Alledaagse ontmoetingen met mensen door mijn beroep, gewezen tramchauffeur, nu begeleider op de bus en tram, geven aanleiding tot het schrijven van deze blog.
06-12-2007
den tram, laat
Beginnend om 16.30u, weet ik dat ik start tijdens de spitsuren. Rechtdoor de stad, weet ik dat het een rush is. Toch, de chaos mocht gisteren echt wel weer tellen. De collega waarvan ik de tram overnam, stond bijna te daveren van de stress, want hij had zus oponthoud gehad, zo, tegenslag gehad. Hij was eerder al 20' te laat geweest aan de eindhalte en toen had de controledienst hem door een verkorte rit te laten rijden terug op de juiste tijd gezet. Nu zat hij weer een kwartier te laat en ik begin mijn dienst tijdens een spits. Dat volop beseffende, maak ik me beslist niet druk. Ik laat me niet doen, en doe gewoon mijn ding. Kan ik niet rijden, dan moet ik maar wachten met iedereen op of af mijn tram... De controleur deed echt wel zijn best om alles recht te trekken en de passagiers zo snel mogelijk op hun plaats van bestemming te krijgen, zodat iedereen tevreden zou zijn.
Even later op de avond stapte er een tiepetje, euhhh... tiep op in een soort zelfgecreëerde kilt. Een heel ruw type, met z'n haar opzij kort en in het midden hoog opgemaakt. Ik hoop dat het geen tattoo was, maar zijn voorhoofd vertoonde een grote witte geschilderde of getattoode vlek. Hij straalde op het eerste gezicht agressie uit. Hij zette zich achteraan en begon een discussie met een Marokkaans uitziende man, die gelukkig maar, kalm bleef. Ik hoorde hem bezig, hoewel hij achteraan zat, over 'jullie doen het zelf allemaal naar de kloten' en 'ik wil wel gaan werken, maar ik mag niet' en ' 't is altijd 't zelfde met jullie'... Met een pijp in de hand, maar ik hield hem in't oog -hij rookte duidelijk niet- gebaarde hij zeer theatraal om zijn woorden de nodige kracht bij te zetten. Wat voor stiekem gemor en verdoken lachjes zorgde bij de andere passagiers.
Weer later stapte er een dronken eenzaat op, met aan dezelfde opstapplaats een zestal jonge studentes met veel leute. Het regende op dat moment pijpenstelen. Toen de dames eenmaal op het voertuig waren, zei eentje van hen: 'Bel, bel, want we moeten er al af'. Dat ergerde mijn dronken eenzaat zodanig dat hij tegen hen begon te roepen van: 'Hollandse trutten, die haltes zijn zo kort bijeen... maar de madammen kunnen niet stappen zeker!!!' Het kakelende groepje stopte gelijk met hun gegiechel en gebla. Je kon even een speld horen vallen. Weer ene die ik in't oog hield dus. Maar ik ben er zeker van dat ze zich nog goed geamuseerd hebben gisteravond, tussen alle doopwillige studenten die in de stad rondhingen.
Deze dronken eenzaat heb ik gisteren welgeteld zes verschillende malen op mijn tram zien stappen. Moet ik daar nu wat bij denken??? Of... vergeef het hem heer, hij wist niet wat hij deed!?
Daarna heb ik nog een konijntje doodgereden... ik moest... ik kon niet anders... En dan heb ik het niet over een niet onder controle te houden dwang van me. Nee, ik vertraagde, maar kon daar niet stoppen... En dat dan nog op de Singel rond Antwerpen... Stom, achterlijk konijn, nu heb ik je dood op mijn geweten, omdat jij -die daar niks te zoeken had- daar zonodig je oriëntatie moest kwijtspelen tussen auto's, bussen en trams. Hopelijk kom je in de konijnenhemel en krijg je daar bioworteltjes die smelten op je konijnentongetje.
Weer wat later, toen ik vertrok aan de eindhalte, kon ik na 20m gebold te zijn al niet meer verder. Er zijn daar werken aan de trambedding en er ontbreekt nog een stuk beton, dus er is een diepte van een twintigtal centimeter, waar je met de auto maar beter niet in bolt. Toch, door het slechte zicht met die regen, had een dame dat wel kunnen flikken. De as van de wagen gebroken, die mooi op het spoor stond, met het voorwiel net over het 'gat'. De dame verontschuldigde zich, een heer probeerde haar te helpen, en ik, ik constateerde en riep via de radiofonie hulp in. Mijn collega, kwam na een tijdje ook ter plaatse en had nog een vijftal stadswachten op zijn voertuig. Er was nog een vriendelijke en behulpzame man komen aanrijden. Heel die kliek heeft die auto verzet. Prachtig gewoon!!! Ik heb die mensen allemaal heerlijk bedankt, ik wilde graag een 'gongconcert' geven zei ik, maar het kon niet vanwege het late uur, het was bijna middernacht.
De dispatching gaf me een hoeraatje omdat ik goed had gewerkt, terwijl ik enkel heb toegekeken en al die lieve mannen de krachtpatserij deden, waarvoor ik hen heel erg bedank.
De laatste rit was rustig, ik kreeg nog éénmaal de dronken eenzaat op het voertuig. Net als om te zeggen, 'Vergeet me niet hé...'
Wees daar maar zeker van...
Soms is het fantastisch voor het rode licht te staan. Ik zal het nog niet voor de laatste maal geschreven hebben. Dàn heb ik immers echt tijd om te zien... en te genieten.
