Een meerderheid van Britten moet 'm niet meer. Liefst zagen zij hem
vandaag nog vertrekken. Wat is er toch geworden van de fonkelende ster
die medio jaren 90 aan het politieke firmament verscheen ? Toen Blair
in 1997 Downingstreet 10 betrok, leek het alsof er voor
Groot-Brittannië een heel nieuw tijdperk aanbrak. Weg de onbezielde
hardheid van het Tory-regime, eindelijk kwam er een einde aan een lange
reeks van sex en andere schandalen. Tony glansde, zijn blad was wit.
Dezer dagen worstelt hij zich door de laatste hoofdstukken van zijn
politieke carrière, kapittels die hij schrijft in rood. Rood als het
Iraakse bloed dat aan zijn handen kleeft. Rood als de zitjes van het
Britse 'House of Lords' die, dat vermoedt althans het gerecht, voor
grof geld van de hand gaan bij Blairs partij 'Labour'. Van dat laatste
schandaal lig ik niet wakker, met geld is nu éénmaal alles te koop. Het
slijk der aarde glipt door spleten en kieren, zelfs tot in de cenakels
van de zogenaamde socialisten. De wereld zal er echt niet door vergaan.
Dat andere schandaal echter, Blairs perfide rol als puppy van een
oorlogszuchtig Amerikaans president, dat schandaal had de man al lang
zijn kop moeten kosten. Niet alleen omdat hij als tweederangsacteur
meespeelde in het propagandistisch theaterstuk dat aan de oorlog vooraf
ging. Ook omdat hij met zijn houding bijdroeg aan de tweespalt in
Europa, hij die ooit zo'n vurig pleitbezorger was van het Europees
project. Zou Bush het werkelijk aangedurfd hebben Irak binnen te vallen
als Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk zich daar in blok
tegen hadden verzet ? Misschien wel, misschien ook niet. We zullen het
nooit weten. Toen het wat heet werd onder Tony's pootjes, rende hij
jankend naar papa Bush toe. Zijn soldaatjes hebben het ondertussen
mogen ontgelden, 130 doden, talloos meer verminkten. Irak gaat ten
onder aan geweld, het land werd een kweekschool voor terroristen. Het
conflict dreigt zich in de toekomst te verbreiden naar het hele
Midden-Oosten. Wat een erfenis, wat een ontgoocheling, wat een
oorverdovend gebleir en o zo bitter weinig wol.
Ik heb me ook even aan het peinzen gezet en ik ben er al uit. Een half
uurtje breinstormen volstond. Vergeet die vermeende invloed van CO2. De
ware bron van alle ellende is diep in ons gelegen. 't Is de kilte in de
harten van de mensen. "Ach zo", hoor ik u al denken, " Zouden we dan
niet eerder moeten afstevenen op een nieuwe ijstijd, Alex ?" Wel ...
neen ! Functioneerde het klimaat maar zo eenvoudig. Dat had mij een
kleine dertig minuten hersenfoltering bespaard. Doch u hoort mij niet
klagen, mijn hart vertoont nog steeds een zweem van lauwte. Nog net
voldoende zweem om mij tot redding aan te zetten. Voor een ander zou ik
het niet doen. 't Is omdat u het bent, Mensheid. Voor u werp ik graag
mijn licht op deze netelige klimaatkwestie. Vulgariserend, uiteraard,
verre van mij om uw uitpuilende denkagenda te verzwaren, bij uitstek op
een zaterdag.
"De meeste mensen zijn dood !" Goed, u zal ze
zelden ontmoeten, die dode mensen. Om voor de hand liggende redenen
kiezen wij ervoor om onze minder of meer dierbare afgestorvenen uit het
openbare leven te bannen. De methodes zijn bekend: verbranden,
begraven, deconstrueren en bewaren op formol. Een combinatie van
verdwijntrucs die ons beeld op het mensdom gevaarlijk vertekent. Want
neemt u het gerust van mij aan, de doden , ze halen het ruim van de
levenden. En daar schuilt dus het manco in de bestaande
klimaatmodellen. Tekenend voor onze tijd scoren zij een zero op
spiritualiteit. De mens verwordt er tot een louter economisch wezen.
Dode mensen bestaan niet voor onze klimaatwetenschappers. De mens is
echter meer dan enkel sterfelijk lijf. Wij mensen zijn bezielde wezens,
en onze ziel gaat nooit ten onder. Ziedaar de ontbrekende factor in
alle huidige klimaatmodellen: de ziel ! De invloed van de ziel op ons
weer bestaat erin dat hij ergens moet vertoeven. Af en toe gebeurt het
dat een ziel niet weet waarheen. Hij blijft dan dolen, jaagt ons de
stuipen op het lijf. Men spreekt dan van een spook. Spoken zijn
zeldzaam ! Ik bijvoorbeeld, heb er nog nooit één ontmoet. Excuseer mij,
zeer geëerde spoken, maar uw invloed op het klimaat lijkt mij daarom
uiterst gering. U komt niet voor in mijn model. Resten er nog twee
bestemmingen voor kersverse zielen. Hemel en hel. De exacte coördinaten
van de hemel kon nog niemand mij bezorgen. Geen mens zal echter durven
betwisten dat hij zich boven ons bevindt en op zeer geruime afstand van
de aarde. Noch de grootste telescopen op aarde, noch de Hubble
telescoop zijn er ooit in geslaagd een glimp van de hemel op te vangen.
