Ik ben Nand Ghys
Ik ben een man en woon in Kasterlee (België) en mijn beroep is Vlaams ambtenaar bij agentschap IWT.
Ik ben geboren op 12/08/1971 en ben nu dus 53 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: hardlopen, duatlon en sinds kort ook triatlon.
less talent, more excercises Een held is iemand die hard kan lopen omdat hij niet zo zwaar beladen is met hersenen ... of aan hardlopen heb je niets, je moet enkel op tijd vertrekken. Een blog van iemand die nooit de krantenkoppen zal halen met zijn prestaties maar des te meer geniet van elke stap vooruit ...
15-12-2013
van zondag 8/12 tot zondag 15/12
Afgelopen zondag 8/12 heb ik nog eens deelgenomen aan een MTB-toertocht in mijn achtertuin, Geel-ten-Aard om precies te zijn. De wegen waren al bij al goed berijdbaar en ik heb er een toffe voormiddag van kunnen maken. In totaal toch ruim 50 kilometer gereden tegen een gemiddelde van 22,5 km/uur. Alleen werd nog maar eens bevestigd dat ik alles behalve een technische rijder ben. Geef me veldwegen à volenté maar van zodra er enig bochtenwerk aan te pas komt moet ik elk wiel voor mij lossen.
Maandag 9/12 werd er een snelheidstraining ingelast van 3 x 1000 meter en afsluitend 1 x 500 meter. Dinsdag liep ik een uurtje met de JCK. Daar kreeg ik te horen dat er een zware delegatie komt afgezakt naar de 10 miles in Lier volgende week. Dus in plaats van uitbollen zal ik daar nog zwaar aan de bak moeten om o.a. Joris Maes en Toon Biermans voor te kunnen blijven. Woensdag stond mijn wekelijkse zwembeurt op het programma en donderdag trainde ik 35 minuten op de hometrainer.
Vrijdag een welverdiende rustdag en zaterdag nog een pittige intensieve training van 2 x 6,5 km richting Prinsenpark in Retie en terug. Ik haalde vrij gemakkelijk een gemiddelde van 4.50 min/km. In mijn laatste 2 kilometer in Oosteneind kreeg ik evenwel nog het onaangekondigde (en onaangename) gezelschap van 2 Jack Russells die zodanig opgehitst waren en daardoor regelrecht naar mijn achillespezen vlogen. Ik moest mij gedurende 200 meter voortdurend omdraaien om die mormels uit mijn buurt te houden want anders had ik er gegarandeerd één aan mijn onderbenen hangen. Goed voor 1 keer maar als dat nog eens voorvalt zal ik "de politie, mijn vriend" eens contacteren.
Zondag 15/12 hield ik het bij een rustige duurloop van 90 minuten. Ik zat wel met een geblokkeerde nek en wat pijn in de onderrug. Veel kans dat dit nog het gevolg is van de bruuske bewegingen die ik maakte toen die 2 schotelvodden op 4 pootjes mij attackkeerden. Ik vertrok rond 10 uur en liep in tegenovergestelde richting als de deelnemers van de Hel van Kasterlee, een duatlonwedstrijd die volgende week zal plaatsvinden. Die maakten met hun MTB een parcoursverkenning. Als het de volgende dagen droog blijft zal het de eerste keer sinds jaren zijn dat de weergoden hen eens gunstig gezind zullen zijn. Maar op enkele dagen kan er natuurlijk nog veel gebeuren ...
In bijlage het trainingsschema van de maand november 2013. Ik probeer er een gewoonte van te maken om mijn activiteiten maandelijks op mijn blog te rapporteren.
Meestal gaat het op mijn blog enkel over lopen en fietsen maar sinds een jaar spring ik haast wekelijks ook in een zwembad. Ondertussen heb ik in 2013 al 41 keer gaan zwemmen in het zwembad van Schaarbeek tijdens mijn middagpauze op het werk in Brussel. De eerste maanden hield ik het amper 30 minuten uit en trok dan met veel moeite 30 baantjes van 33 meter. De dag nadien had ik dan altijd heel stijve bovenarmen.
Stelselmatig leerde ik mijn zwemtechniek verder te perfectioneren en nu zwem ik eigenlijk probleemloos gedurende 45 minuten 60 baantjes van 33 meter. Ik heb mijn snelheid dus enorm kunnen opdrijven. De laatste weken train ik daarbij ook op de wissel. Ik zwem eerst 20 baantjes en hijs me daarna onmiddellijk uit het water om zo mijn evenwicht sneller te leren beheersen. Ik heb namelijk tijdens mijn deelnames aan de triatlon gemerkt dat ik steeds als een tol draai wanneer ik uit het water kom. Misschien is dat iets wat je niet kan trainen maar baadt het niet dan schaadt het niet ...
Volgend jaar mik ik op 50 zwembeurten van 45 minuten. Dat maakt 37,5 uur zwemmen/jaar en ongeveer 100 kilometer afstand. Enkele weken geleden kwam ik terecht op de blog van Dirk Baelus, een fervent triatleet uit Turnhout. Dit jaar staat die zijn teller al op 380 km met pieken tot meer dan 700 km/jaar (!). Dan sta je als recreant meteen weer met beide voeten op de grond.
1/2 marathon van Kasterlee editie 2013: Nieuwe PR !!!
Zoals in eerdere verslagen reeds werd aangegeven had ik eigenlijk geen idee waar ik stond tegenover vorig jaar. Toen liep ik de 21,1 km in 1 uur 38 minuten en 59 seconden. Daar ik me voor de rest van het jaar verder nooit meer aan die afstand waag is het altijd koffiedik kijken wat het resultaat zal worden. Ik had dit jaar weliswaar wel wat progressie gemaakt op kortere afstanden maar me vooral aan enkele nieuwe uitdagingen gewaagd: 2 korte triatlons en afgelopen maand nog een geslaagd marathondebuut in Eindhoven. Vooraf hoopte ik om mijn tijd van vorig jaar met +/- 2 minuten scherper te kunnen stellen, dus ergens tussen 1 uur 37 en 1 uur 38 minuten uit te komen. Verder had ik heel gevarieerd getraind, veel lange duurlopen van 20 km, recuperatielopen en regelmatig een tempo-intervaltraining. Zonder het te beseffen had ik zo de laatste 2 weken in totaal nog 700 minuten gelopen tegenover 300 minuten het jaar voordien tijdens dezelfde periode.
