Je ziet er oud uit. Ze zei zo van die zoete dingen. Je ziet er oud uit
en je draagt de verkeerde kleren. Een man moet wat verduren. Zo werd
hij ooit een man. Door de vonnissen die over hem werden uitgesproken
lijdzaam te aanvaarden. Echte mannen gaan nooit in beroep. Ze
aanvaarden hun straf.
Berouw is geen schande. Hij die zich
door haar gevonnist ziet hoeft zich om niets te schamen. Zijn
onvolkomenheden zijn slechts speling der natuur. Kan hij het helpen dat
hem geen winnend lot werd toebedeeld ... Neen, dat kan hij zeker niet.
Hij betaalde en verloor, eervol. Maar verloor, en dat kan kwetsen.
Mannen bloeden meer dan vrouwen. Omdat zij zich aan alles stoten. In hun hoekige hoedanigheid. Ze steigeren en bokken.
De ruin die zich hengst waant. De hengst die zich ridder waant. Ridder aan de ronde tafel. Brood vergeten, schoenen vuil. Hij snijdt kaas met een kromzwaard, morst zijn koffie, kruimelt de vloer onder, zegt drie woorden, laat vier winden en trekt zich terug op het toilet, in harnas.
Alsof het mij wat kan schelen dat kernafval nog gedurende millennia de
pannen van het dak straalt. Over hooguit zestig jaar ben ik de pijp uit
en ik weet niet hoe u daarover denkt maar wat mij betreft : après moi
le déluge.
Stop het in de Vlaamse klei, zand erover, en ik ben blij. En geef mij stroom. Geef mij stroom Nee geen waterloop natuurlijk, maar elektronenstoom ...
Hoewel ! Met enkele vragen blijft een mens toch zitten. Bijvoorbeeld ...
Als
kernstroom werkelijk zo goedkoop is als vaak wordt beweerd, waarom
merkt de Belgische consument daar dan zo weinig van ? Ons
kernreactorrijke landje zou nochtans spotgoedkope stroom moeten kunnen
leveren vergeleken bij het reactorarme Nederland. Wanneer sprong u
laatst een gat in de lucht van plezier bij het ontvangen van uw factuur
? Ergo: Waar gaat al die winst naartoe ?
Wie betaalt de
rekening als de boel ontploft ? Doet u mij een pleziertje. Haal uw
atlas van onder het stof vandaan en sla hem open op de kaart van
België. Lokaliseer Doel en trek daar een cirkeltje omheen. Laat ons
zeggen, ééntje met een straal van twintig kilometer, overeenkomstig de
schaal, vanzelfsprekend. Is dat even schrikken, niet ? Enig idee wat
het ons landje zou kosten als Antwerpen onbewoonbaar werd verklaard ? U
zegt: "Onze centrales zijn veel veiliger dan die van Tchernobyl, voor
ongelukken hoeven we hier niet te vrezen". Ik zeg: "We hebben geen
ongelukken nodig. Terrorisme weet u wel. Ik acht de kans uiterst gering
maar zelfs een Alex kan zich vergissen."
Zal de grondstof
uranium ons werkelijk zoveel minder afhankelijk maken van de boze
buitenwereld ? Het land met de grootste uraniumreserves in onze
contreien is Kazachstan, een land met een leider die in 2005 nog met 91
procent van de stemmen verkozen werd. U begrijpt wat ik bedoel. Niet
bepaald een betrouwbare leverancier, me dunkt. Toegegeven, er zijn nog
andere landen met grote uraniumreserves:Australie, Canada, Zuid-Afrika,
Namibie, Brazilië, op het eerste zicht betrouwbare handelspartners.
Heel anders dan de olieproducerende landen van het midden-oosten. Maar,
wat is hier oorzaak, wat gevolg ? Zijn de landen in het midden-oosten
onbetrouwbare leveranciers omdat er vaak gevochten wordt ? Zou het niet
eerder zo zijn dat deze regio onstabiel is net vanwege zijn grote
olievoorraden ? Hoe zal het de nu nog in kalm vaarwater vertoevende
uraniumrijke landen vergaan wanneer de vraag naar uranium sterk zou
stijgen ? Hoe zou een land als Namibië dan evolueren ? En zouden landen
als Canada en Australië er niet toe neigen hun reserves voor zichzelf
te bewaren ? Wat gebeurt er met de prijs van uranium als groeilanden
als China, India en Brazilië massaal kerncentrales gaan bouwen ?