De boel is afgesloten wegens 'werken'.
Hekken zijn als blokkendooselementen in betonnen blokken geplaatst. De bedoeling is dat deze zijdelings aaneensluiten. Telkens is er een opening van een tiental cm., wat geen probleem mag zijn. Het is immers zeer duidelijk... Er staan hekken naast mekaar, de plaats tussen al die hekken is één grote modderpoel... Dus... welke gek gaat zich daar nu door wagen, zonder rubber laarzen en een oliejekker?
Geen probleem, gekken genoeg. Zelf een opgetut koppel. Hij in een pracht van een duffelcoat (nou, die moet duur gekost hebben), zijn schitterende zwarte krokodillenlederen schoenen maken een perfect geheel met zijn kostuum dat te voorschijn komt als zijn jas even open valt. Zij, opgemaakt, een (echte of namaak? ) bontjas, hoge hakken en passend tasje, haren net gecoiffeerd. Kortom, in extase kan je niet wegkijken van hen, ze komen immers zo uit een modeblad gestapt.
Maar... ze zijn vreselijk ongeduldig én nog vreselijker dom (denk ik). Ze namen net het besluit niet om te gaan, rond de hekken, zoals de signaalborden (die er hier echt wel voor het nut staan) te volgen. Ze besloten tussendoor te gaan, da's sneller. Tja... misschien heeft meneer of madam wel pijn aan de voetjes door het nieuwe schoeisel...
Hij gaat een stap voor haar en houdt haar hand vast. Hij zegt en wijst waar ze haar lieve, snoezelige voetjes moet zetten. Hij is bezorgt om haar en probeert haar mee in evenwicht te houden. Hij is zo lief... domlief! Zij is heel volgzaam en luistert aandachtig naar zijn richtlijnen. Zij doet alle moeite van de wereld die ook te volgen. Zij is zo braaf... dombraaf!
Bijna aan het einde van de modderpoel gekomen, zie je hen al blazen van opluchting. Net iets te vroeg... Haar voet slaat om. Hij kan haar niet houden... Ze valt, maar wil niet vallen en trekt dus harder aan zijn verondersteld sterke arm. Hij verliest zijn evenwicht...
Het mooie paartje was mooi. (verleden tijd) Het mooie paartje is vies. (tegenwoordige tijd)
De dame is nog niet hoogbejaard, want dat ben je pas als je kromgebogen met een stokske nog moeilijk kan stappen. Zolang je rechtop loopt ben je bejaard... vanaf een bepaalde leeftijd dan hé...
Zij was dus helemaal niet hoogbejaard, maar had toch de gezegende leeftijd van tegen de tachtig. We waren in gesprek. Best leuk hoor... mensen van een oudere generatie hun visie is soms toch zo verschillend van de onze, snotneuzen...
Er waren wegenwerken aan de gang... tja, sorry hoor, maar het was weer eens in Antwerpen hé. Het was bijna zomer en best mooi weer. Heerlijk warm, met een briesje. De mannen aan het werk, zweetten natuurlijk door hun noeste arbeid, waarvoor ik trouwens enorm veel bewondering heb. Zij hebben heel zwaar werk en staan daar de hele dag gebogen. Petje af!!!
Enkelen onder hen had hun bovenlichaam ontbloot om al wat te bruinen, of gewoon omdat ze het te warm hadden. Natuurlijk waren daar kerels bij die mochten gezien worden... natuurlijk... én we keken dus hé.... hoe gaat dat, ge kent dat wel hé. We keken, maar zeiden eerst niks. Na een poosje voelden we mee met hen, voor het zware werk en de dorst die ze wellicht zouden hebben. Eigenlijk keek de dame veel intenser dan ik meende. Tenslotte zei ze me: goed kijken naar het menu. 't Is niet omdat ge op dieet staat, dat ge't menu niet moogt bezien hé!
Miserie, want een knoop van voertuigen. Muurvast, want iedereen wil eerst. In mekaar gewoekerd staan ze, gezellig dicht bij mekaar. Net niet tegen mekaar.
Als ik een hele lange draad in een kluwen bij mekaar gewikkeld, probeer te ontknopen, krijg ik al vlug de zenuwen en wordt al heel snel besloten de schaar ter hand te nemen. De draad is dan natuurlijk een ferm stuk korter, maar dat wezet mij worst.
De verkeerspolitie komt ter plaatse. Die gasten rijden met een moto en hebben niet genoeg bagageruimte om takelspullen te vervoeren. Er wordt dus niet geknipt in deze knoop. Deze moet door logica en overzicht oplossen in een bewegende massa. Liefst niet allemaal tezamen, of er komt nog meer ellende van.
Nou, die flikken hebben nogal snel de 'boter gefret', zoals dat heet. Want het is toch makkelijk het uniformke na te wijzen. Maar ik groet die weldoeners. Als ik zou kunnen, kregen z' allemaal (enfin, diegene die dat zo goed kunnen oplossen toch) een dikke knuffel en een bees! Heb je die al eens bezig gezien op hun best??? Nee??? Kijk dan de volgende keer eens aandachtig, want dat zijn 'Golden Boys'. Nog geen 5 minuten duurt het of de ellende is geleden, de vloeken ingeslikt, de vuisten ontbald.
Niemand groet hen, hun weldoeners.
Nou, ik wel hoor!
