Beste lezer,
Welkom op onze blog
Om goed te kunnen volgen begin je best onderaan rond 17 oktober 2011
Je kan klikken aan de linkerzijde waar alle data staan , helemaal onderaan .
Veel leesgenot
ERIC
04-03-2024
De Dennse dog
In Spanje noemen ze deze schattige grote hond niet Deense dog, maar Duitse Dog.
Er was hier op zondag in Bolnuevo , een wedstrijd
Een regionale monograaf wedstrid
Bij FCI Agility (ook bekend als behendigheid) loop je met je hond zo snel mogelijk een parcours waarbij je hond sprongen moet maken en tunnels en andere obstakels moet nemen. De schofthoogte van je hond bepaalt de hoogte van de hordes.
De Duitse dogis een rasvan grote honden. Het ras wordt ten onrechte ook wel Deense dog genoemd, naar de Engelse naam Great Dane.
Vanaf de 16de eeuw werden inEngelandsterke, hoogbenige doggen ingevoerd, die uit kruisingen tussen de mastiff en deIerse wolfshondontstonden. In het begin van de 17de eeuw werd de fokkerij inDuitslandzelfstandig.
De honden werden aan de hoven van vorsten in Duitsland gehouden ten behoeve van de jacht opberen,everzwijnenenhertenen ze waren in staat deze dieren zelfstandig te doden. Voor hun eigen bescherming droegen de doggen 'beschermkledij' die van dikke doeken was gemaakt. Om de oren te beschermen werden deze meestal kort gecoupeerd. Toen de jachtgewoontes veranderden endrijfjachtenmet dergelijke honden stopten, werd de dog een liefhebbersdier.
De benaming "Duitse dog" werd voor het eerst in 1878 inBerlijnvoorgesteld en in 1888 werd de Deutscher Doggen Club (DDC) gesticht. Op 1 oktober 1893 is de Nederlandse Duitse Doggen Club (NDDC) opgericht, die daarmee de oudste 'speciaalclub' voor honden vanNederlandis. Over de gehele wereld zijn anno 2012 dertig Duitse Doggenclubs bekend.
Sinds de Romeinse tijdis het een dunbevolkt gebied geweest vanwege de moeilijke ligging naast het La Muela-gebergte, met zijn steenstranden en andere zandstranden die gemakkelijker toegankelijk zijn en gebruikt worden door herders en vissers die in het gebied woonden, toen de baai en kleine baaien dienden als schuilplaats voor boten.
Het is bekend dat de valvisserij in de Romeinse tijd werd beoefenden nog steeds met modernere middelen wordt beoefend.En ook een doorgangsgebied voor de herders;Het is niet bekend of er toen al een bevolking in het gebied woonde of dat vissers en herders vanuit hun nederzettingen en dorpen naar La Azohía reisden.
Na de herovering van het koninkrijk Murcia was het een verdedigingsplaats tegen invallen van Barbarijse piraten vanaf de kusten van Algerije en Turkije.In de 16e eeuw werd een reeks verdedigingswerken gebouwd om de bevolking van de kust van Murcië te waarschuwen, waaronder de Torre de Santa Elena, ook wel bekend als Torre de La Azohía, opvalt.
De collegiale kerk van San Patricio is een gebouw in renaissancestijl aan de Plaza de España.
Het werd bij decreet van 27 januari 1941 uitgeroepen tot Nationaal Historisch-Artistiek site.
De Collegiale is de enige in Spanje die onder het beschermheerschap vanSt. Patrick staat.
De toewijding aan de Ierse heilige vindt zijn oorsprong in de oorlog , die op 17 maart 1452 (St. Patrick's Day) werd uitgevochten tegen de inwoners van de stad Granada. De bouw van de kerk begon in 1533 onder Paus Clemens, God mag weten wie die brave man is, op de plaats van de oude kerk van San Jorge. De bouw werd echter uitgesteld tot 1704.De kerk heeft een barokke gevel met renaissance-interieurs.