Vergeet nooit: het aanbod van uranium wordt niet bepaald door de
reserves in de aardbodem, wel door de snelheid waarmee men het erts
ontgint. Blijft uranium in de toekomst wel de 'relatief' goedkope
energiebron die het nu is ? Immers, de prijs heeft dan nog weinig
vandoen met de productiekost, de prijs wordt bepaald door vraag en
aanbod, door wat de gek ervoor wil geven. En aan gekken geen gebrek, zo
lijkt het.
Leg u neder naast mij, leegheid, onrust, woelwater, ongenoegen, droefnis. U wordt verlof verleend. Zoals gij mij van u vervulde . . . Een wijl verpozen komt u toe. Wat zou u zeggen van een reis, naar Honoloeloe, Timboektoe ? of een ander paradijs ? Draal niet langer, ik betaal ! Of blijft gij liever dicht bij mij ? Wat vreest ge ? Die loopt in zijn geluk ?
Buiten woei de wind, de warme wind, recht vanuit het zuiden. Binnen
woei een westenwind. Een walm van Californische appelbloesem werd de
kamer ingeblazen. Zo gaat dat als Steve Jobs flatuleert. Als hippe
Steve gebakken lucht presenteert, dan perst de internationale pers zich
tussen een meute opgefokte apple-fanaten om zich in een stampvolle aula
over te geven aan een vunzig potje kwijlen. Ook de tv kwijlt lustig
mee. Zelfs de zogezegd serieuze journalisten van de VRT konden het
saliveren niet laten. Apple haalde het journaal. Net wat Jobs bereiken
wou: voluit media exposure, gratis en voor niks. En waar hadden wij
kijkers dit aan te danken ? Een mp3-speler waarmee je kan bellen, men
zegge het voort, men zegge het voort. Iphone is geboren, rent allen
naar de winkel, consumenten. Of beter, wacht nog even, want hier in
Europa zal je het kleinood pas eind dit jaar kunnen aanschaffen. Sinds
wanneer is het VRT-journaal verworden tot een ordinair reclameblok ?
Sinds wanneer behoort het tot de taken van de VRT om mee te werken aan
het creëren van een hype omtrent een product dat nog niet eens op de
markt is ? Puike job van Jobs, klunzenwerk van het journaal. Wat als er
morgen een concurrent telefoonbouwer naar de nieuwsredactie belt ?
Goeiemorgen, Martine, hier Lasse Viren, hoofd marketing van Nokia.
Nokia lanceert vandaag haar nieuwste modelletje gsm met mp3-speler, zou
u even willen langskomen voor een item in het journaal ? Alvast bedankt
...En daarna Motorola ... Hoe zou Martine Tanghe daar dan onderuit
komen ? Nee, meneer, uw producten zijn niet vernieuwend genoeg ? Wat is
er in hemelsnaam zo vernieuwend aan een mp3-speler waarmee je kan
telefoneren ? Dat er geen knoppen zitten aan dat ding ? 't Is echt niet
zo dat je er kan tegen praten, hoor. Dat zou pas revolutionair wezen.
Nee, dit stuk informatietechnologie laat zich bedienen middels een
touchscreen. Nou en ? Mijn bank gebruikt al jaren touchscreens in zijn
geldautomaten. De Iphone is niets meer dan een bundeling van bestaande
technologieën. Akkoord, het ding ziet er blits uit, zoals de meeste
producten van Apple. Apple grossiert in blits en cool. Zij beseffen als
geen ander dat het er niet om gaat vernieuwend te wezen. Vernieuwend
lijken, dat is wat werkt. Innoveren doe je aan de buitenkant. Met
fluo-kleurtjes bijvoorbeeld. Neen, dank u, mister Jobs. U mag uw
onrijpe appels houden. Ik kijk verder dan het vernis. En bovendien, ik
eet mijn fruit liever onbespoten.