's Morgens liep de wekker om 7.30 uur af. Ik stak 4 witte boterhammen naar binnen met poepgelei en een tas koffie. Om 9 uur nog een banaan en omstreeks 9.30 uur vertrok ik samen met Grietje en Rik richting Geelsebaan. Niet via Duineneind maar langs de Berkenlaan zodat ik me nog goed kon warmlopen maar vooral ... me ergens vooraan (ik denk op 10 à 15 meter van de startlijn) in de startzone kon nestelen. Een tip van Jan Neirinck die me zeker geen windeieren zou leggen.
Tijdens de eerste kilometers voelde ik al meteen het verschil tegenover de vorige edities: ik moest niet voortdurend slalommen tussen de deelnemers maar kon meteen een strak tempo aanhouden. Het vreet inderdaad een pak energie minder dan wanneer je voortdurend moet optrekken en afremmen voor tragere lopers. Na goed 1,5 kilometer passeerde ik Joris Maes van de joggingclub. Die deed mee aan zijn eerste marathon. Ik hield de begroeting kort zodat ik daar ook niet teveel tijd mee verloor.
Na 3 km haalde ik onze Rik in. Ik zag dat hij zich wel erg warm had aangekleed, net zoals vele andere lopers trouwens OK, de temperatuur bedroeg maar enkele graden maar ik was toch met korte broek en korte mouwen aan de wedstrijd begonnen. De handschoenen en de hoofdband voelden bij mij na 4 km te warm aan zodat ik die aan onze Sander gaf. Die had ik strategisch na goed 4 km ergens langs het parcours geïnstalleerd. Hij gaf me daar ook mijn eerste energiegel aan. Ik passeerde de 5 km na amper 22 minuten en 20 seconden terwijl ik vooraf - in de meest gunstige situatie - op 23 minuten had gehoopt. Ondertussen liep ik tegen een tempo van 4.27 min/km. Dat tempo kon ik perfect vasthouden zodat ook de 10 km tegen een voor mij verbijsterend snelle 44 min en 38 seconden werden verteerd. Rond 13 kilometer was daar nog Grietje die mij een energiegel aangaf. Een strategische plaats want de volgende 3 kilometer waren de lastigste van het hele traject. Na 15 km registreerde mijn Garmin een tijd van 1 uur 6 min en 50 seconden. Ruim 2 minuten sneller dan verhoopt. Ik kon goed standhouden en toen we na 17 km terug op de betonweg aankwamen wist ik dat enkel een kwetsuur mij nog kon afhouden van een nieuwe besttijd.
Toen we afsloegen richting de Nete voelde ik in mijn linkerkuit wel de eerste tekenen van een opkomende kramp. Ik besefte dat een misstap ertoe kon leiden dat de kramp echt doorschoot van hier tot in Tokio en dan zou het meteen einde wedstrijd zijn. Ik voelde me nog opperbest maar hield me toch ietwat in om mijn kuiten zoveel als mogelijk te ontzien. Geen bruuske bewegingen, geen extreme versnellingen en kuilen en drassige ondergrond zoveel mogelijk vermijden ...
Ik kwam in de Netestraat aan in een tijd van 1 uur en 29 minuten. Daar moesten we nog een korte maar best pittige helling trotseren dus hield ik mijn hart vast voor wat komen zou. Behoedzaam probeerde ik gelijke pas te houden. Oef, ik kwam zonder kleerscheuren in de Berkenlaan aan en terug vol gas voor de laatste 800 meter. Die liep ik nog vlot tegen 14 km/uur.
Bij aankomst besefte ik pas dat ik ruim 5 minuten sneller liep dan vorig jaar, 1 uur 33 minuten en 54 seconden om precies te zijn, 127ste van de 1.125 finishers en 28ste van de 141 h40. Een waanzinnige verbetering van mijn PR op die afstand. Maar wat me nog het meest verbaasde was dat ik niets maar dan ook niets moe was. Ik recupeerde enorm snel en na amper enkele minuten liep ik al (rustig) terug naar huis om te douchen. Ik vermoed dat mijn basisconditie nog nooit zo goed is geweest dan nu. Jammer dat de kuitspieren die laatste kilometers een beetje roet in het eten kwamen gooien. Maar toch koester ik dit moment want ik vrees dat dit een tijd zal zijn die zeeeeer moeilijk voor verbetering vatbaar is. Voor dit jaar gaat de rekker er alvast af. Misschien nog 1 wedstrijd medio december en voor de rest mijn lichaam laten herstellen. In 2013 nam ik tot op heden in totaal aan 18 wedstrijden deel. Dat is toch veel. Voor 2014 ga ik proberen om het jaar in een aantal periodes in te delen zodat ik wat meer rustige momenten kan inbouwen. Nu was de ene wedstrijd maar net achter de rug en hop ... je kon al vollebak beginnen te trainen voor de volgende. Mentaal was dat niet altijd gemakkelijk.
In laatste rechte lijn naar 1/2 marathon van Kastelee
Tussen zaterdag 2/11 en maandag 11/11 werden ruim 100 km extra op de teller bijgeschreven waarvan 4 duurlopen van +/- 20 km. Afgelopen zaterdag voelde ik 's avonds na een pittige training van 17 km wel de eerste tekenen van overtraining aan mijn rechterenkel. Gevolg was dat ik zondag, toen er eigenlijk een korte intervaltraining was voorzien, wijselijk besliste om deze te cancelen en in de plaats daarvan een training op de hometrainer in te lassen. Sinds enkele dagen weet ik dat deze instelbaar is zodat je op verschillende wattages kan trainen. Omdat 2 tantes zondag op bezoek waren geweest en dit logischerwijs leidde tot extra calorieën reed ik de 10 laatste minuten van mijn fietstraining tegen 30 km/uur op standje 3 (ik vermoed 300 watt ?) zodat die zonde ondertussen ook uit mijn lijf is. Ook de rechterenkel voelde zondagavond pijnloos aan zodat ik met een gerust hart kon gaan slapen.
