Ban het, Kerf het, Rook het uit je geest, het monster, het tempeest, dat duivelseieren uitbroedt in jouw dromen. Verhit zijn lauwe adderbloed, verdamp het, kooi het, laat het geen seconde langer kolkend door je slapen stromen.
Dans bij nacht op rode laarsjes freel door een nomadenkamp, met in je ogen levenskaarsjes, en bij je hart een wonderlamp.
Die maandag tijdens de speciale zitting van het sportcomité . . .
Voorzitter : "Dat zijn zware feiten die u ten laste worden gelegd, meneer Conceiçao, een wegwerpgebaar, in het aangezicht van de tegenstander spuwen, agressie ten opzichte van de scheidsrechter. Niet bepaald het soort gedrag, dat men verwacht van de gouden schoen. Wat hebt u daarop te zeggen ? " Conceiçao: "Meneer de voorzitter, deze hele trieste affaire berust op een misverstand." Voorzitter: Een misverstand, meneer ? Conceiçao: Jawel, meneer de voorzitter. Het begon allemaal toen de wedstrijd net vijf minuten aan de gang was. Voorzitter: Ik luister Conceiçao: Wel, Stijn Meert kwam naast mij lopen en plots zegt die: "amai Sergio, gij ruikt ook niet bepaald fris.", en vanaf dat moment haalde hij ostentatief zijn neus op telkens als wij in duel gingen. En dat raakt mij meneer de voorzitter. Ik ben Portugees en wij Portugezen zijn propere mensen. Wij stinken niet. Zal ik even naar u toe komen, meneer de voorzitter, dan kan u het zelf ruiken ... Voorzitter: Nee, nee meneer Conceiçao, dat hoeft echt niet, blijft u maar zitten. Maar, zou het niet kunnen dat u misschien toch wat had gezweet. U was ten slotte volop aan het voetballen. Conceiçao: Echt niet, meneer, ik zei het nog tegen Stijn, dat kan niet Stijn, zei ik, want ik gebruik Axe. voorzitter: Terzake meneer Conceiçao ... Conceiçao: Doe ik, meneer de voorzitter. Ja, toen begon de discussie. Hij verweet mij een gebrek aan respect voor de tegenpartij omdat Axe zogezegd prul was, enkel goed voor volk dat de hele dag achter een bureau zit te niksen en dat alleen zijn 'fa deo spray sport' een langhoudende frisheid kon garanderen op het voetbalveld. Elke keer als we mekaar tegen kwamen op het veld begon hij er opnieuw over. Sergio, het stinkdier, Sergio de Portukees, Conceiçao, de gouden oksel 2006. Zo ging dat maar door en door. Maar ik liet mij niet doen, ik laat mijn deodorant door niemand belachelijk maken. En toen heeft hij mij gechanteerd. Voorzitter: Gechanteerd ? Conceiçao: Ja, meneer de voorzitter. Als ik niet onmiddelijk van deodorant zou veranderen, dan zou hij naar de journalisten van de boekskes stappen en ze wijs maken dat ik naar rotte eieren stink. Voorzitter: Interessant, en wat was uw reactie ? Conceiçao: U moet begrijpen, meneer, als Portugese man heb ik een reputatie hoog te houden. Ik ben door de knieën gegaan. Voorzitter: En dat spuwen dan ? Conceiçao: Hij geloofde me niet op mijn woord, meneer. "Zweer het", zei hij, "zweer het op het hoofd van uw moeder." Het was daarom dat ik spuwde, meneer de voorzitter. Door een windvlaag kwam er spijtig genoeg een beetje spuug in het gezicht van Stijn Meert terecht. Daarvoor heb ik me al geëxcuseerd. Voorzitter: En dat truitje dan, dat je in het gezicht van de scheidsrechter duwde ... Conceiçao: Ik wou het de scheids allemaal uitleggen, maar toen begon die ook al over een rotte eieren geur. En om te bewijzen dat het niet aan mij lag heb ik toen mijn truitje uitgetrokken en het onder zijn neus geduwd. Ik zei het u al, meneer de voorzitter, het is allemaal één groot misverstand. Voorzitter: En hoe verklaart u dan uw wegwerpgebaar ? Conceiçao: Vergeef me dat ik u tegenspreek, meneer de voorzitter, maar ik maakte helemaal geen wegwerpgebaar. Ik toonde gewoon mijn oksels aan het publiek zodat iedereen op de tribune kon zien hoe proper ze waren en dat er kwa frisheid niks op aan te merken was. Na de match is daar trouwens ook geen enkele supporter over komen klagen. Wat wil je ? Mijn oksels ruiken zo fris als meiklokjes. Voorzitter: Daarmee lijkt alles mij volstrekt helder. Zaak geseponeerd !
Af en toe stelt een mens zich toch vragen. Zoals daarnet, toen men op het VRT-journaal vertelde dat de multinational BASF besloten had één miljard euro te investeren in de uitbreiding van haar activiteiten te Antwerpen. Eén miljard euro, dat moet nogal een fabriek zijn dacht ik meteen bij mezelf, daar gaan duizenden Vlamingen hun dagelijkse boterham kunnen verdienen. En het is waar, de uitbreidingswerken zullen gedurende drie jaar werk verschaffen aan drieduizend mensen. Dat het daarbij ook werkelijk gaat om extra jobs, dat is nog de vraag, maar soit, ieder loonstrookje is er één. Wat me echter bijzonder ontgoochelde, was het aantal permanente jobs die de in het vooruitzicht gestelde giga-investeringen zouden opleveren. De veertig miljard oude Belgische franken zouden goed zijn voor amper honderd extra banen. Eén miljard euro ... honderd jobs. Een mens zou zich voor minder vragen gaan stellen. Je kan natuurlijk een gat in de lucht springen en de hemel en BASF danken voor hun gulle gaven. Dat kan je, maar zo ben ik nou eenmaal niet. Ik ben een moeilijk mens. Ik denk, en gebruik mijn ingebouwde zakjapanner. Rekent u even met mij mee ? Eén miljard euro voor honderd jobs, bij Toutatis, dat zijn baantjes van tien miljoen euro per stuk. So what, zegt u ? Wel, ik zal u zeggen wat. Vlaanderen telt ruim tweehonderd duizend werklozen. Als we het van de BASF's moeten hebben om onze werkloosheid te halveren dan zou dat een kapitaalsinjectie van duizend miljard euro vereisen. Geloof me, dat kan tellen. Ter vergelijking, dat is meer dan drie maal de Belgische staatsschuld, en ik had het dus enkel over het halveren van de werkloosheid. Kan er iemand mij vertellen waar we die duizend miljard gaan vinden ? België is een klein en dichtbevolkt landje. In zo'n land moet je spaarzaam omspringen met de ruimte, ook als het gaat om industriegrond. Industriegrond voor een habbekrats aan multinationals verpatsen mag een verstandig beleid zijn in Mongolië, in onze regio getuigt het enkel van een schrijnend gebrek aan lange termein visie. Vlaanderen heeft nood aan een hoger aantal banen per hectare. Het neerpoten van een kolossaal industrieel complex met een bemanning van amper honderd zielen gaat lijnrecht in tegen deze logica. Ugh, ik heb gesproken.
