Ik ben Bart Bonne
Ik ben een man en woon in Las Palmas (Gran Canaria-Spanje) en mijn beroep is mountainbikegids.
Ik ben geboren op 08/11/1974 en ben nu dus 50 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: wielrennen,metal,voetbal (Anderlecht).
9. III Trofeo S. Antonio el Chico Mogán, 17/06/12
Twee weekends na elkaar een wedstrijd kunnen rijden is een echte luxe op de Canarische Eilanden, dus maken ook heel wat renners uit Tenerife de overtocht om deze koers op "ons"eiland te kunnen betwisten. Met geen echte cols, maar hellingen tot 600 meter voor de boeg vond ik er een parcours naar mijn zin. Ideaal dus voor een renner op zijn retour... De start was in het idyllische Puerto de Mogán, om vervolgens de kustlijn af te haspelen richting Aldea Blanca, daar aan de rotonde linksom te draaien en hetzelfde traject te volgen als daarnet, maar dan uiteraard in omgekeerde richting. Degenen die daar rechtdoor gereden zijn worden tot op heden nog steeds gezocht... Al na één minuut moet ik op de eerste helling met een hartslag van 194 alles geven om het peloton te kunnen volgen. Ik zit wel meteen goed mee vooraan, want van de 45 gestartte renners zijn er al meer dan de helft teruggeslagen. De vaart blijft er tot aan het keerpunt goed inzitten, maar dan volgt de ene demarrage de andere op, en spat ons pelotonnetje uit elkaar. Een tiental renners rijdt voorop, en aangezien wij nog slechts met 8 man overblijven, moeten er onderweg nog enkele afgewaaid zijn. De laatste 8 kilometer van Puerto de Mogán naar Mogán - dorp lopen dan wel weer gestaag bergop, maar op de steile aankomststrook blijk ik nog genoeg jus in de benen te hebben om de sprint van ons groepje te kunnen winnen.
98 Km. in 2h.43' 36 Gem. 14/45 (10e Elite) 1450 Hoogtemeters
7 & 8. Copa Cabildo Tenerife, GuÃa de Isora, 9&10 juni 2012
Drie weken na de laatste koers @Helgië, maken we met het Happy Biking Team terug de overtocht naar buureiland Tenerife voor de derde wedstrijd van de Copa Cabildo. De koers is tweedelig, met een klimtijdrit van 7,2 km op zaterdag en een rit in lijn van 90 km op zondag. Na de Masters 40 en 30, nieuwelingen en juniores heb ik de eer om tussen de bananeplantages de dans van de eliterijders te openen. Ondanks het laffe, zware weer start ik vrij vlug, want na twee kilometer heb ik de laatst gestarte junior al te pakken. Als de logica gerespecteerd wordt, en dit de eerste is in het juniorenklassement, ben ik fantastisch goed bezig. Helaas, een goeie anderhalve kilometer later al hoor ik het gebrul uit de wagen van een ploegleider achter me, die z' n renner echt naar boven schreeuwt. Toegegeven, het helpt wel om vlugger te rijden. Is het niet om een goeie tijd neer te zetten, dan is het om van het enerverende gezaag af te zijn. Op de steilste stukken word ik nog een tweede maal gepasseerd en mentaal krijg ik hierdoor een tikje. Ik begin te klooien met mijn versnelling. De 53 x 21 krijg ik amper rond en trap me suf bij 39 x 19. Als ik in de laatste kilometer nog eens voorbijgestoken wordt door een renner die gevolgd wordt door een auto, begin ik me echt af te vragen wat ik nog te zoeken heb bij de elite-categorie. Na de aankomst wordt echter het een en ander uitgeklaard. Er zouden verschillende renners aan de klink van de wagen gehangen hebben. Bon, dan zullen ze morgen wel door de mand vallen.
7,2 Km in 21' 18" 19,7 Gem. 420 Hoogtemeters 30/39 Gem. hartslag: 185 Max. hartslag: 197
De volgende dag, na een veel te korte nachtrust ( we lagen gelogeerd tussen een bende fuivende Engelsen) sta ik met kleine oogjes en slappe pootjes aan de start. Ik heb er niet echt een goed oog in, en zo denkt mijn frisse en tot de bodem gevulde drinkbus er ook over, want na vijf kilometer kiest ze na een klein putje in het wegdek voor de eeuwige vrijheid. De aanvangskilometers verlopen snel en nerveus op het constant slingerende op- en neergaande parcours. Zes renners muizen er na vijftien kilometer vandoor, maar echt menes wordt het pas als we na 35 kilometer een klim van tien kilometer voor de neus krijgen. Het komt er vanaf hier op aan om het gepaste ritme te vinden, en hopen van te kunnen standhouden in een groepje dat ongeveer aan hetzelfde tempo omhoog rijdt. Na vier kilometer klimmen maak ik deel uit van een groepje van acht. Samen rijden we naar boven en we blijven ook gegroepeerd op een ellendig lang stuk vals plat en in de afdaling. Wanneer we voor de tweede maal dezelfde beklimming van daarnet moeten afwerken, blijk ik warempel over de beste benen te beschikken, en rij er op mijn eigen tempo vandoor. Misschien moet ik toch maar eens leren om bergop echt door een muur te gaan, en langer te blijven aanklampen bij de eersten. Hierdoor moet ik de laatste 25 kilometer wel alleen afwerken. Tijdens de acht kilometer lange slotklim raap ik nog verscheidene Master 40- renners op, die samen met de nieuwelingen 10 minuten eerder gestart zijn, en hou zo toch nog een verdienstelijk gevoel over aan mijn wedstrijdweekend.
90 Km in 2h 52" 32,3 Gem. 2015 Hoogtemeters 21/39 Gem. hartslag: 165 Max. hartslag: 190
U heeft het ongetwijfeld al gemerkt: mijn blog bijhouden of updaten lukt me nog nauwelijks. Geen paniek echter. Ik ben niet van plan om er volledig de brui aan te geven, maar een verslagje van alle wedstrijden maken zal waarschijnlijk niet meer lukken. Kwaliteit moet prioreren op kwantiteit, dus zal ik er nu en dan een wedstrijdje uitpikken. Aangezien ik in Helgië al bijna op elke parochie die een café, kerk en bakkerij heeft, gekoerst heb, zal ik me voornamelijk toespitsen op de wedstrijden hier op Gran Canaria en Tenerife. "Die-hard" fans kunnen me uiteraard ook altijd volgen op mijn facebook pagina.