Ergo, het effect van de hemelse activiteit kan vanwege de enorme
afstand niet anders dan verwaarloosbaar zijn. Zo blijft enkel de hel
nog over. Waar die zich bevindt, dat weten we al duizenden jaren. Onder
onze voeten. Daar diep in onze aardbol roostert de duivel de verdorven
zielen. Satan staat erbij te zweten en piekert: "Zoveel slechteriken
daarboven, zoveel kille harten in aantocht. Waar blijf ik met dat
rapaille. Mijn magazijn barst nu al uit zijn voegen." Vindt u het
vreemd dan dat hij zijn grill nu al een graadje hoger draait ...
Ik zocht ze in boeken, mijn woorden, langs randen, in hoeken, tussen krabbels in de marge, tussen de plooien van ezelsoren, en vond niets.
' t was moord ! Ze hebben mijn woorden verdronken, tussen letters, ik zie nog de rimpels in het bladwit, lees de schuld in het cursief, mijn tong werd doorboord, dood zijn ze, mijn woorden, en ik, ik had ze zo lief.
Met ontzetting vernam ik vandaag dat u het recht ontzegd werd op een schone witte huwelijksplechtigheid. Ik had beter verwacht van een stad die zich Sint-Niklaas noemt. Daar zouden ze toch moeten weten dat de negers het best tot hun recht komen als knecht. Op een stadhuis horen ze niet thuis, mijn gedacht. Stel dat die kerel afgaat op het wit kleed van het bruidje. Denk maar niet dat ze daar verzekerd voor zijn. En neem het van mij aan, zo'n zwarte pakt heel slecht op foto. U ziet, mijn sympathie hebt u, meer nog, ik kan u helpen. Ik ben namelijk kapitein ter zee, grote vaart. In deze hoedanigheid is het mij toegestaan man en vrouw in de echt te verbinden. Uiteraard zal ik dat graag voor u doen. Ik zie slechts één probleem. Mijn schip vertrekt nog deze avond naar Hongkong. Dus, als u wil, dan moeten we snel wezen. Gelukkig kost zo'n trouw nauwelijks tijd. Vijf minuutjes volstaan ruimschoots. Om uw onwillige stad lik op stuk te geven had ik gedacht , we doen het gewoon in het stadhuis. Ze zullen nogal ogen trekken. Lang kan ik wel niet blijven, mijn schip, begrijpt u.
Zullen wij mekaar daar treffen dan , in de trouwzaal, straks ? Het is zo gepiept. Om vijf voor acht begin ik eraan, om acht uur bent u man en vrouw !
Een blik zwoele blikken leidt mannen om tuinen, Het betere balkon smeert het heerlijk kanon, Wat weet u over Mieke Debruyne ?
Ik
dus weinig of niets, tenzij dan dat deze vrouw niet 'de slimste mens'
zal worden, althans niet dit jaar. Zoals de meeste mannen wellicht,
ging bij mij even het licht uit telkens deze schone haar eruditie
etaleerde. Helaas leverden deze tijdelijke verdovingen van mijn
verstandelijke vermogens geen energiebesparing op. Wat ik uitspaarde
aan neuronale activiteit betaalde ik terug via een verhoogde hormonale
productie, een durale-zak-balzak-operatie, voor wie het graag plastisch
verwoord ziet. De mannelijke intelligentie wankelt bij het minste
zwoele windje.
Meisjes, vrouwen, slimme blondjes, grijp uw kans, schud die kontjes, breng de heren uit balans, mep ze minzaam in de touwen breek voor uw geslacht een lans, laat hen salivaties brouwen.
De
weg naar de top is geplaveid met eikels van venten. Vrouwen die de
hoogste eretitel ambiëren kennen geen genade. Zijn heerlijke zwakheden
kennen ze wel.
Mijn advies voor het volgende seizoen:
Breng de mannen in extase, hits ze op tot geile bokken, sexy laarsjes, minirokken, een dirty-mannen-mind massage. Verdrijf hun bloed naar lagere oorden, met speelse ambigue woorden, kleur uw lippen vurig rood, kruip bij de vijand op de schoot, hij zal voor u zijn vriend vermoorden. Dan zal u lachen in de lens, als eerste slimste vrouw en mens.