Maandag 11/11 tekende ik present op de allerlaatste marathontraining. Het was heel koud maar gelukkig droog. Ik liep in dezelfde kledij als dat wat ik op de wedstrijddag wil dragen, kwestie om nog eens te checken dat alles goed aanzat en er niets schuurde op gevoelige plaatsen. Over het parcours ben ik minder enthousiast. Bepaalde stroken zijn eigenlijk ongeschikt om zulk een wedstrijd te organiseren. OK, wel heroïsch allemaal om tussen pot en pint over te kunnen mijmeren achteraf maar ik loop (net zoals 3/4 van de deelnemers) om zo snel mogelijk van punt A naar B te geraken en train daar dan ook voor. Als je nu op voorhand al weet dat je die tijd er niet kan uitkrijgen dan is dat wel jammer. Om de erbarmelijke toestand van het parcours duidelijk te illustreren : ergens rond km 16 had een kleine jeep - pal in het midden van een veldweg - zich vastgereden in de modder en stond daar moederziel alleen te blinken in het ochtendzonnetje. Ter info: het betreft hier niet de foto bij dit artikel maar zo zag het er toch bijna uit. Hopelijk is dat opstakel tegen volgende zondag weg of anders hebben de 1.700 deelnemers nog een hindernis extra te trotseren.
Donderdag had ik speciaal thuiswerk genomen om nog eens tijd te vinden voor een lange duurloop. Klinkt misschien onlogisch maar door geen verplaatsing naar Brussel te moeten maken win ik vlot 3 uur aan "quality-time" die ik dan invul met een lange trainingssessie. Voor het weer moest ik het niet doen: van 's morgens was het al aan het regenen. Mijn plan om bij het ochtendkrieken meteen mijn loopschoenen aan te trekken viel dus - letterlijk - in het water.
Rond 11.45 waagde ik het erop. Het druppelde nog wel wat maar daar smelt je niet van. Bedoeling was om 4 rondjes te lopen van 4 km in een tijd van 90 minuten. Na 10 kilometer begon het echter weer steviger te regenen. Blijkbaar sloeg dat ook neer op het humeur van enkele chauffeurs want tot 2 keer toe werd ik bijna door een auto van de baan gereden. Na 16 kilometer was ik doornat maar besliste toch maar om een 5de rondje aan te vatten. Zo liep ik dus in totaal 20 km in goed 1 uur en 50 minuten.
De 1/2 marathon komt nu akelig dichtbij dus die extra kilometers zijn zeker meegenomen. Met mijn basisconditie is niets verkeerds mee maar ik betwijfel of ik al de speed in mijn benen heb om mijn PR van vorig jaar scherper te stellen. Toen deed ik er 1 uur 38 minuten en 59 seconden over. Ondertussen mogen we ook al rekening houden met een heel modderig parcours en aangezien er 1.700 (!) deelnemers zijn zal het dringen worden om vooraan te zitten. Allemaal factoren die nefast zijn voor een snelle tijd. Ook mijn broer Rik heeft zich ingeschreven waardoor de wedstrijd toch altijd iets meer prestige heeft. Zaterdag probeer ik nog eens 16 kilometer te lopen en maandag 11 november loop ik als afsluiter het ganse parcours van 21,2 kilometer samen met een aantal andere deelnemers. Kwestie van niet verkeerd te lopen als ik als eerste zou komen te zitten op de wedstrijddag zelf .
In bijlage het trainingsschema van de maand oktober 2013. Ik probeer er een gewoonte van te maken om mijn activiteiten maandelijks op mijn blog te rapporteren.
Zaterdag nam ik voor de eerste maal deel aan de Cross der Jongeren in Westerlo, de afsluitende wedstrijd binnen het KWB-joggingcriterium. Het was uitzonderlijk zacht voor de tijd van het jaar, zo'n 19°. Wat een verschil met mijn vorige wedstrijd van 2 weken geleden in Eindhoven toen de thermometer amper 8° noteerde.
Vorig jaar was ik zo slim om mijn sportzak thuis te vergeten maar ditmaal had ik mijn loopplunje al aan bij aankomst. Grietje en ik arriveerden tegen 14 uur aan de sporthal. De start voor de 10 en 20 km werd omstreeks 14.50 uur gegeven maar ik moest mij nog inschrijven en neem dan liever wat extra marge.
De Cross der Jongeren is in onze streek een begrip. Men organiseerde deze wedstrijd al voor de 56ste (!) keer. Het aantal deelnemers was dan ook navenant. Ik schat toch snel 400 starters. Aangezien ik ergens in het midden stond verloor ik na het startschot wel heel wat seconden omdat de massa zich voor mij maar heel traag op gang trok. De eerste kilometer moest ik al meteen serieus een tandje bijsteken om toch nog een deftige eindtijd te kunnen neerzetten. Ik hoopte vooraf dat ik ergens in de buurt van de 43 minuten kon eindigen. Maar het was al weer van Dwars door Kasterlee geleden - dus meer dan 3 maanden - dat ik eigenlijk nog eens een vergelijkbare snelle (lees : alles geven wat er in zit) wedstrijd over 10 kilometer had gelopen. Mijn duatlon in Geel en triatlon in Balen gingen over amper 5 km en waren wat dat betreft dus niet echt waardemeters, net zomin als de 28 km in Vorselaar en de marathon in Eindhoven ... Iets in mij vertelde dat ik tevreden moest zijn met een gemiddeld looptempo van onder de 4.30 minuten.
Na 4 km voelde ik al aan dat ik niet over de beste benen beschikte en moest daardoor een snellere loper voor mij langzaamaan lossen. Na de doortocht na 5 km wedstrijd (we liepen 2 lussen van 5 km) nam ik al wandelend de tijd om een bekertje water naar binnen te spelen. Tussen 4 en 6 km kreeg ik de motor maar niet in een hogere versnelling en werd bijgevolg teveel naar mijn goesting voorbij gelopen. Pas na 6 kilometer kon ik mijn karretje aan dat van een voorganger hangen en liep gedurende 2 kilometer met hem mee. Achteraf gezien liep ik toen tegen een alles behalve snel tempo van 4.40 min/km. Toen we beide iets na 8 kilometer opnieuw werden voorbijgestoken door een trio besliste ik om met de moed der wanhoop toch aan te sluiten. Het kostte me veel moeite en vreesde even dat ik dat de laatste kilometer nog cash zou betalen maar het breekpunt bleef uit. De laatste honderden meters perste ik er nog alles uit en liep zo toch nog een 5-tal deelnemers opnieuw in.
Met een maximum hartslag van 172 slagen/minuut liep ik de eindstreep over. In eerste instantie was ik nog best tevreden met de eindtijd : 43 minuten en 29 seconden. Maar toen pas zag ik dat we maar 9,7 kilometer ver hadden gelopen wat dus overeenkomt met een gemiddeld looptempo van 4.29 min/km. Conclusie : ik liep niet de tijd die ik gehoopt had maar wel die ik verwacht had . En voor de statistieken, ik eindigde als 66ste van de 273 finishers maar wel als 6de binnen de H40.
