Toen ik me eerder deze avond onledig hield met het elimineren van mijn stoppelbaard schoot me opeens een jeugdherinnering te binnen. Een beeld van Mop in de sneeuw. Mop was een Dalmatiër, zo'n witte hond met zwarte stippen. Alleen, Mop was niet wit, je kon hem hoogstens wittig noemen. Maar zonder de sneeuw had je het nooit geweten. Daaraan moest ik denken toen ik mezelf in de spiegel zag met mijn smoelwerk onder het sneeuwwitte scheerschuim en in het midden van dat alles een dubbele rij vetgele tanden. Dit is mijn scheerschuim niet, dacht ik. Dit is scheerschuim voor tandpastameisjes en die hebben baard noch snor. Wat ik nodig heb, is een scheerschuim dat staat bij mijn gebit. Iets gelig met zwarte spikkeltjes erin. Zodat ik weer ongestoord kan glimlachen tijdens het scheerwerk, zonder mij een Dalmatiër in de sneeuw te moeten voelen. Waar is die vrije markt als je ze nodig hebt ? "Neen met die scheerschuim is niks mis, meneer, het zijn uw tanden die niet in het plaatje passen. Maar daar kunnen we vandaag de dag gelukkig een mouw aan passen. Dankzij het revolutionaire Velform-systeem kan u ontsnappen aan uw lelijkheid." Heeft u er ooit naar zitten kijken, naar dat verkoopspraatje voor het Velform systeem ? Een paar uren rondlopen met een soort voederbak voor je muil en je tanden worden weer stralend wit. Voor-en-na-foto's leveren het onweerlegbare bewijs ... dat jij verdomd gele tanden hebt. Want zelfs het meest gele testgebit ziet er nog keurig uit naast jouw ruines. Mop gaf geen moer om spiegels. Ik geloof dat ik me aan hem wat meer moet spiegelen. Woef !
Eigenlijk heb ik helemaal geen zin meer in ouder worden, al sinds jaren is dat zo. Waarom zou ik ? Ouder worden sucks, en nog niet zo'n klein beetje ook. Ouder worden zuigt je naar je graf als een vette laag modder die allengs kleffer wordt. Ik voel het. Ik vorder trager en trager. Bij iedere stap die ik zet voel ik mijn laarzen dieper wegzakken. Het drijfzand ruikt zijn kans al. Voorlopig slechts een waterkansje, schat ik, ik vertrouw op de statistieken. Die vertellen me dat ik nog goed ben voor een jaartje of veertig. Ik ben er nog niet helemaal uit of ik dat nu als goed dan wel slecht nieuws moet beschouwen. Veertig jaar rondlopen met achterstallig onderhoud. Veertig jaar pappen en nat houden. Het lijkt me allemaal bijzonder vermoeiend. En dat net nu ik merk dat ik toch al sneller moe word, dat ik bij het tennissen moet kiezen tussen het balletje laten lopen of het punt maken en een spierverrekking op de koop toe. Ik probeer mezelf dan wijs te maken dat het ligt aan mijn gebrek aan opwarmingsoefeningen. Zinloos natuurlijk, in iedere oudere jongere schuilt een meedogenloos stemmetje, ééntje dat zich door geen enkel rookgordijn in de luren laat leggen. "Opwarmingsoefeningen, laat me niet lachen, vroeger wist jij niet eens wat opwarmingsoefeningen waren, sufferd, vroeger toen je nog jong was ... " Dat klopt. Vroeger deed ik maar wat. De geest beval, het lichaam volgde gedwee. En het stemmetje, dat zweeg. Geniepig zat het zijn tijd af te wachten. Het genoot van elke braspartij, van elke vette hap, van ieder staaltje van fysieke overmoed. Verscholen in een schaduwrijk hoekje van mijn brein zat het smalend m'n stommiteiten te noteren om die later fijntjes tegen mij te kunnen uitspelen. 'Ach, doet die lever van je pijn, mijn vriend ? Tja, dat zullen je studentenjaren zijn die zich wreken, niet ? Wat hoor ik nu, een hernia, tiens, dat doet mij plots terugdenken aan die winteravond in 1989 toen jij .... Grijze haren krijg ik van dat stemmetje en rimpels, van die lelijke, die niks van wijsheid in zich dragen. Op mijn plaaggeest heeft de tijd ondertussen minder vat. Integendeel, hoe driester ik aftakel, hoe groter zijn gelijk. Hopelijk word ik snel doof voor zijn gekwetter.