WEDSTRIJD 4: 12 mei: Mont Saint Aubert (Amicale) Ik had me mijn debuut in Helgië wel anders voorgesteld. Uit schrik om op het vlakke uit de wielen gereden te worden, startte ik in deze klimkoers bij de Amicale, maar het tempo lag tijdens de 1,5 km steile klim zo hoog, dat ik met mijn domme kop (samen met ongeveer twintig andere sukkels) het peloton na twee ronden moest laten gaan. Waarschijnlijk zat het temperatuurverschil van zo 'n goeie 15 graden er ook voor iets tussen, maar dat was geen excuus. Twee ronden voor het einde moeten we de strijd definitief staken. Gewogen en te licht bevonden... 64 Km in 1h.54' 34,3 Gem. Gem. hartslag:172 Max. hartslag: 203
WEDSTRIJD 5: 17 mei: Oosteeklo WAOD Met een knagende onzekerheid gestart in deze biljartvlakke koers, maar verbazingwekkend heb ik na negen maanden in de bergen getraind en gewerkt te hebben, geen moeite met de snelheid. Ik handgaaf me goed in het peloton en laat de massasprint voor wat het is. 70 Km in 1h.39' 42,5 Gem. 39/62 Gem. hartslag: 166 Max. hartslag: 188
WEDSTRIJD 6: 19 mei: Aalst VWF Alweer de voorlopig laatste wedstrijd in Helgië bij de vertrouwde VWF, en vandaag is zelfs de zon van de partij! Na enkele ronden al kiest een vluchtersgroepje van zeven man het hazepad, en als op twintig kilometer van het einde er een breuk in het peloton ontstaat, zit ik natuurlijk in de tweede groep. Ik probeer de sprong te maken op het peloton dat op zoek gaat naar de zeven koplopers, en na 'n ronde te hebben gejaagd met een hartslag die me later ongetwijfeld enkele maanden van m'n leven gaat kosten, kom ik bij de grote groep die ondertussen de zeven vluchters heeft ingerekend. Op de smalle, licht hellende aankomststrook schuw ik elk risico, en eindig nog net binnen de eerste vijfentwintig. 54 Km in 1h. 15' 42,5 Gem. 25/63 Gem. hartslag: 166 Max. hartslag: 198
3. Copa Cabildo Tenerife, Trofeo Achinech 22/04/12
Mn eerste uitje naar Tenerife met onze nieuwe Happy
Bikingploeg was er bijna eentje van
net niet.
We haalden gelukkig net wel onze boot.Scheelde geen haar of we hadden hem gemist,
zeker als je nog 10 minuten voor afvaart 6 fietsen, evenveel koffers en 12
reservewielen in een Renault Passenger moet klasseren, en onze documenten door
het controlepersoneel nog nauwkeurig gecontroleerd moesten worden.
De morgen van de
wedstrijd verliep al niet veel vlotter.
Door het pijnlijke vroege startuur (7:45!) vroegen we
toestemming in het hotel om te ontbijten om 6 uur. Allemaal geen probleem
natuurlijk, maar meer dan wat cornflakes en broodkruimels van het diner van de
vorige avond was er niet ter beschikking.
Nice Daarop moesten we dus 130 kilometer koersen.
Ook net voor de start liep niet alles zoals het hoort. Aangezien de
afgevaardigde onze startnummers ging ophalen, dachtik dat ik het inschrijvingsblad niet meer
hoefde te ondertekenen. (M n kennis van de Spaanse taal staat nog niet echt op
punt )
Toen ik me om 7 uur 48 aan de inschrijvingstafel ging
aanmelden werd me dan ook de start geweigerd. Mn smeekbede (gepaard met mijn
zieligste blik uiteraard) viel in goede aarde bij de organisatoren en zodoende
mocht ik toch nog mn carbonnen ros de sporen geven. De eerste vijftig kilometer werden afgewerkt op de TF1. Bij insiders beter bekend als "de ottostrade," en waar dienen autostrades voor? Juist, om zo snel mogelijk van punt A naar punt B te rijden, wat we dan ook deden. Gesteund door de noord-oost passaat die zijlings op ons inblies, hadden we na iets meer dan een uur de eerste vijftig kilometer al voltooid. Bij het verlaten van de snelweg kregen we meteen een klim van een vijftal kilometer voorgeschoteld, en daar was het meteen alle hens aan dek. Helaas, bij de vele gelosten na amper één kilometer klimmen: jawel, uw dienaar. Heel lang beeld ik het begrip "chasse patat" uit, want ik rij kilometers tussen het (ondertussen gehalveerde) peloton en de eerste achtervolgers. Uiteindelijk zie ik het hopeloze van mijn actie in, en besluit te wachten op drie renners. Samen werken we de glooiende en slingerende weg af die ons terug richting startplaatst voert. Dit betekent dat we nu de wind steeds zijlings en pal op de snuit hebben, en na 40 kilometer begint dit serieus m'n kl*t*n uit te hangen. Mijn hoge velgen vangen bijwijlen zoveel wind dat ik moeite heb om m'n vehikel te controleren. Als toetje krijgen we nog een venijnige slotklim van vier kilometer waar ik m'n vluchtgezellen achterlaat en nog wat stervende zwanen uit het peloton voorbijsteek. Ik word 27e eliterenner en stel vast dat er nog veel werk aan de winkel is.