Nee, dat zijn ze niet, en toch weer wel ! Niet, omdat wij homo
sapiensen geen nachtdieren zijn. Als wij ons in het duister buiten
wagen hebben we steevast verlichting bij de hand. De kat hoeft geen
knijpkat mee te zeulen. Aan wat sterrengefonkel of flauw maanlicht
heeft het beestje al genoeg. En is het werkelijk pikkedonker, dan vindt
ze haar weg op de tast. Voor de mensapen koos de evolutie een andere
weg. Net als de meeste andere apen zien ze slecht in het donker. Je kan
als mensaap dus beter geen energie verspillen eens de zon achter de kim
verdwijnt. Mensapen slapen 's nachts ! Wij, naakte mensapen, zijn uilen
. Jawel, uilen zijn wij dus. We denken dat we katten zijn. Hang een
spot boven onze kop en we kunnen op stap, vergeet de zonnewijzer, wij
zijn zoveel wijzer. Meer dan 400 000 Belgen werken 's nachts. Zegt u
gerust: Ze hebben ervoor gekozen. Ik zeg u: Dat deden ze niet.
Tuurlijk, ze bestaan, de nachtraven, de uitzonderingen die de nacht
prefereren als werkterrein. Maar dat zijn er lang geen 400 000, geloof
me. Voor de meesten van ons geldt : Wie vrij kan beslissen ligt voor
twaalven in bed. Zelf ben ik een avondmens. Voor tien uur zal je me
zelden in mijn nest vinden. Toch is ook bij mij het beste eraf eens de
grote wijzer de twaalf nadert. Van kat of kater spelen, daar komen
ongelukken van. Iedereen weet het, niemand doet er wat aan.
Integendeel, de evangelisten van de vrije markt verkondigen het geloof
in de 24-uur economie. In de geglobaliseerde economie doet niemand ooit
het licht uit. Op ieder tijdstip van de dag mag de markt u uw warme
donsdeken van het wakende lijf trekken.
Wie indommelt bevriest. 't Speelt geen rol wat u verkiest. Wie niet volgt, verliest.
Wakkere
mensen houden mensen wakker. Als u ooit in een slaapzaal overnacht
hebt, dan weet u dat. In de economie is dat niet anders. Als
vrachtwagens 's nachts leveren, moeten er magazijniers wakker blijven
om de goederen te ontvangen. En als de goederen toch 's nachts geleverd
worden, waarom ze dan niet meteen gebruiken in het productieproces.
Stockeren kost nu éénmaal geld. En zo gummen wij langzaam het donker
uit, wordt de nacht steeds lichter. De wereldeconomie is een cultureel
gegeven, een kunstgreep. Maar mensen zijn niet van plastiek, ons vlees
en bloed gehoorzaamt oudere wetten, biologische wetten. Wie zijn natuur
verloochent, gaat ten onder.
Ik keek door mijn verrekijkvenster naar een wereld gelikter en frisser, naar een stralend ge-bit, door niets nog besmet, naar tanden zo wit, zo 'n hemels pakket, van heilige grond, van keel en van mond.
Zo veilig, zo kilogezond, zo megalodromen, zo giganteske dollarstromen Aanschouw deze appel, tot wappel verbouwd, byte hier allen in, tot vergeving van uw zonden, nooit meer bedeesd voor gutsende wonden, bijt en blijf mijn volgeling, tot in eeuwigheid gebonden. Ze lonkte en pronkte, zij, gladde slanke sister sisser. Later bleek er geen verwenster.
De Queenslanders moeten aan het riool. Alzo het verdict van Peter
Beattie, premier van de betreffende Australische deelstaat. Door de
aanhoudende droogte in het oosten van Australië daalden de
drinkwaterreserves er naar een alarmerend niveau. Deze ontwikkeling
noopte Beattie tot ingrijpen. Zijn verkiezingsbelofte tot het houden
van een referendum over de aanpak van de drinkwaterproblematiek schoof
hij resoluut opzij. Voortaan zal Queensland zijn burgers laven met
gezuiverd afvalwater. Voor velen wordt dat even slikken. Even, want
natuurlijk zal dat tweedehands water perfect drinkbaar blijken. Water
is water. Of je nu begint met gletsjerijs of pispotnat, aan het eind
van het proces komt er smetteloos H2O uit de kraan. Vers water bestaat
niet, alle water is hopeloos versleten. Het gevaar bestaat dus dat de
Australiërs snel zullen wennen aan het drinken uit het riool. Het
symptoom is bestreden. De zieke hervat zijn gewone leventje. De ware
oorzaak van zijn kwaal wordt ongemoeid gelaten. Die kwaal heet 'TE'.
