ronde van Vlaanderen op de grote markt in Brugge, en daarna postgevat op de eerste helling "Den Ast" in Mullem-Oudenaarde-Huise-Zingem... Hieronder volgt een filmpje van de doortocht van het peloton bovenop dit heuveltje, en spoedig volgt dan ook een verslag van mijn eerste wedstrijd op Belgisch grondgebied.
3. XI MTB- Rally Costa Teguise, Lanzarote 28/03/10 (Deel 2.)
VERVOLG VAN VORIG ITEM.
De klap is redelijk onzacht te noemen. Ik ben met mijn heup en knie op enkele smeerlappen van keien gevallen, en heb ook mijn stuur onzacht op mijn knie gekregen. Mijn linkse arm en knie zitten onder het bloed en stof, en mijn favoriete koerspakje ziet eruit alsof er een dozijn motten een pyama-party in gehouden hebben. Als ik terug op de fiets spring, trekt zowat alles tegen en heb ik meer weg van een kreupele eeuwling dan van een fitte mountainbiker. Wanneer het meeste bloed en vuil verwijderd is, vergewis ik me terug bij de inschrijvingstafel of mijn Belgische vergunning geldig is, maar zoals verwacht is dit niet het geval, en mag ik ook nog eens tien Euro extra dokken voor een dagverzekering. Al mokkend trek ik terug naar de auto, waar ik mijn lekkende drinkbus verruil voor een ander exemplaar, en als dan ook nog eens mijn achterband met een luide knal de geest heeft, denk ik eraan om definitief de handdoek te gooien. Zoveel ellende heb ik zelden meegemaakt voor een wedstrijd en met een "Je m´en fous" mentaliteit (en een in zeven haasten vervangen achterband) rep ik me naar de start. Daar wordt ik ook nog eens bij een andere reeks ingedeeld, zodat ik helemaal achteraan mag starten. Wanneer we het veld indraaien, zit ik al zesde, maar vang toch nog enorm veel stof op, want het heeft hier al bijna een maand niet meer geregend. (Beetje zoals in Helgië waarschijnlijk...?) Daar ik het parcours (met gering succes) al enkele keren verkend heb, weet ik de cruciale punten goed liggen, en als ik bij het ingaan van de tweede ronde al enkele elite- renners (die een minuut voor ons gestart zijn) kan inhalen, krijg ik een boost van zelfvertrouwen. Ik heb me trouwens zelden zo goed gevoeld in een wedstrijd. Ik zit nu al in vierde positie, maar verlies telkens wat tijd op de technisch steile afdaling, want de schrik zit er goed in om nog eens in het decor te belanden. Op de minder technische stukken, waar je goed "gas" kan geven, zit ik echter al vlug derde. Ik zie de biker die in tweede positie rijdt tamelijk ver voor me uitrijden, maar in de laatste ronde heb ik hem toch te pakken. Helaas net aan die vervelende afdaling, en ik verlies opnieuw vijftig meter, die ik met de beste wil van de wereld niet meer dicht krijg. Ondanks alle tegenslagen vooraf, is dit toch een opsteker, en kijk ik met belangstelling uit naar enkele wedstrijden die ik in april in mijn thuisland ga afwerken. Hopelijk met hetzelfde, zonnige weer... Al is dat laatste allicht een utopie.
