De maat was al vol. En toen kwam hij weer mijn breedbeeld vullen. Het
was die ene druppel, dat noodlottige pareltje nattigheid dat emmers en
volle maten doet overlopen, dijken de das om doet, die gesmolten
sneeuwvlok die rillingen over je rug jaagt terwijl ze het bekende
traject van nekvel tot bilnaad aflegt. Ik hield het niet langer.
Ziehier mijn plan van aanpak.
Stap één: Morgen koop ik mij een
blank montuur en ik herspuit het in het giftigste groen dat in dit land
zonder doktersvoorschrift verkrijgbaar is.
Stap twee: Ik neem
een abonnement op McDonalds, Pizzahut en Quick. Dat lijkt me de kortste
weg naar rondbuikigheid zwarte gordel, vierde dan.
Stap drie: Ik
word beroemd, hoe, dat probleem zal ik wel oplossen als het zich stelt
zoals die andere politieke rondbuikigerd het zo welluidend kan
formuleren.
Het doel: Verwarring stichten ! Ik streef naar die
ideale mix van groengebrildheid, obesitas en bv-schap, die me in staat
moet stellen zelfs de standvastigste Vlaming uit balans te brengen, als
ik met flukse pas zijn pad kruis in z'n favoriete winkelwandelstraat.
Ik wil dat hij denkt: "Was dat nou Geert Lambert, of die idioot van een
blogger die zich in een tijdspanne van 6 maanden van spriet tot
kanonskogel heeft getransformeerd ? " Ik beoog een twijfel te
genereren, zo existentieel diep, dat hij de herkenbaarheid van de
sympathieke spiritist tot in zijn ziel aantast. Zodat deze inziet dat
hem weinig anders rest dan op zoek te gaan naar een minder belegen
handelsmerk. Deze keer liefst één dat mij niet tot het bruistablet
veroordeelt. Dus geen iriserend groene contactlenzen als het even kan,
Geert. Wat had u gedacht van een vlinderdas ? Jos Dupré heeft er jaren
de Kempen mee vertegenwoordigd. En het creëert meteen een band met die
vlinder aan de andere kant van de taalgrens. Dat kan nog handig van pas
komen als er volgend jaar moet onderhandeld worden over een nieuwe
staatshervorming. Enfin, experimenteer maar wat. Je zal het zien, zelfs
zonder groen zal het wel lukken. Mijn sympathie heb je al. En dat
gedrocht dat nu nog je edele gelaat ontsiert, stuur dat maar naar
Australië. Naar Dame Edna. Die staat met groen.
Op een zadel van een fiets gezeten, in het ijle pedalerend, kwam ik tot
de volgende schokkende conclusie : Ik ben volstrekt overbodig ! Was dat
even slikken, zeg. Overbodig, en wel volstrekt, dus niet zo maar een
klein beetje. De wereld die zich voor, achter, boven en onder mij
manifesteerde had nooit gevraagd om een Alex. Niets of niemand had ooit
de behoefte gevoeld aan een wezen met mijn kwaliteiten. Zelfs die twee
goedbedoelende verwekkers van me hadden geen idee waar ze aan begonnen
toen ze op die voor mij zo cruciale augustusdag in '67 besloten ter
wederzijds vermaak hun genetisch materiaal tot een cocktail te
vermengen. Er was aan mijn creatie geen marktstudie vooraf gegaan. In
de jaren zestig stoeide men nog zonder voorkennis vermoed ik. Men zag
later wel wat er van kwam. Ik dus. Diezelfde ik die vanmiddag de
pedalen beroerde alsof hij in mesvormige toestand een klomp
gechambreerde boter vierendeelde. Geen verdienste van mij overigens,
het fietspad lag er piekfijn bij. Danken wij de heer onze schepper voor
het bestaan van gemeenteraadsverkiezingen ... Met de fietspaden alles
goed, hier in de Zuiderkempen. Er wordt voor ons gezorgd. Door allerlei
mensen die het beste met ons voorhebben. Ijverige luitjes die wegen
aanleggen, lantaarnpalen planten, kabels en riolen begraven. Het meeste
zat er zelfs al nog voor ik mijn levenslicht zag. Dat dacht ik terwijl
ik de dorpskern naderde. Alles is er al, dacht ik. De akkers, de
weiden, het bos, de beesten, de hemelkoepel, de wolken ... en de
mensen, massa's mensen, te veel om te tellen eigenlijk, al zijn er ook
zwoegers die net dat klusje dan weer opknappen voor mij. Opdat ik tijd
zou hebben om te fietsen. En dat is maar goed ook, want langs beide
zijden van de rijbaan lagen de rode lopers er zielsverlaten bij. Zelfs
de wielertoeristen lieten het afweten vandaag. Ik voelde mij gedragen
door dankbaarheid en sloeg linksaf op mijn weg naar die andere
overbodigen. Ik heb hun reservaat vanop een afstand overschouwd. Het
hek was gesloten, ik wou de rust er niet verstoren. De rust die zij
niet behoeven na een leven dat ook al nergens voor nodig was. Maar ze
worden wel gemist.
Ik stem op U, als gij mij wilt koesteren, dan kleur ik uw bolletje, en u erbij. Kies maar partij, ik zal u wel volgen, blijf u nabij, en als u zich straks te ruste legt in uw welverdiende zetel, dan vlij ik mij naast u, leg mijn hoofd op uw schoot, en moogt ge mijn bolletje aaien.
Eéntje voor mevrouw en ééntje voor meneer. Ja, voor u meneer, u ziet er
toch zo tegenop, niet, tegen dat vervelende stemmen. Heel uw zondag
naar de kl euh ... knoppen, zonde van uw tijd. En voor u mevrouw, met
uw degout van politiekers, dat corrupte zootje, dat u te pas en te
onpas laat opdraven om ergens voor één of ander schooltje in de rij te
gaan staan, met het risico dat Belgisch zeikweer uw kapsel ruïneert.
Ook u zou het toch prefereren verlost te zijn van de opkomstplicht.
Voor u beiden heb ik enkele woordjes uitgezocht.
Zo
selecteerde ik het woordje 'bloednacht'. Echt iets voor mannen, niet ?