Aussies, jullie gebruiken te veel stroom. Rivierwater bedoel ik dan,
of, Aussies, jullie zijn met te veel. Dit land is te droog voor twintig
miljoen slurpende mensen. Die randjes eiland waarop jullie vertoeven,
dat zijn strookjes woestijn met amnesie, onthoud dat toch een keer !
Wie zijn leefomgeving uitperst kraakt de natuurlijke kringlopen. Waar
de natuur miljarden jaren perfect in staat was het ge-urineer en
gedefeceer van miljarden beestjes op te vangen zwicht ze thans onder de
menselijke smurrie. En wat doet die mens dan ? Hij kortsluit de cirkel.
Hij creëert een sluipweg die het traject van kont tot mond verkort. Wel
zonde dat deze kunstoplossing hopen energie gaat kosten want
energieverbruik gaat meestal gepaard met CO2-uitstoot. En waar leidt
die CO2 toe ? Inderdaad, volgens de overgrote meerderheid van
klimaatwetenschappers versterkt CO2 in de atmosfeer het broeikaseffect.
Waardoor Australië wellicht nog meer zal opwarmen. De droogte neemt
toe, de Aussies worden nog dorstiger. Need I say more , mister Beattie.
Het werd weer fraai in beeld gebracht, het WK veldrijden. Een ietsje te
fraai mag wel gezegd. Zo dicht zat onze staatszender met zijn neus op
het wielercircus dat hij deel werd van het spektakel. Een motor met
cameraman raakte een plastieken afbakening waardoor deze als een
volleerd obstakel pal voor de fiets van Bart Wellens ging postvatten.
Gevolg: Zowel Bart Wellens als Sven Nys, nummer twee en één op de
UCI-ranglijst, gingen onzacht tegen de vlakte. Beide toppers zouden
hierna niet meer in de kop van de koers terugkeren. De onzalige
interventie van de VRT-crew werd later afgedaan als een accident de
parcours, het noodlot, één van die dingen die gebeuren. De benadeelde
renners bleken na de wedstrijd te moegestreden om het voorval aan te
kaarten. Een zichtbaar geïrriteerde Bondscoach Rudy De Bie deed even
zijn beklag maar verdween even snel weer uit beeld. De flater van de
VRT werd bedekt door een golf van feestvreugde. Wij, de Belgen stonden
alweer op het hoogste schavotje. Zo komen de jongens en meisjes van de
Reyerslaan wellicht goed weg. Een foutje, sorry, zal niet meer gebeuren. Ik
zie hier echter meer dan toeval. Het motorincident staat symbool voor
de verstrengeling tussen de VRT en het wielermilieu. De VRT
monopoliseert het wielergebeuren in België. Verslaggevers worden zelf
fervente wielertoeristen. Er ontstaan vriendschappen tussen renners en
reporters. Het veldrijden als minisport heeft de camera's van de VRT
nodig om te overleven. Probeer dan maar eens nee te zeggen als je
mecenas met allerlei vreemde voorstellen komt zoals 'veldrijden achter
dernies'. Deze situatie moest gewoon tot uitschuivers lijden. De VRT
zou er goed aan doen weer wat meer afstand te nemen van haar
onderwerpen. Je doet verslag of je participeert. Een middenweg
bestaat niet. Ook sportjournalistiek moet kritisch zijn. Een echte
sportjournalist zwijgt niet minzaam als de kersverse wereldkampioen
verklaart dat hij nog een paar jaar door wil gaan in navolging van
Mario De Clerck, die ook laat in zijn carrière nog erg succesvol was.
Een echte sportjournalist stelt dan de voor de hand liggende vragen,
namelijk: Waren die overwinningen van De Clerck wel koosjer ? Hoe
moeilijk is het voor een ouder wordende renner om te weerstaan aan de
verleiding zijn heil te zoeken in dopinggebruik als deze voelt dat hij
de jongere garde steeds moeilijker kan volgen ? Daar maak je geen
vrienden mee, dat klopt. Maar dat hoeft ook niet. Je bent supporter of
reporter. Een derde weg bestaat niet. Dus, snijd door, die navelstreng.
't is lossen of botsen !
Zal ik voor u de rotvent spelen, als gij dat wilt vermom ik mij, als pooier, ploert of hoerenloper, ge zegt het maar, ik sta u bij.
Ik zal u vieze ziektes schenken, die ik van sletten heb gekregen, ik zal u met dedain bedenken, mijn harde hand zal op u wegen, ik zal met u de vloer aanvegen, ja, ik bedien u op uw wenken.
Gij kunt mij dan met recht verwensen, mij uitschot noemen en crapuul, mij zwart gaan maken bij de mensen, als slappe lul en minuscuul, een lafbek, loser zonder censen.
Ge moogt verwijten naar mij smijten, of vaatwerk als dat beter voelt, ge moogt mijn schoonste dassen splijten, alles wat uw woede koelt, ik weet, het is niet slecht bedoeld, uw dagen wegen soms te zwaar. Als het moet, dan moet het maar.