Vandaag is het dan eindelijk zover. Schluss met de excuses, gedaan met het rond de pot draaien. De lente moet nu maar eens uit haar pijp komen. Meteorologisch bekeken begon ze zelfs drie weken geleden al. Nou kan ik er best inkomen dat dat seizoen zich geen snars aantrekt van wat een paar kwistenbiebels van het KMI verordonneren, daar ben ik namelijk zelf ook al mee opgehouden, maar een wetenschappelijk criterium als de astronomische lente, dat kan zelfs het meest weerbarstige jaargetijde niet zomaar naast zich neerleggen. Die astronomische lente begon gisteren om 19.26. Op dat exacte ogenblik stond de zon loodrecht boven de evenaar. Vanaf nu tot bij het begin van de astronomische herfst zal het licht dus de duisternis overschaduwen. Volgens Frank De Boosere zou het weldra al een stuk zachter worden. Dat zulks niet kan zonder de traditionele nattigheid, wil ik voorlopig nog door de vingers zien. Alle begin is moeilijk. Hoofdzaak lijkt me dat we misschien vrijdag al de magische kaap van de tien graden zullen overschrijden. Maar zoals ik zonet al vertelde houdt mijn vertrouwen in de mooi-weer-praatjes van De Boosere en co tegenwoordig gelijke tred met de temperatuur onder thermometerhut. Verwacht van mij dus niet dat ik nog langer braafjes het schoon weer ga zitten afwachten. Om dan vrijdag weer te moeten vaststellen dat de kou nog steeds niet uit de lucht is. Als het niet goedschiks kan, dan moet het maar kwaadschiks. Zie hier mijn plan. We brengen de lente gewoon zo enorm in verlegenheid, dat ze met het schaamrood op de wangen ons land zal binnenstormen ! Dat doen we als volgt. Al vriest het vrijdag dat het kraakt, al bezwijkt vrijdag het atomium onder een metershoge sneeuwlaag, wij beginnen eraan. Vrijdag geven wij het startschot van de primavera. We ontdoen ons allen van ons winterplunje. De meisjes trekken een luchtig lentekleedje aan. De jongens geven hun ogen de kost en rollen hun hemdsmouwen op. We strijken met zijn allen neer op de verlaten terrasjes en bestellen frisse pintjes, milkshake framboos en coupkes aardbei. En onze hormonen, die laten we de vrije loop. Dat de lente ons maar inhaalt. Wij zijn al uit de startblokken. Je zal zien, binnen de week is het lentezonnetje van de partij .... of liggen wij allen te bed met een dubbele longontsteking. Tja, 'at least we tried'.
Dingend bericht aan de ingezetenen van de gemeente Zwijndrecht.
Geachte Zwijndrechtenaars,
Zoals u ongetwijfeld reeds hebt vernomen via radio en tv heeft onze gemeente de laatste maanden te kampen met sterk verhoogde concentraties fijn stof in de atmosfeer. In dergelijke mate zelfs dat wij u tot onze spijt moeten mededelen dat onze gemeente sinds vanmiddag 12 uur officieel in overtreding is van de Europese wetgeving dienaangaande. Op het op ons grondgebied bevindende meetpunt werd vandaag immers voor de 36ste maal een overschrijding van de maximum toegestane concentratie geconstateerd. Daarmee is de maximaal toegelaten dosis fijn stof voor het jaar 2006 bereikt. Dientengevolge is de gemeentelijke overheid verplicht bepaalde maatregelen te treffen ter vrijwaring van de gezondheid harer ingezetenen. Maar eerst dit.
DE BURGEMEESTER ROEPT DE BURGERS OP IN IEDER GEVAL DOOR TE GAAN MET ADEMHALEN. DESKUNDIGEN WIJZEN ER OP DAT HET UITERST SCHADELIJK IS VOOR DE GEZONDHEID, DE RESPIRATIE GEDURENDE NEGEN MAANDEN TE STAKEN.
Het college van burgemeester en schepenen heeft op de twintigste maart van het jaar 2006, in een bijzondere vergadering verordend dat:
1) De ingezeten van de gemeente voortaan tweemaal daags moeten stofzuigen, telkens gedurende minstens 30 minuten om op deze wijze hun bijdrage te leveren aan de zuivering van de Zwijndrechtse atmosfeer. De gemeentelijke politie is gemachtigd streng op te treden in geval van nalatigheid.
2) Er ommiddelijk zal worden overgegaan tot aanschaf van 36000 pakjes sigaretten met filter. Deze zullen onder de burgers worden verspreid door de dienst Civiele Bescherming. De burgers worden verzocht vanaf nu door deze sigaretten adem te halen. Uiteraard dient de sigaret onaangestoken benut te worden.
3) Rokers van filterloze sigaretten, op straffe van een boete van 100 euro, zo diep dienen te inhaleren, dat hun longen alle tijdens het roken geproduceerde stofdeeltjes in zich opnemen.