126 Km. in 3h.40' 34 gem. 1850 hoogtemeters 27/47 (Eliterenners) 35/65 (met Masters 30) Gem. hartslag: 162 Max. hartslag: 189
Ruim twee jaar na mijn eerste mountainbikewedstrijden op Lanzarote, waag ik me nog eens aan een dikke bandenrace. Niet dat het me toen zo slecht bevallen was, integendeel, maar in de tussentijd doemde er telkens wel één of ander euvel op, waardoor ik niet aan de start van een MTB-race kon verschijnen. Ondertussen heb ik me dankzij mijn job als MTB gids bij Happy Biking wel wat beter kunnen ontwikkelen, vooral qua techniek. Aangezien ik gisteren al een uurtje in het donkerrood op de weg gekoerst had, vond ik de Medium afstand (65 kilometer), lang genoeg om me het appellazarus te rijden. Desondanks ik me voorgenomen had om de eerste wedstrijdhelft mijn hartslagmeter in de gaten te houden, veeg ik meteen na het startschot er al driehoeksgewijs mijn botten aan. Er zijn hier verdomme al zo weinig wedstrijden, dus als ik dan eens 'n rugnummer draag, wil ik er ook vol voor gaan. Natuurlijk moet ik daar na driekwart wedstrijd voor boeten, want ik krijg tijdens een technische klim net boven Fataga een joekel van een kramp in mijn rechterbovenbeen. Gelukkig heb ik na de klim een afdaling op asfalt, want ik kan enkele minuten totaal niet pedalleren. Even vrees ik zelfs voor een roemloze opgave, maar gelukkig vind ik net op tijd het goede ritme terug en remonteer ik in de afdaling van de "Adelaarspas" (die ik als mijn broekzak ken - ik weet er ondertussen al elke steen liggen) mijn verloren plaats terug en eindig nog net in de top twintig.
65 Km in 2h.49'06" 23,06 Gem. 20/140 1315 Hoogtemeters Gem. hartslag: 171 Max. hartslag: 185
Na enkele maanden "drukvrij fietsen" is de tijd aangebroken om opnieuw het lichaam tot het uiterste te drijven, en waar kan dat beter dan tijdens deze "Cycling Challenge," een cyclotourista van 90 kilometer, waarvan de laatste 27 kilometer zullen gelden als wedstrijd. Tijdens deze afstand moet echter ook een hoogteverschil van een kleine duizend meter overwonnen worden, en ligt de aankomstlijn ons uitdagend op te wachten op de "Alto de Fataga," 930 meter boven zeeniveau. Het eerste anderhalf uur moeten we dus braaf achter de motards van de Guardia Civil blijven slenteren, wat me de gelegenheid heeft om wat nader kennis te maken met mijn nieuwe Happy-Biking teamgenoten Pedro en Aristides. In Aguïmes worden we eindelijk losgelaten en krijgen we meteen een klim van 11 kilometer voor de wielen geschoven. De weg bestaat helaas uit verschrikkelijk slecht asfalt en ik voel elke oneffenheid in mijn veel te hard opgepomte tubes. Ik denk de slimste te zijn door uiterst rechts, op de geschilderde witte lijnen te rijden, maar als ik na enkele tientallen meter net niet met mijn domme kop in de 40 cm diepe goot naast het wegdek tuimel, besluit ik maar braaf in het midden te rijden. Na enkele hectometers maken Aristides en ik deel uit van de vijfkoppige kopgroep, maar als na 4 kilometer ex-prof Hans Peter Obwaller aan de boom schudt, moet ik passen. In de achtergrond zie ik niet meteen iemand terugkomen, dus bereid ik me al mentaal voor op een eenzame klimtijdrit. Net voor Temisas rijden de eersten slechts 100 meter voor me uit. Ik kan het gaatje dichtrijden maar bekoop dit meteen bij de volgende tempoversnelling. In het glooiende niemandsland tussen Temisas en Santa Lucia kan de ketting terug op de grote plaat. Tijdens de passage door laatstgenoemd stadje lijkt de schaarse "local" zich allerminst te storen of druk te maken dat er een wielerwedstrijd aan de gang is. Ik moet zelfs even serieus in de remmen omdat een mini tractor midden op de weg blijft staan. Eenmaal het stadje voorbij, begint in Rosiana de 8 kilometer lange slotklim naar de aankomst. Ik kan mijn vijfde plaats behouden, en stel tevreden vast dat ik amper 5 minuten verlies op winnaar en ex-Oostenrijks kampioen HP Obwaller.
27 Km. in 1h. 04' 25,3 Gem. 5e/40 Gem. hartslag: 170 Max. hartslag: 195 905 hoogtemeters
Binnenkort volgen de verslagen van de eerste wedstrijden van het seizoen, hier op Gran Canaria: De Cycling Challence en de MTB-marathon. Beide wedstrijden werden, zoals het de Canarische eilanden betaamd, verreden onder een loden hitte! Hasta pronto.
23. Escalada al Pico de las Nieves, 08/12/11 & 24. Subida a Guayadeque, 10/12/11
Twee maand na datum nog een wedstrijdbeeld proberen opdippen uit mijn lichtjes dementerend brein is een hele opgave, maar ik ga (speciaal voor jullie....) toch mijn uiterste best doen. Nu ja, eigen schuld natuurlijk, want telkens toen ik in een schaars moment eraan dacht om deze blog nieuw leven in te blazen, had ik blijkbaar telkens iets beters te doen. Alhoewel ik vorig jaar na het afzien en de ijzige regenstorm op de top wijselijk besloten had om hier weg te blijven, begon het enkele weken voor de start terug te "kriebelen," zodat ik vier dagen voor de wedstrijd nog eens op verkenning trok om de benen wat te laten wennen aan hellingsgraden tot 24%. Op die bewolkte zondagmorgen begin december vertrok ik bij 23 graden en een lichte noordoost-passaat met beenstukken, overschoenen en handschoenen met lange vingers richting top, kwestie van het lichaam zo lang mogelijk warm te houden. Eenmaal de toeristenzone en spottende blikken van de overwinterende en schaars geklede badgasten achter mij lagen, kwam ik vanaf het gehucht La Pasadilla tot aan de top slechts drie levende zielen tegen, maar de klim zelf verliep redelijk vlot, zodat ik met enig vertrouwen kon uitkijken naar de wedstrijd. Stiekem hoop ik de 21 km lange marteltocht binnen anderhalf uur af te werken, en als het nog even kan ook nog bij de eerste tien over de meet te bollen. Geen eenvoudige opdracht, want David Plaza, kersvers prof bij Caja Rural en winnaar van de laatste twee edities is weer van de partij, evenals ex-prof Hans Peter Obwaller en José Ramón Álvarez (winnaar in 2008.) Traditiegetrouw wordt er na de officiëlle start in Ingenio meteen een strak tempo op nagehouden, want gedurende de eerste vier kilometer bedraagt het stijgingspercentage maar 6%. Na anderhalve kilometer vindt Oostenrijker HP Obwaller dat het nog niet snel genoeg gaat en hij muist er met een reuzeverzet indrukwekkend vanonder. We gaan de spichtige klimmer voor de top niet meer terugzien. Ik blijf tot net voor de moordende stroken van boven de 20% bij de eerste achtervolgers, maar vanaf La Pasadilla zoek ik m'n eigen tempo op, hetgeen me van een Spanjaard in Lotto- uitrusting een woedende blik oplevert, omdat hij hierdoor een gaatje van twee meter moet dichtrijden. De zichzelf overschattende zuiderling had duidelijk de klim niet verkend, want op de steilste stukken van net geen 25 % plafoneert hij als een ouderwetse Lada met ontkoppelingsproblemen en zwenkelend palmt hij de ganse breedte van het wegdek in, zodat het nu mijn beurt is om hem een vernietigende blik toe te werpen. Hierdoor kom ik nu, met nog vijftien kilometer klimmen voor de boeg, volledig geiïsoleerd te zitten, maar als ik te horen krijg dat er slechts negen renners voor me uitrijden, probeer ik de achtervolgers op afstand te houden. Ik word vandaag wel gesteund door de oostenwind, die af en toe een lekker duwtje in de rug geeft, en als ik merk dat de achtervolgers niet naderen, kan ik mijn inspanning doortrekken tot aan de aankomst en eindig ik met een tijd van 1h 24' 37" net binnen de top tien. HP Obwaller wint voor David Plaza in een recordtijd de Escalada, en ook ik piets zes minuten af van mijn beste tijd.