Daarna moogt gij mijn wonden blussen, met kussen, kussen, kussen.
Nu was het weer aan de oudste. Die vond het blijkbaar welletjes dat
zijn komisch broertje alle aandacht naar zich toe trok. Het was tijd
dat de pikorde werd hersteld. Want als het op stommiteiten aankomt dan
komt hem en hem alleen het recht toe de kroon te spannen. Filip van
België heeft gesproken. Amen.
Het evangelie volgens Filip:
"Ik eis dat u eerbied betuigt voor mijn functie en ontzag en respect
toont voor dit huis. Anders kan het niet dat u hier aanwezig bent. Als
u op dezelfde manier blijft berichten, bent u niet langer welkom."
(Bron: De Standaard)
"U moet ontzag en respect voor mij hebben, want ik ben de volgende koning" (Bron: Het Laatste Nieuws)
Filip
waant zich blijkbaar nog in het ancien regime. Iemand moet de kerel bij
de tijd brengen, en snel. Wat had onze kroonsprins nu verwacht ? Dat de
heren Desmet en Van Den Driessche na zijn misprijzende woorden het
paleis achterwaarts zouden verlaten, het hoofd ter hoogte van de knieën
? Het is de prins die fluitend achteruitholt, het zelfgegraven zwarte
gat tegemoet. Yves en Pol, die lusten er wel pap van. Prachtig
materiaal voor hun gazet en gieren op de redactie. Geef onze kroonprins
nooit een geweer cadeau want hij schiet zich dezelfde dag nog in de
voet.
Albert II is nu 72. Zijn broer Boudewijn overleed toen
hij 62 was. Wat als -behoed ons voor dit onheil- onze koning morgen de
pijp aan Maarten zou geven ... en de scepter aan Filip ! Dit land barst
vandaag al bijna van de spanningen. Nu is hij nog flaterprins, straks
flaterkoning ? Kan België zich wel een flaterkoning veroorloven ?
Persoonlijke boodschap aan het ministerie van alternatieven:"Blesse mon coeur d'une langueur monotone !"
Moet
je horen wat er nu weer gebeurd is in de wereld ! Hijgend kom ik de
kamer binnen, met in mijn trillende rechterhand een stijf bevroren
krant. Twee paar ogen staren mijn richting uit, in afwachting van
schokkend wereldnieuws. "t Is Peter Van Asbroeck !". "Oh nee, niet
Peter ! ", galmt de schreeuw uit twee monden tegelijk. En dan : "Zeg
dat het niet waar is !" Waarop ik: "Helaas, het is wel waar. Werner
moet verdwijnen. Thuis zal nooit meer hetzelfde zijn." Wat een domper
op het ontbijtjolijt. Mijn schuld. Tegengif, snel ! "Wat een opluchting
zeg", opper ik, "het heeft ruim een uur in beslag genomen, maar ze
hebben hem terug gevonden. Hij lag te slapen in de kleedkamer." Op slag
verdwijnt de ochtenddepressie. Met z'n drieën dansen wij de polonaise
rond de keukentafel. Tchi-té, klap klap, olé. Tchi-té, klap klap, olé.
Tchi-té .... Even later zitten we bij de koffie uit te hijgen. Een
uitgelezen moment voor een pakkende culturele kop, proef ik en ik
serveer: De zomer kleurt Japans ! Kijk hier, Dior ! Een driewerf
"banzai" echoot door het huis. Wat zijn wij blij geïnformeerd.
De
keizer draagt geen kleren. Dit nieuws heeft niets om het lijf. En toch,
ik las het op de voorpagina van het Nieuwsblad. Waarom er zoveel
banaliteit de eerste bladzij haalt ? Mijn gok: Omdat de redactie van
het Nieuwsblad meent dat de Vlaming snakt naar flut. Dat het lijden van
de grijzende Werner hem meer interesseert dan de uitslag van de
Servische parlementsverkiezingen. Die werden trouwens gewonnen door een
uiterst rechtse nationalistische partij, een club met ene Seselj in
haar midden, een kerel die eigenlijk in Den Haag terecht zou moeten
staan voor misdaden tegen de menselijkheid. Dat kan ik ook wel lezen in
diezelfde krant, maar dan wel op pagina 16. Nogal logisch als je ook
kan uitpakken met een priapistische leguaan. Een reptiel met een
permanente erectie verdient zijn stek op pagina 5. Zou het beest
misschien aan het blauwe pilletje gezeten hebben ? U weet wel, het
snoepje van Pfizer, dat bedrijf dat het, spijts een winst van 9 miljard
dollar in het laatste kwartaal van 2006, toch nodig vindt om 10000
werknemers te ontslaan. 'Snijden voor de kwaal !', het nieuwste credo
van het moderne personeelsbeleid. Dit massaontslag verbleekt natuurlijk
bij de paal van een reptiel. Pfizers voornemen kreeg een plekje op
pagina 26.