4) Iedere inwoner die in het bezit is van meer dan 1 gram fijn stof dit onmiddelijk moet melden aan de gemeentelijke politie. Na verificatie door een beëdigd ambtenaar zal het fijn stof afgevoerd worden en vernietigd door een daarin gespecialiseerde instantie. De kosten van deze operatie zullen worden verhaald op de eigenaar.
5) De gemeente zal overgaan tot het aanleggen van een luchtreserve van 34 miljoen kubieke meter lucht van hoge kwaliteit ten einde een herhaling van de huidige situatie te vermijden.
Vijfentachtig procent, allemachtig, dat noem ik nog eens een verkiezingsoverwinning. Die president van Wit Rusland moet een enorm capabele tiep zijn. Vreemd, want aan de economische toestand van het land valt dat niet af te lezen. Als de republiek niet kon rekenen op de steun van grote broer Rusland dan was het al drie keer over de kop gegaan. Nee, aan een succesvol economische beleid kan het niet gelegen zijn, dat Alexander Loekasjenko het al 12 jaar volhoudt als president. Deze man moet over andere troeven beschikken. Zoals het feit dat er in zijn land nauwelijks sprake is van onafhankelijke media, altijd handig tijdens verkiezingscampagnes. Of dankt hij zijn overwinning aan de door hem nog steeds zeer gewaardeerde sovjet-gewoonte politieke tegenstanders te intimideren, het land uit te pesten of nog erger. Weinig democratisch allemaal natuurlijk maar wel bijzonder effectief. Ik zie het een president van een echte democratie nog niet klaar spelen. De Chiracs en de Bushes van deze wereld mogen al in hun handjes klappen als ze vijfenvijftig procent van de stemmen binnenrijven, zelfs in hun stoutste dromen komt het getal vijfentachtig niet voor. Vanzelfsprekend zijn niet alle Wit Russen even enthousiast over deze gang van zaken. Vanavond al verzamelden ze in Minsk om nieuwe verkiezingen te eisen. Eerlijke verkiezingen, deze keer. De rozen-revolutie in Georgië en de oranje revolutie in Ukraïne hebben bij de oppositie in Wit-Rusland de hoop doen opflakkeren dat iets dergelijks ook in hun land mogelijk is. Er wordt nu al gesproken van een "blue jeans" revolutie. Blijkbaar heeft de jeans in Wit Rusland nog altijd zijn rebels karakter niet verloren. Kan je nagaan hoeveel jaren de vroegere sovjetrepubliek achterop hinkt. Het gedroomde scenario gaat als volgt. Gedurende de nu volgende weken komen er steeds meer Wit Russen op straat om nieuwe verkiezingen te eisen. De druk vanuit de wereldgemeenschap, versta het Westen, wordt ondertussen opgevoerd. Uiteindelijk gaat Loekasjenko door de knieën of nog beter hij vlucht het land uit. Zoals ik al zei, dat is het droomscenario. Maar er ligt ook al een doemscenario klaar. Daarin slaan bij Loekosjenko de stoppen door en laat de potentaat de straatprotesten door het leger de kop indrukken. Wie uiteindelijk de hoofdprijs in de wacht zal slepen zal echter niet in Minsk worden beslist. Wel in Moskou en Washington. De koude oorlog is nog steeds niet bevroren.
Oh my God ! Oh my God. Oh my God. Je hoort 'm steeds meer, die geïmporteerde aanroep van het opperwezen, bij voorkeur in drievoud en met trapsgewijze verhoging van de intensiteit. Vooral het jonge volkje schijnt niet meer zonder te kunnen. En dat terwijl de kerken vandaag leger zijn dan ooit tevoren. Op het eerste zicht leken beide fenomenen onmogelijk met elkaar te rijmen. Tot ik de bewuste kreet woord voor woord ging analyseren. Plots drong het tot me door dat het belangrijkste woord van het trio helemaal niet 'God' is. Het zwaartepunt van het geheel ligt mooi in het midden. Bij 'my'. De god van de jeugd en dus ook van de toekomst maakt deel uit van je persoonlijke bagage. Het betreft een 'deus' die jouw helemaal op het lijf geschreven is. Een gecustomisede entiteit van een hogere dimensie. Nogal wiedes dat de goden van de grote religies aan populariteit moeten inboeten. Zulke goden zijn noodgedwongen compromisfiguren, een soort éénheidsworst voor het stillen van de doorsnee religieuze honger. Maar die vorm van one-size-fits all, of toch minstens one-size-fits many religiositeit is niet meer van deze tijd. De confectie-spiritualiteit heeft afgedaan, onze individualistische maatschappij vereist maatwerk. Ieder zijn eigen godheid, dat wordt het credo van de 21ste eeuw. En weet je, hoe langer ik er over nadenk des te appetijtelijker lijkt me het idee. De voordelen van wat ik het hyperpolytheisme zou willen dopen zijn onmiskenbaar. Eens we allemaal onze eigen god zullen hebben kan niemand nog een jihad beginnen. Gewoon bij gebrek aan aanhang. Probeer maar eens een godsdienstoorlog te starten op je ééntje. Kerken worden op slag overbodig. Aangezien elk geloof slechts één believer heeft kunnen de erediensten gewoon bij de gelovige thuis plaats vinden. Dat betekent een enorme besparing op gebouwen en verwarming. Bijbels hoeven er ook niet meer geschreven en gedrukt te worden. Iedere wereldburger wordt geacht op de hoogte te zijn van zijn eigen religieuze goede boodschap. Trouwens elke poging om zieltjes te winnen is bij voorbaat gedoemd te mislukken. Wat zou ik aanvangen met jouw standaard opperwezen als ik er zelf al één heb die me past als een op maat gesneden kostuum. Goed idee van onze jeugd, dus. Zo'n god kan ik ook wel gebruiken. Ik stel morgen nog een advertentie op. Gezocht: Persoonlijk opperwezen. Ervaring niet belangrijk. Flexibiliteit des te meer !