Tot dinsdagavond ondervond ik nog enige last van mijn deelname aan de marathon van de zondag voordien. Vooral mijn dijspieren moeten het zwaar te verduren hebben gehad tijdens die 42 kilometer want trappen lopen en door de knieën zakken ging tot 48 uur na de feiten maar zeer moeizaam. Ik eindigde de dinsdag met een 30 tal minuten op de hometrainer aan een iets langzamer tempo dan normaal (25 km/uur ipv 30 km/uur). Woensdag stond er 's middags zwemmen op het programma (3x 500 meter) en donderdag voor de eerste keer terug een halfuurtje loslopen. Op dat moment was alle opgelopen slijtage helemaal uit mijn lichaam geslopen en kon ik mij terug richten op de lange(re) duurlopen.
Zaterdag hield ik het nog bescheiden met een extensieve training van 45 minuten. Voor zondag had ik via een professionele relatie al eerder toegezegd om in naam van Flanders' DRIVE deel te nemen aan de Levensloop, een initiatief voor de strijd tegen kanker. Op een atletiekpiste in Lommel kon je gedurende 24 uur rondjes lopen (of wandelen) voor het goede doel. Ik had me voorgenomen om een extensieve duurloop van 90 minuten te ondernemen. Alles verliep vlekkeloos zodat ik na 6 kwartier bijna 40 rondjes achter de kiezen had en er daarbij ruim 16 kilometer op de teller stond. En aangezien men ook veel randanimatie rond de piste voorzag was Grietje er als de kippen bij om mee naar Lommel te trekken voor deze trainingssessie.
Bedoeling is om volgende week terug iets meer op snelheid te focussen en dan zaterdag naar Westerlo te trekken voor een 10-km wedstrijd, mijn favoriete afstand. Vorig jaar wilde ik er ook deelnemen maar toen ben ik er in geslaagd om mijn sporttas thuis te vergeten. Daar stond ik dan als schoppen zot... met een startnummer maar zonder loopkledij en schoenen. Maar aangezien een ezel zich geen twee keer aan dezelfde steen stoot zal dit me niet meer voorvallen zekers ?
Omstreeks 6.45 uur liep zondagmorgen de wekker af. Ik had die nacht vrij goed geslapen maar kon er toch moeilijk uit op dat uur. Bedoeling was om tegen 7.15 uur nog goed te ontbijten om een goede basis te hebben voor mijn wedstrijd. Ik trok de gordijnen open en zag in de nog halfdonkere winkelstraat dikke druppels in de ontelbare plassen neervallen. Net naast ons raam hing een spandoek van het hotel dat zeer hevig op en neer ging ... er stond dus een strakke wind. Het ontbijt was voorzien in een broodjeszaak naast ons hotel. Toen ik de deur opentrok moest het meest slechte nieuws nog komen ... het was verschrikkelijk koud (achteraf op mijn Garmin bleek ik de wedstrijd te hebben aangevat bij een temperatuur van 8° maar een gevoelstemperatuur van slechts 4° !!!) Het verschil met de voorbije (trainings)weken kon dus haast niet groter omdat we toen steevast vlot boven de 15° uitkwamen. En verrast door de regen tijdens het lopen, dat moest zowat al 3 maanden geleden zijn geweest.
Tijdens het ontbijt was ik druk aan het overwegen wat ik nu zou aantrekken van loopkledij. Ik was gelukkig op alles voorzien. Zo had ik handschoenen bij maar ook een zonnebril. Ik besliste uiteindelijk maar om met lange mouwen te lopen en een lange broek aan te trekken. Ik was namelijk als de dood voor onderkoelingsverschijnselen. Uiteindelijk zou ik ook meer dan 4 uur worden blootgesteld aan de weergoden.
Na het ontbijt kon ik mij gedurende 45 minuten opnieuw op mijn bed leggen en zo nog wat aan "quality-time" te spenderen. Rond 8.45 uur begon de wedstrijd dan voor mij echt. Ik trok mijn wedstrijdkledij aan, liet Grietje de startnummers op borst en rug vastpinnen, speelde nog snel een banaan naar binnen en eindigde met een laatste bezoek aan het kleinste kamertje. Tegen 9.30 uur vertrokken we naar de startplaats.
We waren amper 5 minuten buiten en ik voelde de koude al volop tegen mijn lijf kleven. Ik had dan wel een plastic poncho aan, door de hevige windstoten vloog dat ding voortdurend naar boven. Mijn vingertoppen sloegen al rood uit en dus besliste Grietje om toch maar snel de handschoenen te gaan ophalen. Door dit tijdverlies kwamen we pas om 9.45 aan bij de startzone. Het was daar één grote heksenketel. Supporters en atleten stonden te schuilen tegen de gebouwen om zo te ontsnappen aan de striemende regen en de windvlagen terwijl er een sambagroepje met opzwepende tamtam er de drive probeerde in te krijgen. Heel surrealistische allemaal ... Op de koop toe weigerde mijn MP3 dienst en ook mijn GPS kon maar zeer moeizaam connectie krijgen met de satellieten (iets waar blijkbaar Eddy Buyckx ook problemen mee had ; die Nederlanders zullen waarschijnlijk de factuur niet betaald hebben ).
Op het allerlaatste moment ging ik naar mijn startvak, de gele zone. Ik had een tweetal maanden geleden bij inschrijving namelijk een richttijd van 3 uur en 55 minuten opgegeven en mocht dus achteraan beginnen. Niet dat ik daar mee inzat. Ik had van tijdens de Monumentenloop in Vorselaar ondervonden dat mensen inhalen tijdens een wedstrijd erg motiverend kan werken. Iets na 10 uur werd dan eindelijk het startschot gegeven. Ik had wel niets gehoord maar voor ons trok de menigte zich in gang. Met hoeveel we waren wist ik niet, wel dat er 1.410 de eindstreep zouden halen ...