Van aan de kerk is er een wandelweg naar het kasteel.
Maar dat is voor een andere keer.
Ook heeft het kasteel vernieling gekend in 2011 tijdens de aardbeving.
Wij hebben die beving niet meegemaakt daar we pas in maart 2012 in Mazarron zijn toegekomen, maar we hebben wel nog een deel stad in puin zien liggen.
Carcel.... wil zeggen...gevangenis.
Ook heel oud en niet meer in gebruik.
Misschien maar goed, want je ziet er binnen heel wat duiven zitten. En als die erin kunnen , kunnen gevangenen er ook uit.
Initieel gingen we naar het winkelcentrum in Lorca.
Het is zowat het einde van de solden en wie weet of we er nog iets kunnen vinden.
Het winkelcentrum van Lorca is niet zo groot als Murcia of Cartagena, maar alle winkels die je nodig hebt , zijn er.
Ook niet te druk...vandaar ons lievelingsplek om te winkelen/
En we vonden nog wel wat.
Geen zin om naar huis te gaan, dus een uitstapje in Lorca stad.
We zijn het eigenlijk al 12 jaar aan het doen en het is er nooit van gekomen...tot nu dan.
Van de parking aan de Lidl , te voet naar het stadsgedeelte.
In een park vinden we een bord met daarop enkele wandelwegen.
Dat gaan we nog zeker wel eens doen, maar nu zijn we er niet op gekleed.
We bevinden ons aan het nieuwe gedeelte, of te zeggen aan het moderne gedeelte, met hoogbouw en vele winkels.
Maar als we ons omdraaien, zien we boven op de berg het kasteel...
We merken ook een paar scholen op die waarschijnlijk een rondleiding in het oude gedeelte hebben gedaan, dus ...daar moeten we zijn.
Het kasteelvan Lorca, is een fort van middeleeuwse oorsprong gebouwd tussen de 9e en 15e eeuw. Het bestaat uit een reeks verdedigingswerken die tijdens de Middeleeuwen de stad en het fort tot een onneembaar punt in het zuidoostelijke deel van het Iberisch schiereiland maakten. Het kasteel van Lorca was een belangrijk strategisch twistpunt tussen christenen en moslims .
Het is 640 m lang en 120 m breed en een van de grootste kastelen van Spanje.
De stad werd ernstig beschadigd door een aardbeving met een kracht van 5,1 op deschaal van Richterop 11 mei 2011, waarbij ten minste negen mensen om het leven kwamen. Vanwege een ondiep hypocentrum was de aardbeving veel destructiever dan normaal voor aardbevingen met een vergelijkbare omvang.
De kerk van Sint Franciscus
In Lorca kan je verdwalen tussen autovrije geplaveide straten met oude huizen, kunstateliers en oude winkeltjes.
Een van die wegen komt uit op het Plaza de Espana met aan de linkerkant het gemeentehuis en rechts collegiale kerk van San Patricio.
Deze wandelroute, geschikt voor iedereen, begint in het centrum van Relleu en loopt voornamelijk langs een oud landelijk paardenpad dat onlangs is hersteld en bekend staat als "Camí de les Ripalmes y del Fasamais", oude plaatsnamen van het gebied.
De route, ongeveer negen kilometer heen en terug, verbindt Relleu met zijn stuwmeer, gebouwd in de 17e eeuw, toen het een van de pioniers in heel Spanje werd.
De route loopt over een levendig terrein bezaaid met oude irrigatievijvers, dammen, sloten, een oude kalkoven en weinig begaanbare wegen langs de regenboomgaarden van Relleu, waar olijf-, amandel- en johannesbroodbomen groeien, tot aan de kolossale dam.