Een kwisvraagje: Tel het aantal E 's in 'CHAMPIGNONS A LA GREC' ? Dat is een makkie, denkt u wellicht. Juist geteld één. Fout ! 'CHAMPIGNONS A LA GREC' bevat exact acht E 's. E1422, E415 ,E407, E412, E410, E202, E211 en E330. Ik lees ze hier net af van het label op het bakje. De inhoud ervan zit op dit moment al in mijn maag en ik hoop dat die E's daar niet te lang zullen vertoeven. Wat mij betreft mogen de E's linea recta naar de uitgang. Van Champignons à la Grec had ik toch wat anders verwacht. Als ik aan Griekenland denk, dan krijg ik visioenen van prachtige eilanden, van pittoreske vissersdorpjes met oude mannen die zich te goed doen aan wijn en ouzo, aan ruïnes van tempels uit lang vervlogen tijden. Geen moment gaan mijn gedachten uit naar de chemische eigenschappen van geacetyleerd dizetmeeladipaat (E1422) of de anti-bacteriële werking van Natriumbenzoaat (E211). Griekenland, dat is natuur, dat is het zuivere leven ! Dat dacht ik dus, maar ondertussen ben ik wel wijzer. De Champignons à la Chemie die ik op mijn boterham smeer zijn al even Grieks als de Paus Hindoe is. Grieks is gewoon een label dat doet verkopen. Met Champignons à la Grec tussen je boterham kan je even wegdromen naar diezelfde idyllische eilandjes en feeërieke plekjes die ik in mijn Griekse visioenen zie. Je vraagt je toch af hoe de oude Grieken hun champignons van een lekkere saus voorzagen. Zonder de hulp van een gedoctoreerd team van scheikundigen en bacteriologen. Er zitten nogal wat verdikkingsmiddelen in mijn beleg zie ik. E415,E407,E412,en E410 moeten er allen voor zorgen dat het er een beetje voller uitziet en de E211 houdt de gisten en de bacterieën buiten de deur. Zo krijg je toch een idee van hoe de oorspronkelijke "Champignons à la Grc" er moet hebben uitgezien. Waterig en bedorven ! Zou het daarom zijn dat al die oude Grieken nu dood zijn ?
Er zou een wet moeten bestaan die een limiet stelt aan het aantal oorlogen die men tegelijkertijd in een land mag uitvechten. Dat was het eerste dat in me opkwam toen ik via het zeven uur journaal vernam dat de coalitietroepen in Irak een nieuw offensief hadden ingezet. Ja, zo heel af en toe denk ik spontaan in volzinnen. U zal het toch met me eens zijn dat niemand onderhand nog wijs raakt uit de chaos die tegenwoordig het tweestromenland regeert. Laten we één en ander eens op een rijtje zetten. Telt u gerust met me mee. Er is de oorlog tussen Sunni's, Koerden en Turkmenen met als inzet de oliestad Kirkuk. Daarnaast woedt er een bloedige strijd tussen Sunni 's en Sjiieten. Op de achtergrond suddert ondertussen de strijd tussen de Koerden en Turkije. Zo, dat zijn er al drie. Verder vechten de Jihadi's tegen de coalitietroepen, vechten diezelfde troepen tegen Sunni-rebellen en dan zijn er ook nog groeperingen van Sjiieten die de wapens opnemen tegen de Amerikanen en de Britten. Zes tel ik er. Maar volgens het Witte Huis kan er dus gerust nog ééntje bij. Zeven is immers een heilig getal, lees de bijbel er maar op na. En dat heilig boek levert de laatste jaren bijzonder veel inspiratie in Washington. De zevende oorlog die de VS vandaag ontketende is de oorlog tegen de beeldvorming. Bijna drie jaar na het startschot van Operation Iraqi Freedom stellen de Amerikanen zich namelijk steeds meer vragen over het hoe en het waarom van de oorlog in Irak. Zelfs de vurigste patriotten krijgen allengs in de gaten dat het met dat land van kwaad naar erger gaat. De nieuwe regering komt maar niet uit de startblokken. Het geweld neemt hand over hand toe. De intellectuele en economische elite verlaat het land. Irak ligt op de intensieve en geen mens heeft een therapie paraat. De volgende dagen zullen 1500 soldaten waarvan ongeveer de helft Irakezen een ultieme poging ondernemen om de Amerikanen van het tegendeel te overtuigen. Tweehonderd pantservoertuigen en vijftig vliegtuigen mogen de boel wat opvrolijken. Als op 19 maart de derde verjaardag van het conflict wordt gevierd zullen gevangen genomen rebellen voor de camera paraderen. Het Irakese leger zal bewijzen welk een goed geoliede vechtmachine het al is en de bevolking van Samarra zal haar bevrijders met dankwoorden en loftuitingen overladen en de Amerikanen smeken om toch vooral het land nog niet te verlaten. Daarna is het 'back to reality'.