16 Km. in 56´ 3e/30 Gem. hartslag: 187 Max. hartslag: 196
3. XI MTB-Rally Costa Teguise, Lanzarote. 28/03/10 (Deel 1)
Een slechte generale repetitie levert meestal een daverende voorstelling op... Met die gedachte troost ik me enkele minuten voor de start van de elfde editie van deze mountainbikewedstrijd, in de badplaats Costa Teguise aan de oostkust van Lanzarote. De hoeveelheid ellende en miserie die ik de afgelopen vierentwintig uur over me heen heb gekregen grensde werkelijk aan het ongelofelijke. In de tien jaar dat ik met een tweewieler op pad ben, heb ik nog nooit zoiets meegemaakt! Alhoewel, zó erg was het nu ook weer niet, maar ik probeer hier enigszins een spanningsveld te crieëren zodat jullie nieuwsgierigheid piekt naar ongekende hoogten... Het ging al verkeerd bij de parcoursverkenning op zaterdag. De omloop was netjes uitgepijld, op éen cruciaal punt na, zodat uw dienaar maar eventjes een kleine driekwartier in het vulkanisch niemandsland zat rond te crossen, en al zijn geografische kennis moest aanwenden om de weg terug te vinden. Toen ik eindelijk terug op het goeie spoor zat, reed ik achteraan lek. Een normaal mens stop dan, en spreekt z´n hulpkitje aan met reserveband en consoorten... Ik niet dus! Ik reed gewoon verder, met in gedachten dat zo´n brede mountainbikeband daar tegen bestand is. Viel dat efkes tegen zeg! Na enkele minuten rolde zowel de binnen- als buitenband van de velg, en tuimelde ik net niet tussen het stoffige steengruis. Ik graai al vloekend en grommend het reservebandje uit mijn achterzak en merk tijdens het opblazen dat het vol f*cking gaten zit! Ik verwens de kerel van de fietswinkel (waar ik mijn mountainbike gehuurd heb), en zet noodgedwongen mijn weg te voet verder. Terug thuis plak ik één bandje en rij terug naar het parcours. Nauwelijks tien minuten later rij ik opnieuw lek, vooraan deze keer. Opnieuw probeer ik verder te fietsen, maar wanneer mijn achterband voor de tweede maal leegloopt, vervloek ik alle mountainbikebanden naar de diepste krochten van de hel, en heb al verdomd veel spijt dat ik me voor die wedstrijd heb ingeschreven! Met drie opgelapte binnenbanden vertrek ik dus de volgende dag naar de wedstrijd. De start is om halfelf, en aangezien ik op de meeste afspraken een halfuur te laat opduik (behalve als het een "fietskoerswielrenevenement" betreft) ben ik om negen uur al ter plaatste. De start is aan het hotel Beatriz, en wanneer ik aan die parking ietwat nerveus uit m´n wagen stap, zie ik nog net enkele dronken Britse toeristen het hotel binnenrollen. Tja, wie moet hier nu medelijden hebben met wie? Terwijl zij lekker hun roes liggen uit te stinken na ongetwijfeld een gezellig nachtje uit, mag ik hier lavastof gaan vreten tussen enkele uitgedoofde vulkanen. Aan de inschrijvingstafel loopt het vervolgens ook al niet lekker. Ik ben blijkbaar de enige met een buitenlandse vergunning, en de afgevaardigden raken er maar niet uit of ik nog een extra dagverzekering van tien Euro moet afdokken. De oplossing is weer typisch Spaans: "Kom het straks nog eens vragen..." Ik spring in m´n koerskleren en heb nog tijd genoeg om de omloop nog eens af te haspelen. Halfweg het parcours, op het steile technische stuk bergop loopt het mis. Ik probeer dit al fietsend af te werken, maar verlies mijn controle over mijn vehikel en beland een meter lager tussen de met scherpe rotsen bezaaide ondergrond...
Om de dode momenten hier wat op te v(l)ullen pak ik nog eens uit met één van mijn beruchte afdalingsfilmpjes. Deze keer neem ik jullie terug mee naar Gran Canaria, waar ik op 7 januari de afdaling filmde van mijn favoriete berg, de Sória. Net zoals de Tabayesco in Lanzarote een waardemeter is voor de conditie, probeer ik telkens als ik in Gran Canaria vertoef mijn record op bovenvernoemde berg te verbreken. Iets waar ik de laatste jaren niet meer in slaag, dus ik verdenk mijn crono (die in maart 2006 afklokte op 19'45") ervan om minstens één minuut "gefoefeld" te hebben, want hoe vlug ik ook die ellendige berg opvlam, ik raak niet meer dichter dan 20' 44".
Deze week hang ik op Lanzarote de gids uit, want mijn ouders hebben onlangs hun vliegangst overwonnen en zijn deze morgen gearriveerd. Om de gemiddelde leeftijd op het eiland niet abrupt de hoogte in te jagen, is gelukkig m´n vierjarig neefje Cas meegekomen...
Voor het filmpje van Sória, klik op onderstaande link:
Dinsdagmorgen 23 februari. M´n twee huisgenoten lepelen zenuwachtig hun mueslipapje leeg en tikken op spastische wijze sporadisch hun lepel tegen het diepe bord. Vandaag komt immers de tweede lading Belgen naar dit zonnige lava-eiland afgezakt om zich klaar te stomen voor het nieuwe wielerseizoen, en het op komst zijnde viertal kunnen we allesbehalve catalogeren onder "pelotonvoer." Ik gooi nog wat olie op het vuur door m´n gasten de uitslag van één van de laatste WAOD-wedstrijden onder de neus te schuiven, waarbij zowel de winnaar (Peter de Corte); de vierde (Fransus "Kees" van Gorp) en de zesde in de uitslag (collega blogger Wim "Wibra" Braet) hier zullen neerstrijken. Deze drie ploegmaten van Cycling Team Grillhuisje worden aangevuld met Vincent Evers, afgelopen seizoen tweede op het Belgisch Kampioenschap van eerder vermeldde wielerbond. Voorafgaand aan hun komst werd er heel wat heen-en weer gemaild met uw dienaar. Blijkbaar waren ze er niet helemaal gerust in over hoe, wat of waar ze gingen terechtkomen, en ik kon ze moeilijk ongelijk geven. Met enige slechte wil kan je me omschrijven als een individu van 12 stielen en 13 ongelukken, daarbovenop gezegend met twee linkse handen! Maar...als het over vakantie´s of fietstochten organizeren gaat ken ik m´n gelijke niet, dus mochten ze eigenlijk op beide "flappy's" slapen!