Geen woord over die rare kwiet die nog steeds het
Witte Huis bewoont. Die moet vannacht nochtans gaan speechen. Ik heb
het over de jaarlijkse "State of the union" waarin de president van de
Verenigde Staten zijn plannen voor het volgende jaar uit de doeken
doet. Maar ja, wat heeft zo'n president uit een ver land nou aan
invloed op mijn leven ... Het personeelsbeleid van 'Thuis', kijk, daar
heb je nog wat aan in het dagelijkse leven. Wat Pfizer uitspookt, dat
zal ons worst wezen.
Wie Bush wil zien kijkt vannacht naar de
Duitse zender ARD. Het rechtstreekse verslag van de 'State of the
union' begint er om kwart voor drie. En wie wat moois wil zien, die
kijkt naar boven vannacht. Naar een maanloze hemel vol sterrengefonkel.
Probeer het eens. Het kost je niets.
Ja, zo is Hein, hij loopt op kousenvoeten, - wijl wij op lemen door het leven moeten - geruisloos door de gang. Geen bombardon, geen Turkse trom, hij zweeft. Wie leeft is bang voor Hein.
Want magere Hein kent geen pardon en heeft een broertje dood aan flemen. Als hij een leven weg wil nemen dan maait hij, ook al laait het nog zo fel, Hein ontvoert ons naar de hel, waar de vlammen ons verteren, geen graag geziene reisgezel, maar inspireren doet hij wel.
Velen voelen zich geroepen een eersteling te zijn in de states. Hillary de eerste vrouw in het Witte Huis. Barack Obama de eerste kleurling. Bill Richardson, gouverneur van New Mexico, de eerste president van Latijns-Amerikaanse afkomst. Het zou mooi wezen, het zou eens wat anders wezen. Wat ik verwacht ? De volgende president van de Verenigde Staten wordt opnieuw een man. Een witte, oude man met schone Amerikaanse roots.
Veertien miljard. Zoveel dollars zag 'Big oil' door de neus geboord.
Gedurende vele jaren profiteerde de Amerikaanse olie-industrie van
subsidies voor het winnen van olie op zee. Bovendien genoot ze van een
bijzonder voordelig belastingsregime. Genoeg gefeest, meende het Huis
van Afgevaardigden. Met 264 stemmen tegen 163 schafte het de
gunstmaatregelen af. Bij die 264 ook een hele resem Republikeinen. Ook
zij hadden hun buik vol van het jarenlange vetmesten van de
'oliegarchen.' De hoge olieprijzen van de laatste jaren hebben de
Petroleumbedrijven enorme winsten opgebracht. Zij kunnen het best
stellen zonder steun van de Amerikaanse overheid. Eén en ander levert
dus veertien miljard dollar op, veertien miljard die zal besteed worden
aan projecten op het gebied van alternatieve energie en
energiebesparing. Die veertien met negen nullen, dat lijkt een
gigantisch bedrag. Niet alleen in uw ogen trouwens, ook ik zou even
duizelen mocht ik ze morgen op mijn zichtrekening gestort zien.
Minstens een minuutje. Wie deze stapel geld echter naast enkele andere
'Amerikaanse' stapels legt, kan zo de lilliputter van de Gullivers
scheiden. Aan de oorlog in Irak -met een flinke schep sarcasme ook een
energiemaatregel te noemen- hangt tot nu toe een prijskaartje van zo'n
slordige 300 miljard dollar. Die stapel dollars reikt dus twintig maal
hoger. En het budget van de VS voor het jaar 2006 bedroeg, schrik niet,
2700 miljard dollar, dat is bijna 200 keer zoveel dan die miezerige
veertien miljard die nu beschikbaar komt voor het oplossen van het
energievraagstuk. Je kan je met recht de vraag stellen of het de heren
politici wel menens is. De kwestie 'energie' wordt duidelijk nog steeds
niet als een crisis ervaren. Het eureka-potje voor energie zal dra
veertien miljard dollar bevatten, het voederbakje van het Amerikaanse
huisdier wordt jaarlijks met vijftien miljard dollar gespijsd. Men
trekke zelf zijn conclusies.
Ik zag ze in de etalage, net achttien jaar, een Dolly Doll. Het werd een vurige vrijage, ze bracht mijn holle hoofd op hol. Ik kocht haar ringen bij de vleet, ik gaf mijn hart en ziel cadeau, ik vond haar toen om in te bijten. Maar met de jaren kwam het leed, bleek haar liefde enkel show, en dra ontsproten de verwijten.
Ik haat die hoer, die trut, die tang, die, pretentieuze sloer, er komt een dag dan draai ik haar een loer, ze drijft me tot dat zij zal drijven.