De eerste kilometer liep ik tegen 12,2 km/uur. Ik besefte echter meteen dat ik me niet zo mocht laten meeslepen en remde doelbewust af om de volgende 2 kilometer tegen iets rond de 11 km/uur te lopen. Na 3 kilometer was er al een eerste bevoorradingspost voorzien. Ik nam me voor om altijd water of sportdrank aan te nemen en die dan al wandelend op te drinken. Om de 4 à 5 kilometer was er verder een bevoorradingspost die door zeer gedreven medewerkers werd bevolkt. Ik verloor bij die handeling telkens wel een 15 seconden maar ging ervan uit dat dit de beste garantie was om mijn eerste marathon gezond en wel te kunnen uitlopen.
Over de eerste 28 kilometer kan ik eigenlijk weinig kwijt. Alles ging heel vlot, te vlot eigenlijk. Ik was al volop aan het denken wat ik zou ondernemen als ik tegen kilometer 35 met nog steeds goede benen zou zitten. Langzaam versnellen van 5.20 min/km naar 5.00 min/km, naar het groepje met de blauwe ballonnen die een eindtijd van onder de 3 uur en 45 minuten vooropstelden, en dan erover ? Ik had namelijk al sinds kilometer 23 zicht op dat groepje en naderden hen langzaamaan, tot zelfs op amper 100 meter. Ik kon hen net niet aanraken. Ondertussen zat ik tegen een gemiddelde loopsnelheid van 5.13 min/km. Het zou nog maar kwestie zijn van een tiental minuten en dan had ik hen te pakken en dan zou ik gaan naar een tijd van onder de 3 uur en 45 minuten ...
Vanaf kilometer 28 ging, heel geleidelijk aan, alles toch iets minder vlot. Het terug opstarten na de bevoorradingsposten bijvoorbeeld, ging al wat meer gepaard met pijnlijke enkels en strammere kuitspieren en knarsende knieën. En die 100 meter achterstand op die blauwe ballonnen werd terug wat meer ... Rond kilometer 32 begon dan de marathon echt voor mij, zoals ervaringsdeskundige Jan Neirinck voorspelt had. De eerste 2/3 wedstrijd liep zuiver op basisconditie en souplesse, de resterende 1/3 wedstrijd ging pijn doen. Ik begon tussen kilometer 32 en 40 naar elke kilometervlag uit te kijken, terwijl dat daarvoor maar een bijkomstigheid was. Ik dacht ook dat ik met een blaar zat aan mijn rechtervoet. Kousen en schoenen waren namelijk doorweekt van al die plassen op het parcours dus dat zou zeker geen verrassing zijn. Mijn hartslag was gedurende de eerste 28 kilometer ook rond de 145 slagen/minuut blijven schommelen, nu schoot die al snel door naar de 155 slagen/minuut. Achteraf gezien viel ik tussen 30 en 35 kilometer terug naar 5.30 min/kilometer en tussen 35 en 40 zelfs naar 5.45 min/km. Ik heb nooit echt dood gezeten tijdens die 8 kilometers tussen 32 en 40 maar je beseft dan wel ten volle dat een marathon niet voor niets de moeder aller loopwedstrijden is en dat - als je niet oppast - je een serieuze klop van de hamer kan krijgen. De laatste 10 kilometer heb ik gemakkelijk 50 deelnemers voorbijgelopen die aan het wandelen waren ofwel aan het stretchen. Dat leek me wel veel, waarschijnlijk zal de koude daar ook veel mee te maken hebben gehad.
Vanaf kilometer 40 kwam ik er - gelukkig - terug wat door. Waarschijnlijk omdat het einde in zicht was en de aanmoedigingen hier heel talrijk waren. Ook op andere plaatsen was dat het geval - nog nooit zulk een ambiance gezien - maar toen we de laatste kilometers door het centrum van Eindhoven liepen, waande ik me een wielrenner die tijdens de Ronde van Frankrijk in een bergrit zich een weg moet banen door een zee van mensen. Ik kreeg er kippevel van en zelfs tranen in de ogen. Met duizenden moeten ze daar gestaan hebben. Rijen dik opeengepakt achter de dranghekken en het leek alsof ze speciaal voor mij kwamen, ook al was de eerste al meer dan 1,5 uur binnen .
Na iets meer dan 3 uur en 50 minuten passeerde ik de eindmeet. Dat was weliswaar de brutotijd. Mijn nettotijd (het moment dat ik effectief de startlijn overschreed en dus niet het moment van het startschot) bedroeg 3 uur 47 minuten en 48 seconden. Ik liep dus tegen een gemiddelde van 11,11 kilometer per uur terwijl ik vooraf op 11,25 kilometer (= 5.20 min/km) had gerekend. Ik was uiteindelijk 885ste van de 1.410 finishers. Met heel stramme benen nam ik trots mijn medaille in ontvangst. Ik was heel blij dat ik Grietje zag want ik voelde dat mijn batterij - figuurlijk dan - nagenoeg leeg aan het geraken was. Tevreden dus dat ik na 400 meter wandelen al terug aan mijn hotel was en na een zalige warme douche onder de lakens kon kruipen om daarna ook effectief voor bijna 2 uur in slaap te vallen ...
Ik ga er niet flauw over doen, mijn eindtijd is bijna 3 minuten trager dan ik had verhoopt. Mijn vooropgestelde eindtijd van 3 uur en 45 minuten zou zelfs "gemakkelijk haalbaar" moeten zijn maar dat is het niet geweest. Tijdens de laatste 10 kilometers viel de motor stil, alhoewel ik de eerste 28 kilometer alles heel goed onder controle had. Waren het de extreme weersomstandigheden, te weinig koolhydraten ingenomen (slechts 1 gelletje bij mij tijdens het lopen en binnengespeeld na 15 kilometer en de rest met datgene wat ik in de bevoorradingsposten opdronk), te traag gelopen op het moment dat ik nog fit zat of was het een slecht idee om vanaf het begin al wandelend mijn bekertje water/sportdrank op te drinken en me dan telkens opnieuw in gang te moeten trekken ? Hoogstwaarschijnlijk een combinatie van de vier zeker ? Maar trek ik het me aan. Neen ! Enerzijds omdat een marathon uitlopen de eerste betrachting is en anderzijds omdat er honderdduizenden mensen in de wereld zijn die al jaren proberen om ooit de marathon onder de 4 uur te lopen (de magische grens voor de meeste gewone stervelingen zoals ondergetekende). Ga ik ooit nog een marathon lopen, jazeker, maar niet volgende maand of binnen 4 maanden. Pas ten vroegste binnen een jaar ... opnieuw die van Eindhoven, en dan opnieuw met de ambitie onder de 3 uur en 45 minuten te eindigen en hopelijk dan zonder nattigheid !
