Natuurlijk weet ik nog wat
mijn eerste leesboekje was. Hoe het heette, van wie ik het kreeg, wanneer, bij
welke gelegenheid en wat ik ervan vond. Voordat ik u dat met alle respect aan
uw neus ga hangen, moet ik zeggen dat ik, voor zover mijn geheugen reikt,
altijd tussen boeken heb geleefd. En ook al kon ik nog niet lezen, ik herinner
mij de klimpartijen in de boekenkast van mijn vader naar de tweede en derde
plank waar de plaatjesboeken lagen. De kunstboeken met onbekende Duitse grootheden
als Liebermann en Klimt, de boeken over de landen en volkeren van dit aardrijk
(in zes delen bij elkaar geschreven en van plaatjes voorzien door een zekere
J.A Hammerson) en natuurlijk de talrijke geschiedenisboeken, zoals daar was het
tweedelig Huiselijk en Maatschappelijk Leven
onzer Voorouders, door de hooggeleerde H. Brugmans en in 1915 bij Elsevier
te Amsterdam uitgegeven. 1915! en tot op heden nauwelijks verouderd! (Maar dat
kan natuurlijk ook aan het onderwerp liggen.)
Maar laat ik mij terugbegeven
naar de oorspronkelijke vraag en geen zijpaden bewandelen. Mijn eerste boek
heette: Het avontuur van de wonderkippen
en den bozen houthakker. De schrijver was een zekere K.B. Kok. Het boekje
kwam van Bruna uit Utrecht. In welk jaar kan ik u niet meer zeggen omdat wij de
harde voorkaft en enkele begeleidende eerste (titel)bladzijden zijn
kwijtgeraakt. Het boek handelde over vier kippen, te weten Mie, Rie, Pie en
Sophie (uit te spreken als Sop-hie) die slim voorkómen dat een boze buurman hen
met een hakbijl een verder leven onmogelijk maakt. De beschrijving van de
kippen vond ik zeer amusant. Die van de buurman met zijn hakbijltje minder.
Mijn uitgesproken favoriet
uit mijn eerste leesjaren was echter zonder enige twijfel de geschiedenis van Bolke de Beer. Geschreven door A.D.
Hildebrand. Door het grote succes onder meer gevolgd door Bolke de Beer en Dorus Das en De
zoon van Bolke de Beer. Ik heb het niet goed bijgehouden, maar ik denk dat
het boekje Bolke en zijn
betachteroverkleinzoon Bolletje nu aan zijn 23ste druk toe is.
Hoe heb ik niet genoten van Bolke, woonachtig op de Veluwe, die zijn berenzusje
ontvoert uit het circus dat toevallig Apeldoorn aandoet! En dan het meereizen
met Bolke naar De Harz waar volgens iemand van de krant nog echte beren in het
wild leefden! Hoe spannend was daar de eerste ontmoeting van Bolke met Katja,
zijn latere eega!
Bijna al mijn kinder- en
jeugdboeken heb ik bewaard. Misschien vindt u het kinderachtig, maar ik mag er
graag in bladeren en weer eens een paar bladzijden lezen. En dan maar denken
wat je dacht toen je het boek voor de eerste keer las.
Heeft het papieren
(kinder)boek nog toekomst? Of zijn we binnenkort allemaal behalve aan de
smartphone en de i-pad overgeleverd aan het e-book en de e-reader? Voor mij
haalt niets het bij het papieren boek met de lekker ruikende drukinktletters en
de prachtige kleurenplaten.
Maar het gaat natuurlijk
vooral om de inhoud. Die moet kloppen: spannend, ontroerend, ontregelend,
interessant, leerzaam, opbeurend, wat u maar wilt, zijn. Dat geldt ook voor
kinderboeken. Dat geldt vóóral voor kinderboeken. Want met lezen kun je niet
vroeg genoeg beginnen.

|