Tot het einde van de 19e eeuw en bijna 200 jaar lang was geen enkele andere dam in het hele land zo hoog en smal.Die vandaag de dag nog steeds indruk maakt met zijn slankheid. Geïnspireerd door de stuwdam van het type zwaartekrachtboog van Tibi, de oudste in Spanje, is de Relleu-dam van het type gewelfdam en was destijds een ware vooruitgang in de techniek wereldwijd. Bovendien was de bouw ervan een sterke stimulans voor de landbouw in het gebied, vooral gepromoot door de inwoners van Villajoyosa.
Dit jaar heeft de dam een nieuwe attractie: een spectaculaire houten loopbrug die zich uitstrektover 370meter (en die zal de komende jaren blijven uitbreiden!) door de kloof op een hoogte van meer dan60 meter. De zeer hoge wanden van de canyon dienen als leefgebied voor verschillende rotsvogels, zoals de havikarend. Daarom is het aan te raden om tijdens het bezoek respectvol en stil te zijn, aangezien de adelaars hun nesten mogelijk heel dicht bij de loopbrug hebben geplaatst.
Wees voorzichtig als je duizeligheid hebt!De indrukwekkende lay-out hangtaan de muur in een display dat niet geschikt is voor alle doelgroepen, vooral hetgrote glazen platformaan het einde van de loopbrug. Een climax van hartverscheurende proporties om te genieten van een onbekende maar spectaculaire hoek van de provincie Alicante.
Met zijn onmiskenbare culturele bezienswaardigheden, waaronder belangrijke monumenten, tradities en gastronomie, is Relleu de laatste tijdeen essentieel bezoek geworden voor liefhebbers van wandelen.
De reden voor het succes is deRelleu Stuwmeerroute.
Een rondwandeling die begint in het centrum van de gemeente en zich in totaal negen kilometer uitstrekt tot aan het oude stuwmeer van Relleu, dat dateert uit de17e eeuw.
Maar de ster van de route is zonder twijfel de spectaculaire houten en glazen loopbrug . Het platform, bevestigd aan een van de kloven van de kloof die het stuwmeer volgt, trotseert een helling van meer dan 60 meter hoog en biedt een absoluut spectaculair uitzicht.
Zozeer zelfs dat de meest gedurfden deze route "El Caminito del rey alicantino" (de loopbrug van de koning) zijn gaan noemen, hoewel geen enkele vorst er ooit zo langs heeft gelopen als op het bekende pad van de bergen van Malaga.
Inkom 5 euro per persoon.
Een haarnetteke en een helm...En dan op weg.
Het eerste zicht is een uitgedroogd stuwmeer met de stuwdam .
Nog eerst voorbij een 10 tal heel uitgelaten en luidruchtige noorderburen met een hond die bibbert van de schrik, en dan weg
Het werd onder de aandacht gebracht door dokter Alejandro Sendra, die op zijn terrein de grafsteen van 'Paccius' vond die duidde op Romeinse bewoning ver binnen hetImperium.
Meer bevindingen van recente werken in de stad, hoewel nog niet nauwkeurig bestudeerd, zullen meer licht werpen op het verleden van de stad, die tijdens de Romeinse periode waarschijnlijk deel uitmaakte van het bestuur van de belangrijke nabijgelegen Romeinse stad Villajoyosa/La Vila Joiosa.
De geschiedenis van Relleu gaat minstens vier eeuwen vooraf aan de Romeinen, want er was eenIberischenederzetting binnen de parochiegrenzen op enige afstand van de stad op het hoogste punt van dePenya-roja(SpaansePeñarroja). Zoals beschreven in het boek 'Contestina Ibérica' van E. Llobregat.
Helaas is de site geplunderd, maar er zijn nog steeds muren van een halve meter dik en een aanzienlijke hoeveelheid Iberischeamforafragmenten, kleine stukjes Iberisch keramiek en over de heuvel,slakkenvan ijzerbewerking.
Dit materiaal, samen met andere artefacten die in het plaatselijke museum zijn gedeponeerd, met vergelijkbare kenmerken als die in de nederzetting, wekken de indruk van permanente bewoning min of meer in de 2e en 1e eeuw voor Christus, toen de Romeinen het gebied controleerden.