21 Km in 1h 24' 37" 15 Gem. 10e/142 Gem. hartslag: 182 Max. hartslag: 196
Twee dagen na de Escalada stond er, als afsluiter van de 23ste "Vuelta Ciclotourista de Maspalomas" een 7 kilometer lange klimkoers op het programma in de prachtige, maar verraderlijk steile Barranco de Guayadeque. Omdat het (allerminst economisch) startbedrag maar liefst 43 euro (!) bedroeg , beslis ik van gewoon in het pak mee te rijden met mijn nummer van de Escalada. Een koerske in het zwart dus. Nu ja, eenmaal we in de vallei losgelaten worden, glip ik toch met de eersten mee en zie ik wel waar ik uitkom, of van de weg geplukt word... De organisator is echter geen onbekende en laat me rustig gedijen. Geldprijzen zijn er toch niet te winnen, enkel eeuwige roem in en rond Gran Canaria... Al vlug zijn we met zes man weg, maar ik voel dat het tempo iets te hoog ligt. De benen zijn nog niet herstelt van eergisteren en ik moet nog twee man laten rijden die uit de achtergrond zijn teruggekomen. Finaal dus achtste op zo 'n 150 deelnemers, waaronder echter ook verschillende "wielertoeristen met al dan niet beginnend buikje." Profrenner David Plaza neemt revanche voor de escalada en wint de wedstrijd. Einde(lijk) seizoen dus, en na wat rust opbouwen naar begin maart voor de eerste wedstrijd van 2012.
7 km in 27'09" 15,5 Gem. 8e/150 Gem. hartslag: 187 Max. hartslag: 198
Na een geslaagde tapas- avond met collega' s, vrienden, klanten en vers aangekomen ouders ontwaak ik de zondagmorgen van de wedstrijd met kleine oogjes en een nog sterk naar look ruikende bek. Het is half november en terwijl het Europese peloton aanstalten maakt om uit zijn winterslaapje te ontwaken, heb ik het de eerste ogenblikken van de dag bijzonder moeilijk om me op te laden voor een klimtijdritje van 6 kilometer. Bovendien nodigt de bochtloze en gestaag oplopende GC 10 nou niet direct uit tot een potje "lekker fietsen," maar eenmaal de wedstrijdstress zich van mij meester begint te maken, krijg ik zin om me nog eens ouderwets "het snot uit de neus" te rijden. Aangezien ik vorige week net van het podium tuimelde en de winnaar van toen nu verstek heeft, behoort een podiumplaats bij de Masters 30 zeker tot de mogelijkheden. Nadat ik pa en ma de nodige aanwijzingen had gegeven om m'n lijdensweg voor eeuwig op film vast te leggen, rep ik me na een (veel te korte) opwarming naar de start. Mijn rugnummer bedraagt 67, en doordat ik in het Spaans nog steeds zestig (sesenta) en zeventig (setenta) door elkaar haal, sta ik twee minuten voor ik van start moet, nog rustig te lummelen in de neutrale zone. Niet moeilijk trouwens, want de snelheid waarmee de vrouwelijke afgevaardigde de startvolgorde afratelt, kan concurreren met een opgedreven F16 die door de geluidsmuur breekt... Maar goed, gelukkig toch nog net op tijd kunnen vertrekken, en in de eerste twee kilometer me voorgenomen om nog niet meteen in het donkerrood te gaan. De laatste vier lopen immers nog steiler bergop en het komt er nu op aan om in het ritme te blijven, niet te verzwakken en er de laatste driehonderd meter eventueel nog een sprintje uit te persen. De laatste anderhalve kilometer lijkt wel eeuwig te duren, en als ik uiteindelijk met het melkzuur in de kuiten die ellendige meet bereik, blijken ma en pa Bonne enkele honderden meters voorbij de aankomst lustig koffie te slurpen, zodat ik voor een filmpje en foto 's jullie moet doorverwijzen naar volgende links: Filmpje: ( In beeld vanaf 2'38" ) http://www.youtube.com/watch?v=A96UEaaC-IY Foto ´s: http://www.flickr.com/photos/39229896@N06/6343511209/in/set-72157628125796488
Het is hen echter vlug vergeven, want ik blijk een halve seconde sneller te hebben gereden dan de tweede in mijn leeftijdscategorie, en behaal zo op het einde van het seizoen nog een klein maar deugddoend succesje.