Ik heb het over de bloednacht van Leuven. We schrijven 1902. In heel
België vindt een algemene staking plaats. De stakers eisen de invoering
van het algemeen enkelvoudig stemrecht. In die tijd had je nog recht op
extra stemmen afhankelijk van de dikte van je portemonnee en je
behaalde diploma's. Het komt hier en daar tot rellen. In de nacht van
18 april opent een 'burgerwacht' het vuur op de menigte. Zes arbeiders
worden doodgeschoten, tientallen zogenaamde 'oproerkraaiers' raken
gewond. Het zou nog tot 1919 duren voor het algemeen enkelvoudig
stemrecht wordt ingevoerd, stemrecht voor mannen, vanzelfsprekend,
vrouwen hadden zich onledig te houden met keuken en kinderen
Ook
de over stemplicht zeurende vrouwen hebben recht op een stukje
geschiedenis. Ooit gehoord van de 'Cat and mouse act' ? Nou, indien
niet, dan hoeft u zich daarover geenszins te schamen. Ik heb mijn
kennis ook maar van het net geplukt. De 'Cat and mouse act' was een wet
die het Britse parlement stemde om de Suffragette-beweging te breken.
De Suffragettes waren vrouwen die streden voor gelijkheid tussen mannen
en vrouwen inzake kiesrecht. De Britse politieke klasse zag dat niet
zitten. Om hun eisen kracht bij te zetten gooiden activistes al eens
een ruitje in of stookten zij een vuurtje waar dat eigenlijk niet
paste. Zo belandden vele van de suffragettes achter de tralies. Uit
protest gingen zij in hongerstaking. Aanvankelijk loste men dit
probleem op met dwangvoeding. Maar deze praktijk werd afgekeurd door de
publieke opinie. Omdat de regering absoluut wou vermijden dat in de
gevangenis overleden suffragettes een status van martelares zouden
krijgen stemde het parlement de 'cat and mouse act'. Krachtens die wet
kon men gevangenen tijdelijk vrijlaten om gezondheidsredenen. In de
praktijk wachtte men tot een hongerstaakster volledig ten einde
krachten was. Dan werd ze de bajes uitgekegeld. In die verzwakte
toestand kon ze toch niets uitrichten en wanneer de vrouw terug
voldoende aangesterkt was, dan werd ze opnieuw gearresteerd om de rest
van haar straf uit te zitten. Ja, zeurende mevrouw, dat waren schone
tijden, of vindt u van niet, soms ? Misschien moet u even aan deze
sexegenoten denken als u morgen uw democratische plicht vervult.
Tot
zover mijn preek. Nu bent u aan zet, morgen, in het stemhokje. Een
stemadvies zal ik u besparen, of toch, een kleintje dan : Doe uw
goesting in dat hokje en doe het met volle goesting. Het zou zo maar uw
laatste keer kunnen zijn ....
Am Sontag wird es funken, wie ein Beier der ist trunken und sinds zwei Tage nur auf Bonen lebt Das geht so wenn Atomen nur von Divisionen dromen dan stiegt ein Pilz auf und die Erde bebt.
Dan gibt es Krisis in der Weis Hausss, und der Kaiser von Japan, denkt sofort an Harakiri, drenkt sein Schwerd in Spic und Span.
Mein neunundneundzig Lufballonen bleiben stechen in die Bomen, das Ende meiner Nena Fantasie. Ich kauf mir schnell ein Geiger-Teller, und nehm Shutz in meinem Keller, das ist mein Uberlebungsstrategie.
Wie frolig fliegen die Raketen, was ein wundershönes Sicht, was ein super laute Knaller, was ein super helles Licht !
Und das die Bommen jetz mahr kommen, hab mein Ipod mitgenommen, zusammen mit ein extra Batterie, ich spiel die aller grösten Schlager, hab noch Bier vor viele Tager, so ein Atomkrieg braucht ein hübsches Melodie.
Ist mir egal wer es gewinnt, sie gehen allen durch das Lint, ein riesiges Schandal, auch in ein pseudo-Deutscher taal.
Am Sontag wird es funken, wie ein Beier der ist trunken und sinds zwei Tage nur auf Bonen lebt Das geht so wenn Atomen nur von Divisionen dromen dan stiegt ein Pilz auf und die Erde bebt.
Wat is er toch gebeurd met de oudjes van weleer ? Die gezapige
avondmensjes, moeder sokken breiend, vader pijpen stoppend, beiden met
een warme deken op de schoot. Als je 's morgens hun schommelstoel een
zetje gaf, 45 slagen per minuut, dan deinden ze 's avonds nog perfect
in kadans, ze waren standvastiger dan een metronoom, bakens van rust
waren ze. Je ziet ze niet meer. Waar zijn ze toch naartoe ? Een
fantasieloos mens zou daarop antwoorden : "Ze liggen op het kerkhof,
meneer", en ik zou dat enkel kunnen beamen. Want het is een
onloochenbaar feit: hoe ouder je wordt hoe moeilijker je gaat, behalve
dan dood. De tijd zorgt echter onafgebroken voor nieuwe cohorten ouden
van dagen. En die nieuwe generaties laten de schommelstoel links
liggen, hier en daar zelfs resoluut. Een kentering waarover een
dwangmatige denker zich tot pulp kan filosoferen, terwijl de gezonde
geest deze ontwikkeling betreurt ... of ze juist toejuicht. Tot op
vandaag zat ik in dat laatste kamp. Ik vond het dik ok dat grootvaders
gsm-den, dat de bomma's zich inschreven aan de Open Universiteit.