Relleu (wat "reliëf" betekent in hetValenciaans) dankt zijn naam aan het ruige terrein dat deel uitmaakt van de gemeente en wordt over het hoofd gezien door de ruïnes van een 11e-eeuws kasteel gebouwd door demoslimbevolking. De stad bestond uit 70 huizen die verbonden waren metCocentaina. Na de verovering van de regio door de troepen vanJacobus I van Aragon, zou Relleu eigendom worden van Bernat de Sarrià, dat tot 1535 kerkelijk afhankelijk was van de parochie vanFinestrat.
Aan het einde van de 16e eeuw kwam het landgoed in handen van dehertog van Osunaen jaren later had hetdecreetvanFilips IIIuit 1609 dat de Moren verdreef dramatische gevolgen voor de bevolking van de stad, die naar de bergen vluchtte en vervolgens, samen met deMorenvan Finestrat en Sella, in opstand kwam tegen Alicante. Er bleven slechts 15christelijkegezinnen over.
De stad werd aan het begin van de 20e eeuw een van de dichtstbevolkte in het gebied, met 3.342 inwoners. Dit was te wijten aan de irrigatie van de rivier de Amadorio. De ruïnes van het kasteel worden beschermd door de wet op het Spaans historisch erfgoed.
Eens geinstalleerd gaan we op pad
Via een mooi aangeld pad door een dennenbos , komen we aan het begin van het stadje.
Daar bevind zich een wasplaats voor de bevolking.
Niet om jezelf te wassen, maar om de was te doen.
Stromend water van de bron die de rivier Amadorio vormt , werd indertijd geirrigeerd door het dorp en uitgebouwd naar deze wasplaats.
Allerhande ruines worden nog steeds gevonden in dit idylisch dorpje.
Opvallend aan dit dorp zijn de de smalle straatjes
De straatjes zijn vooral autovrij en voorzien van kleine steentjes die precies gelegd zijn en zo de mooie straten vormt.
Nadat alles weer ingeladen is , en afscheid genomen te hebben van Sam en Max , zijn we weer op pad met de Gust.
De honden zijn in goede handen en in goede doen, dus we kunnen gerust zijn.
Deze keer niet naar Analusia, maar regio Valencie. Dus iets naar het noorden.
De weersvoorspelling is goed, en de trip is helemaal gepland.
Eens dat we van de autoweg A7 afrijden is het een kronkeling tussen de bergen... Heerlijk om te rijden, maar toch opletten voor fietsers.
Het is een weg die gebruikt wordt door profrenners die stage doen.
De wegen zijn er op voorzien, want ze zijn zoals nieuw , maar die mennen schuren er door tegen een snelheid dat je met de camper bergafwaarts niet kan halen.
En dan opeens , uit het niets, een dorpje.
Er staan huizen waar je tussendoor moet tegen een slakkengangetje ... Alles is er zo smel dat je er net de spiegels van de camper niet moet dichtklappen.
Maar al bij al... het ging, en we zullen waarschijnlijk niet de enige camper zijn die er door is gereden.
Wanneer we bijna bij onze bestemming zijn, wordt het uitzicht alsmaar mooier.
De achterkant van Benidorm.
Knap, rustig , geen verkeer en wat een natuur...
En alweer iets verder een dorpje met smalle doorgang.
Na een 170 km rijden komen we aan in het dorp Relleu.
Het is daar dat we zullen verblijven.
Over het dorp wat meer in devolgende blog
Maar eerst een camperplaats zoeken.
En die hebben we gevonden.
Het dorp heeft boven op een berg en onder een ruine van een mormoons kasteel een parkeerplaats gemaakt.
In de zomer dient dit als parking voor mensen die komen zwemmen bij het gemeentelijk zwembad.
Nu, in het voorjaar is dit bad gesloten en mogen er campers staan.
En we stonden er niet alleen.
Dadelijk kennis gemaakt met Duitsers en Nederlanders...