Eerst dacht ik nog 't zal wel betijen, een kwade bui, het komt wel goed. Ik slikte al haar pesterijen, ik dronk een wijntje, zij mijn bloed. Ze vond mijn grapjes flauwekul, ze wou me niet bij haar in bed, ik was een loser, stonk naar lijken. Ze vond mijn fluit een slappe lul, ze speelde liever schuiftrompet, en daar stond ik dan bij te kijken.
Ik haat die hoer, die trut, die tang, die, pretentieuze sloer, er komt een dag dan draai ik haar een loer, ze drijft me tot dat zij zal drijven.
't Was op een vrijdag tegen vieren, ik kwam die dag wat vroeger thuis. 'k Zag haar een blaaskwartet plezieren, twee paar trombones voor één muis. De heren blaakten van berouw, gauw naar de kindjes en de vrouw, de mijne vluchtte naar de keuken. Ik zocht mezelf een bijl en touw, terwijl ik sprak: "Ik hield van jou", sloeg ik haar lustig in de kreuken.
Ik haat die hoer, die trut, die tang, die, pretentieuze sloer, er komt een dag dan draai ik haar een loer, ze drijft me tot dat zij zal drijven.
Ik ben mijn wilde haren kwijt, 't werd tijd want hier en daar al bij mijn slapen, werden grijze pijlen wakker, Alex senior, arme stakker, je bent je pluimen aan 't verliezen, vandaag ben jij nog wel te pruimen, maar de rappe tijd zijn tand, heeft je tamheid in de smiezen. Nu nog houdt hij het bij teasen, lijkt er weinig aan de hand, doch dra lig jij op apegapen want in jouw loper holt het zand.
Vlaanderen heeft genoeg problemen: De uitdagingen van een
globaliserende economie, de vergrijzing van haar bevolking, het
dichtslibben van haar verkeersaders, de overbemesting die haar
drinkwatervoorraden verontreinigt met nitraten, tot in het grondwater.
Zorgen te over. Dat we geen hoge ogen gooien op olympische spelen, dat
daarentegen zal mij worst wezen, een niet onaanzienlijk overdrachtelijk
offer voor een vleesverzaker als ik. Worst, want wat hebben wij
Vlamingen aan gouden plakken ? Een kort moment van gedeelde glorie ?
Een traantje wegpinken om die jongen, dat meisje, van bij 'ons',dat
daar op het hoogste schavotje staat. 't Is al zo nep als kunsttieten.
Sportprestaties zijn geen collectieve verdienste. Wat we per definitie
wel met elkaar maken, dat is onze gemeenschap, wat we voor mekaar over
hebben, hoe we de zwakkeren onder ons behandelen, wat we doen met onze
troeven, welke erfenis we doorgeven aan toekomstige generaties. In het
kader van dat laatste past ook de zorg voor de fysieke conditie van
onze kinderen. Alle lof dus voor onze Vlaamse minister van Sport als
hij onze jeugd meer wil laten bewegen. Alleen, topsport heeft daar niks
mee te maken. Topsport schaadt de gezondheid. Topsport ruikt naar
dokterskabinetten. Topsport is entertainment. Hangen voor je
plasmascherm, biertje, zoute nootjes, dat is topsport, excellentie. Of
wij Vlamingen meer gaan sporten als we meer vedetten hebben, dat
betwijfel ik ten zeerste. Verschuivingen zie ik wel gebeuren. Justine
en Kim zuigen de kinderen naar de gemalen baksteen ... weg van het
malse gras, veronderstel ik dan. Mensen die sporten doen dat met name
omdat ze er goed willen uitzien en/of omdat ze menen dat hun gezondheid
daar wel zal bij varen. Met geen van beide motieven heb ik enig
probleem en ik twijfel ook geen moment aan het heilzame effect van
bewegen, zolang de sportieveling zich maar niet gaat spiegelen aan onze
topsporters. Want daar komen geheid vodden van, windsels, gipsverbanden
en korsetten. Of de overambitieuze atleet grijpt naar de pillen. Niet
de toekomst die ik onze jeugd toewens ! Onze kinderen hoeven niet te
sporten. Bewegen, dat moeten ze. Op school, thuis, onderweg tussen die
twee. Zorg dat de kinderen weer veilig met de fiets naar school kunnen,
en liefst niet pedalerend door een cocktail van uitlaatgassen. Leer ze
fruit eten en groenten. Zie erop toe dat ze buiten kunnen ravotten met
hun kameraden, dat hoeft geen olympische discipline te zijn, plezier
maken, dat telt. En als ze daarna nog willen sporten, laat ze kiezen.