Senioren, want oud of bejaard mag je ze niet meer noemen, senioren dus,
moeten zo lang mogelijk betrokken blijven bij de maatschappij, zo
luidde mijn geloofsbelijdenis ter zake. En betrokken blijven betekent
ook bijblijven, meegaan met je tijd. Wel mijn gebeden zijn verhoord. En
of dat de senioren mee zijn. De website Seniorennet.be werd vandaag
veroordeeld voor het illegaal uitwisselen van muziekbestanden. Wat een
schok, zeg, illegale downloads. Dat terwijl ik dacht dat onze rijpere
medemens nog aan het worstelen was met het uitgebreide gratis porno
aanbod op het WWW. Fout gedacht, zo blijkt, dat passieve plaatjes
kijken, daar hebben zij geen boodschap aan. De surfende senior
bezondigt zich aan het onbetaald oogsten van mp3-tjes. Voorbij zijn de
dagen dat La Esterella haar pensioentje kon aanvetten met de recette
voor haar 'Lieve-Vrouwe Toren.', die arme Bobbejaan Schoepen zal
voortaan moeten leven van zijn pretparkpotje, Jo Eerens draait zich om
in zijn graf. Wat staat er ons nog allemaal te wachten. Hoe lang zal
het nog duren voor het computersysteem van het ministerie voor
pensioenen wordt platgelegd door een hacker met een heupprothese ? Hoe
lang nog vooraleer de eerste seniorenworm gesignaleerd wordt ? Mp3-tjes
uitwisselen, foei, opa 's en oma 's ! Op den duur hebben enkel peuters
en senielen nog respect voor het roestende auteursrecht. En wellicht
tot wanhoop van Sabam gaan die komende zondag niet stemmen ....
Niet in het minst ben ik verontrust. Japan schreeuwt moord en brand, de
Verenigde Staten spreekt van een gevaarlijke provocatie, zelfs Rusland
vindt het voornemen van Noord-Korea onacceptabel. En wat doet Alex.
Alex doet niks, helemaal niks, zijn alledaagse activiteitsniveau met
andere woorden. Laat maar ploffen dat geval, zo denk ik erover. Als de
Noord-Koreanen de behoefte voelen om wat nucleaire stoom af te laten,
dan mogen ze voor mijn part rustig hun gang gaan. Ik heb er alle
vertrouwen in. De wereld zal niet in tweeën splijten, de zeeën zullen
zich niet aan verdampen gewagen, het zit er dik in dat zelfs de teerste
zieltjes onder ons er geen anus van zullen merken. Dit stellig
uitblijven van doodsangst en hysterie dank ik aan een simpel concept
dat de mensheid als sinds de uitvinding van het geheugen uitstekende
diensten bewijst, het beestje heeft een naam en die is 'ervaring'. Als
de Noord-Koreanen morgen besluiten hun splijtende ding te doen, dan zal
dat niet de eerste megaboem zijn die ik meemaak. Ik was amper 8 dagen
uit het ei toen ik de eerste knaller voor mijn kiezen kreeg. Wat sterk
is, vooral omdat ik toen nog niet eens tanden had. Acht dagen
atoomtestvrij leven, meer was me niet gegund. Daarmee ging mijn
atoomdoop zelfs mijn christelijk doopsel vooraf. De locatie, Nevada,
USA, de datum 28 mei 1968, de kracht, minder dan 20 kiloton, zeg maar,
een Hiroshima'tje. Zelfs de ter plekke vrijgekomen radioactiviteit, een
accident de parcours, veronderstel ik, heeft mij niet in mijn
ontwikkeling kunnen remmen. Noch deden dat de 33 daaropvolgende die ik
nog voor nieuwjaar '69 moest incasseren. Die van de 19de december was
er nochtans één van 1.15 megaton. Maar ik, ik heb er mijn babyslaapje
niet voor gelaten, ik ronkte rustig door, een goeie slaper was Alex,
aldus zijn moeder. Sinds die eerste januari 1969 hebben de Verenigde
Staten mij nog getrakteerd op een slordige 460 nucleaire demonstraties.
Ik heb het desondanks gered. Vraag mij dus niet om mij op te winden
over dat ene testje meer. Mocht het experiment mislukken, dan mogen we
collectief oef ' en van opluchting. En in het andere geval, nou, dan
weten we ten minste waar we aan toe zijn. Ik houd niet van onzekerheden.
En ik die dacht dat
para's venten waren,.mannen van de daad, zelfs de vrouwen onder hen,
binken die de kogels stoppen tussen hun tanden als ze even geen tijd of
zin hebben om zich te bukken. Maar zie, ze lijken wel gekwetst. Heeft
Humo dan raak geschoten ? Zou de pen dan toch sterker zijn dan het
zwaard ? Kan men de elite van onze strijdkrachten vellen met één in
vitriool gedrenkte jobadvertentie ? Wat een watjes, als dat waar is.
Wat een softies als ze het niet kunnen hebben dat een populair
tijdschrift ze even over de hekel haalt. Dat 'over de hekel halen' zou
verdorie standaard onderdeel moeten uitmaken van de opleiding tot
paracommando. Daar word je hard van. Ook Humo lezen is een vorm van
incasseren, een kunst waarvan toch kan verwacht worden dat para's ze
tot in de puntjes beheersen. Het zou immers zomaar kunnen dat ze
tijdens hun missies in den vreemde het mikpunt worden van spot of
leedvermaak. Geloof me, die inboorlingen kunnen soms verdomd venijnig
uit de hoek komen. Er wordt zelfs beweerd dat er kwibussen tussen lopen
die nog straffer zijn dan die gasten van Humo, ik bedoel maar, dat
buitenland is echt niks voor woessies. In zulke situaties mogen wij van
een voldragen para ijzige koelbloedigheid verwachten, wat zeg ik, het
absolute nulpunt tartende koelbloedigheid zelfs, je bent nu éénmaal
elite of je bent het niet. Nu, tussen ons gezegd en gezwegen, ik geloof
niet dat het bij de para's zelf is dat het schoentje wringt. Ook para's
lezen de Humo, vermoed ik, al hangen ze dat misschien liever niet aan
de grote klok. En wie de Humo leest raakt snel gewend aan z'n , ik geef
dat graag toe, niet altijd even fijn besnaarde humoristische exploten.