6 Km in 00:10:40 33,8 Gem. 1e/10 (Master 30) 6e/55 (algemeen)
21. Crono Escalada Ayagaures, Gran Canaria 06/11/11
Jawel ik leef nog, maar had de laatste weken amper tijd om te schrijven, laat staan om hier een grappig voorwoord te verzinnen voor de beschrijving van mijn klimtijdrit in de vallei van Ayagaures. Aan parcourskennis geen gebrek, want tientallen keren heb ik me hier met de mountainbike doorgeploegd op weg naar het prachtige off-road gedeelte over het stuwmeer, maar vandaag blijven we gelukkig voor mijn "Madone" op de mooie (maar naar het einde verraderlijk steile) asfaltweg. In 12,4 km moest er een hoogteverschil van 500 meter overwonnen worden. De eerste 8,5 km konden we catalogeren onder de noemer: verraderlijk en steil "vals plat," gevolgd door 800 meter stijgen aan 7%, een kleine kilometer glooiend, om te eindigen met 3 km klimmen aan 9%. Was het nu door de zenuwen, het daags voor de wedstrijd verorberen van zelfgemaakte spaghetti met fijngesnipperde ajuin die reeds drie dagen in mijn frigo aan het ontbinden was, of gewoon een combinatie van beide: feit was dat ik een halfuurtje voor de start dringend iets eh... kwijt wou. No problemo, aan de startlijn was er immers een groot en bekend waterpretpark. De naam vernoem ik liever niet, want ik vertik het reclame te maken voor iets dat weigert zijn sanitaire voorzieningen open te stellen voor "een mens in nood." Na wat heen en weer gescheld met één of andere supervisor die dacht dat de nulmeridiaan door zijn veel te dikke r**t loopt, kom ik behoorlijk opgefokt en met de nodige grinta aan de startlijn, volledig klaar om een halfuurtje pijn te lijden. Ik vertrek niet te snel, kan tot aan km 9 de buitenplaat rondkrijgen, maar moet op de laatste twee steile kilometers op het binnenblad, en dit doet behoorlijk pijn. Ik pers er tijdens de laatste 400 meter nog een sprintje uit, maar dit volstaat niet voor een podiumplaats bij de "Masters 30," want een vierde plaats wordt mijn deel. De verdiende winnaar wordt de Oostenrijker Mathias Nothegger en ik kom respectievelijk 5 en 4 seconden te kort voor een tweede en derde plaats. Volgende week revanche in de klimtijdrit in Telde.
Vandaag staat de slotrit op het programma, en wil ik deze Cycling Trophy nog winnen en eeuwige roem en aanzien verzamelen van Erps-Kwerps tot de Malediven, dan moet ik drie minuten zien goed te maken op "invincible Aitor." Gemakkelijker gezegd dan gedaan, want de rit bedraagt amper 64 km ( 3x het traject La Santa - Famara ) en de eerste ronde vraagt de organisatie om niet aan te vallen, zodat de veteranen en vrouwen in onze slipstream kunnen meegenieten van de triomftocht door het vulkaaneiland... Ik hoop er stiekem op dat Aitor wat verzadigd is met zijn drie overwinningen en zijn "zo goed als zekere" eindzege, maar valt dat efkes tegen zeg! Nauwelijks hebben we voor de eerste maal de startlijn overschreden, of hij plaats een moordende demarrage op de helling richting Soo. Ik schuif mee in het wiel en we hebben meteen een gat van 150 meter. Hij blijft het tempo opvoeren en versnelt nogmaals. Ik begin ondertussen het "tussen mijn kader hangend syndroom" te ontwikkelen en moet plooien bij de derde aanval. Uit de achtergrond hebben zich ondertussen drie renners losgerukt en ik laat me inlopen om wat terug op krachten te komen. We draaien goed rond, maar als we dichter dreigen te komen zet Aitor de turbo aan en loopt weer uit. Tijdens de laatste ronde versnel ik op dezelfde helling waar ik daarnet roemloos uit de wielen moest, en zie ik dat de anderen niet volgen. Leuk... Ik heb me zonet veroordeelt tot een 17 km lange tijdrit in het winderige Lanzaroteense heuvelland. Aan het keerpunt in Famara heb ik twintig seconden voorsprong op het jagend duo Kristoffer en landgenoot Thomas, die zijn vierde plaats wil veiligstellen. Richting Soo begin ik het serieus lastig te krijgen, maar de anderen komen niet meer dichter en ik kan mijn tweede plaats in het klassement en in de rit nog wat uitdiepen.
64 Km. in 1h52" 34 Gem. 2/24 Gem. hartslag: 163 Max. hartslag: 195 615 hoogtemeters
19. CLS Cycling Trophy, Rit 3: Klimrit Tabayesco, 13/09/11
Vandaag staat er een (hopelijk leuk) weerzien met mijn vroegere testklim: de "Tabayesco" op het programma. Ruim negen maanden woonde ik in Arrieta, aan de voet van de langste helling van Lanzarote, en uit melancholische overwegingen besluit ik na het "opwarmritje" vanuit La Santa naar de Tabayesco, om nog even voorbij ons vorig appartement te passeren. Dat blijkt zo leeg en verlaten als een uitgeslurpte oesterschaal, maar veel tijd om over vervlogen tijden te mijmeren heb ik niet, want binnen enkele minuten word ik aan de startlijn verwacht. Daar is het zonnig en aangenaam warm, maar rond de top troepen zich een pak donkere wolken samen. De puist is amper 671 meter hoog, maar heeft verd*mme dezelfde capsones als een Alpencol. Jammer, want ik ben het klimmen in extreme hitte gewoon en wil ik de tweede plaats in het klassement, dan moet ik één seconde goedmaken op de Deen Kristoffer Damberg. Tijdens de eerste hectometers legt leider Aitor er echter al de pees op, en het verschil tussen leiden met korte en lange "ij" kan niet passender geiïlustreerd worden. Ik besluit niet al te lang aan te dringen en rij meteen mijn eigen ritme. Na Aitor moet ik alleen nog een andere Deen laten voorgaan, die enkel deze klimkoers rijdt, en dus niet in aanmerking komt voor het eindklassement. Natuurlijk zit Kristoffer Damberg constant in mijn wiel, en aangezien ik het gevoel heb dat ik vlotter klim, kan ik hem met enkele versnellingen toch niet lossen. Op één kilometer van de top demarreert hij zelf. Ik counter en pers er een maximale sprint uit van driehonder meter. Ik heb meteen vijftig meter voorsprong, maar voel mijn longen branden, mijn benen verzuren en mijn hart kloppen als een losgeslagen drilboor. Nog 400 meter... Milj**r, wat is dit lang! Nog 250 meter... Ik val nu bijna compleet stil. Ik werp een angstige blik achterom, maar zie tot mijn gelukzalige gelukkigheid dat de kloof zelf ietsje groter wordt. Met verzuurde kuiten en zware bovenbenen finish ik op "het dak van Lanzarote" als derde en neem zestien seconden voorsprong op Kristoffer Damberg in het algemeen klassement. Aangezien Aitor ruim twee minuten eerder als eerste de finishlijn overschreed, wordt de tweede plaats vasthouden het hoofddoel morgen in de slotrit.