Hij vertelt het met overgave. Hij is er vol van, da's duidelijk. Het overkwam hem gisteren en hij vertelt het telkens weer. Ik moet wel luisteren. Het zou heel a-sociaal zijn hem te negeren of te doen of ik geen tijd heb. Maar, het is ook wel een aandachttrekker, zijn verhaaltje.
Collega's vertellen hun verhalen aan collega's, want daar krijg je het meest gehoor. Collega's hebben een zelfhulpgroep die niet opgericht is. Die is er gewoon, omdat er niemand zich beter kan inleven dan je collega, als het gebeurde met je werk te maken heeft. Da's vanzelfsprekend, niet meer, niet minder. We are the self-healing-exodus van ons bedrijf!
Ahhh, m'n beste!!! Dat had ge moeten zien, ge zult er spijt van hebben dat ge'r niet bij waard. Ik zeg het je... ge hebt echt wat gemist.
Ik kom aan die halte en doe natuurlijk de deuren open om mensen te laten opstappen. Komt er een man voor het voertuig wat onnozel staan doen. Die kerel staat er te springen en met zijn armen te zwaaien of hij opgevreten wordt door een hoop mieren ofzo. Die begint zich uit te kleden. Eerste kledingstuk dat van het lichaam verwijderd wordt, de broek. Ge gelooft me niet? Echt waar, die kerel schiet zijn broek uit in 't midden van de straat midden de tramrails voor mijn voertuig. Dan stuk per stuk, al springend, schiet ie de rest uit. Tot ie helemaal in z'n blootje daar rond staat te springen. Maar nee, ik verzeker het je, ik overdrijf niet! Tuurlijk gelooft ge me niet, welke zot gedraagt zich zo? Het is nog niet gedaan. Hij legt zich neer op de grond tussen de sporen. Ik stap dus uit en zeg hem van daar weg te gaan, dat ie maar ergens anders gaat liggen, waar hij maar wil, maar niet op die sporen. Vliegt die als een razende op mijn voertuig en begint met vanalles in 't rond te smijten als een wilde. Zet ie zich daarna met zijn bloot gat op de bank en begint die zich te masturberen. Het was de moeite niet zulle, zo'n kleineke... Ik heb bijna een kwartier moeten wachten voor de ordediensten kwamen om me te verlossen van dien tiep.
Zijn gedetailleerd verhaal duurt veel langer dan wat ik hier neerzet. Hij gaat zo op in de situatie dat ik hem rustig (nou, rustig) zijn verhaal volledig laat doen. Ik besluit (kenner als ik ben) dat die brave man waarschijnlijk onder invloed van één of andere drug was. Iedereen (de omstaanders zijn toevallig allemaal mannen, wat normaal is in ons bedrijf, want vrouwen zijn nog steeds in heuse minderheid) is er van overtuigd dat zoiets veel leukers om te vertellen had geweest moest het bij mij gebeurd zijn.
Nou, dat vind ik ook.
3.45u op de bus naar het werk. Lang leve mijn collega's die dat de moeite waard maken.
Onze nachtchauffeur had z'n radio opstaan, wat normaal gezien niet mag. Maar wetenschappelijk onderzoek heeft bewezen dat men meer geconcentreerd is in het verkeer (in de file sta je nu niet bepaald op dit nachtelijk uur) met het luisteren naar muziek. Natuurlijk moet dat geen opdwepende muziek zijn, maar ikzelf vind toch ook dat ik scherper ben wanneer ik de juiste muziek in m'n oortje draai. SSSSshhhhhhtttt...!!!! Hou het stil!!!
We begonnen nostalgisch te genieten van muziek der vervlogen tijden. Al gauw kwamen we met de nodige vergelijkingen van onze -sorry voor de gevoeligen onder ons- vlaamse zangers. 'k Weet het, da's onder de gordel, maar als Geert Hoste ermee rijk kan worden, mogen wij op weg naar ons werk ook eens lekker marginaal lachen met een ander zijn 'job'
Luc Steno, Willy Somer, Nicole en Hugo, Helmut en Eddy Wally... ohhh, nog een hoop meer. Maar ik kan ze echt niet allemaal opsommen. Wat was het leuk deze 'zangers' eens onderuit te halen. Het was vooral een mannengesprek. Kom daar maar eens tussen als enige vrouw... die horen me niet als ze zo hevig bezig zijn met hun schorre bassen zo vroeg in de morgen.
Nadien zochten we het betere genre op. Deep Purple, Status Quo, Kiss, Golden Earring, Kraftwerk, Doe maar, Normaal, Elvis Presley... Telkens werd gezongen, nou... gebulderd... Dat was ambiance se... als we een politiecombi zouden gepasseerd hebben, hadden die schatten ons beslist laten stoppen, denkende dat wij een fuifbus waren in overtreding. De achtergrond oo-kes en aa-kes hoorde de vrouw voor haar rekening te nemen, wat nog net euhhhh... ging met haar ochtendnachtegalenvocal.
Er waren twee collega's Elvisfanaten bij en die zongen een deel van zijn repertoire... 'k moet eerlijk zijn, ik kende er niks van... Maar we hebben gegierd hoor. Want die gingen zo op in hun rol, dat de fantasie helemaal op hol sloeg en ze al planden om vandaag hun klanten zo te bedienen...