Mij kunnen ze ondertussen nog moeilijk shockeren, en ik heb niet eens
een rode muts op mijn kanis. Het is minister Flahaut die in zijn gat
gebeten is. Een para zou daar geen last van hebben. Een beetje para
heeft een kont van staal. Daar bijt zelfs de vliemendste piranha zijn
tanden op stuk. Daarbij vergeleken is het doorboren van een
ministerachterwerk kinderspel. Kwestie van even door de cellulitislaag
heen te knauwen en de zaak ligt open. Ach, het is ook sneu voor de
minister. Omdat hij erg om para's verlegen zit had hij een
wervingscampagne opgezet: Waag de sprong, word paracommando ! Met
avontuurlijke spotjes, zo van : kom erbij .... er is nog plaats voor
jou, omdat we toffe jongens en meisjes zijn .... En kijk eens aan, een
paar weken geleden nog liet Roos Van Acker zich in het kader van het
VRT-programma Witte Raven omscholen tot paracommando. Toeval ... , wie
zal het zeggen ? Een geslaagde promo-actie dus, tot Humo met zijn eigen
versie van de jobad uitpakte. Bij gebrek aan de oorspronkelijke
Nederlandse tekst geef ik u enkele uittreksels van de Franse vertaling
uit La Libre Belgique. Dat stoort u vast niet, ik schat u hoog in:
"Type
agressif? Toujours le premier en cas de bagarre au bistrot? Exclu d'un
club de karate, jiu-jitsu ou kick-boxing parce que l'on a peur de
vous?" ... " aucun diplôme n'est nécessaire, pas plus que des
connaissances linguistiques. "Vous avez déjà mis sur le barbecue
quelque chose d'inhabituel" ... "agréable ambiance de droite dans laquelle des complots contre l'Etat belge peuvent être fomentés de façon informelle"
Dat
meneer Flahaut hier niet vrolijk van wordt, dat snap ik wel, maar
potentiële recruten kunnen er wel degelijk hun voordeel mee doen. Zo
zien ze ook de mindere kantjes van de job of toch minstens de perceptie
ervan door een significant deel van de bevolking. En wat die rechtzaak
betreft wegens laster en eerroof, meneer de minister. Ik wens u eraan
te herinneren dat het de taak is van ons leger onze vrijheden te
verdedigen. Vrijheden zoals het recht op vrije meningsuiting.
Verdedigen, meneer de Minister van Defensie. Dat is wat anders dan aanvallen !
Het
is nu kwart na acht en buiten is het pikkedonker. Hoe zomers september
ook was, de aarde houdt nooit halt op haar reis rond de zon en zo
zoeven we thans onafwendbaar de herfst in. Paradoxaal genoeg betekent
dat gedwongen vertrek richting winterellende dat we op onze
ellipsvormige omwenteling steeds dichter bij de zon komen. Het
verschijnsel seizoen heeft dan ook niks vandoen met de afstand
aarde-zon. Onze jaargetijden hebben we louter te danken aan de
scheefstand van de aardas ten opzichte van het eclipticavlak. Kijk me
nu niet aan alsof ik Chinees bezig, ik tik ook maar wat mijn
encyclopedie mij dicteert. Tot zover de leerstof voor vandaag,
trouwens. Mijn kop neigt niet naar doceren. Meer naar blèren moet ik u
bekennen. Want het besef dat het fraaie weer ons, valt te vrezen, pas
volgend jaar weer zal vervoegen, overviel mij vanmorgen op een
broodnuchtere maag. Windhozen, tornado's en wolkbreuken, de vrolijk
wakkere nieuwslezer serveerde het weergebeuren alsof het een Engels
ontbijt betrof, mij smaakte het als tandpasta met ketchup. Ook een blik
geworpen uit het raam zorgde voor treurnis. Het gazon was natter dan
van dauw alleen en de bomen wiegden ruw en zonder kadans. Ik schudde
meewarig het hoofd en verrekte daarbij een spier. Tegenslag vertoont
zich zelden in enkelvoud, weet u wel. En zo lijdt nu ook mijn hoofd aan
een zekere scheefstand. Waarmee ik echter niet in staat blijk deze van
de aardas te compenseren, voor het geval u al plannens was uw reis naar
de Kanaren te annuleren. Blijft u vooral vliegen. Zo draagt ook u uw
steentje bij aan het broeikaseffect. Het moeten er minstens 360 zijn,
de dagen op een jaar dat ik u vanwege zulk een achteloos luchtverpesten
met een als een bever knagend schuldgevoel op vakantie zou sturen, maar
vandaag vliegt u wat mij betreft bij voorkeur nog op een mengsel van
pek en zware stookolie naar het zuiden. Het kan me niet hard genoeg
broeien in de atmosfeer op dagen als deze. Ik zal u bij gelegenheid van
uw terugreis dan wel een dubbele portie verwijten naar het hoofd
slingeren. Vandaag resten me enkel mistroostigheid en de even obligate
als vergeefse pogingen om deze gemoedstoestand enigzins te verflauwen.
Ik zet me achter de piano en geef een imitatie van de 'Fabulous Baker
Boys' ten beste, of toch van één van de twee, de knapste, veronderstel
ik.
YOU COME ON LIKE A DREAM, PEACHES AND CREAM, LIPS LIKE STRAWBERRY WINE. YOU'RE SIXTEEN, YOU'RE BEAUTIFUL AND YOU'RE MINE.
Het
klinkt nog tien maal beroerder dan het gepingel van het filmische duo,
en die vonden zichzelf al behoorlijk crappy. Dat geeft te denken, niet ?
Men zal het u wellicht nog niet verteld hebben. Slecht nieuws hangt men
immers zelden aan de grote klok. Wat u dan onthouden werd ? De naakte
waarheid, de statistieken van de oorlog in Afghanistan. Loop nu niet
meteen weg, ik zal u niet bestoken met tientallen cijfertjes, ik weet
dat u daar niet van houdt. Als ik af en toe eens een getal op u afvuur
dan doe ik dat omdat ik van oordeel ben dat getallen boodschappers
kunnen wezen. Van goed en van slecht nieuws.
80 en 81! Zo, ik
heb u verrast, de pijn was kort, niet ? Rustig blijven ademhalen, het
leed is al geleden. Meer komt er niet, ik beloof het u. Het eerste
getal slaat op het aantal gesneuvelde Amerikaanse (VSA) soldaten tot nu
toe in 2006. Het tweede getal geeft het aantal gesneuvelde
niet-Amerikaanse soldaten weer voor de zelfde periode. Vier cijfertjes
slechts, maar ze vertellen een triest verhaal. Ze vertellen ons dat het
slecht gaat met Afghanistan.