Jaja, zo gaat dat in de camperwereld... Je hebt dadelijk contact en hoort verhalen en verteld er zelf.
El Portús - Cueva de Los Amarillos - Cabezo de la Aguja
Deze prachtige wandelroute door de Sierra de la Muela, Cabo Tiñoso en het Roldán Regional Park begint bij het strand van El Portús en gaat verder via een stenig pad met spectaculaire uitzichten naar de Cueva de los Amarillos, en dan verder naar de Collado de la Aguja en de Cabezo de la Aguja, waar het panoramische uitzicht gewoonweg ongelooflijk is.
De terugweg gaat langs hetzelfde pad en kort voor het einde neem je het pad naar rechts dat langs de geul Barranco de la Muela loopt en terug naar het beginpunt leidt.
De plaatselijke bakker , die om 9 uur al toeterend het camperveld komt aangereden, heeft ons doen opstaan.
Wassen, koffie , ontbijt , en dan de fiets op.
We rijden vandaag naar Vera.
Via Google maps hebben we een fietsroute gevonden door het land en dus gelukkig niet langs de drukke kustweg.
We komen door gebieden met grote groen velden waar ijsbergsla wordt geteeld.
We horen knallen en het geschreeuw van valken.
Dat alles is nep en is nodig om vogels van de gewassen te verjagen.
Wanneer we door het land fietsen, komen we op verschillende plaatsen uit waar men aan het werken is aan het traject Almeria Valencia .
Dit is een traject voor de hoge snelheidstrein.
Op verschillende plaatsen zitten mannen in fluoriserende werkkledij die u zeggen hoe je moet of mag rijden. Daar waar ze werken mag je niet passeren, en zij geven je aanwijzingen hoe je moet rijden.
We komen aan in Vera.
Een middeleeuws dorpje , ongeveer 9 km van de kust.
Werd door een aardbeving in 15 honderd en zoveel volledig van de kaart geveegd, en nadien terug opogebouwd.
We willen onze fietsen ergens stallen , maar helaas is hier nergens een plaats voor.
Nog een gat in de markt..
Zelfs een politieagente weet niet waar we onze fiets zouden kunnen zetten.
Dan maar door fietsen.
Van Vera naar Garrucha.
Dit stadje ligt wel aan de zee.
Het is er warm, maar winderig. dus dan de truien terug aan.
Garrucha is een havenstad.
Het heeft ook een fietsroute langs de kust , tot in Vera beach.
Je rijdt er langs de zee en voorbij de naaktstranden.
Af en toe zie je daar een bomma en bompa over straat lopen of petanque spelen .... in hun bloor gat.
Orihuela is een gemeente aan de Costa Blanca in de Spaanse provincie Alicante in de regio Valencia .
Orihuela is de hoofdstad van de comarca Vega Baja del Segura.
De gemeente Orihuela valt verder onder te verdelen in de stad Orihuela (Ciudad), de geïrrigeerde tuinbouwstreek met zijn deelgemeentes (Huerta), en de kuststreek (Orihuela-Costa).
De stad Orihuela ligt aan de oevers van de rivier de Segura en bevindt zich 23 meter boven zeeniveau, tegenaan de Sierra Orihuela.
De stad ligt 20 km uit de kust van de Middellandse Zee.
In Romeins Spanje was de naam Orcellis en later Auraiola. Onder Visigotisch bestuur werd deze laatste naam verbasterd tot Oriola.
In het Visigotisch tijdperk werd de stad uitgebreid en militair versterkt en won ze in regionaal belang.
De stad lag eeuwenlang in de grensstreek van de koninkrijken Murcia, Valencia en Aragon, wat conflicten gaf.
In 1564 werd het bisdom Orihuela opgericht door afscheuring van het bisdom Cartagena; het was een eindpunt in een langdurig conflict tussen Aragon en Murcia. In 1959 werd het bisdom hernoemd Orihuela-Alicante.