Net op het moment dat het eventjes stil werd, je kent die momenten adempauze beslist... Begon de chauffeur moppen uit zijn botten te slaan om 'u' tegen te zeggen. 't waren geen sex-, maar pornomoppen natuurlijk. Hij werd al snel bijgesprongen door nog enkelen die ook wel een leuke kenden. Eén van m'n collega's verontschuldigde de anderen al tegen mij, maar het ging er zo vrolijk aan toe, dat het mij zeker niet stoorde. Het waren toch maar moppen hé...
Begin je dag met muziek en een mop en je kan bergen verzetten...
Tot de conclusie komen dat je je werk zo graag doet, dat je er echt vroeg wil voor opstaan. Dàt kan hard zijn se...
Normaal gezien moest ik er vanmorgen uit (uit wat denkt ge...? ) om 4u. Geen potten gebroken... Ik heb zo'n knoppeke dat ik op 'robot' zet en dat laat nog niet te snel afweten. Ik draai me niet nog een keertje om. Ik mok niet. Ik spring uit dat warme nestje alsof ik opgedraaid werd met een veertje... poingggg!
De wekker zet ik wel hoor, twee wekkers. Voor alle zekerheid. Stel dat die ene op electriciteit het laat afweten, zoals wel eens durft gebeuren. Nou, die wekker laat het niet afweten, er gebeurt wel eens een panne. Dan doet zo'n ding het ook niet meer hé. Dus, een reservewekkertje doet z'n werk goed. Alleen, lopen die wekkers haast nooit af. Mijn ingebouwd wakkerwordsysteem, is zo efficiënt dat ik meestal op ben voor de wekkers hun lawaai door het huis laten galmen. Goed voor partner en zoon, die helemaal ongestoord in droomfantasieën kunnen verderzinken.
Vanmorgen deed ik m'n ogen open, zo'n tiental minuutjes voor het de ingegeven wekkertijd was. Ideaal dus om op te staan en een ietsie pietsie meer tijd te kunnen vertoeven in de badkamer zodat ik er toch nog een beetje beter zou voorkomen dan euhhhh... wel eens gebeurt. Zonder nadenken, op robot dus, eruit. Verder niks speciaals te melden van het front. Alles ging gewoon z'n normale gangetje.
Toen ik op de nachtbus stapte, die ons -vroege sukkelaars- naar het werk brengt, omdat het openbaar voor de chauffeurs naar de loodsen zijn geraakt om met tram of bus te kunnen buitenrijden... dohhh...
Wel, toen, stelde ik vast dat mijn collega die meereed waarschijnlijk te laat was. Normaal gezien moest hij vandaag vroeger naar de loods dan ik, ik moet morgen pas de eerste nachtbus nemen, hij vandaag. Hij... hij stelde vast dat ik te vroeg was om diezelfde reden, net opgegeven. Dus... eens heel goed gekeken naar de klok van de bus, de officiële LIJNKLOK. 3.50u... Ik moest er maar uit om 4u... Het leven kan wreed zijn... ik had nog in mijn bed kunnen liggen... ik had nog lekker warm... ik had nog zoveel tijd...
Baas!!! Ba-aa-aas!!! Ik was vandaag een uur te vroeg op het werk! Krijg ik daarvoor ook een uur overwerk uitbetaald???
De merel fluit z'n prachtig melodietje. Het stemt me opperbest. Net of ik een 'up' stootje krijg. Ook al liggen de straten er nat en verlaten bij op het nog nachtelijk uur. Af en toe passeert een auto ons. Eén man gaat ons voorbij, die zal ook vroeg moeten beginnen werken, de sukkelaar. Ja, ik leef echt wel mee met mensen die heel vroeg moeten beginnen.
Hij en ik wachten. Hij had tegenslag en daardoor ik ook en daardoor iedereen die mijn trammeke wilde nemen op weg naar het werk, zo vroeg. Maar, hij is geen kwade ziel, hij had enkel tegenslag. De senior, een man van tegen de 70. Een beetje gekromd in de rug. Redelijk lange, maar mooi zilveren grijze krullende lokken. Nee, niet drie, maar een goed gevuld hoofd. Hij is ontdaan. Hij had de schrik van z'n leven. Hij doet niet anders dan zich verontschuldigen.
Ik stel hem gerust. Dispatching zorgt er immers voor om zo snel mogelijk een pendelbus in te zetten, die de ongelukkige wachtenden gaat verder helpen. Ik probeer hem wat te kalmeren. 'k Vraag hem of het wel gaat. Nog niet lang geleden is hij gehospitaliseerd geweest voor z'n hart. Ik stel voor om even te gaan zitten, maar dat wil hij niet. Bezorgd vraag ik hem of hij medicatie bij heeft, maar dat heeft hij niet. Normaal gezien heeft hij dat nu niet nodig, zegt hij me. Ik druk hem op het positieve van het negatieve. Twee meter naar links staat een lantaarnpaal. Daarvan bleef hij gevrijwaard. Hij is niet gewond. Hij knikt weemoedig.
Z'n auto staat er maar treurig bij. Weggezakt in de berm. Rechtervoorwiel tot aan de bodemplaat van de wagen ingegraven in het mulle zand. Door de regen van de afgelopen dagen, kan het zand geen gewicht dragen, laat staan een auto. De achterkant van de wagen reikt nog net tot op de sporen. Hij is weggeslipt. Zo simpel als wat. Hij reed en de auto slingerde plots en hij gleed weg. Geen controle meer. De schrik om het hart, da's wel heel duidelijk. Zuchtend herhaalt hij zijn verhaal met daarna z'n verontschuldigingen voor het oponthoud.