Wat een gedoe zeg. En dat allemaal om zestigduizend euro. Zestigduizend euro waarmee het Ministerie van Cultuur de Europese honderdtwintigduizend euro kostende promotournee van Kate Ryan gaat sponsoren. Dat is een leuk bedrag als het op je spaarrekening gestort wordt. De mijne zou het in elk geval kunnen gebruiken. Maar vergeleken met de budgetten die soms aan reclamecampagnes worden besteed is het natuurlijk peanuts. Toch spreekt men er in kunstmiddens schande van. Zestigduizend euro spenderen aan een op en top commercieel product, terwijl er zoveel ware kunstenaars op een houtje moeten bijten, de kunstwereld schudt meewarig het hoofd. Of het nou wel of niet verstandig is, die zestigduizend euro te investeren in Kate Ryan, daarover heeft zowat iedereen zijn mening, ik ga u dus niet vermoeien met de mijne. Wel worstel ik met de volgende vraag. Als de platenmaatschappij EMI er werkelijk van overtuigd is dat Kate Ryan, dankzij de voorgestelde campagne, het Eurovisiesongfestival kan winnen, waarom legt ze dan zelf niet die hondertwintigduizend euro op tafel ? Dat geld zouden ze toch makkelijk terugverdienen eens de eurobeer geschoten is. Als een Eurosong-zege niet eens meer goed is voor een meeropbrengst van hondertwintigduizend euro, waar hebben we het dan nog over ? Aangezien de VRT te samen met EMI voor de overige zestigduizend euro zorgen, kan je van de zijde van de platenmaatschappij moelijk van een megainvestering spreken. Waarom durft EMI het niet aan wat meer centjes op hun Kempische dance-merry te verwedden ? Dat sympathieke Bert maar wat graag met zestigduizend euro over de brug komt, daar sta ik geen moment versteld van. Het moet hem als Vlaams nationalist in hart en nieren een doorn in het oog zijn dat Vlaanderen er tot op vandaag nog nooit in geslaagd is de hoofdvogel af te schieten op Europa's populairste liedjesfestival. Damienne vraagt zich wellicht al tijden af waarom hij ieder jaar ergens in mei badend in het zweet naast haar wakker schrikt met steeds diezelfde stamel op zijn lippen: "J' aime ... j' aime la vie." Gekke jongen, van me, sust ze hem dan, dat is toch iets om gelukkig over te zijn . . .
Wat hebben Zweden dat wij niet hebben ? Antwoord: ambitie ! Het lef om hoog in te zetten, om te mikken op wat net niet haalbaar lijkt. Nochtans bestaat het bouwplan van de negen miljoen Agnetha's en Björns uit net dezelfde 46 chromosomen als het onze. Waar ik het over heb ? Wel, over het gedurfde voornemen van de scandinaviërs om voor 2020 te genezen van hun petroleumverslaving. Of ze in hun opzet zullen slagen, dat is nog zeer de vraag, maar ik bewonder hun vermogen om vooruit te denken en lastige uitdagingen aan te gaan. Zo 'n opgave geeft de mensen ook iets positiefs om naar te streven. In een tijd die gedomineerd wordt door oorlogen, sociale onrust en angstgevoelens kunnen we zo'n ideaal best gebruiken. Ook in België. Sprak onze premier in een niet zo ver verleden niet over België als modelstaat. Kijk, hier biedt zich een gelegenheid aan om werkelijk onze rol als gidsland waar te maken. Laten we het duel met die vikings aangaan. Laten we voor onszelf de lat nog een centimetertje hoger leggen en proberen de Zweden net één jaartje voor te zijn. België olievrij in 2019. Daar zouden we hoge ogen kunnen mee gooien. Dan zouden ze in China wel weten in welk land België ligt, zou Urbanus zeggen. Een utopie, zegt u ? Misschien. Maar een goed mens zijn valt ook niet mee en toch blijven de meesten van ons het hun hele leven lang proberen. We kunnen inderdaad niet beschikken over de enorme naaldwouden van Zweden en ook onze mogelijkheden voor de opwekking van electriciteit uit waterkracht zijn beperkt. Anderzijds echter heeft België een veel zachter klimaat. In Zweden kan het 's winters van -25 in het zuiden tot -50 graden in het noorden vriezen. Dat heeft zo zijn gevolgen voor je energieverbruik.Tenzij er bij ons een nieuwe ijstijd voor de deur staat hoeft België daar niet voor te vrezen. België is ook een uiterst compact land. We wonen al naargelang de situatie de ene keer lekker, de andere keer irritant dicht bij mekaar. Grote afstanden moet je in België dus zelden afleggen. Als Agnetha en Björn op familiebezoek gaan zal hun Volvootje heel wat meer kilometers moeten bollen. Wie van Galliväre in het noorden naar Malmö in het zuiden rijdt ziet zijn teller met 1400 kilometer oplopen. Ter vergelijking, 1400 kilometer, dat is ongeveer de afstand Brussel-Porto. Op Terzake zag ik vanavond een item over de oprichting van 'Itenera', de eerste officiële onafhankelijke denktank van België. Zelfs de illustere Mark Eyskens vond de 'Tink Tank' een uitstekend idee. Als deze heren nou eens een potje gingen 'tinken' over een olievrij België. Dat zou mooi wezen, dacht ik nog. Maar toen ik de denktankers daar zag staan, glaasje champagne in de hand, strikje mooi gestreken, zakte de moed me meteen in de schoenen. Fraaie receptie daar bij de thinktank, dat zeker, er werd danig getankt. Als het maar geen drinktank wordt.
Ik weet niet wat het is, maar iets moeten ze toch verkeerd doen in Den Haag. Als hun gasten aan dit tempo blijven sneuvelen zit het Joegoslavië-tribunaal binnen de kortste tijd zonder oorlogsmisdadigers. En het is waar, dat is nog niet zo erg als een café zonder bier, maar het staat toch serieus belachelijk. Op twee weken tijd verliest het tribunaal twee van zijn azen. Op zes maart was er de zelfmoord van Milan Babic, ex-president van de Servische republiek in Kroatië en nu zitten ze daar alweer met een sterfgeval. Eén met een vies reukje. Toch niks bijzonders voor een lijk, zal u zeggen. Klopt, maar deze keer zijn alle ingrediënten aanwezig voor een politieke thriller van formaat. Want één zaak is me ondertussen wel helder. Milosevic stierf niet van de vogelgriep. Waarvan hij dan wel stierf, daar wordt nog over gedebatteerd. Want de diagnose 'hartinfarct' waarmee de artsen van het tribunaal op de proppen kwamen wordt niet klakkeloos door de wereldgemeenschap geaccepteerd. Dat er bij de autopsie op het stoffelijk overschot van Milosevic ook Servische artsen aanwezig waren kan nauwelijks wat van de achterdocht wegnemen. De huidige regering van Servië bevat namelijk maar weinig buddy's meer van de clan Milosevic. Rusland verklaart ondertussen onomwonden dat het land het recht heeft "om geen vertrouwen te hebben in de lijkschouwing van het Joegoslavië-tribunaal" en stuurt een team van artsen naar Nederland om er een onafhankelijk onderzoek op het lichaam van Milosevic te verrichten. Als zij tot een andere conclusie zouden komen, dan komen er geheid vodden van. Want het Rusland van de 21ste eeuw laat niet langer met zich sollen. De conflicten in Bosnië, Kroatië en Kosovo ontsponnen zich allen in het tijdperk Yeltsin, toen de Russische beer nog volop zijn post-communistische kater aan het verwerken was. Dat de grote leider zelf ook één en ander afwist van katers en wat daar aan voorafgaat droeg ook niet echt bij tot Ruslands daadkracht. Maar toen Putin op 31 december 1999 het Kremlin in handen kreeg, waren we getuige van de geboorte van een nieuw Rusland, een sterker Rusland, een Rusland met meer zelfvertrouwen. Een Rusland dat resoluut zijn belangen verdedigt en niet langer het Westen zijn gang laat gaan. De ondergang van Milosevic was een harde klap voor het Kremlin. De verleiding om Milosevic 's dood in duistere omstandigheden te gebruiken om een aantal rekeningen met het Westen te vereffenen moet bijna onweerstaanbaar zijn. Hopelijk wint het gezond verstand het van de revanchegevoelens. En krijgen de heren doctoren een juiste briefing . . .