Als lange Els wil voetballen, dat ze voetbalt. Als korte Piet wil
hoogspringen, dat hij springt, lol maken, dat is de boodschap. Want wie
iets plezant vindt neigt ernaar dat te blijven doen. Vlaanderen heeft
geen nood aan sportidolen. Als die hun BV-schap weten te verzilveren
verkast de helft van hen sowieso naar Monaco. Gelukkige gezichten, die
hebben we nodig hier, het goud voor glimlachen, daar teken ik voor.
Deze blog werd gekraakt door actiegroep 'Ban de Betweters'
Waarom ?
Om een dam op te werpen tegen de ongebreidelde wildgroei van kankerblogs. Om een virtuele taart te gooien in het stomverbaasde gezicht van pompeuze criticasters. Om de omhooggevallen hoog-van-de-toren-blazer op zijn pik te trappen zodat hij verschrompelt tot zijn minuscule ware proporties: Een nitwit gespeend van ieder bewijs van bekwaamheid. Een leeghoofd met een internet-verbinding.
Daarom dus !
Steun ons in onze kruistocht tegen de terreur van het gelijk. Wij brachten hem de eerste slag toe. Aan u om het werk af te maken. Bevrijd u van betweters als ALEX OHM ! Verlaat dit blogje ! Keer nooit weder ! Laat het stigma van de onbekekenheid hem een gesel wezen. Torpedeer zijn ranking ! Taart hem ! Steun ons !
actiegroep 'Ban de Betweters' Wij weten van niks en daar zijn wij trots op !
"O
wat zijn die Belgen duur." Ze klagen steen en been, onze noorderburen.
Dat verdomde wegenvignet dat ons land wil invoeren, het zint hen niet.
Alle begrip voor hun standpunt. Slechts een enkeling houdt van betalen.
Toch vind ik hun reactie enigszins overdreven. Vooreerst, het
wegenvignet is niet bedoeld als een partijtje 'kaaskop pesten'. Iedere
gebruiker van ons wegennet, Duitser, Fransman, Brit, zal in de toekomst
dit vignet moeten aankopen. Onze regering heeft zich voorgenomen de
kosten van dit vignet voor haar burgers te compenseren door de
verkeersbelasting te verlagen. Wat let de Nederlandse regering
hetzelfde te doen ? Niets toch. Niemand verbiedt trouwens de
Nederlandse overheid op zijn beurt een wegenvignet te introduceren.
Tuurlijk, je kan je de vraag stellen of al die wegenvignetten niet
ingaan tegen het ideaal van een verenigd Europa. Misschien ware het
beter geweest had de EU zich over de kwestie gebogen. Men had de
verkeersstromen binnen Europa kunnen analyseren. Op basis van deze
analyse had men landen met veel transitverkeer, lees veel last, extra
geld kunnen toeschuiven. Dat ware éénvoudiger geweest voor de
automobilist. Dezelfde redenering zou je echter eveneens kunnen
aanhouden voor Frankrijk, dat toch al jaren tol heft op zijn
autosnelwegen. Geen hetze echter tegen Frankrijk. Enkel België moet het
ontgelden. Wat mij sterkt in de overtuiging dat onze noorderburen
gewoon even moeten wennen aan het idee dat België niet langer het
goedkope luilekkerlandje zal zijn. Dit belette enkelen van hen
overigens niet om eens grondig hun gal te spuwen over onze nationale
driekleur. Het Nederlandse dagblad 'De Telegraaf' stak hen hierbij een
handje toe via de actie "Boycot die Belgen". Het blad raadde de lezer
aan België voortaan te mijden. Ik ga mij hier niet uitlaten over de
gepastheid van dit soort acties. Wie wil weten wat hun lezers denken
kan terecht op het internetforum van de krant. Ik zou echter geen Alex
wezen mocht ik u volgende bijzonder amusante bijdragen van enkele
verhitte noorderburen onthouden.
We
kunnen de domme Belgen wel terug pakken. Zij willen medewerking mbt de
Oosterschelde (uitdiepen tbv Antwerpen) en de oude spoorlijn naar
Duitsland willen de Belgen graag in ere hersteld hebben. Dus; wat let
ons!.
Platbombarderen dat godsverlaten failliete teringland! Zo
snel mogelijk een vernietigende oorlog met de belgen! Nederlanders
verenigt U! Ondanks al die oosteuropese staten in de EU is Belgie nog
steeds het meest corrupte land binnen de EU. Klotenwegen waar NOOIT
iets aan wordt gedaan en dan ook nog 60 euries dokken om je leven te
wagen. Opzouten en affikken tot aan hun schoenveters!
Pure
discriminatie van de Nederlandse buren. Wij zijn de enige die er door
getroffen worden. Ik ben zelfstandig ondernemer en overweeg mijn
prijzen voor belgische klanten fors te verhogen. oog om oog, tand om
tand!
Annexeren die hap en dat Frans sprekende deel geven we aan de Duisters, Luxemburgers en de Fransen....