9,6 Km in 28' 21" 20,3 Gem. 3/20 Gem. hartslag: 182 Max. hartslag: 196 525 hoogtemeters
In Helgië nooit echt m'n favoriete bezigheid geweest, zo 'n criterium, maar de omloop hier voor het sporthotel is slechts gezegend met twee bochten en dat maakt het aangenaam koersen. Aangezien Derek Waight, de winnaar van vorig jaar op het laatste moment verstek moest geven, is het nu vooral uitkijken naar de spichtige local Aitor Navarro Hita, die in een recordtijd de proloog won vanmorgen. Aitor probeerde het vorig jaar bij een Continental team in Spanje, maar keerde dit jaar naar zijn geboorte eiland terug, en dit zit ik hier niet enkel en alleen neer te poten om me straks te kunnen excuseren dat ik geklopt ben door een ex-prof... Dertig minuten + één rondje staat er op het menu. Belachelijk kort, maar al de "age groupen" starten samen, waaronder ook enkele kranige knarren van 50 "en meer" + en een vijftal dappere dames. Na enkele rondjes zijn we met een zestal weg, waaronder landgenoot Thomas Goossens, de derde van vorig jaar en winnaar van de eerste editie van de "Cycling Trophy." Thomas heeft helaas twee weken terug zwaar "muilkeplets" gedaan op het ruwe Lanzaroteense asfalt, kwam daardoor nauwelijks aan trainen toe en moet vooraan de rol lossen. Verder volstaat één harde demarrage van Aitor om van ons weg te rijden en het criterium naar zich toe te halen. Ik win, overtuigend, al zeg ik het zelf ;-) de sprint voor de tweede plaats en kom nog één secondje te kort om in het algemeen klassement de tweede plaats op te eisen.
Cycling Trophy Club La Santa, Lanzarote. Proloog 12/09/11
Time flies... en dit geldt zeker als je op de Canarische Eilanden woont. Een jaar geleden was dit m'n eerste rittenkoersje op Spaans grondgebied en een leuk weerzien met enkele bekende smoelen, want ik vertoefde negen maanden op het vulkaaneiland. Nu is het dus al opnieuw tijd voor een (derde editie) van deze Cycling Trophy en traditiegetrouw wordt er afgetrapt met een proloog. 23 deelnemers (18 mannen en 5 vrouwen) stonden op het ontiegelijk vroeg startuur (9AM !) klaar om het beste van zichzelf te geven. Aangezien ik rugnummer vier kreeg toebedeelt (evenredig met mijn eindklassement van vorig jaar), dacht ik van rustig nog eventjes te kunnen warmrijden, omdat normaal gezien degene met het hoogste rugnummer eerst start. Dit was helaas niet het geval, dus had ik na de korte opwarming enkel tijd om vliegensvlug de dorre woestijngrond wat te eh...bevochtigen, en zag ik daarbij in al mijn haast en stress ook nog eens m'n blinkende racebolide uit de handen glippen en pijnlijk tegen het ruwe asfalt kletteren. Door de geringe opwarming was mijn eerste doelstelling mijn ontbijt binnenhouden, en als het eventjes kon, mijn tijd van vorig jaar te verbeteren. Desondanks start ik veel te snel, want na amper anderhalve minuut zie ik de hartslag al flirten met de 190 slagen per minuut. Het eerste deel van het parcours loopt gestaag bergop (ik schat de steilste stukken op een 6 a 7 %) en eenmaal aan het keerpunt gaat het gelukkig een kleine kilometer bergaf, maar is het de strakke zijwind die ons kl**t. Ik geef alles tot aan het keerpunt, moet noodgedwongen wat doseren in de afdaling en eenmaal terug in het ritme is het de laatste 300 meter met de wind op kop spurten tot aan de meet. Met een kop als een overrijpe paprika klok ik af op 9´ 11" ( 1 seconde trager dan vorig jaar) en wordt daarbij vierde in het klassement en tweede in mijn leeftijdscategorie. Aangezien er maar vier deelnemers in de 30+ categorie meedoen, behoort een podium zeker en vast tot de mogelijkheden...