De takelwagen moet hem er uit trekken. Maar goed dat die er zijn, takelwagens. Stoere, machoknapen helpen de arme sloeber z'n wagen op het natte, vaste wegdek (lees trambedding) zetten. Ze proberen hem te starten. Het lukt langs geen kanten. Dus... duwen manneu !!!
Iedereen duwt... behalve de senior en ik. Wij kijken. Wij zuchten. Wij groeten mekaar.
En daarna rij ik verder...
Anno 2003... Nog steeds Antwerpen binnenstad. Oh, ja, eindejaarsfeesten! Antwerpen wil echt wel eens met positief nieuws in het licht treden. We moeten zorgen om van het negatieve imago door fraude - oplichting - racisme en ander ontolerabel gedrag, af te raken. We organiseren dus een kerstmarkt, ijspiste, een groot rad op de Keyserlei en eventueel lokken we de mensen met allerlei extra kortingen en/of aanbiedingen tijdens de weekends wanneer de winkels openen. Jaaa... Antwerpen komt zo wellicht in een goed daglicht. Gelukkig hebben we in de winter nog net wat genoeg daglicht om uit te kijken, want ondertussen zijn de weinige plaatsen die met de auto nog bereikdbaar zijn, ook nog opengebroken omdat er werken moeten uitgevoerd woren. Die arme automobilisten weten dus niet beter dan over de trambedding op de Rooseveltplaats te moeten manoeuvreren. Uitkijken dus, tramchauffeurke, want je kan zo niet zonder schaa en schand op de Roosveltplaats draaien vanaf de Leien. Pas op!!! Voor die fietser die ook niet meer weet van welk hout pijlen maken, maar toch graag op zijn bestemming wil geraken en nog tussen auto's en trammeke wringt. PAS OP!!! Voor de voetganger die in de chaos een totale black out oploopt en nog snel ergens tussen springt. Rood??? Nee, nee, dat geldt niet voor mij, enkel maar voor chauffeurs van't openbaar vervoer. Pas maar op, chauffeurke of ge gaat den bon op... Adrenaline + Adernaline + Adrenaline +...
Anno 2003... Antwerpen binnenstad is nu steevast The place To Be met auto, bus of tram. Alhoewel... de fietsers en voetgangers hebben ook Van Jan, zoals dat heet. Er zijn de werken aan de Leien. Verwijten doe ik niemand, want ik zou trouwens niet weten waar of bij wie te beginnen. Maar toch, met die werken verandert de verkeerssituatie op sommige plaatsen zo onaangekondigd of onvoorzien, dat sommige mensen niet meer weten hoe aan de overkant te geraken. Om geen 500m om te moeten lopen, besluiten ze dan maar om via de werf zelf over te steken.
Geachte Tramchauffeurs ofte Wattmannen -vrouwen: Concentratie geboden. Als dan op diezelfde plaatsen de werkmannen van de werf hun hoofd door de hekken steken op 10 cm van de tramrails terwijl ze met hun lichaam in een schuinliggende put zitten, wordt het wel echt gevaarlijk.
'God, Waarom heb je de tramagenten geen facetogen gegeven? De Vliegen kregen er wel!!!'
Als sommige mensen wat gedronken hebben, komt die tong wat losser en valt de schaamte ook wat weg. Heel graag zou ik sommige mensen eens willen tegenkomen en spreken als ze nuchter zijn om hen te vertellen wat ze toch allemaal bazelen tegen een chauffeur, in volle verkeer op een drukke middag, midden in de stad.
't Zot zat! Of 't Zat zot! 'k Denk dat het wat aan elkaar hangt. Het één kan niet zonder het ander waarschijnlijk.
Er stapt een tiep op m'n voertuig, die om te beginnen vraagt of het juist of verkeerd is om me een goeie middag te wensen. Ik kijk op de klok en merk dat het 14.00u is en antwoord met een lach dat het zeker mag en bedank hem daarvoor dan ook. Dan valt zijn nikkel en zegt hij: 'Hé... jij bent een meisje...!' Dat had hij goed gezien...
Nou, in alle geval moest ik echt wel uitbundig lachen en heb ik hem gecomplimenteerd met z'n scherpe opmerkingsvermogen. Na een povere poging om een gesprek te beginnen, heb ik hem er met zachte hand op gewezen dat ik veel aandacht nodig had om mijn concentratie -in dit drukke verkeer op de Turnhoutsebaan- bij het verkeer te houden. Hij nam de boodschap met gemak aan en zocht een zitplaats in het voertuig. Enne... Ik was van de 'drankluchtbevuiling' verlost.
Ik sta met m'n voertuig aan de eindhalte de vertrektijd voor een nieuwe rit af te wachten. Ondertussen stappen enkele jonge kereltjes van Marokkaanse origine op. Ze hebben hun sporttassen bij en komen vermoedelijk van de voetbaltraining. Eigenlijk is daar niks speciaals mee, maar kinderen vertederen me altijd. Als ik met hen oogcontact heb, geniet ik steeds van hen omdat ze het hart op de tong hebben. Zij zijn niet anders.
Eén van hen richt zich tot mij: 'Mevrouw...?' -'Ja?' -'Is het waar dat de tram op zand rijdt?' -'Hoezo op zand? Een tram rijdt op sporen...' De jongens kijken bedenkelijk, dus vraag ik hen om even naar mij toe te komen en vraag hen vervolgens wat ze bedoelen.