U zou nu kunnen denken. Ach, waar
heeft hij het over. Sneu voor je als het je zoon is, je broer , je
vader, je moeder, je zus, je dochter, sneu, maar afgrijselijk hoog kan
je die verliezen toch niet noemen. Dat klopt. De verliezen blijven
beperkt. Voorlopig dan toch, want de toekomst ziet er niet bepaald
rooskleurig uit. De Taliban blijken nog lang niet verslagen. Ze lijken
zelfs aan kracht te winnen. Getuige het hoogste aantal slachtoffers per
jaar onder de Westerse strijdkrachten sinds de oorlog begon in 2001, en
we hebben nog drie maanden te gaan.
En net nu het echt heet
dreigt te worden in Afghanistan mogen wij Europeanen, tesamen met
Canada, het stokje van de Yankees overnemen. Nice ! Officieel heet het
een Navo-operatie te zijn, maar in mijn achterdochtig brein, klinkt het
eerder als : Toedeloe, salut en de kost en débrouillez-vous,
Navo-kameraden, blijf vooral rustig zitten, wij vinden zelf de uitgang
wel. De Amerikaanse president heeft andere plannen voor zijn
soldaatjes. Er blijft nog een hoop wereld over om te veroveren. En
uiteindelijk viel in dat dorre Afghanistan toch bitter weinig te rapen.
Een schone generale repetitie was het. Men kwam, zag en schoot de boel
aan diggelen. Laat het puinruimen maar aan de Europeanen, daar zijn ze
goed in, die straathoekwerkers van 'Old Europe'. Die Europeanen snijden
zich ondertussen wel steeds vaker aan de scherven. In die mate zelfs
dat we er samen met Canada nu reeds in geslaagd zijn de Amerikanen
voorbij te sneuvelen. Reuze benieuwd wat de toekomst nog meer voor ons
in petto heeft.
Hoed u voor
vrolijke mensen. Mijd ze als gaven zij persoonlijk de pest een lift,
want zij kunnen uw somberheid danig verstoren. Omdat zij geen schaamte
kennen. Onaangekondigd wagen zij het zomaar uw pad te kruisen, net op
het ogenblik dat u , de kin op de borst, druk doende bent de
wereldproblemen te contempleren. U denkt 'honger', u peinst
'vogelgriep', u berekent uit het blote hoofd het percentage van de
mondiale populatie dat gedoemd is te sneuvelen bij een nakend nucleair
conflict van middelgrote omvang; kortom u bent uzelve en aardig op
dreef en dan 'vanuit het blauwe' wordt u pardoes geconfronteerd met een
opgewekt sujet van menselijke origine. Dat is behoorlijk balen, balen
als een stekker zoals onze noorderburen plegen te poneren, al word ik
er persoonlijk vooral kotsmisselijk van. Dat totale ontbreken van
respect, die onverkwikkelijke aandrift om gratuite goedgeluimdheid de
umwelt in te schetteren, kilometers in het kwadraat, het is mij al een
gesel Gods, of indien Nietzsche gelijk had, een foltertuig ons gezonden
door zijn erfgenamen. Ze noemen zich optimisten, de
glimlachterroristen, en menen dat zij het beste met ons voorhebben, een
waanidee dat wel meer fundamentalisten met zich meedragen. Ik pleit
voor een muur, bij voorkeur één van het vierkantige type. Daarachter
kunnen ze dan ongestoord hun ding doen: Kirren, glunderen,
schaterlachen, dijenkletsen. Leve de biodiversiteit, zolang ik er maar
geen last van heb. Zolang ik me maar ongehinderd kan wijden aan de
ondergang van het avondland, de verloedering van de zeden en de
opwarming van het ozongat. Ja, een reservaat ware ideaal. Geef de
olijkerds hun thuisland, hun eigen bantoestan; waar ze hun vrolijkheid
mogen botvieren op elkander, lok ze naar een tropisch eiland en doop
het Positivonië. En, uiterst belangrijk, laat het de inwoners aldaar
aan niets ontbreken. We zouden niet willen dat ze boodschappen komen
doen op het vaste land, toch. Ach, ik besef het ook wel, Positivonië is
nog niet voor morgen. Maar het staat iedereen vrij te dromen, niet,
zelfs een doemdenker ...
Wat jammer, nou. 'Alles uit de kast' is niet meer. Gisteren werd de
laatste aflevering van het boekenprogramma de ether ingeslingerd. Net
nu ook ik mijn bijzondere boek heb ontdekt. Een waar meesterwerk durf
ik het te noemen. De auteur is ene A.E. Hartink, de titel:
"Legergewerenencyclopedie", kort en bondig, en volledig to the point.
Het kleinood stond stilletjes weg te deemsteren in de sectie 'Oorlog en
Vrede' van de openbare bibliotheek, alhier in de Kempen. Zoveel
verkommering raakt mijn weke lezershart. Dus nam ik het verwaarloosde
beestje mee naar huis. Iedereen zou dat moeten doen. Waarlijk
stichtende literatuur. Wat zou het dat u geen plannen hebt uw gezin uit
te moorden, of dat u geen contacten hebt met wapentrafikanten, mocht u
wel zulk een voornemen koesteren . Wie zegt dat een boek 'nuttig' moet
zijn ... Bovendien, wat vandaag niet is, kan altijd nog komen. U kan u
maar beter goed informeren. Omtrent de keuze van het juiste kaliber
projectiel bijvoorbeeld. Zou die 9 mm wel volstaan om uw schoonmoeder
om te leggen ? Of schaft u voor die gelegenheid beter meteen een .50
Browning Machine Gun aan, waarvan de kogels in afgevuurde toestand een
energie van 16880 Joules herbergen, die komen dus een slordige 37 keer
harder aan dan zo'n 9mm prul. Ach, misschien ziet u er helemaal niet
tegenop de trekker 37 keer te moeten overhalen. U merkt het, een echte
aanrader, deze legergewerenencyclopedie. En niet enkel vanwege zijn
uitmuntend pedagogisch gehalte. Dit boek staat garant voor een
hartverwarmend boeket van prachtig proza, poëzie en esthetiek. Paf
stond ik van de onderkoelde verteltoon, bijvoorbeeld wanneer de auteur
op pagina 27 het onderwerp 'geluidsdemper' aansnijdt. Ik citeer: " Er
zijn situaties denkbaar waarin bepaalde doelen moeten worden
uitgeschakeld. De omgeving waarin de operatie plaatsvindt, mag vaak
niet gealarmeerd worden." Las u ooit een meer universele waarheid ?