5 Km in 9´ 11" 32,7 Gem. 4 /18 Gem. hartslag: 187 Max. hartslag: 202
16. Ciclotourista Virgen de La Cuevita, Gran Canaria, 21/08/11
Eindelijk nog eens race time op Gran Canaria! Allez, gedeeltelijk toch, want het grootste deel van de 90 kilometer lange tocht moet gezamenlijk worden afgelegd, en dit ter ere van de "Virgen de la Cuevita," de patrones van de fietsers zeg maar. Om halftien vertrekt in Las Palmas dan ook een gemixed gezelschap van ongeveer 150 individuen, waaronder zelfs een tiental met mountainbikes. Ik neem me meteen voor om toch niet na iemand met een MTB te finishen, en als dat toch het geval moest zijn, het zaakje dodelijk stil te houden uiteraard... Wanneer ik na nauwelijks vijftig meter het sissende geluid van een leeglopend bandje hoor vrees ik het ergste, maar het blijkt (gelukkig voor mezelf) een minder fortuinlijke collega te zijn die, als hij niet zo stom is als ondergetekende om geen reservetube bij te hebben, vlug terug zal kunnen komen aansluiten. Vooraleer de twaalf kilometer klimkoers van start gaat, wordt er in een slakkengangetje koers gezet richting Valleseco en het "Balcón de Zamora," waar de officiële start gegeven zal worden. De trage inrijkilometers nodigen zelfs de meest asociale aap uit tot enig converserend gedoe met de fietser voor, achter of naast hem, en al gauw raak ik aan de praat met ene Marco, waarbij de aders op zijn pezige kuiten menige trainingskilometers verraden. We keuvelen rustig verder tot aan het befaamde "Balcón...," waar we zoals verwacht een klein halfuurtje de benen moeten stilhouden, zodat de traagste klimmers nog wat tijd hebben om te recupereren vooraleer we van start gaan. Zelfs mijn driejarig nichtje Ines was op haar kinderfietsje met steunwieletjes rapper geweest dan het laatste trio, maar dit volledig terzijde... Een koffie, twee mueslirepen en een banaan later schieten we uit de startblokken, en meteen beginnen net opgesomde voedingswaren aan een kleine veldslag met mijn maag. Ik negeer de pijn en spring mee met de eerste aanval. We zijn meteen met drie man weg, waaronder Marco, mijn sympathieke gesprekspartner van daarnet. Ik klim tegen mijn limieten aan, en na twee kilometer moet ik het duo laten gaan. Al vrij vlug krijg ik nu gezelschap van een zestal renners, die eigenlijk ook ietsje te snel rijden, want ik hang echt "aan de rekker." Eentje moet uit de groep lossen, maar de andere vijf zijn te sterk en rijden constant een goeie honderd meter voor me uit. Ik heb geen flauw benul hoever het nog is, of welke stijgingspercentages me nog uitdagend op liggen te wachten, want op dit deel van het eiland was ik slechts één keer, maar dan wel al drie jaar geleden. Zie ook:http://www.bloggen.be/barduk/archief.php?startdatum=1215986400&stopdatum=1216591200 De laatste twee kilometer vlakt het gelukkig wat af en komt mijn achtste plaats niet meer in gevaar. Marco wint uiteindelijk de wedstrijd, en omdat er daarna terug in groep en schildpadsgewijs naar Artenara gepeddelt wordt, besluiten we terug koers te zetten naar Las Palmas en breien we er nog wat extra trainingskilometers aan vast.
Om de hele reutemeteut hier een beetje up to date te houden, een beknopt verslagje van mijn twee laatste wedstrijden @Helgië. Sinds ik begin augustus terug op dit fantastische eiland vertoef, was het hotsen, botsen, vliegen en springen van hot naar her, en van "her naar God weet waar." Voor de wedstrijd in het pittoreske Bellingen moest ik nog maar eens de verwarmingszalf met factor 3 uit de kast halen. Mijn potteke is bijna leeg, enkel en alleen door in juli een wedstrijd of acht te betwisten. Desondanks heb ik altijd al graag in de omgeving van Halle gekoerst, want het heuvelachtige landschap daar, ligt me als gegoten. Op vier ronden van het einde ben ik zelfs mee, in wat de beslissende vlucht zou kunnen zijn, maar driewerf helaas... We worden terug ingelopen en een compact peloton mag voor de overwinning spurten. Hierin laat ik me in de laatste bocht weer wegdrummen, en finish uiteindelijk als zeventiende.
62 Km in 1h33' 40 Gem. 17/47 Gem. hartslag: 168 Max. hartslag: 195 Hoogtemeters: 420
Borchtlombeek luidt dus mijn laatste wedstrijd op eigen bodem in. Niet de laatste van het seizoen gelukkig, want in augustus is er op Gran Canaria een Ciclotourista-wedstrijd naar Artenara, en in september zak ik terug af naar Lanzarote voor de Cycling Trophy van Club La Santa. De weergoden zijn mezelf en zestig andere zielen gunstig gezind, want voor het eerst sinds mensenheugenis kunnen we het woord "zomer" nog eens in de mond nemen. In de koers zelf voel ik bij mezelf dat de scherpte wat ontbreekt. Dit is m'n vijfde wedstrijd op tien dagen, en de benen beginnen wat te protesteren. Desondanks probeer ik toch af en toe mee te glippen in een ontsnapping, maar verder dan wat schijnbewegingen en geruzemutsel komen we niet. Zes anderen helaas wel. Hun voorsprong loopt nooit hoger op dan een halve minuut, maar ze weten die wel vast te houden. Tijdens de voorbereiding van de sprint voor de zevende plaats, is bij ondergetekende de angst voor een valpartij (en alle nare gevolgen zoals "ziekenhuis", "gips", "annulatie vlucht" en "door omstandigheden verlengd verblijf in Helgië") te groot, en besluit ik het gewoel maar aan me voorbij te laten gaan.
60 Km in 1h32' 39,3 Gem. Peloton Gem. hartslag: 161 Max: hartslag: 195 Hoogtemeters: 555
Na weken aan een stuk enkel getraind te hebben is het een verademing om nu om de dag een koerske te kunnen rijden. Wedstrijdje - dagje losrijden tussen de regenbuien door - opnieuw wedstrijdje - ... Dit schema zou onmogelijk maanden aan een stuk vol te houden zijn, maar voor mijn laatste week @Helgië is dit ideaal. De wedstrijd zelf is dat iets minder. Met een meute van meer dan zestig renners door de smalle straatjes laveren is niet echt mijn ding, en de hoge snelheid maakt het quasi onmogelijk om een ontsnapping op poten te zetten. Het kost al genoeg energie om niet te ver door te zakken in het peloton, en dan heb ik het niet over zeventien Carlsbergs achterover slaan, maar om de met bloed en tranen verworven positie in het pak te handhaven. Voor zes renners gaat het blijkbaar toch nog niet snel genoeg, want die muizen er op drie ronden van het einde trippelend vandoor. Ikzelf bol veilig en wel in de achterhoede van het peloton over de meet.
