De bekende ex-voetballer
Youri Mulder (FC Twente, Schalke 04), zoon van de even bekende ex-voetballer
(Ajax, Anderlecht), excellent schrijver en sidekicker
Jan Mulder, vertelt over zijn favoriete voorleesverhaal. Het is het verhaal van
de kleine mol die wil weten wie er op zijn kop heeft gepoept. Oorspronkelijk geschreven
in het Duits onder de titel Vom kleinen
Maulwurf, der wissen wollte, wer ihm auf dem Kopf gemacht hat (1989). De
Engelse versie van 1994 verraadt nog meer de humoristische lading: The Story of the Litlle Mole who knew it was
None of his Business. Ik laat nog even een fragmentje zien:
Heb jij op mijn kop gepoept? vroeg de kleine mol aan
de koe.
Ik nee, hoezo? Ik doe dat zó! antwoordde de koe.
(En ffflatsss, daar kledderde een grote bruingroene
koeienvla naast de kleine mol in het gras. Hij was blij dat hij die niet op
zijn kop had gekregen.)
Van dit stukje fraaie tekst
staat een alinea verder naar beneden de (Zuid)Afrikaanse vertaling van 2002. Die
is overgenomen uit een boekje dat ik tijdens een werkbezoek aldaar van een
bevriende collega kreeg. Het toont voor de zoveelste keer aan hoe prachtig,
beeldend en grappig tegelijk het Afrikaans zich leent voor een kinderboek (en
vanzelfsprekend niet alleen daarvoor).
Het jy op my kop gedinges? vra hy vir die koei wat
besig is om te herkou.
Ek? Nee, nog nooit. Myne lyk só! antwoord die koei.
(En-sjloep-sjlap-plerts daar n groot bruingroen
pannekoek vlak langs die molletjie in die gras neer. Sjoe! Was hy bly dat was
toe nie die koei wat op sy kop gedinges het nie!)
Het meest getroffen ben ik
door het woord gedinges. In plaats van het alles verklarende Nederlandse
gepoept geeft de Afrikaanse bewerking de voorkeur aan een versluierend
gedinges. Om het raadsel op te lossen moet je het hele verhaal lezen. De
kleine mol wil precies weten wie er op zijn kop je weet wel, eh
dinges, gedinges heeft.
Eh
dinges is trouwens een staande uitdrukking uit de koker van
Marten Toonder. Deze heeft het als stopwoord meegegeven aan de fameuze
kunstschilder Terpen Tijn toen deze een portret van Heer Ollie B. Bommel
schilderde dat, toen het klaar was, bij
de afgebeelde niet bijzonder in de smaak viel.
De moraal van dit verhaal?
Geen, behalve de opvatting mijnerzijds dat je de waarde van voorlezen niet
genoeg kunt beklemtonen. Dat vindt Yoeri Mulder ook. En niet alleen tijdens de
Nationale Voorleesdagen of de Boekenweek.
Bron: Werner Holzwarth/Wolf
Erlbruch: Die storie van die molletjie wat wou weet wie op sy kop gedinges het.
(Kaapstad: Human & Rousseau, 2002)

|