Zelfs de grote W.F. Hermans om maar een verscheiden literair monument
te noemen - die kunnen je namelijk niet meer tegenspreken - zelfs hij
had niet raker kunnen mikken. En dan waren er nog de prachtige
illustraties, de explosietekeningen, hoe fijnzinnig toch, die
woordkeuze: Het wapen in doorsnede afgebeeld met een nummertje bij
ieder welluidend onderdeel en daaronder een bijbehorende lijst van
vaktermen. Houd een zakdoek paraat, want ik breng u het water in de
mond. Tilden mij naar hogere sferen:
Bij de afbeelding
'Automatisch geweer : nr 16, oogdopvizierveer nr 41 ;
afsluitervangpalborgstift; nr 79, kolfplaatmoergeleidebus.
Bij de afbeelding 'Machinepistool': nr 13, afsluiterhuis; nr 18, sluitveergeleidestang ; nr 21 , stuurstuk voor vergrendelrollen
Bij de afbeelding 'Automatisch geweer': nr 1, klapkolf ; nr 18, patroonhouderpal
Noem
me een hopeloze romanticus, ik beken. Maar ik weet dat ik niet de enige
ben. Dus, waar wacht u nog op ? Als de wiedeweerga naar een bib in uw
buurt of, als u er zo ééntje bent die van hebben houdt, naar dat
boekenasiel dat zich 'De Slegte' noemt. Zodat ook u op recepties zal
kunnen grossieren in vuurwapenjargon en de domkoppen daar verzameld zal
kunnen verhalen over de AI AW, neen geen onderafdeling van Amnesty
International, maar het Arctic Warfare snipergeweer van Accuracy
International. Doe er uw voordeel mee !
Zij
was nog even mooi als die dag in '89, die dag toen een paar
intellectuele vrienden mij de kinema in lulden. Het zou een artistiek
verantwoord uitje worden, blijkbaar was mijn kunstzinnige entourage het
oordeel toegedaan dat deze Kempische boer daar zijn voordeel mee zou
doen. Wie was ik om mijn meer ontwikkelde medemens daarin tegen te
spreken. Het werd een memorabele ervaring, ontroerend en ondraaglijk
tegelijk Ontroerend vanwege haar blanke achterkant, dat andere door de
ellenlange scènes zonder. Juliette Binoche, 23, schitterend in 'De
ondraaglijke lichtheid van het bestaan', naar een roman van Milan
Kundera. Voor de vertelling bleek ik geenszins vatbaar, maar des te
meer bleek ik ontvankelijk voor de kont van Juliette. Ik ga me niet
wagen aan een beschrijving hier. Haar getuigenis staat op pellicule.
Het minste woord zou afbreuk doen aan het kunstwerk in kwestie. Nooit
heeft een vrouwelijk zitvlak mij nog zo ontroerd als toen die dag in
'89. Mijn vrienden zagen een filmisch meesterwerk en ik, ik zag slechts
bleke billen. Niet met lustgevoelens , nou ja, hier en daar een
kleintje misschien, maar vooral toch met vertedering en esthetische
vervoering. Niet dat die sensaties me weerhouden hebben om me later die
dag alsnog total loss te zuipen, overigens, a student 's got to do what
a student 's got to do, nietwaar. Ze is toch blijven hangen, de schone
Juliette, ondanks de overvloedige onderdompeling in alcoholhoudend
nat,die doorgaans zo nefast is voor het memoriseren. En zo komt het dat
ik me sindsdien zo om de drie, vier jaren stierlijk verveel met de 150
minuten zonder en woordenloos geniet van de 21 met - dat is slechts
mijn subjectieve schatting, misschien onderschat ik haar naaktheid
enigzins - de tijd gaat snel als je gelukkig bent.
( Onomatopee voor overgaande telefoon, onomatopee voor overgaande telefoon)
Davyken : Maaa, de telefoon gaat over / neen, excuus,ik herneem / Maaa, telefon !
( het onomatopeeën wil maar niet ophouden )
Davyken: Maaa-aaaaaaa, den telefon.
Maaa: Maar neemt dan op Davyken.
Davyken: Bij Vercammen !
Elders: murmel, murmel, murmel ....
Davyken: Nee, ons maaa zit op .... kan nu nie komen.
Maaa: Voor wat is 't, Davyken ?
Davyken: 't is 't Parket !
Maaa: 't Parket och here .... en wa willen ze ?
Davyken: 't is over de Carjacker van onze paaa, of dat die op verlof mag van 't weekend.
Maaa:
En daar bellen ze nu nog voor, vrijdags na de noen .... Zegt dat ze
terug bellen na zes uur als uwen paaa terug is van zijn werk.
Davyken: Onze paaa is pas terug na zes uur, kunt ge dan terugbellen, madame ?
Elders: murmel, murmel, murmel
Davyken: Ze zeggen dat iedereen dan al naar huis is, maaa
Maaa: Brussel, 'k had het kunnen weten ....
Zie
daar, het nieuwste wondermiddel voor regeringscrisissen, schuif ze door
naar de burger. En noem het inspraak of waarom niet meteen
'participerende democratie'. De regering leeft nog en dat verheugt me.
Niet omdat ik overloop van liefde voor Verhofstadts politieke ploeg.