Mannen zijn grote kinderen. Deze stelling heb ik vandaag weer eens persoonlijk bewezen. Met tweeentwintig ballen en een snookertafel. Die had ik een paar weken geleden ontdekt op een site voor tweedehandsspullen. Mijn bod werd oorspronkelijk categoriek afgewezen. Maar tien dagen later koos de verkoper eieren voor zijn geld en mocht ik het ding alsnog bij hem komen afhalen. En zo bolde ik dus vanmiddag als een 90-jarige hoedendrager, met mijn neus tegen de voorruit, over de ring van Herentals. Met een joekel van een doos in mijn nek. Wist ik meteen waarom dat meubel het huis uit moest. Nog een geluk dat de politie vandaag zondagsdienst draaide of die ongewone belading had mijn koopjesroes nog serieus kunnen verstoren. Maar zoals u merkt ben ik in één stuk thuis geraakt. Na een kwartiertje sleutelen en een paar wel gekozen krachttermen stond de tafel op zijn poten. Tijd om een telefoontje te plegen naar mijn neefje voor wie ik ze had aangeschaft. Of hij eens wou komen kijken naar het nieuwe meubel dat zijn nonkel op de kop getikt had. Nu heeft mijn neef nooit eerder blijk gegeven van enige belangstelling voor huisraad maar als zijn gekke nonkel iets koopt dan is hij er als de kippen bij. De glunder op zijn gezicht was veel meer waard dan de 80 euro die ik voor mijn aanwinst had moeten neertellen.Hij nam amper de tijd om zijn jas op het tapijt neer te ploffen. Wat een prachtige ballen, riep hij vol bewondering. Zijn kleine zus die met haar kin net boven het groene laken uitstak had haar oog laten vallen op de roze. "Ooo, wat een mooie kauwgombal", sprak ze vertederd. "We moeten ze poetsen", besliste haar broer en meteen begon hij aan de grote schoonmaak. Met een kwartier vertraging kwamen we dan toch nog aan snookeren toe. Als Britse profs ijsbeerden we rond de tafel op zoek naar de vrije lijnen en een haalbare hoek. De keus werden gekrijt. Het commentaar mocht er zijn. Alleen onze stoten waren niet van hetzelfde niveau. En toen was het feest voorbij. Want de arme jongen moest nog studeren, vond zijn mama en mama's weten wat belangrijk is. De volgende twee weken had hij immers examens. Negen jaar en al twee weken examens. Waar gaat ons onderwijs naartoe? Zo moest ik noodgedwongen alleen verder. Hoe meer ik balletjes tikte, hoe meer het virus me te pakken kreeg. En met behulp van enkele glaasjes wijn tilde ik mijn spel naar een hoger peil. Nog een jaartje oefenen en ik sta op het World Embassy toernooi, wacht maar. Als ik tegen dan terug nuchter ben ... Ach, zoals ik al zei, mannen zijn grote kinderen, en kinderen mogen dromen. In het kort, mijn zondag was top, hoe was hij voor jou ?
Wat dacht je, trotse lappenpoes, toen je daar beteuterd zat, op die sneeuwbeladen tak, vlak boven het water ? Dacht je "glad" , dacht je "jeetje, wat een flater, één korte krak en ik word nat, 'k lijk wel dommer dan een kater, wat een afgang voor een kat."
'k zag je toen heel zoetjes keren, met je staartje balanceren, en met je witte sokken voetjes, de katste catwalk demonstreren.
Lang uitgestrekt nabij het vuur, bekwam ze van haar avontuur, met in het buikje van mijn held, wat lauwe melk als bibbergeld.