Ze wijzen naar de zandbakken vooraan in de tram. -'Men heeft gezegd dat daar zand in zit, dus rijden de trams dan met zand?' -'Neen hoor, trams rijden op electriciteit, maar hebben zand nodig om op kortere afstand te kunnen remmen'.
Dus leg ik heb duidelijk uit waarom een tram voorrang krijgt en de lange remafstand, in de hoop hen tot voorzichtigheid te bewegen als ze in de toekomst willen oversteken als er een tram aan komt. Tja, die uitleg beviel hen wel en met de vaststelling dat ze weeral wat hebben bijgeleerd, namen ze plaats. Toen zij naderhand afstapten, hebben ze lekker uitbundig gewuifd en mijn dag was weer geslaagd.
Vandaag eigenlijk niets dan tevreden mensen op de tram gehad. Maar ja, 't kon moeilijk anders. We hielden -net zoals morgen en overmorgen- een betaalstaking. Zo hebben de bonden besloten, voor de nieuwe CAO. Alhoewel, 'k heb toch wel een fargeke gehad met enkele jonge mannen van ongeveer 20jaar. Zij waren vrij luidruchtig, maar stoorden niemand tot ik aan het kruispunt St-Katelijnevest - Kipdorp, voor het rode licht moest wachten.
De brandweer zet dit licht op rood als ze moeten uitrukken. Soms wordt wel eens vergeten deze lichten terug te zetten en het zal wel zoiets geweest zijn, want het bleef maar rood. Wij moeten dan oproepen, maar wij moeten blijven wachten tot we groen licht krijgen. Onder geen voorwaarde mogen wij daar -zelfs niet heel voorzichtig- door het rood rijden. Wel, die kerels wilden niet wachten en hebben wat beginnen discussiëren. Ze wilden maar dat ik of de deuren opende of doorreed. Uiteindelijk hebben ze zelf de deuren geopend met de noodknop. Oef, daar was ik dan vanaf. Maar op deze manier kom je dus echt tussen 2 vuren te zitten. Je baas aan de ene kant (met z'n reglement en verzekering als er wat gebeurt) en dan die kwade passagiers.
Toen ik net gedaan had met werken, kreeg ik telefoon van de zedenpolitie-recherge. Zo stelden ze zich voor. Ze zullen morgen naar 't werk komen omdat ze me dringend nodig hebben voor een identificatie. Iemand die zaterdagavond op mijn tram heeft gezeten, zou slachtoffer zijn geworden van een zedenfeit. Of ik die persoon efkes gauw kan of wil identificeren. Om eerlijk te zijn, heb ik mijn twijfels, maar we zullen wel zien.
Zaterdagen lijken dagen waarop ik de leukste belevenissen meemaak op het trammeke... Weer een zaterdagvoormiddag... Een jonge man die is doorgezakt voor de nacht, komt op mijn tram. Hij is dronken, maar niet vervelend... eerder animerend. Hij vraagt me zelfs of hij er dronken uitziet, want, o, jee, zijn vriendin zal kwaad zijn. Hij verklaart me zijn liefde voor haar. Heel mooi, en dat terwijl het gisteren Valentijn was. Maar ja, zij moest vandaag gaan werken en kon dus niet uitgaan en hij had de kans om met enkele vrienden door te zakken. Meestal lukt het niet en nou toevallig wel eens een keertje. Hij hoopt maar dat ze niet te kwaad zal zijn. Ach, besluit hij, wij wonen samen. Wij hebben het hele jaar door Valentijn, maar mijn vrienden zie ik maar 2 à 3 keer op het jaar. O ja, en hij zou graag een kindje willen, maar is wat bang dat hij "het" niet goed zou doen. Ik stel hem gerust, dat wij allemaal onze foutjes hebben. Het feit dat hij daarover nadenkt zegt al genoeg positieve dingen en dat bewijst dat hij "het" vanzelfsprekend wel goed zal doen. Hij heeft honger en vraagt of ik op de hoek even wil stoppen zodat hij een Turks broodje kan kopen en op hem wil wachten met de tram. Natuurlijk gaat dat niet, breng ik hem aan het verstand. Zijn humeur wordt er niet slechter door, hij accepteert het gewoon. Hij kon maar eens proberen, want, wie niet waagt, niet wint.
Kortom, zo'n leuke zatlap heb ik nog niet dikwijls ontmoet... Laat ze maar komen!
