Je hebt volk en je hebt
paardenvolk. Dat zijn lieden die zowel paarden houden als ván paarden houden.
Vroeger gebruikte je een paard vooral om zijn trekkracht. Het paard voor de
wagen spannen, of voor de mestkar, voor de ploeg, voor een voer hooi of een vracht
rogge. Mijn grootvader van vaders kant was een paardenman in hart en nieren. s
Morgens spande hij zijn zwarte paard voor de lijkwagen, want hij had als een
van zijn vele bijbaantjes de taak van lijkwagenkoetsier op zich genomen. In de
namiddag kon je het span dan op de akker bezig zien het haverland te slichten.
Dat is Achterhoeks voor eggen.
Om iets te kunnen trekken
heeft een paard een haam nodig. Dat is een aan de bovenkant beweegbaar,
ovaalvormig stuk hout, met een opening aan de onderkant. Aan de binnenkant met zacht
leer bekleed. De bedoeling is dat een paard zijn hoofd en zijn hals erdoor
steekt, zodat het ovaal tegen zijn borst en schouderpartij aan ligt. Daarom is
het haam van leer voorzien, zodat het paard geen pijn lijdt. Aan het haam maak
je vervolgens allerlei kettingen vast die aan de andere kant aan een ploeg, aan
een kar of aan een lijkwagen vastzitten. Zo trekt dus een paard. Vaak is een
haam kunstig versierd met houtsnijwerk, pluimen en belletjes. Want het oog wil
ook wat. Ook een paardenoog.
Op een foto hieronder ziet u
zon haam. Door mij gefotografeerd in een van de bijgebouwtjes rond onze
boerderij. Het is wel in een deplorabele staat, maar dat komt doordat het
tientallen jaren niet is gebruikt en ergens in de schuur in een hoekje heeft gestaan.
De muizen hebben er hun nesten in gebouwd, net als de houtwormen en spinnen.
Maar de oorspronkelijke vorm en functie is met een beetje goede wil nog goed
zichtbaar. Wat opvalt is de geringe grootte. Om te kunnen vergelijken heb ik er
een 5kilo-gewicht naast gezet. Moet hier een paard zijn hoofd en hals door
steken? Of is dit misschien een haam voor een pony?
De oplossing komt als
geroepen. Het is, houd u even vast, geen haam voor een paard, het is een haam
voor een koe. Inderdaad, het is een koehaam.
Je zult maar koe zijn op zon
keuterboerderijtje ergens in de Achterhoek. Daar waar de zandgrond schraal en
het leven hard is. Je geeft de familie melk, waarna de vrouw des huizes er
boter, kaas en zelfs karnemelkse pap van maakt. Na je afsterven wordt van je
hele lichaam geprofiteerd. De huid, het vlees, zelfs je gebeente, alles wordt
gebruikt. En dan zou je bij leven en welzijn ook nog dienst moeten doen als
last- en trekdier? Van ossen, van slag geraakte stieren, kunnen wij het ons
voorstellen, want die zijn van nature oersterk. Maar onze melkkoe, die wij de
mooie naam Emma 13 geven, die wij liefkozen, verwennen met een lekkere
voederbiet of een bodempje lijnmeel, haar spannen wij toch niet voor ons
karretje?
Déze koe, die u op een andere
foto hieronder ziet, trekt een kar vol bietenloof naar huis. Om haar hals
draagt zij een koehaam. Wat u op haar rug ziet (en waarachter de boer zich
tevergeefs probeert te verbergen zodat alleen zijn hoofd te zien is) is het zadel. Met hulp van een brede riem die
over dat zadel loopt, worden de twee bomen van de kar gedragen.
Nu weet u wat 1 KK betekent:
1 koekracht, vergelijkbaar met 1 P(aarden)Kracht. Maar het kan nog erger: behalve
1 PK en 1 KK bestaat er ook 1 MK, één menskracht. Dat is bijvoorbeeld het geval
bij mevrouw Olde Salemink (geboren Jentink) die zich door haar man laat
vervoeren
Ze gaat zo te zien naar een
feestelijke gelegenheid, een bruiloft misschien, want ze heeft haar prachtige
wit-gesteven knipmuts op, compleet met het zwarte ondermutsje om het wit te
vrijwaren van het vette hoofdhaar. Verder heeft zij haar zwarte, zelfgehaakte
omslagdoek om en haar gepoetste zondagse schoenen aan. En waarom niet per fiets
met zon handig transportbakje voorop? Zo, dwars gezeten als een Achterhoekse
amazone, geniet ze van het voorbijflitsende landschap en kan ze commentaar
geven op alles wat ze ziet. Ziej dat Hendrik, bi-j de Akkermaote steet de
rogge dr mooi bi-j.
Hendrik,
haar echtgenoot, moppert dat ze niet zo veel moet praten en stil moet zitten.
Want van al dat gepraat gaat de fiets slakkern.
Dat is Achterhoeks voor slingeren.


|