Waar ik nooit een touw aan vast kon knopen, knopen.
Gooi twee touwtjes bij mekaar, in een kast of in een schuurtje, geef het koppeltje een uurtje, ze knopen lieflijk in elkaar.
En dan mag jij de boel ontwarren, met je engelengeduld, maar hoe je friemelt, hoe je frult, de knot frustreert je, blijft je sarren.
Zij zijn het kluwen jij de klos, jij het spuwen, zij de gal, want zo'n Gordiaans geval, dat laat nooit of nimmer los.
Waar ik nooit een touw aan vast kon knopen, knopen.
Ga je mokken, ga je bokken, ga je dreigen met de schaar, woel je wrokkig door je lokken, spin je nesten in je haar.
En die nesten die gaan broeien, weven webben in je hoofd, gaan je levenslust vermoeien, tot je vreugdevuurtje dooft.
Je raakt verstrikt in eigen strikken, loopt de ganse dag te rouwen, door de flauwste speldeprikken, hang jij knock-out in de touwen.
Dan vaart je leven in het slop, een zinkend schip aan zero knopen, even langs de winkel lopen om een reddingskoord te kopen, een balk, een kruk, een drop, en je bungelt aan de strop.
Waar ik nooit een touw aan vast kon knopen, knopen.
Mijn blog heeft zich in een veel te nauwe vaargeul vastgevaren. Mijn
blog zit in het slop. Vaste lezers van weleer mijden heden mijn blogje.
Zij die nog wel langskomen, laten niets meer van zich horen. De
gevolgen lieten niet lang op zich wachten. Na een kortstondig reveil
zie ik mezelf weer crashen in de rankings. En, verdomme, ik weet
waarom. ' t Is mijn eigen stupide schuld. Hoe kwam ik er ook toe mijn
lezers voor seksmaniakken te verslijten ... Zelfs een
eerstejaarsstudent communicatiemanagement met een alcoholpromillage van
3 , zeg maar een doorsnee eerste kanner zonder cursusvulling, had het
mij kunnen vertellen: Zoiets doe je niet, Alex, daar komen
misverstanden van. De mensen gaan zich van je afkeren. Ze gaan zich
beledigd voelen door jouw suggestieve verzen. Ze gaan uw sofistische
truukje doorprikken. Of dacht jij nu echt dat ze daar zouden intrappen,
in uw, "allemaal behalve gij", dat ze stuk voor stuk zouden redeneren:
Ach, hij heeft het over de anderen. Je had je dommer leesvee moeten
uitzoeken, Alex. Ze zullen zich geaffronteerd voelen, tot in hun kruis
beledigd. Voor mijn populariteit zou ik er wellicht beter aan doen,
mijn blogjes te schrijven onder het wakend oog van horden
alcoholgeïntoxiceerde eerstejaars communicatiemanagementstudenten,
daarvan ben ik mij inmiddels pijnlijk bewust. En daarom wacht ik met
ongeduld op de dag waarop Tante Kaat mij kan vertellen hoe ik, gewapend
met enkel een vochtig doekje, braaksel kan verwijderen uit het
inwendige van een schootcomputer. Tot die dag ben ik gedoemd tot
occasioneel uitschuiven, zal ik naarstig de putten dempen die ik zelf
heb gegraven om dit inktspuwende kalf van de verzinkingsdood te redden.
Aanschouw hoe ik voor u door de knieën ga, mij aan uw genade overlever,
mij blootstel aan uw venijnigste oprispingen bitter gal .
Waarlijk,
ik bedoelde het op de allerliefste manier. U zijt geen pure
seksmaniakken, geen van u allen, behalve u dan, maar dat hindert niet,
want het staat u geweldig. Seksmaniak of niet, gelukkig zijn, daar gaat
het om.