De nadruk tijdens deze stage lag op lange duurtrainingen, waarbij ik m´n stinkende best deed (dit was soms letterlijk te nemen, want enkele vrienden lagen door verandering van spijs wat in de war met hun darmstelsel, en produceerden uitlaatgassen die gerust een gezonde Indische olifant geveld zouden hebben) om hen alle uithoeken van het eiland te laten zien. Van Mirador del Río in het uiterste noorden, over Playa de "Fa-maaaaa-ra" in het westen, door de wijngaarden van La Geria en uitgestrekte lavavelden van Timanfaya, tot het meest zuidelijke punt in Playa Blanca. Nu, het wegennet op Lanzarote is niet heel uitgebreid, maar toch slaagden sommigen erin om bij afwezigheid van ondergetekende, hopeloos verloren te rijden, en pas terug hun uitvalsbasis te bereiken toen de zon al geruime tijd aan de westelijke zijde verdwenen was. Waarschijnlijk had diezelfde stralende bol hun oriëntatievermogen driftig in de war gestuurd. "Mooie liedjes duren niet lang," zegt het spreekwoord, en een weekje fietsen in de zon bij temperaturen tussen de 23 en 27 graden is dan ook vlug gepasseerd. Met de nodige kilometers in de benen en een (bij sommigen rode) gebronsde tint, stapten m´n makkers terug op het vliegtuig richting Helgië, waar volgens het weerbericht sprake was van een eerste lichte lenteprik: halfbewolkt en zes graden... Veel sterkte jongens!
Trainingsverslag van de "Helgians" op Lanzarote. Deel 1.
Sinds kort beukt ondergetekende weer moederziel alleen tegen de bijwijlen harde wind op dit eiland. Dinsdag hebben de laatste telgen der Belgen (een rijmpje op zijn tijd kan geen kwaad, en is zelden schrikwekkender dan prikkeldraad...) de Canarische archipel verlaten en zijn de sportievelingen in dit dorp terug herleid tot anderhalf. Exclusief de hond van de benedenbuur, want zijn immense uitwerpselen waarmee hij onze oprit hier bezaaid, zouden helaas niet misstaan op het WK- figuurkakken voor blinde en slechtziende viervoeters! Ik ben er trouwens heilig van overtuigd dat minstens tachtig (!) procent van de hondenpopulatie hier zijn gevoeg komt doen, want de enorme hoeveelheid aan eh...laat ons zeggen "ex-Pedigree Pal voeding" die hier achterblijft kan onmogelijk het werk zijn van één blaffend en kwispelend zoogdier. Ik heb geen flauw idee hoe ik nu van dit vettig hondenverhaal opnieuw een brugje moet maken naar de trainingen met mijn Belgische vrienden hier, dus sta mij toe meteen van wal te steken met de aankomst van Niels en Peter op zaterdag. Geen tijd te verliezen denken die twee. Vanop de parking van "Lanzarote Airport" werden meteen de fietsen in elkaar geknutseld en vertrokken we in noordelijke richting om hun beentjes die vier uur ineengehaakt zaten op het vliegtuig, los te gooien. Bij windkracht 5 en rukwinden tot 80 a 90 kilometer per uur monteer je best geen hoge velgen, maar dat was natuurlijk zonder onze Belgische vrienden gerekend. In de verschrikkelijke zijwind kon je de fiets amper recht houden en de vederlichte "Schleck" (Niels) werd net niet opgeschept en weggeblazen richting Marokkaanse woestijn. Gelukkig milderde de wind de volgende dagen, en konden we in afwachting van de tweede golf landgenoten (die ons dinsdag zouden vervoegen) al enkele pittige trainingen afwerken.
Arrieta is leeg en verlaten... Nadat zaterdag Niels en Peter het vulkaaneiland al de rug hadden toegekeerd, hebben vanmorgen de laatste Flandriens het vliegtuig richting thuisland genomen. Vooraleer hier een verslagje van de Belgische trainingsstage volgt, hou ik jullie zoet met een kort filmpje van een trainingsbreak in het zuidwesten van Lanzarote.