Dit land kan zich simpelweg niet permitteren van regering te wisselen
zoals ondergetekende van onderbroek, zo één keer om de twee maanden is
dat. Problemen zijn er om opgelost te worden. De oplossing die vandaag
uit de bus rolde heeft echter meer weg van een gifmengsel dan van een
levensreddend medicament. Ze ondergraaft onze rechtstaat. Dat ook
slachtoffers tegenwoordig een stem krijgen binnen onze rechtspraak, dat
kan ik enkel toejuichen. Het verschaft de rechter inzicht in de vaak
blijvende impact die een misdrijf heeft op het leven van hen die er
door getroffen worden. Die informatie kan hij laten meewegen in zijn
vonnis. Ook lijkt het me verstandig, de slachtoffers te informeren over
een aankomende vrijlating of een penitentiair verlof van een
gedetineerde. Maar hen laten oordelen over het wel of niet toekennen
van penitentiair verlof, dat gaat een stap te ver. Het is niet fair,
niet ten opzichte van de gedetineerde, noch ten aanzien van het
slachtoffer. Door het slachtoffer de facto beslissingsrecht te geven
zadel je hem op met een verpletterende verantwoordelijkheid die
eigenlijk bij de rechter dient te liggen. Bovendien valt het niet uit
te sluiten dat de entourage van de gedetineerde, het slachtoffer onder
druk zal proberen te zetten. Ook de gedetineerde komt er bekaaid af.
Hij moet het voortaan stellen zonder enige garantie op objectiviteit
bij de strafuitvoering. Je kan je slachtoffers vanaf nu maar best
vooraf screenen. De wraaklustige types laat je beter links liggen. Het
ideale doelwit is een mens van goede wil, een vergevingsgezinde goeierd
die je snel je vrijheid zal gunnen, mocht je criminele project
onverhoopt op een fiasco uitdraaien. Een waarlijk crimineel gedrocht
dus, dit duivels compromis. Gelukkig geldt het maar ad interim.
We
zitten in de laatste rechte lijn richting gemeenteraadsverkiezingen. Je
kan het aan van alles merken, de geestdrift waarmee politici zich in de
kijker proberen te werken, propagandistische lectuur die zich nestelt
tussen uw reclamefolders, Siegfried Bracke die weer helemaal opleeft.
Nog zo'n typisch electoraal fenomeen is de smoeltjesparade, een bonte
verzameling van vertrouwen en dynamisme uitstralende posterkoppen, stuk
voor stuk tuk op een plekje in de gemeenteraad. Wat naar nou voor die
strevers dat het aantal zitjes daar beperkt is. Ze moeten er voor
vechten, een stoelendans met bijzonder veel gegadigden en schaars
zitmeubilair. Daar hoort fanfare bij, een kakafonisch blazersgezelschap
dat vooral uitblinkt in het om ter langst éénzelfde noot aanhouden, van
contrapunt hebben de gelegenheidsmuzikanten weinig begrepen, het gaat
er hen vooral om ons met tuitende oren te begiftigen, mogelijke schade
aan de trommelvliezen zal hen worst wezen, als het trommelvlies maar
scheurt op hun frekwentie is het al lang goed. Wat zonde toch dat
allegorieën niet meer dan uitgewerkte zinnebeeldige voorstellingen van
een zaak zijn, anders zouden een paar op maat gefrabiceerde oordopjes
ons geheel resistent maken tegen de heersende verkiezingskoorts. Helaas
geeft de lokale politieke klasse er de voorkeur aan ons te overdonderen
met visuele muzak, een wirwar aan foto's met rugnummer die zich langs
Vlaamse wegen aan ons opdringen. Een beeld zegt immers meer dan duizend
woorden en je kan je er veel moeilijker aan onttrekken. Probeer die
oordopjes maar eens in je ogen te proppen. Of beter, probeer het vooral
niet, want dat is nog stukken gevaarlijker dan gsm-en, als chauffeur,
laverend door de dorpskom. Ja, ze hangen overal, onze toekomstige
bestuurders, waar vroeger een biermerk mij vertelde dat het eigenlijk
geen reclame behoefde, want als man wist ik zelf wel waarom, daar
hangen nu de burgemeesters. Hoe zou het trouwens Sabrina vergaan zijn ?
Sabrina, het stijlrijk silhouet dat symbool staat voor een erotisch
centrum, ergens hier in de buurt. Dat symboliseren doet ze uitstekend
gelegen, 't is te zeggen, schuin tegenover de kerk, zodat de brave
mannen er hier elke zondag fijntjes aan herinnerd worden waar het
lichaam verwend wordt eens ze met gezuiverde geest door de pastoor
wandelen zijn gestuurd. Niet dat de manschappen hier zich tot zulke
duivelse uitspattingen zouden laten verleiden. In dit dorp doen we daar
niet aan mee. Het hangen van Sabrina heeft louter tot doel het
doorgaand verkeer tot lustverkeer aan te zetten. Dit dorp is een
doorrijddorp. Dit dorp dient slechts de kerk. Sabrina kan er enkel te
biechten gaan, rok graag tot onder de knie.
Gegroet
lezer, treed binnen, zet u. Verschoning dat ik met volle mond praat. U
treft me midden een warme- melk-met-chocolade-moment. Daar was ik echt
aan toe. De vaak wil me vroeg vloeren vanavond. Ik heb besloten mij
schrap te zetten. Waarom dan warme melk gedronken ... ? Tja, probeer je
reep maar eens week te krijgen in koude pap. Zoveel geduld kan ik niet
opbrengen. Eén voor één gaan ze in bad, de chocoladeblokjes. Een
secondje of vijf, dat volstaat. Dan een koffielepelritje naar het
voorportaal van mijn spijsverteringsstelsel, waar ze zich volledig
laten gaan, tot genoegen van mijn smaakpapillen. Daar kikkert een
blogger van op, zodat ik u nu kond kan doen van wat mij vandaag
allemaal overkwam, zijnde, niets. Een heerlijk, hartverwarmend niets
met name. Niets dat in het oog sprong, niets dat mij tot tranen toe
bewoog, niets dat mij voor eeuwig bij zal blijven. Het was een zondag
zonder meer. Zonder nucleaire rampen, zonder tranentrekkende mystieke
ervaringen, zonder tweede regenboogtrui voor Tommeke. Een zomerse
zondag zoals zovele. Ik at, dronk en defeceerde, vier keer,
onophoudelijk en éénmalig, voor de statistici onder u. Dat is, tot op
heden, met nog een kwartiertje 24 september 2006 te gaan. Op éénvoudig
schriftelijk verzoek ben ik gaarne bereid u de eindstand mede te delen.
