Ik ben Bart Bonne
Ik ben een man en woon in Las Palmas (Gran Canaria-Spanje) en mijn beroep is mountainbikegids.
Ik ben geboren op 08/11/1974 en ben nu dus 50 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: wielrennen,metal,voetbal (Anderlecht).
Wedstrijd nummer 56 stond vandaag op het programma, en daarmee evenaar ik exact het aantal als vorig jaar. Lochristie is al voor de vierde opeenvolgende keer m' n uitzwaai aan het seizoen, en de poort naar wilde feestjes, ongeremd drank- en drugsgebruik en decadente orgieen. Althans, zo zou het kunnen zijn... Voor mij na de wedstrijd echter geen wilde feestjes of drinkorgieen, maar verschrikkelijk enerverend trompetgeschal van een plaatselijk blazerscombo, die in de opgefokte kermistent de grootmoeders en boerinnekes uit de streek aan een 'poging tot' dansen moet weten te krijgen. Nu ja, elk zijn verzetje natuurlijk, maar eerst was er de wedstrijd. Ik die dacht eens lekker uit te bollen, en al wieltjeszuigend nog wat van de laatste zonnestralen te genieten, kwam méér dan bedrogen uit. Alle koerslogica ten spijt, nodigden de eindeloze rechte stukken betonbanen blijkbaar uit tot veelvuldig aanvalswerk. Die typisch Belgische betonwegen, voornamelijk aangelegd in de jaren '50 en '60, met een verraderlijk gleufje tussen de rijstroken bollen niet echt super. Je vindt ze dan ook logischerwijze nergens anders ter wereld! Zelfs het kleinste eiland in pakweg de Chinese Zuidzee beschikt over egale asfaltwegen waar de carbonwielen héérlijk op zouden 'zoeven'. Hier, in hét fietsland bij uitstek, word je warempel elke acht meter op een vervelende stomp getrakteerd, die de verbinding vormt tussen twee stukken betonplaat. Maar goed, het is voor iedereen hetzelfde, en in de aanvangsfase ontsnappen meteen acht individuen, die we niet meer terug zien. Koers beslist denk je dan, en lekker 'freewheelend' het seizoen uitzwaaien. De eerste ronden verliepen inderdaad zo, maar halfweg koers demarreert de ene klojo na de andere, en als je niet hopeloos achterop wil blijven spartelen, kun je bijna niet anders dan telkens meespringen. Op vier ronden van het einde ontstaat er zo een serieuze breuk in het peloton, en ik ben de enige die nog vanuit de achtergrond de sprong kan maken naar de tweede groep. Met de kop in de grond, en de wind in de rug moet ik er een minutenlange sprint uitpersen om aansluiting te vinden, en net als ik erbij kom... "KRAK!" Ik had een 'putteke' tussen die simpele betonvakken niet opgemerkt, en door de slag schuift mijn zadel een halve centimeter naar beneden. Als ik nu kracht zet op de pedalen schuif ik naar voor, zodat ik met m'n edele- en andere delen telkens op de horizontale bovenbuis van mijn frame dreig te belanden. (Zie ook 1.18 Open in Zomergem.) Aangezien ik nu in het tweede peloton zit, besluit ik de oncomfortabele zitpositie te verbijten, maar de resterende drie ronden lijken nu ein- de- loos te duren. Dit zijn verdomme nog de zwaarste ronden van het seizoen, en ik ben maar wat opgelucht als de wedstrijd er eindelijk op zit. Meesprinten voor de resterende kruimels zat er dan ook niet meer in. Het seizoen zit er dus op, en om het hier op mijn blog niet helemaal stil te laten vallen, hou ik jullie wel op de hoogte van m' n winterse activiteiten. Van 18 tot 25 oktober bezoek ik trouwens m' n wederhelft op La Graciosa, een klein Canarisch eilandje ten noorden van Lanzarote. De fiets laat ik thuis, maar een verslagje van mijn wedervaren mag je hier later dan wel verwachten. Ahora me voy en el sol y mi guapa novia. Adios amigos!