Wat zijn nou vijf minuutjes ? Wat zijn nou 300 luttele seconden ? Een eeuwigheid als ik Geert Bourgeois moet geloven. Daarom wil hij af van het reclameverbod vijf minuten voor en na een kinderprogramma. Geert vindt dat verbod niet eerlijk. Buitenlandse zenders hoeven immers geen reclamebuffer in hun programmering in te bouwen. Oneerlijke concurrentie, zegt Geert. En dus moeten de Vlaamse kindjes er aan geloven. Als het van Geert afhangt dan mag in de toekomst ook VTM zijn kindervermaak naadloos laten overvloeien in het reclameblok. Ja, zo is hij, onze minister van Media, hij verdedigt het Vlaams belang. Het belang van de Vlaamse zenders, het belang van de Vlaamse adverteerders. Spijtig toch, dat hij minder oog heeft voor het belang van de Vlaamse jeugd. Die jeugd zal je niet horen klagen hoor, kinderen vinden reclame immers leuk ! Het beweegt, zit vol kleuren en gekke geluidjes en je leert bovendien wat cool is en wat nerdie. Nee, als het aan de kids lag, kieperden ze die vervelende kinderprogramma's ogenblikkelijk overboord en behielden ze enkel het reclameblok. Gelukkig denken de meeste volwassenen daar anders over. Je hebt natuurlijk ouders die menen dat kinderen maar best zo vroeg mogelijk worden blootgesteld aan reclame, dat je ze als het ware moet harden, zodat ze ongevoelig worden voor de trucs van de adverteerders. Deze theorie heeft als voordeel dat je als 'believer' je kinderen zonder schuldgevoelens voor de kijkbuis kan droppen, de onvermijdelijke reclameblokken kaderen immers in jouw desensitiveringstherapie. De theorie heeft echter ook een niet te verwaarlozen nadeel. Ze klopt namelijk niet. Als ze wel klopte dan zouden alle volwassenen ongevoelig moeten zijn voor reclame. En dat zijn wij in geen geval, anders zou die al lang een stille dood gestorven zijn. Neem het van mij aan: reclame werkt ! In de handen van een professionele adverteerder is een kinderbrein als het deeg van een warme bakker, soepel en kneedbaar. Een kleuter heeft het vaak nog lastig met zijn eigen grote en kleine boodschap. Wat moet zo'n kind dan met een commerciële ? Natuurlijk heeft onze minister gelijk als hij zegt dat de huidige situatie niet eerlijk is. Dat is triest voor onze economie maar heilzaam voor onze kinderen. Aan hem om te beslissen wat hij het belangrijkst vindt.
Het zijn mooie tijden voor wie van rommel houdt. Want wie zijn huis wil volproppen met andermans spullen vindt tegenwoordig de informatietechnologie aan zijn zij. Vroeger was je als verzamelaar verplicht rommelmarkten af te struinen of hele avonden op te offeren aan het doorsnuffelen van zoekertjesrubrieken . Dat had ongetwijfeld zijn charmes maar efficient was het zeker niet. En toen kwamen een paar slimme computerjongens met het internet voor de dag. Dat veranderde onze planeet in een walhalla voor tweedehandsofielen. Je surft naar je lievelingssite, tikt een zoekterm in et voilà, een paar seconden later vult je scherm zich met buitenkansjes. Zelf ben ik niet zo'n koopgraag type, maar ik mag er graag naar kijken. Je kan het zo gek niet bedenken of er is wel een wereldburger die daar net van af wil. U wenst voor het fietsen het huis niet meer te verlaten, geen probleem, een paar aanslagen op je keyboard en daar verschijnt een lijstje van 138 hometrainers met meer dan duizend kilometer op de teller. Voelt u zich in een ridderlijke bui, dan vindt u vast wat naar uw gading in de uitgebreide voorraad zwaarden met ervaring. En wat dacht u van een vogelspin, voor de bewaking van uw patrimonium. Controleert u het maar, ik maak u echt niks wijs. Ook voor een gepensioneerde vogelspin kan u op het net terecht. Trouwens wel leuk, die advertentie: "Grammastola aureostriata, ideaal voor beginners want totaal niet agressief", stelt de verkoper zijn potentiële klanten op hun gemak. Ook in de vogelspinnerij geldt klaarblijkelijk: " Altijd kalm beginnen !". Waarom zou die man zijn vogelspin eigenlijk van de hand doen, vraag ik me dan af. Heeft dat beest ze nog wel alle acht ? Vele aanbieders zijn zich bewust van die achilleshiel in hun verkoopspraatje. Ze achten het daarom nodig enige uitleg te verschaffen omtrent het waarom van de verkoop. Een man die zijn telescoop ten gelde wil maken deelt mee dat hij om medische redenen niet meer kan observeren. Hmm, toch niet door dat ding naar de zon gekeken, denk ik dan. Een andere zet dan weer zijn mengtafel in de vitrine 'vanwege stopzetting van hobby'. Stopzetting van hobby, juist ja, ze bestaan, de mensen die om de twee maanden beslissen, deze hobby heb ik wel gehad, tijd voor iets nieuws. Hobbyhoppers, noem ik ze. Ik moet toegeven, creatief is hij wel, de verkopende partij. Maar een eerlijk 'ik vind het een lelijk ding', een 'ik heb er mij lelijk aan bezeerd' of een ' het heeft mijn huwelijk naar de vaantjes geholpen' dat kom ik nooit eens tegen. De waarheid zou wellicht te veel geld kosten.
Wij, twee kibbelende kakelkippen, wij staan voor niets, tuiten de lippen en lispelen ons lied van opgehokt verlangen, stamelend en wankelend, in spinrag van eigen hand gevangen, gekooid door 't verleden, de hakken in 't zand
Zie ons hier zinken. Zullen we stikken, of slikken en verdrinken ?
Ik houd van verkiezingen. Om van te smullen vind ik ze. Vandaag was ik weer aan het feest. Want de Nederlanders mochten nieuwe gemeenteraadsleden kiezen. Mochten, zeg ik, want in tegenstelling tot België kent Nederland geen opkomstplicht. Het is dus altijd eventjes bang afwachten hoeveel burgers er zullen komen opdagen bij de kiesbureaus. Zestig procent voorspelt men voor deze verkiezingen. Dat betekent dat zo'n vier Nederlanders op tien het blijkbaar niet de moeite vinden om hun drukke leventje even te onderbreken voor een druk op de stemknop, want ook in Nederland wordt er tegenwoordig vooral electronisch gestemd. Het werd hen vandaag nochtans erg makkelijk gemaakt. Zo kon je stemmen van half acht 's morgens tot negen uur 's avonds en werden allerlei ongewone plekken tot stembureau omgetoverd. Zo konden de forenzen in Lelystad stemmen in het station en zag ik de links-liberaal Pechtel zijn burgerplicht vervullen in een supermarkt. Zijn profetische woorden troffen me diep: "ik houd er wel van , eigenlijk, want het laat zien hoe ver we in Nederland met de democratie gekomen zijn, dat we nu tijdens het winkelen de luxe hebben om te gaan stemmen." Juist, ja, ik vermoed dat het de man volledig ontgaan is maar hij sloeg de nagel op de kop. Zo ver is de Nederlandse democratie afgegleden, dat het stemmen er beschouwd wordt als een klusje dat je op een doordeweekse dag opknapt tussen het shoppen door. Het mag vooral geen moeite kosten. Eerst naar de afdeling droge voeding, daarna naar het vlees, dan snel langs de stembus, nog een tros bananen afwegen en dan richting kassa. Nee, meneer, u krijgt geen korting vanwege uw stem. Ik mag er dan al tuk op zijn, voor de Nederlanders zijn verkiezingen geen feest. Om te huilen vind ik dat. Huilen, samen met de honderduizenden die jaren streden voor het veroveren van het algemeen enkelvoudig stemrecht. Huilen om het bloed dat vloeide tijdens hun lange calvarietocht voor een stem in het kapittel. Deze mensen zouden desnoods op hun knieën naar de stembus gekropen zijn. En supermarkten, die waren er toen nog niet !
