Een eigen tempo zoeken, met licht verkrampt rechterbovenbeen, is niet zo moeilijk het gaat richting 15 km/uur. We zien Bart stilletjes aan weglopen, ook de nummer twee van de Roparun snelt me voorbij, half marathon kom ik door in 1:20:14. Een prachtige tijd en als er zes minuten verval opzit, mijn beste marathontijd van 2009, een mooi vooruitzicht, om te blijven gaan. het zal er op aankomen mentaal sterk te zijn als het stuk met de tegenwind er aan komt, maar eerst nog drie rustige kilometers. Bij het aflossingsteam dat tweede loopt, is het iemand die ongeveer even snel loopt als ik, een mikpunt 100 meter voor mij.
Ik gebruik het mikpunt om mijn snelheid te regelen, kilometer 24 (1:31:34) ik kom alsmaar dichterbij, maar net nu word hij afgelost. Dit word dus acht kilometer alleen beuken tegen de wind en hopen dat ik zolang mogelijk de 4 minuten/km aan kan houden. De rechterheup begint iets meer te trekken, en heeft een voos gevoel, ondertussen is het goed aan het regenen, echt herfstweer. Kilometer 27 (1:43:33) de laatste drie netjes binnen de 12 minuten, als ik niet meer verval ken zit een tijd onder de 2:45:00 er in. Dit amper dertien dagen na de zes uur van Stein, dat zou pas straf zijn en totaal onverhoopt, een tijd onder de drie uur, was mijn doel.
Het vechten tegen de wind vraagt zijn tol, voor mij uit zie ik dat ze elkaar om de kilometer aflossen, kan iemand me aflossen? Nee ik zal het zelf moeten klaren, kilometer 30 (1:55:44) toch niet teveel verval, ik kijk nog eens goed op mijn Garmin, amaai. Het is nu nog twee kilometer vechten tegen de wind, de rechterdij, hamstring, bilspier en quadriceps voelen nu stijf aan. De verhoopte versnelling wind mee zit er niet in, het rechterbeen wil niet mee, ik durf het niet forceren, volgende week naar de kinesist? Kilometer 33 (2:08:10) nog wat mer verval, hoewel de laatste kilometer met zijwind mee was, het tempo er proberen in houden.
De derde ploeg van de Roparun is me voorbij gegaan, en zelf wind vol in de rug kan ik niet meegaan, geen versnelling, verkramping, ja. Maar ik mag de kilometers beginnen aftellen, en tot de aankomst is de wind in het voordeel of hebben we zijwind. Kilometer 36 (2:20:15) het kan nog als ik de laatste drie kilometer kan versnellen, die supertijd onder de 2:45:00, maar versnellen! De benen zijn vermoeid maar de hartslag is onder de hsm 140 gezakt, fris en in topvorm zou ik er nog een fameuze lap op kunnen geven. Nu met het verstijfde rechterbeen moet ik tevreden zijn te finishen zonder kwetsuur, wat is dat met mij, ik mag supertevreden zijn.
Kilometer 39 in (2:32:38) het kan nog juist onder de 2:45:00, mits een kleine versnelling, ik zet aan, het linkerbeen wat meer werken. Toch het mag niet zijn, ineens krijg ik een hevige buikkramp, en koude rillingen, ik moet vertragen om de kramp te verzachten. Met verbeten trek rond de mond zet ik de weg verder, de buikpijn blijft, en gewoon finishen aan dit tempo zal mooi zijn. Ik zie de zuivelfabriek van Campina in de verte en zit dus in de laatste kilometer, de laatste 500 meter gaan tegen de wind in. Carine staat me 250 meter voor de finishlijn op te wachten om me aan te moedigen, maar ik kan er geen sprintje meer uitpersen.
Straks op de toiletten zal me dat wel lukken, Ik kom de finish door na 2:45:47, als tweede op de marathon, Bart is al 5 minuten binnen. In de showroom feliciteren we elkaar en doen ons wedstrijdverhaal, jorgi en Kenney zijn ook weer fier op hun papa. Bij het inleveren van de borstnummer krijgen we nog een t-shirt een katoenen exemplaar, er liggen bananen koekjes, wafels, de koffie, chocomelk, frisdrank en bier alles is gratis ook de broodjes zijn zo te pakken, de tolweg is vergeten, de buik vol. Bart krigt het klaar dat de prijsuitreiking van de marathon twee uur vroeger gehouden word, een mooie beker voor het podium.
|