Arm Keetje toch, zelfs haar monumentale split bleek onvoldoende om de finale te halen. Tegen het grote geweld van duivelkostuums, lingerie, pluimen in de kont en buikdansen was ze gewoon niet opgewassen. Ik weet het, het is makkelijk spreken achteraf, maar ik zag de onweerswolken al een tijdje hangen. Er zaten naar mijn aanvoelen wel erg veel 'IA-landen' in die halve finale. Daarmee wil ik echt niet insinueren dat er Europese landen zijn wiens bevolking uit balkende ezels bestaat, zoiets zou ik nooit durven beweren, met IA-landen bedoel ik die naties wiens naam op 'IA' eindigt: Macedonia, Russia, Armenia en ga zo maar door. Uit de stemresultaten van de voorbije jaren bleek reeds welk een ontroerende solidariteit deze voormalige Oostbloklanden verbindt. Een sympathie waar wij als klein landje duidelijk niet op hoeven te rekenen. En dan wordt het moeilijk, daar hoef ik geen tekeningetje bij te maken. Vijf van de tien finale plaatsen gingen naar IA-landen. Voor de andere vijf werd er een felle strijd geleverd en toen de rook optrok was onze Kate nergens meer te bekennen. De in het vuur van de strijd gesneuvelde kniezwengel zit daar overigens voor niets tussen, dit Europese publiek valt gewoon niet aan te zwengelen, het stemt met in de rechterhand een atlas en in de linker een geschiedenisboek. Iets dat Bertje toch ook had kunnen weten want ik mag er toch van uit gaan dat ook hij als Minister van Cultuur ieder jaar een paar uurtjes zoet is met het Euro-kitsch-festival. Zijn Damienne zal het hem wel gezegd hebben, dat het zonde van de Vlaamse belastingscenten was, die 60 000 euro die Bert veil had voor Kates Europese promo-tour. Het is je vergeven Bert. De droom was mooi, zolang hij duurde en nu is hij voorbij. Ook voor de brave burgers uit Tessenderlo, die zo overtuigd waren van de showtalenten van hun Kate. Nu, die talenten heeft ze onmiskenbaar maar in een Europees kampioenschap vendelzwaaien schiet je daar geen donder mee op.
Hoeveel kansen krijgt een mens om wat van zijn leven te maken ? Wie zal het zeggen. Ons lot wordt geschreven in een zwijgzame inkt die enkel de tijd kan lezen. We weten wel wat. We weten bijvoorbeeld dat wie ter wereld komt in Congo maar beter niet te veel kansen verkwanselt. Terwijl diegene, die een rijke papa heeft zijn uitgebreide selectie kansen meestal op een presenteerblaadje aangeboden krijgt. We weten dat de lomperds onder ons een gegeven paard best niet in de bek kijken, terwijl de slimmeriken het zich kunnen permitteren op een volbloed exemplaar te wachten. Dat soort dingen weten we en ten gronde weten we dus niets. Want over u en ik staat er niks in de boeken. Wij zijn mensen, geen statistieken. Later, als wij beiden onder de zoden zullen liggen, of indien u dat verkiest, knusjes op de strooiweide, dan zullen anderen over ons zeggen, kijk, daar ging hij de fout in, had hij dat toen zo en zo gedaan dan was het allemaal anders gelopen. Maar daar hebben wij tweetjes nu geen zier aan. Misschien begaat u morgen wel de stommiteit van uw leven, loopt u de partner mis die u zielsgelukkig had kunnen maken, de a posteriori expert zal u niet bijstaan. Wachten zal hij, tot u de geest geeft om daarna uw levensloop uitvoerig te commentariëren. Nee, morgen staat u er net als ik weer doof, blind en alleen voor ...