Oef, de jaarlijkse Oscar-hype ligt weer achter ons. Geen dag te vroeg. En ook dit jaar vielen we weer in de prijzen. We, dat zijn wij, niet-Engelstalige landen. Het kon ook moeilijk anders. Want daar in LA hebben ze een speciale Oscar voorzien voor de beste niet-Engelstalige film. Dat levert die andere meer dan vijf miljard mensen dus minstens één oscar op. Lief toch van Hollywood, niet ? Dat ze een paar kruimels reserveren voor ons minder door talent gezegende filmlanden. Hoe hoffelijk ook van de superieure filmnatie dat ze ons zwakke broertjes wenst te beschermen tegen de voor ons veel te harde competitie met de talentvolle kineasten van de Verenigde staten. Onze inbreng blijft beperkt tot een deelname aan de cinema-paralympics.Voor de rest is die ganse Oscar-uitreiking één grote promo voor Hollywood, een hoogmis voor het cultureel imperialisme van de Verenigde Staten. Wij continentale Europeanen mogen hoogstens eens langs gaan om eer te komen betuigen aan de consuls van het witte doek. En af en toe wordt er een barbaar tot ridder geslagen. Wat een eer zeg. Met zo'n Oscar voor de beste niet-Engelstalige film in handen, kan je dan scoren in je eigen regio. En maar zwaaien met dat ding : "Hello world , the big boys vonden mijn prent ok ", niemand kan je nog als weirdo afschilderen indien je komt kijken. Dat kineasten wereldwijd nog steeds aan dit vernederende schouwspel wensen deel te nemen, getuigt van een zelfwaardegevoel dat zich ergens diep op de bodem van de oceaan situeert. De Oscar voor niet Engelstalige films is een vergiftigd geschenk. Hij bevestigt enkel de totale dominantie van de USA op dit vlak. Zo blijft Hollywood ons voorschrijven hoe een 'goede film' er moet uitzien en zullen Amerikaanse maatstaven tot in lengte van dagen de wereldwijde filmindustrie blijven domineren. Onmogelijk om daarmee te concurreren. Want Amerikaanser dan de Amerikanen zullen we nooit worden.
Waarom moest 'den Dimmy' dood ? Die kerel deed zijn werk toch goed. En zo plezierig is dat niet, werken met die Witse. Over een moeilijk karakter gesproken. Veeleisend dat die altijd was. Vierentwintig uur per dag moest Dimmy klaar staan voor die dwingeland. Het is een wonder dat hij nog de tijd vond om zich te verloven. Maar een Vlaamse reeks zonder ellende, kommt nicht in Frage ! Dus kreeg dat arme kind van de scenaristen een begrafenis cadeau. Het mocht weer niet zijn. Geen toekomst voor deze twee veelbelovende jonge mensen . Gelukkig hadden ze geen kinderen, ik weet het. Het is ook zo definitief. Waarom laat men Dimmy niet gewoon loopbaanonderbreking nemen. Dan kon hij altijd nog terugkeren naar zijn oude stek. Maar wat doet men, men geeft hem de kogel. De kogel en een begrafenis, de kans dat iemand zoiets nog ooit te boven komt is kwasi nihil. Toch niet verstandig van de VRT, want stel dat de kijkcijfers van de nieuwe reeks de dieperik in gaan, dan zitten ze daar serieus met de gebakken peren. In dat geval zullen ze heel creatief uit de hoek moeten komen. Dat ze daar op de VRT al maar op zoek gaan naar het telefoonnummer van de scenarioschrijver van Dallas, hopelijk leeft hij nog. Die gast, die had verstand van dat soort zaken. Die Ewings, daar kon je op schieten, je kon ze verzuipen, je kon ze met een industriële hakmolen tot Big Macs verwerken, en nog moest je er rekening mee houden dat ze een jaar later plots, alsof er nooit iets gebeurd was, terug je huiskamer konden binnenwandelen. Sterk geslacht, die Ewings. Eureka, dat is het. Dimmy is de helft van een ééneiige tweeling, Dimmi en Jimmi. Jimmi kon niet op de begrafenis aanwezig zijn omdat hij een antropologische studie verricht bij één of ander natuurvolk uit het Amazone-gebied. Maar nadat hij terugkeert uit Brazillië raakt hij geobsedeerd door het werk van zijn vermoorde broer. Hij schrijft zich in aan de politieschool en moet stage lopen op de dienst van .... Witse. Voilà, als ze Jimmy vandaag nog kunnen bereiken, kan hij nog net op tijd klaargestoomd worden voor de volgende serie. Dan kan dat jong ding waar ze Witse dit jaar aan koppelen vandaag nog haar mutatieaanvraag indienen. Ik heb ze nog niet gezien, maar ik kan me zo voorstellen wat ze gedacht hebben bij de VRT. Witse heeft te weinig vrouwelijk schoon rond zich. De politie wordt te veel geportretteerd als een mannenbastion. En dus gooien ze een politioneel lustobject in de strijd, wacht maar af. Mij zal ze niet vermurwen. Al zijn haar rokjes nog zo kort, twee keer anderhalve meter been maakt nog geen goeie flik. En al zeker geen Dimmy.