Een zeer vroege zaterdagochtend... Buitenrijden om 5.15u. De stad slaapt nog grotendeels. Sommige mensen, waaronder echte sukkelaars komen op de tram zitten, wat mee rondtoeren om aan de vrieskou te ontsnappen tijdens winterdagen. Er is een man opgestapt die er miserabel genoeg uitziet om te beseffen (ikke hé) dat hij dakloos is, of, wie weet, geen verwarming in z'n woonst heeft. Hij rijdt al 2 ritten mee en verandert steeds van plaats, wat mijn aandacht trekt. Misschien voelt ie zich ongemakkelijk, bedenk ik me. Toch, ik begin hem iets meer te viseren via mijn binnenspiegel. Zo stel ik vast dat die kerel zich zit te masturberen. Ondertussen houdt hij z'n ogen via diezelfde spiegel op mij gericht. Daar ik aan de eindhalte sta, voel ik me ongemakkelijk en draai m'n hoofd weg. Er zijn op dat moment geen andere passagiers op het voertuig en in deze situatie blijf ik liever op afstand en daag hem best niet uit, door hem te bekijken in de spiegel. Toch, besluit ik dat ik me vergist heb en dat het beslist maar zo leek... Uiteindelijk zit hij redelijk ver achteraan in de tram, zie ik (misschien gelukkig maar) geen détails en kan ik de verkeerde conclusie getrokken hebben. Alhoewel... ik kijk toch nog maar eens, want, stel je voor dat er seffes iemand met kinderen opstapt of tot wat die man in staat is. Ik word hoe langer hoe zekerder van wat hij zit te doen, maar tegelijk word ik ook ongemakkelijker, daar hij gefixeerd naar mij blijft staren. Hij mijdt absoluut geen oogcontact, wanneer ik naar hem kijk in die spiegel. Ik overweeg hoe ik dit ga oplossen. Zou ik er naartoe gaan? Hem confronteren? Nee hoor, thanks but no thanks. Wie weet hoe reageert hij. Ik blijf veilig en wel in die chauffeurspost en verlaat hem zeker niet. Ondertussen stapt een man op, hij zet zich meer vooraan in de tram en merkt niets van dit stille kijkspel. Maar ik voel me wel iets beter nu, gewoon door zijn aanwezigheid. Het is tijd, ik moet terug beginnen rijden en doe dat ook. Maar de rare vogel, doet dapper verder en stoort zich blijkbaar aan niks. Er stappen mensen op maar ze komen niet dicht bij hem zitten. Waarschijnlijk zegt z'n uitstraling al genoeg. Ik besluit hulp in te roepen. Da's misschien erg voor die sukkelaar, maar ik moet voorkomen dat er zich problemen voordoen. Een stukje verder komt een controleur, samen met politiemensen de lichtjes gestoorde tiep van mijn trammetje halen. Hij doet helemaal niet moeilijk en gaat met hen mee. Een agent komt me nog eventjes vragen hoe ik het heb vastgesteld en of ik 'het' klaar en duidelijk heb gezien...? Nou... 'k Leg hem dus maar uit dat ik niet ben genaderd om alles in volle glorie te zien, maar dat het echt wel duidelijk was, tenzij die man een acteur was die me zat te bedotten...
- Amaai, da's hoog om in te stappen. ...Oei, 't lukt nog niet.... Allez, ik geraak niet zo hoog met mijn been. Pffffttt, euhhhh, hjjjjjtttt, amaai, .... bijna.... Zeg eens, mevrouw... chauffeur, is dit wel een 10? - ja, mevrouw, hier komt alleen maar tram 10 - Nee, dat kan niet. Ik ben er zeker van dat dit tram 11 is! - Tram 11...? Nee, hoor, mevrouw, tram 11 komt niet hier. Ik zeg u, dit is tram 10... - Nee, deze is te hoog, de tram 11 is beslist hoger dan tram 10... - Ah, ja, mevrouwtje, daarin heeft u beslist gelijk. Tram 11 is zeker en vast één cijfertje hoger dan tram 10...!!!
Zaterdagmiddag, zelfde stad, zelfde zaterdag. 't Is wel, moet gezegd of geschreven, de laatste annekdote van die dag.
Sportief als sommige Antwerpenaars zijn, springen enkelen onder hen de fiets op -in fietsersplunje uitgedost- en beginnen aan hun wekelijkse sportuitdaging om alle stilzit-nietbeweeg-aangekweekt-vet van afgelopen week te verbranden. Groot gelijk hebben die mensen. Fietsen in de stad wordt heel erg aangemoedigd door -vooral- de groene partij. Je weet wel, een gezonde geest in een gezond lichaam, enz.
Natuurlijk, moet je wel remmen voor het rode verkeerslicht. Als er al auto's stilstaan voor dat licht, moet je wat vroeger remmen... Spijtig als je wil spurten, maar De Stad is nu eenmaal De Stad. Je rijdt daar niet alleen en dan zijn er uiteraard die verkeersregels om te volgen, voor je veiligheid.
Een fietser (snelheidsduivel) was dus mooi uitgedost aan zijn wekelijkse fietsersfitness-krachtpatserij bezig, maar vergat tijdig te remmen en botste simpelweg achteraan op een stilstaande auto die voor het rode licht stond. Ik reed ongeveer ter hoogte van die fietser. Net achter hem, maar op de trambedding uiteraard, Turnhoutse Baan. Die kerel viel naar links en ik moest alles toegooien om hem niet de kop (het hoofd, sorry) af te rijden, of te vermorzelen. Want dat zou echt gebeurd zijn, moest hij onder mijn rechter wiel zijn beland. Die kerel is opgestaan, op zijn fiets gestapt en verder gereden. De chauffeur van de auto en mezelf verbouwereerd achterlatend...
Oké... één,... twee... drie... effe diep ingeademd en verder met de geit (tram) dan maar
Weer zelfde stad, weer zelfde zaterdag... Déja vu?
Nee hoor, gewoon... zaterdag in onze koekenstad. Sirenes... déja vu? Nee hoor, déja entendu... dat wel.. Enfin... sirenes dus. Weer op zoek. Waarvandaan zijn ze deze keer afkomstig? Raar, is het maar een idee...? Maar toch heb ik het gevoel dat het dringender, ernstiger is. Waarom? Het klinkt gewoon indringender... of zijn het m'n zenuwen die me een rol spelen?