Mexicanen houden van Amerika, misschien nog meer dan de Amerikanen zelf. Ze houden zoveel van Amerika dat ze er hun hachje voor willen riskeren om er binnen te geraken. Met vreselijke gevolgen. Ieder jaar moeten honderden van hen de oversteek met hun leven bekopen. Het schrikt hun landgenoten niet af. Zo groot is het verlangen naar een menswaardiger bestaan dat ze het blijven proberen. De mannen die wel de Verenigde Staten bereiken vinden er emplooi als slecht betaalde landarbeiders, de vrouwen zoeken een baantje als meid. Niet meteen het grote geld verdienen maar de betrokkenen zien het als de eerste etappe van hun Amerikaanse droom. Een droom die de ergste nachtmerrie blijkt te zijn van vele Amerikaanse burgers. Ze verenigen zich onder de noemer 'Minutemen' om de grenswachten te assisteren bij de verdediging van de landsgrenzen. Het brengt allemaal weinig zoden aan de dijk. Ondanks de grote verliezen in het Mexicaanse kamp dreigt de VS de slag om het vaderland te gaan verliezen. Tijd voor President Bush om in te grijpen. Bush verkoopt zich graag als president in oorlogstijd en dat is er aan te merken. Zijn antwoord op de immigratieproblematiek is het openen van enkele extra blikken reservetroepen. Voor iedere amigo die zijn land verlaat heeft Bush dra een soldaat paraat. Waar hij zijn jongens vandaan blijft halen is mij een raadsel. Want de Verenigde Staten liggen vreselijk onder vuur. Ieder uur van de dag speuren legioenen terroristen naar de kleinste scheurtjes in haar harnas. Om zich langs daar naar binnen te wurmen en het land met massavernietigingswapens te lijf te gaan. Ook Noord-Korea en Iran staan te trappelen om hun complete kernarsenaal raketgewijs richting States te sturen. Nog een geluk dat er van de zijde van de Canadezen voorlopig weinig te vrezen valt. Die nuchtere zielen rollen over de vloer van het gieren om zoveel potsierlijk hysterisch gedrag van hun zuiderburen en blijven zo voorlopig volstrekt aanvalsonbekwaam. Arme yankees toch, laatst las ik dat ze tegenwoordig nog nauwelijks aan sex toe komen. Tja, wat wil je , pompaf zijn ze, uitgeblust en uitgeput van al dat landverdedigen. Terwijl ik dit schrijf valt langzaam de avond over 'Old Europe'. Nog een zestal uurtjes en ook de nieuwe wereld zal in het donker verdwijnen. Een nieuwe Amerikaanse nacht van angst en dreiging, van bibberen en beven. Weet je wat we doen. We helpen ze een handje. Laat ons allen een kaarsje voor ze branden, dan halen ze de ochtend wel.
Mijn hoofd had me maar weinig te vertellen, vandaag. Het beperkte zich tot het aansturen van mijn tengere lijf, even was het leven op automatische piloot. Van enig gefilosofeer kwam niets in huis. Tot ik mij daar op den duur dan weer vragen over begon te stellen. Waarom was dat hoofd van mij zo leeg ? Waarom was het zo ijselijk stil daarbinnen ? Aan een tekort aan input kon het niet gelegen zijn. Radio, televisie, internet, een onophoudelijke stroom van informatie overspoelde voortdurend mijn zintuigen. Maar het inwendig stemmetje gaf niet thuis. Vervelend was dat, want ik ben anders gewoon. Doorgaans zit ik niet om denkmaterie verlegen. Ik bots altijd wel op één of andere levensvraag, waar ik dan uren op kan kauwen om ze daarna onverteerd weer uit te spuwen. Want door de jaren heen heb ik ervaren dat dwangmatige tobbers als ik er best aan doen tijdig weer afstand te nemen van het overpeinsde. Net zoals de professionele wijnproever voorkom ik zo dat het ingesloten gift onversneden op mijn lever komt te liggen. De grote vragen moet je roken, zonder te inhaleren. Doe je dat wel, dan loop je het risico erin te stikken. Iets waar ik mij vandaag alvast geen zorgen om moest maken. Mijn bovenkamer bleek gevuld met een mengsel van zuiver bronwater en alpenlucht, uiterst gezond maar bovenal strontvervelend. Ja, dat dacht ik, 'strontvervelend', in gedachten ben ik een stuk smeriger dan op papier. De eerlijkheid gebiedt mij dat te bekennen. Had ik 'oervervelend 'geschreven, wat toch een octaaf of vier beschaafder klinkt, ik had u belogen. Zoals de beide woorden zelf. Want wat is er eigenlijk zo strontvervelend aan stront ? Biologen leiden er de levensloop uit af van hun favoriete diersoort. Uw huisarts vraagt u om een staaltje. Peuters zijn er dol op. En ik zou ze de kost niet willen geven, de gedoctoreerden en professoren die zich bezig houden met de oertijd in al zijn facetten. Er zijn er zelfs die het beste van twee werelden weten te verenigen en hun ganse leven wijden aan de studie van de fossiele uitwerpselen van prehistorische dieren. Enig idee hoe die dingen heten ?