62 Km. in 1h.30´ 41 Gem. Peloton Gem. hartslag: 165 Max. hartslag: 188
Elke keer met een bange blik richting donker wolkendek kijken vooraleer je van start gaat, is niet bevorderlijk voor de motivatie, maar zeker vandaag hoopt iedereen dat het droog blijft. Er zit namelijk een kasseistrook van een goeie driehonder meter in de omloop, die verder ook nog eens vierhonderachtenzestig bochten telt (ruwe schatting) waaronder een overbodige lus door een woonwijk op twee kilometer van de aankomst. Een parcours de professionele organisatie van de VWF onwaardig, temeer omdat dit de memorialwedstrijd is voor Gaston Van den Hoecke, medeoprichter van de VWF, die negen jaar geleden overleed. Maar goed, eenmaal de wedstrijd op gang geschoten is, blijkt de omloop al bij al nog reuze mee te vallen, en probeer ik me zo veel mogelijk vooraan (lees: niet achteraan) te houden. Dit lukt slechts gedeeltelijk, want als in de tweede ronde eerst acht en kort daarop nog eens zes renners wegrijden zit ik veel te ver achteraan om te reageren. Verd*mme, want ik voel me echt wel goed vandaag. De kasseien voel ik nauwelijks en ook het vele bochtenwerk deert me niet. Ik demarreer nog af en toe, maar natuurlijk laat het peloton niemand meer wegrijden. In de laatste ronde ontsnappen toch nog drie renners en win ik een beetje teleurgesteld de sprint van het peloton.
56 Km in 1h.29' 18/39 Gem. hartslag: 169 Max. hartslag: 197
Na enkele dagen in beraad gestaan te hebben om al dan niet richting Alpen en Tour de France te trekken, uiteindelijk toch maar besloten om in het land te blijven en te starten in Wieze. Wieze... de naam zelf heeft evenveel glans als pakweg een hoop koeienvlaaien in een dressig weiland, en ook de omloop zelf is door het slechte wegdek en vlakke karakter eigenlijk een rasechte k*tkoers, maar kom, dat maakt de motivatie er niet minder op. Aangezien het vandaag misschien zelfs enkele uren kan droogblijven en niet extreem hard waait, waag ik het om mijn carbonwielen met nieuwe tuben nog eens in mijn vehikel te monteren. Ik heb niet direct een super gevoel op de fiets. Dat merk ik als ik in de derde ronde eens een uitvalspoging waag met enkele lotgenoten. Als het peloton ons terug bijbeent vind ik dat allesbehalve erg, en besluit me koest te houden in het pak. Dit lijkt opnieuw een geschiedenisloze wedstrijd te worden, tot ik op twee en een halve ronde van het einde naar een vijftal jump, dat zo 'n vijftien seconden voorop rijdt. Ik heb ze verrassend vlug te pakken en we kunnen onze voorsprong uitdiepen tot 20 seconden.We moeten hiervoor wel diep gaan, en wanneer ik met m 'n kop in de grond in een put rij in het kl*tewegdek, knakt mijn zadel enkele milimeters naar beneden... "F***ing Hell !" Net nu ik eindelijk nog eens voor de oppergaai kan meestrijden gebeurt dit. Ik kan de gewijzigde positie nog wel iets corrigeren door helemaal achteraan op het zadel te gaan zitten, maar comfortabel is dit niet. Ik zie af als de beesten en voel krampen opkomen in mijn bovenbenen. Maar goed, nog liever halfdood van de fiets donderen dan hier vooraan te moeten lossen. De laatste kilometer demarreren drie renners en ik zet alles op alles om er nog naartoe te rijden. Op driehonder meter voor de meet kan ik aansluiten, maar hierdoor is de jus volledig uit de benen en heb ik niets meer over voor de eindsprint. Ik wordt anderhalve fiets na de winnaar afgevlagd als derde, een resultaat waar ik me best mee kan verzoenen.
Onder een donkergrijs wolkendek (ik schat dat de ellendigaards slechts anderhalve meter over onze koppen voorbijsuizen) trekken we ons op gang in Appels. We, dat zijn ik en een zestigtal gelijkgestemde zielen die bij rasecht Vlaams pokkeweer hun fiets van stal halen. Een niet te onderschatten factor vandaag is de wind, die met 5 a 6 Beaufort langs de kanaaldijk en tussen de weilanden in doorraast. Gelukkig blaast hij serieus in het voordeel (53x11) of staat pal op kop (53x17) zodat we van waaiervorming gespaard blijven. Toch ontsnappen na drie ronden een dozijn renners en hoewel we met het peloton heel lang blijven hangen op 20 seconden, wordt de kloof op anderhalve ronde uitgediept tot vijftig seconden, wat zoveel betekend als: "boeken toe!" Als dan ook nog eens de hemelsluizen volledig opengaan, is de pret eraf en zijn we er niet rouwig om dat de wedstrijd enkele ronden ingekort wordt. Op het gladde wegdek pas ik dan ook vriendelijk voor de pelotonspurt.
54 Km in 1h20' 40,5 Gem. Peloton Gem. hartslag: 159 Max. hartslag: 192
De volgende dag staat in nog erbarmelijke weersomstandigheden het EK in Temse op het menu. Wat men vooral moet vermijden bij regenweer zijn zebrapaden en riooldeksels, en... driewerf hoera: nergens op deze aardkloot vindt men waarschijnlijk meer van die glibberige metalen deksels dan in Temse. Als er ooit een gek het WK "Meest Rioolputjes op 250 Vierkante Meter" organiseert, weet ik waar ze de winnaar kunnen gaan zoeken. De schrik om een schuiver te maken zit er bij mij goed in, dus verlies ik op sommige bochten enkele meters en dat kost krachten om telkens het ontstane kloofje dicht te rijden. Ik ben vandaag ook niet in goede doen, sukkel al een week met een zware verkoudheid (dank U, Helgisch zomerweer) en hang tussen mijn kader te snotteren en rochelen dat het een lieve lust is. De wedstrijd zit lang op slot, tot uiteindelijk diep in de finale toch enkele renners er vanonder muizen, wat ervoor zorgt dat het tempo in het peloton wat stokt. Meer dan gewoon in het pak uitrijden zit er voor mij niet in, maar ik heb een kleine twee uur goed in het rood gefietst, wat twee gevolgen kan hebben voor mijn volgende wedstrijden: superbenen hebben, of geen poot meer vooruit komen. Afwachten dus wat het gaat worden.