Wie of wat mij dan zo vermoeide dat ik mijn toevlucht moet nemen tot
theobromine ... Een chatster, ééntje van de vrouwelijke soort dus, die
mij verwende met woordjes als 'spitant' , 'rododendron' en
'achteruitkijkspiegel', warme melk voor Alex' chocolade. Ik poogde nog
te riposteren met een allitererend 'paard en prins' en een rijmend
"lichtgewichtnicht", maar niets kon nog baten. Zo omstreeks vier uur
vanmorgen liet ze me zitten, smeuïg als een Cécémel van het betere
merk, pruttelend als een bolognaisesaus op een Leuvense stoof. Dat zijn
behoorlijk uitputtende praktijken voor een blogger zonder
uithoudingsvermogen. Zeker als die zich daarna slechts vijf uurtjes
gunt om te stollen. Gelukkig bracht de dag dus niets.
Ziet u hier staan, onnozelaar met uw artistiek montuur, uw pak van C&A couture en uw ééndags stoppelbaard, die Wim te zijn alleen om haar.
Omdat zij sinds die helse nacht, alleen nog naar zijn pijpen smacht te dansen, heeft zij mijn ganse aard verkracht, ze wil me slijpen naar zijn beeld, ik kan slechts doen wat zij beveelt, ik laat me stansen.
Tot ware Wim word ik gesmeed, tot op mijn slip word ik verkleed, ik moet zijn monologen leren, 's mans rare loopje imiteren. Zijn poëzie ken ik van buiten compleet met Wimse stijl van uiten.
Ja, zelfs als wij des nachtens vrijen, mag 'k mij niet als mezelf vermeien, want 't vrouwtje is pas echt content, als ze op zijn Helsens wordt verwend. Ik weet dat ze niet mij bemint, alleen van hem wil zij een kind. ach, kon 'k haar goud maar zelf ontginnen, maar zonder muts raak 'k niet meer binnen.
Zeg nu nog eens dat je van gokken niet rijk wordt ? Sheldon Adelson
bewijst het tegendeel. Hij katapulteerde zich al gokkend naar de derde
plek in de Forbes 400 , het rijkeluizenlijstje van het bekende
Amerikaanse tijdschrift. Adelson zette al zijn geld in op het vakje '
de mensen zijn stapel' en won. Twintig miljard dollar staat er al op
zijn teller, dan mag je met recht van 'het groot lot' gewagen, me
dunkt. De superpot die hij mocht binnenrijven dankt hij aan zijn
spelende medemens, die het gokken niet kan laten. En dat terwijl we
allemaal verdomd goed weten dat je statistisch gezien gegarandeerd
wordt geplukt. Kansrekening kan ons blijkbaar gestolen worden. Wij zijn
wezens van vlees en bloed, niet van statistiek. We klampen ons vast aan
dat waterkansje, die zeldzame speling van het lot die ervoor zal zorgen
dat wij ons een pauwenkleed kunnen shoppen met de uit de kont gerukte
pluimen van die andere waterkans-believers. Dom hè ! En toch doen we
het, met z'n miljoenen. We maken ons wat wijs.. Bijvoorbeeld dat er één
of ander goed doel is dat wint bij ons verlies. We maken ons wat wijs.
Kijk maar naar de Lotto. Ze sponsoren een wielerteam van
pillendraaiers. Die gasten verdienen kleerkasten van huizen. En leg me
eens uit wat het maatschappelijk nut is van de Memorial Ivo Van Damme
en waarom de Nationale Loterij de opwarmingskosten betaalt van het lijk
dat "F.C. De Kampioenen" heet ... Nog zo'n kirrewiet idee: de gedachte
dat dat gekruis, gekrab, geroulette en ge-éénarmig-bandiet ons
nauwelijks wat kost, dat het om klein geld gaat. Een miljardenbusiness
is het ! Of hoe dacht u dat Adelson aan zijn fortuin is geraakt ? Neen,
als uw hart op de goede plek zit en u wil dat tonen, gaat uw gang, maar
passeer dan beter niet langs de kassa van de Nationale Loterij. Aan
goede doelen geen gebrek. Kies er ééntje, desnoods door lottrekking als
u echt niet zonder kan, en laat uw portemonnee de naastenliefde
bedrijven. Verwater uw goedheid niet met nutteloos gekrab. En als u
denkt, ik heb geld teveel, laat ik de economie een beetje stimuleren
met een avondje geldverspillen in het casino. Ach, blijf toch lekker
thuis. De wereld draait ook zonder roulette en het croupierschap mag
dan wel in een bijzonder schoon kostuum worden uitgeoefend, de
maatschappelijke relevantie van het beroep ontgaat me tot op heden.
Besteed uw speelgeld aan een nobeler streven. Sponsor een
blindegeleidehond of koop kommetjes soep voor daklozen en dichters. Zij
zullen uw warmte ten zeerste waarderen.
Buizerds denken niet, dacht ik. Dus dacht ik voor hem of haar daarboven, die glijdend kwam vanuit het noorden.
Wat
een heerlijke dag voor een zweefvlucht. Blij dat ik een buizerd ben en
geen konijn, een egel, of erger nog een mens. Kijk daar heb je er twee.
Bedrijvig als altijd. Immer denkend aan later. God, wat heb ik
kompassie met die beesten. Zie ze zwoegen, slepend met takken, stammen
verzagend, verzamelend, stapelend. Geen grotere hel dan een
mensenleven. Volop zomer en ze lopen al met winter in hun kop. Die twee
zijn niet meer te redden. Gaf de schepper ze vleugels, ze zouden zich
diezelfde dag nog plukken om er hun hoofdkussen mee op te vullen. Welk
een triest bestaan werd hen toch toebedeeld. Zal ik even voor hen
bidden ? Later ... misschien. Beter nog wat klimmen, lijkt me, een
rondje of tien. Of elf, wat zou het ; mij kost het niets.