Maar, waar zitten ze nu, die schreeuwers? Stilaan krijg je't daarvan wel op je zenuwen. 't Lijkt of iemand een spelletje met je speelt. Je hoort me wel, maar je ziet me lekker niet. Toch zou ik niet graag met deze gekoppelde tram net midden op dat grote (weer hetzelfde) kruispunt komen te rijden op het moment dat daar een spoeddienst aan komt gevlamd. 't Zou niet het eerste ongeval zijn in die zin (voor mijzelf wel, maar die primeur hoef ik echt niet).
'k Heb groen licht aan het kruispunt (dat grote kruispunt, weet je wel). Ik zie nog niks aankomen, maar ik hoor dat ze naderen. Godnogaantoe, waar zijn die nu toch? Terwijl ik wat meer snelheid neem om aan de grote oversteek te beginnen, zie ik in mijn rechtse spiegel een flits. Een blauw licht... Ha, dus weer vanuit diezelfde hoek. Ondertussen ben ik met de waaghalzerij begonnen en bevind ik me op het kruispunt. Shoot!!! 't Zijn er twee en ze menen het precies. Loeiende sirenes komen recht op me af. Ene naar de voorkant van de tram. De tweede, een combi met verschillende agenten richt zich meer naar de gekoppelde tam. Oké, zelfde kruispunt van voordien, zelfde halte van voordien. Ik zet m'n deuren open, omdat de mensen die daar wilden, zouden kunnen afstappen. Maar hardhollende agenten zorgen er eerste wel even voor dat deze mensen nog eventjes op de tram blijven. Ik heb geen wapens gezien, maar wel handen die klaar waren om ernaar te grijpen. 'k Heb hen niet geteld, maar het feit op zich mocht wel tellen. Terwijl dit alles gebeurde, kwam één agent naar mij en vertelde me dat zij vermoedden dat ik een bende overvallers vervoerde. Hij beschreef me één van de overvallers en vroeg me of ik hem samen met nog een groep anderen had zien opstappen of opgemerkt. Natuurlijk was dat niet zo. Ten eerste zie ik niet wie er op de gekoppelde tram stapt en ten tweede, in deze zaterdagdrukte heb ik al mijn aandacht nodig voor het verkeer en de veiligheid op de perrons.
Hopelijk is deze bende nog gevat, maar ik heb m'n twijfels. Zo zie je maar, met De Lijn vervoert men werkelijk alles. Zelfs delinquenten voelen zich veilig bij De Lijn. Zou dat geen goede reclamecampagne kunnen zijn? De Lijn vervoert werkelijk alles en iedereen, zonder onderscheid...
Zelfde stad, zelfde zaterdag. Eventjes later op de middag hoor ik sirenes, een schreeuwer, zoals wij plegen te zeggen. Wij, de chauffeurs dan... Politie, brandweer, ambulance, ze schreeuwen allemaal. Alleen, er proberen tijdig achter te komen vawaar ze komen aangestormd, is niet zo evident. Het zicht in de rechtse buitenspiegel is redelijk beperkt. Links ben ik de fiere bezitter van een spiegel, klein model. Dat wil zeggen, zicht zo goed als nihil. Maar toch nog net beter dan niets. Uiteindelijk zie ik hen, (de politie), rechts achter gesitueerd. Tja, ik ben net aan een groot kruispunt. Daar ik geen idee heb welke kant ze uitgaan, rij ik voorzichtig verder. Tot ze me hebben ingehaald net voorbij het kruispunt. Ik krijg het gevoel dat ze mij moeten hebben, dus aan de tramhalte, waar ik me ondertussen bevind, blijf ik voor alle zekerheid staan. Inderdaad, daar stapt een vriendelijke, beetje dikbuikige agent uit de auto om me te zeggen dat het noodraam van het gekoppelde tramstel helemaal openstaat. Natuurlijk ga ik dit direct, stante pede sluiten en bedank hen, denkende aan de deugnieten die niet beseffen hoe gevaarlijk ze soms doen door zulke streken uit te halen. In feite ben ik opgelucht, want ik vreesde al dat (zonder het te beseffen) ik een zware fout in het verkeer had gemaakt... Ach, onze Antwerpse Agenten, 't zijn zo'n vriendelijke kerels, die op eigen initiatief al eens een sireentje laten loeien...
Zaterdanamiddag, januari...
Ik, zo naïef als ik maar kan zijn, dacht dat de soldendrukte voorbij was. Doch, dat was heel verkeerd gepeinst. Een heksenketel, was de stad. Met daarbij de leuke als de minder aangename facetten. Een vriendelijke Nederlandse dertiger die heel fier is dat ie al zeuven jaren in België woont, komt even een babbeltje maken. Hij is verwonderd over de drukte in Antwerpen. Blijkbaar is hij niet dikwijls op zaterdag in onze koekenstad geweest. Nee, hoor, hij woont nu in Mechelen en daarvoor in België... Nou ja, zo groot is ons landje nu ook weer niet. Het is mogelijk -bedacht ik me- dat voor een buitenlander alles wat rond Mechelen ligt, België heet... en in zeker zin heeft ie dan nog gelijk ook. Best aardig, zo'n babbel met een leuke Nederlandse passagier. Zo hoor ik het ook eens van een ander.
Ik ben annemie
Ik ben een vrouw en woon in Antwerpen () en mijn beroep is tramchauffeur/begeleider De Lijn Antwerpen.
Ik ben geboren op 16/07/1958 en ben nu dus 67 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: muziek: wat gitaar betokkelen - lezen - leven!!!.