Orihuela heeft een zeer rijk historisch verleden met vele kerken, kloosters, paleizen en musea. Het grondgebied van Orihuela strekt zich uit tot aan de 20 km verder gelegen kust. De afgelopen jaren is Orihuela Costa (Dehesa de Campoamor) vragende partij om onafhankelijk te worden van Orihuela stad.
In 1969 werd Orihuela door de overheid verklaard tot historisch culturele stad van grote historische en culturele waarde. De laatste jaren zijn veel gebouwen en monumenten met overheidssteun grondig gerestaureerd. De rivier de Segura stroomt door de stad en verdeelt deze in het historisch centrum en het nieuwe commerciële centrum.
De geschiedenis van Orihuela gaat terug tot het begin van de middeleeuwen. In 576 was het de hoofdstad van de Visigotische provincie Aurariola, waaraan de stad zijn naam ontleende. In de negende eeuw verloor de stad zijn onafhankelijkheid aan het kalifaat van Omeyas. In 1242 werd de stad heroverd door de christenen. Een legende verteld hoe een christen vrouw, Armengola, aan de basis lag van deze herovering. Armengola was de vrouw van Pedro Armengol, en zij was de voedvrouw van de kinderen van de Moorse gouverneur Benzaddon en had vrije toegang tot zijn kasteel.Tussen de Moren en Christenen was er in de tijd veel onrust en plaatselijke gevechten. Daarom beslootBenzaddon om drastische maatregelen te nemen om hier een einde aan te stellen. Hij besloot om alle christelijke bewoners die in de Moorsewijk Abaloche woonde te doden. Wel wou hij Armengola, haar twee dochters en haar man van de moordpartij sparen. Hij verteldeArmengola wat hij van plan was en vroeg haar om samen met haar gezindie bewuste nacht in het kasteel te blijven zodat ze niet gedood zouden worden.Armengola bracht echter de christenen op de hoogte van de moordplannen van de Moorse heerser. De avond van die bewuste nacht ging ze naar het kasteel samen met haar man, maar in plaats van haar dochters nam ze twee sterke kerels mee gekleed als Armengola dochters zodat ze binnengelaten zouden worden in het kasteel. Een voor een werden de bewakers en de wrede Moorse gouverneur door de Armenzolas gedood in korte gevechten en de christenen namen terug bezit van het kasteel. Enkele dagen later, op 17 juli, stond het leger van koning Jaime I van Aragón reeds voor de poorten van de stad en verdreven ze alle Moorse inwoners.
Vanaf 1564 was in deze stad de bisschopszetel gevestigd en werd het een centrum voor literatuur, wetenschap en kunst. De bouw van de kathedraal begon aan het eind van de dertiende eeuw. Bezienswaardig is hier o.a. het 18e eeuws orgel. Het bisschoppelijk paleis is indrukwekkend door zijn sobere karakter en is het grootste paleis van de stad.
Orihuela ligt op de grens tussen de regio Valencia en Murcia en behoorde soms tot de ene en dan weer tot de andere provincie.
Na studies aan de universiteiten van Andalusië, Castilla en Murcia bleek dat Orihuela meer cultureel verwant is met Murcia dan met Valencia in termen van fonetiek, architectuur, landbouw, folklore, muzikale vieringen, instrumenten en gastronomie.
Orrihuela bezoeken doe je best met een goede plattegrond. Sommige straatjes lijken erg op elkaar en er bestaat een grote kans om te verdwalen. Plannetjes en andere info zijn te verkrijgen bij de toeristische dienstop het Plaza Teniente Linares. Hou er rekening mee dat tussen 14 en 16 uur alle bezienswaardigheden gesloten zijn.
In het oude stadsdeel zijn niet zo veel restaurants maar laatje verleiden door een dagmenu in het casino van Orihuela. Voor 14 euro kan je eten aan de bar maar als je 18 euro betaald krijg je een prima dagmenu in de grote zaal en mag je tafelen, gezeten in de oude sillonesvan het casino.