Ik liet niets aan het toeval over voor mijn eerste marathon en reed zaterdagmiddag al met Grietje naar Eindhoven. We hadden daar voor 2 nachten een hotelletje (Boutique Hotel Lumière) geboekt op wandelafstand van start en finish van de marathon die zondag plaatsvond. Aangekomen omstreeks 15 uur werd er eerst ingecheckt en daarna trokken we naar het Beursgebouw in hartje Eindhoven om mijn startnummer(s) te gaan afhalen. En om het helemaal "echt" te maken had ik mij op voorhand ingeschreven voor een sportmaaltijd tegen 18 uur in de Holliday Inn. Voor 12,5 soep, pasta met kip en yoghurt met fruit à volonté, meer moet dat niet zijn ...
Tijdens de wandeling terug naar ons hotelletje passeerden we de Vestdijk, waar amper 12 uur later de start zou worden gegeven voor de 30ste Marathon van Eindhoven. Ik kon dus met een gerust hart gaan slapen. Ik had mijn startnummer en wist waar de start was, moest me dus nergens nog iets van aantrekken ... En het weer was die dag nog aardig geweest, een aangenaam zonnetje zelfs en droog, vooral droog ...
Magische grens van 3.000 meter bereikt tijdens Coopertest !
De afgelopen 2,5 jaar liep ik in totaal 9 Coopertesten. De eerste dateert ondertussen alweer van 12 maart 2011. Toen liep ik gedurende 12 minuten 2.680 meter ver ofwel gemiddeld 4.30 min/km. Stelselmatig wist ik mijn snelheid op te drijven. Het afgelopen jaar liep ik in januari en april mijn enige Coopertesten tot dusver. Ik haalde toen telkens een afstand van 2.900 meter ofwel 4.09 min/km.
Na de vele duurlopen van de afgelopen weken was het vandaag nog eens tijd voor een Coopertest. Ik wist dat als je basisconditie wordt getraind het niet onlogisch is dat dit ook een positieve impact heeft op je snelheid. Ik koos weer voor hetzelfde parcours als de 3 vorige keren. Kwestie van geen appelen met peren te vergelijken.De eerste kilometer liep ik tegen 15,2 km/uur. Op dat moment voelde ik al meteen dat een record erin zat. Mijn benen voelde sterk aan en ik voelde naarmate de meters vorderden ook geen verzuring optreden. Ook de 2de kilometer werd in een deftige 14,8 km rondgedraaid. Net voor de brug over de Nete keek ik voor het eerst naar mijn Garmin. Ik had nog iets minder dan 2 minuten respijt. In een uiterste krachtinspanning liep ik na 12 minuten exact 3.000 meter ver.
Na meer dan 2 jaar heb ik deze kaap eindelijk weten te bereiken.Het leek mij zoveel maanden terug haast onmogelijk om dit te realiseren maar nu is het dus zover. Voor een 42-jarige met een VO2max van net 50 is dat een zééér mooi resultaat.
De volgende 7 dagen wordt het trainingniveau op een zeer laag pitje gezet: nog 2 keer 30 minuten rustig lopen, 1 keer zwemmen en 1 keer gedurende 30 minuten op de hometrainer. En voor de rest op tijd onder de lakens en veel koolhydraten en weinig (verzadigde) vetten eten zodat we volgende zondag weer een nieuwe grens kunnen gaan verleggen, die van de marathon ditmaal. Ik kijk er alvast naar uit.
In bijlage het trainingsschema van de maand september 2013. Er werd ondermeer 215 kilometer ver gelopen als specifieke voorbereiding op mijn allereerste marathon. Ik probeer er een gewoonte van te maken om mijn activiteiten maandelijks op mijn blog te rapporteren.
Zaterdag 28/09 stond mijn laatste zware duurloop geprogrammeerd. Bedoeling was om minstens 3 uur lang te lopen tegen een tempo dat iets lager zou liggen dan datgene wat ik in Eindhoven vooropstel. Ik koos opnieuw voor 3 lussen van ruim 11 kilometer zodat ik na elke lus thuis van de drinkbussen kon tutteren die daar klaarstonden.
Ik was om 7 uur opgestaan en had eerst nog wat Brinta gegeten om zeker niet met lege maag te moeten vertrekken. Om iets rond 8 uur vertrok ik dan met dezelfde kledij die ik tijdens mijn marathon wil aantrekken. Kwestie om zeker te zijn dat alles als gepast aanzit. Het weer was ideaal voor de start van een lange duurloop : een stralende open hemel maar aangenaam fris omdat de zon nog op volle sterkte moest komen en niets wind.
De eerste 2 rondes van 11 km liep ik tegen een looptempo van 5.50 min/km en kon ik mijn hartslag beneden de 130 slagen per minuut houden wat dus voor mij erop wijst dat ik dit als een doorgedreven recuperatieloop mocht beschouwen. Tijdens de derde ronde ging mijn hartslag echter stilaan wel naar de 140 slagen/minuut. Ik liep toen instinctief wel iets sneller maar alles voelde nog goed aan. Ik besliste zelfs om mijn derde ronde iets uit te breiden en zo een nieuw afstandsrecord te kunnen lopen. Het vorige lag rond 34,5 kilometer.
Na iets minder dan 3,5 uur beëindigde ik mijn training en had 36 km op de teller staan tegen een gemiddeld looptempo van 5.43 min/km ofwel 10,5 km/uur. Mijn gemiddelde hartslag lag amper op 133 slagen/minuut. Allemaal dus heel geruststellende cijfers zodat ik nu wel met vol vertrouwen binnen 2 weken mijn allereerste marathon kan aanvatten. Bedoeling is daar om in 3 uur en 45 minuten de eindstreep te passeren, dus een gemiddeld looptempo van 5.20 min/km ofwel 11,25 km/uur. Ik denk eerlijk gezegd wel dat 3 uur en 30 minuten ook zou kunnen maar dan moet ik op het scherp van de snee lopen en ik weiger pertinent om tijdens mijn eerste marathon al meteen heel diep te moeten gaan. De kilometers tussen 26 en 42 zijn nog vrij onbekend terrein voor mij en ik zou niet graag de man met de hamer tegenkomen daar in Nederland .
