Om maar meteen met de deur in
huis te vallen: dit wordt mijn 100ste blogje. In februari 2009, ruim
twee jaar geleden dus, postte ik mijn eerste tekst naar bloggen.be. Het heette toepasselijk Welkom met een groet. Het kon
geen kwaad, vond ik, om de eventuele lezers(essen) voordat zij overgaan tot het
lezen van een verhaaltje even welkom te heten en te groeten. (Ik heb het al die
jaren maar laten staan.)
Hoewel ik geen liefhebber ben
van veel en tamelijk nutteloze informatie, geef ik u even de statistieken van de
afgelopen blogperiode. Tussen 6-2-2009 en vandaag 29-04-2011 heb ik dus 99 weblogjes
geschreven met in totaal 43.552 woorden. Een gemiddeld verhaaltje omvat derhalve 440 woorden, met een maximum
van 667 en een minimum van 89. Als u vindt dat de verhaaltjes voor een weblog
aan de lange kant zijn, en wanneer ik vind dat het nogal meevalt, hebben wij
beiden gelijk. Ik had u ook nog even enkele andere statistische grootheden
willen meegeven zoals de variantie en de standaard-meetfout, maar daar zit
niemand op te wachten.
Natuurlijk zijn deze gegevens
behalve tamelijk nutteloos ook weinig interessant. Andere vragen zijn veel meer
de moeite waard. Zoals: hoeveel mensen lezen nou zoiets? Wat vinden zij ervan?
Dát is pas interessant. Maar zoals bij zoveel onderzoek wordt de vraag wel
gesteld, maar niet beantwoord. Dat is blijkbaar te moeilijk en te ingewikkeld.
Laat ik tenslotte ook hier
maar weer een letterlijk dubbelzinnig antwoord geven. In de eerste plaats doet
het er niet zoveel toe hoeveel mensen genieten van een internetverhaaltje.
Misschien zijn het er maar een paar, so
what? En verder ben ik van mening dat geen enkele schrijver moet proberen
het iedereen naar de zin te maken. Iedere vogel moet zingen zoals hij gebekt
is. Een nachtegaal jubelt, een koekoek koekoekt en een kraai krast. Die zou je
in het uiterste geval de nek kunnen omdraaien. Maar u weet, ik kan nog geen
vlieg kwaad doen, laat staan een kraai. En zeker niet bij mijn jubileum.
|