De laatste weken bestaat het overgrote deel van de trainingen uit lange duurlopen tegen een - laat ons zeggen - bescheiden looptempo. Maar om het lichaam "te prikkelen" zoals dat in het vakjargon zo mooi wordt omschreven, werd als afwisseling vandaag nog eens een veredelde intervaltraining ingelast. Gedurende een loop van 7 kilometer plaatste ik 3 versnellingen van telkens een 800 à 1.000 meter maar zonder echt in het rood te gaan omdat meteen daarna - zonder eerst te stoppen en uit te hijgen - aan een rustiger tempo moet kunnen worden verder gelopen. Uiteindelijk liep ik de ganse afstand gemiddeld ruim 12 kilometer per uur zonder de motor op te moeten blazen. Volgende week probeer ik nog eens een gouwe ouwe Coopertest. Benieuwd of het me dan eindelijk zou lukken om na 12 minuten meer dan 2.900 meter af te leggen.
Ondanks het feit dat ik de afgelopen weken nu toch extreem veel loop en dus normaliter ook veel calorieën verbrand, ben ik de afgelopen 2 maanden 3 kilogram aangekomen. Ik weeg nu 79 kg droog aan de haak. Het vreemde is dat ik niet het gevoel heb zwaarder te staan dan enkele maanden geleden. Ik sta - zeker in mijn gezicht - nog best scherp. Een mogelijke verklaring is het gebruik van Recupro (= eiwittensupplement) na elke training sinds ... een tweetal maanden. Na het sporten vragen de spieren naar suikers en eiwitten. Door die aanvoer via Recupro kan mijn spiermassa aangroeien. En aangezien spieren meer wegen dan vet (die hopelijk wel vermindert door het vele sporten) lijkt mij dit een aannemelijke verklaring. Uiteraard mag je Recupro niet innemen als je niets van sport doet. De spieren hebben dan geen behoefte aan eiwitten en vragen daar dus ook niet achter. Maar die eiwitten zitten dan wel in je lichaam en worden uitgeplast. En dat blijkt heel belastend en zelfs schadelijk te zijn voor de nieren.
De voorbij week (van 9 tot 15 september) liep ik in totaal 70 km, inclusief de 28 km-loop in Vorselaar. Afgelopen dinsdag kwamen daar opnieuw 18 kilometer bij en woensdag nog eens 12 kilometer. Telkens kwam ik Mil Kersemans tegen. De laatste keer hebben we eventjes bijgepraat. Blijkbaar zat hij na zijn vakantie met wat overgewicht. En die moesten er af want tegen medio november mikte hij op de marathon van Kasterlee. Zijn snelste tijd ooit op de marathon heeft hij trouwens gehaald op die van Eindhoven : 2 uur en 47 minuten in 1996 als ik het me goed herinner. Respect !
In het weekend probeer ik opnieuw 30 kilometer te lopen, weliswaar verdeelt over 2 dagen. Zo zit ik dan van 16 tot 22 september opnieuw aan een respectabele 60 km. Volgende week zaterdag (29 september) probeer ik nog eens 3 uur aan één stuk te lopen tegen 11 km/uur. Vanaf dan is het langzaamaan afbouwen naar de marathon op 13 oktober met enkel nog kortere duurlopen van hoogstens 75 minuten en een 2-tal intervaltrainingen. En hopen dat ik in tussentijd geen verkoudheid opdoe. De huidige weersomstandigheden (lagere temperaturen, veel wind en nattigheid) voorspellen alvast weinig goeds.
Exact 5 kilometer ver, net na de eerste bevoorrading, zolang hield ik het uit om me aan het opgelegde tempo van 5.30 min/km te houden. Op dat moment liep ik al tegen een gemiddeld tempo van +/- 5.15 min/km maar toen ik moest vaststellen door haast iedereen voorbij te worden gelopen, kwam het competitieve beest in mij naar boven. Ik pikte aan bij een koppel waarvan ik aan de hand van het startnummer kon afleiden dat zij ook voor de 28 km gingen.
De eerste kilometer samen liepen we zo in een stevige 4.42 min/km. Dat was meer mijn ding ! Bij een tweede bevoorrading na 10 kilometer nam ik weer de tijd om al stappend een bekertje water leeg te drinken en sprintte dan snel terug naar het koppel dat er voor mij een ideaal tempo op nahield. Snel genoeg om door mijn trage start alleen maar mensen voorbij te kunnen lopen (in plaats van zelf voortdurend te worden ingehaald) en toch ook weer niet té snel om zeker de tweede lus van 14 km nog deftig te kunnen aanvatten. Na 12 kilometer moest de vrouw van het koppel lossen. De man versnelde en ik pikte samen met nog een aantal anderen bij hem aan.
Omdat we allebei nog heel fris zaten begonnen we maar wat te praten tegen elkaar : hij noemde Jef Van Duppen en was een gast uit Gierle die al aan een 5-tal marathons had deelgenomen, zijn beste tijd was 3 uur en 30 minuten, hij had dit jaar ook deelgenomen aan de Sprintduatlon in Geel en hij zou eind 2013 deelnemen aan de Hel van Kasterlee. Je komt natuurlijk heel wat te weten als je uiteindelijk meer dan 23 kilometer samenloopt, de laatste 16 kilometer zelfs helemaal alleen met z'n tweeën .
Na de eerste 14 kilometer in 1 uur en 9 minuten, pakweg 12 kilometer per uur, vroeg ik nog aan supporter Ludo Dams hoeveel minuten dorpsgenoot en vroeger loopmaatje Jan Neirinck vooropliep. Dat bleken er volgens hem een 2-tal minuten te zijn. Jan had een eindtijd van 2 uur en 20 minuten vooropgesteld. Ik had er dus goed oog in dat als ik het tempo ietwat kon optrekken hem alsnog - ondanks mijn slome start - zou kunnen inhalen. Zeker omdat ik tijdens mijn doortocht langs de sporthal van Vorselaar nog aangenaam verrast werd door de aanwezigheid van 2 tantes (Chris en Diana) die als gek naar mij stonden te zwaaien. Van een oppepper gesproken ! Heel tof dat jullie er waren. Als ik dat had geweten van bij de start dan zou ik ongetwijfeld een nog snellere eindtijd hebben gelopen .
Vanaf kilometer 23 voelde ik wel dat de versnellingen er niet erg meer inzaten. Ondertussen liepen we al wel tegen een gemiddeld looptempo van 4.52 min/km. De laatste 5 kilometers werd er niet meer gesproken. Ik hoopte nog om Jan voor ons te zien opduiken en hem toch nog in te lopen maar blijkbaar had hij ook (veeeel) betere benen dan de tijd die hij eerst vooropstelde.
Uiteindelijk kwam ik samen met mijn compagnon binnen in een eindtijd van 2 uur en 17 minuten en 24 seconden ofwel 4.52 min/km gemiddeld. Dat is dus 15 minuten sneller dan oorspronkelijk de bedoeling was. Maar toch was deze wedstrijd over een afstand van 28 km leerrijk. Ik liep de tweede lus ruim 3 minuten sneller dan de eerste, dus dat is altijd een goed teken. Geen spierpijn tijdens de wedstrijd, alleen eventjes een slapende (rechter)voet na 7 km maar dat loste zichzelf op na een 2-tal kilometer lopen.
Ik kan mijn doelen voor de marathon iets scherper stellen maar besef best wel goed dat dit nog eens een lus van 14 km extra is. Eerst had ik 3 uur en 55 minuten als eindtijd aangegeven maar ik denk dat 3 uur en 45 minuten ook haalbaar moet zijn. Toch ga ik in Eindhoven opnieuw iets rustiger vertrekken dan datgene wat ik eigenlijk als gemiddeld looptempo vooropstel : er is namelijk niets meer motiverend dan alleen maar voorgangers in te halen !
Na mijn deelname aan de triatlon van afgelopen zondag 1/09 heb ik het bewust enkele dagen wat rustiger aangedaan. Een beetje fietsen, een beetje zwemmen, een beetje lopen ...
Vrijdag 6/09 moest ik dan weer onder het mes (eigenlijk de laser) voor een laatste correctie aan mijn rechteroog. Het zicht is nu perfect. Als het zo voor jaren stabiel blijft kan ik alleen maar uiterst tevreden zijn over mijn ooglaserbehandeling. Dus voor iedereen die van zijn bril of lenzen vanaf wil ... op naar dokter Raus in Mol !
Na deze ingreep mag ik een maand niet meer zwemmen. Geen probleem want de komende weken staan volledig in het teken van mijn allereerste deelname aan een marathon. Ik moet dus deftig kilometers gaan lopen de komende weken. Dinsdag ben ik zo na het werk voor 7 kwartier vertrokken. De eerste 60 minuten was in winderig maar droog weer. Toen werden de hemelsluizen opengezet en liep ik gedurende 45 minuten in echt strontweer. Maar waar je niet dood van gaat daar wordt je harder van zeggen ze ... maar wel nat tot op het bot. Ik had dan wel een regenjasje aan maar uiteindelijk plakt dat ook tegen je lijf waardoor je de kilte over heel je lichaam voelt.
Gelukkig ging deze duurtraining me goed af. Ik liep tegen een gemiddelde van 5.30 min/km, de snelheid die ik hoop te lopen tijdens de marathon, en een gemiddelde hartslag van 136 slagen/minuut. Uiteindelijk liep ik bijna 19 km ver. Woensdag deed ik er opnieuw 9 km bij en voor donderdag voorzie ik om nog 11 km met de joggingclub te lopen. Ik hoop dan wat geroteerd te zijn voor de Monumentenloop van zondag in Vorselaar. De afgelopen 3 jaar liep ik er telkens de 14 km maar deze editie zal ik er nog een lus van 14 km aan moeten toevoegen. Ik probeer de 28 kilometer te lopen tegen dezelfde loopsnelheid als tijdens de marathon. Hopelijk val ik niet door de mand. Het belooft alvast geen warme nazomerdag te worden zoals in het verleden.
In bijlage het trainingsschema van de maand augustus 2013. Ik probeer er een gewoonte van te maken om mijn activiteiten maandelijks op mijn blog te rapporteren.
Via de website van triamo, de organiserende Molse triatlonclub, kon ik de gedetailleerde uitslag van de 1/8 triatlon terugvinden. Zoals in mijn vorig verslag werd aangegeven verliep de zwemproef zeer degelijk. Ik kwam als 64ste van de 149 deelnemers uit het water. Niet slecht dus voor iemand die zich pas begin dit jaar op het zwemmen toelegde. Over de werkelijke afstand (officieel 500 meter) heb ik echter mijn twijfels, een tijd van 6 min en 39 seconden zou dan wel fenomenaal snel zijn.
Het (slechte) gevoel dat ik had tijdens de wedstrijd over de wissel zwemmen-fietsen wordt bevestigd in de uitslag. Ik slaagde erin om bijna 2 minuten (1 min en 47 sec) nodig te hebben om mij uit mijn wetsuit te wurmen en mijn fietsschoenen aan te trekken. Voor dit onderdeel waren er maar liefst 117 atleten die dit sneller konden. Ik verloor hier snel 45 seconden op de gemiddelde deelnemer. Dat moet naar de toekomst dus (veeeel) beter.
Over het fietsen deed ik 44 min en 31 seconden. Op de officiële afstand van 20 km is dit natuurlijk zo traag als een slak maar de afstand bleek in werkelijkheid eerder rond de 24 km te liggen. Dat zou dan overeenkomen met een gemiddelde snelheid van 32,5 km/uur. Niet slecht maar daar is dan ook alles mee gezegd. Als ik ooit hoger wil eindigen zal ik dit onderdeel dus beter moeten gaan beheersen. Als je weet dat de top-3 van de H50+ nog ronddraaien tegen 35,5 km/uur weet je het wel ...
De wissel fietsen-lopen was dan weer wel aanvaardbaar maar toch middelmatig. Met 54 seconden nam ik hiervoor de 93ste tijd in. Ter vergelijking : de snelste van het ganse deelnemersveld had daar welgeteld 21 seconden voor over. Het lopen zelf voelde goed aan. Ik dacht wel sneller te hebben gelopen over de 5 km, dus de tijd van 24 minuten en 58 seconden viel wel wat tegen. Ik liep de 79ste tijd. Ook hier moet ik nog een aantal minuten kunnen pakken maar dan zal ik wel de omschakeling fietsen-lopen beter moeten gaan verteren. Maar kom, als ik na mijn 2de triatlon al bij de eerste meeliep kan ik natuurlijk ook geen progressie meer maken en laat dat nu net mijn voornaamste drijfveer zijn om te sporten.
En speciaal voor tante Chris die doorheen al die cijfertjes en data niet meteen kon afleiden waar ik nu uiteindelijk strandde : ik finishte als 72ste van de 149 starters. Op een schoolrapport is dat net genoeg (52%) om geslaagd te zijn .