Ik las het vandaag nog in de krant: Er zijn
vele wegen naar het geluk. Van 'geven om de natuur' word je gelukkig,
alsook van praten met de buren, van bidden, tuinieren, wandelen en
slapen. En van goede seks ! Nu heb ik makkelijk praten. Niet
iedereen heeft het getroffen zoals ik, ik die mijn nachten doorbreng
met slaapwandelen in de tuin van de buren, seizoensgebonden werktuig in
de hand , onderwijl rozenkransjes biddend voor het herstel van de
ozonlaag zodat ik overdag ruim de tijd heb voor een praatje met de
buurman. Misschien hebt u niet eens buren, of een tuin, misschien bent
u wel allergisch voor natuur, hebt u net uw stem verloren, uw geloof,
of uw loopvermogen. Met welk recht zou ik u verwijten maken dan, u die
zich genoodzaakt ziet uw toevlucht te nemen tot vleselijke lusten. Ga
voluit uw gang, ik bid voor u.
Rome kent geen erbarmen. Wielgus kon niet aanblijven. Een priester die
communisten helpt, dat is vloeken in de kerk. Johannes-Paulus II zou
zijn geronnen bloed ontstold weten alvorens zich om te draaien in zijn
tombe. De kerk dient nu éénmaal geen atheïsten. Zij bestrijdt ze met
het heiligste vuur. Marx zei van het geloof dat dit het opium van het
volk was. Of dat in onze tijden nog opgaat voor de Katholieke kerk,
daar kan men over redetwisten. Maar dat zij zich geroepen voelt ieder
collectivistisch syndroom met een nijlpaardendosis arsenicum te
behandelen, dat staat als een paal boven water. Ergo exit,
aartsbisschop Stanislaw Wielgus, spijt of niet. Vreemd, die
rechtlijnigheid. Heeft de Katholieke Kerk de voeling met het verleden
dan verloren ? Is er geen plaats meer voor berouwvolle zondaars aan de
top van dit instituut ? Deze onverzoenlijkheid valt moeilijk te rijmen
met het Hitler-jugend verleden van de huidige kerkvorst. Hij kon niet
anders zegt u ... Misschien. Van heldenmoed gaf hij zeker geen blijk.
Net zoals de nu ex-aartsbisschop van Warschau, Stanislaw Wielgus.
Beiden bezweken onder de druk van een totalitair regime. Ze zwommen met
de stroom mee en vaarden daar wel bij. Velen die zich koener toonden
moesten hun keuzes met de dood bekopen. Een weinig wenselijke uitkomst,
natuurlijk, voor mannen met ambitie , mannen die paus willen worden, of
aartsbisschop. Het opvallende verschil: Wielgus stak de communisten een
handje toe, Ratzinger vocht voor Nazi-Duitsland. Dat Rome uiterst recht
prefereert boven uiterst links heeft het in Latijns-Amerika ten
overvloede bewezen. Nu, ja, wie zegt dat enkel mannen met maagdelijke
kerfstokken goede kerkleiders kunnen worden ... De geschiedenis van het
christendom suggereert het tegendeel. Het heeft wel vaker gerecruteerd
in verdachte, enigszins aangebrande kringen. Was de evangelist Matteüs
niet een tollenaar, een gehate ambtenaar die de belastingen moest
binnenrijven voor Herodes Antipas, de tetrarch van Galilea die Johannes
De Doper liet onthoofden ? Ter informatie, zijn vader, Herodes I, had
zo omstreeks de allereerste kerstdag nog opdracht gegeven tot een
massale kindermoord in Bethlehem, in de hoop de nieuwgeboren heiland
van het leven te beroven. U ziet, Matteüs heulde aanvankelijk ook met
de vijand. Op die evangelisten is wel meer aan te merken. Wie de
openbaring van Johannes leest, die waant zicht ogenblikkelijk in een
scène uit die film van Coppola, die prent met die vreemde visioenen,
een resultaat van uitgebreid drugsgebruik. Hoe heette die ook alweer ?
Juist ja, Apocalyps now. Die Johannes zeg, wat snoof die man ? Geen
obstakel voor een carrière als evangelist in het vroege christendom. En
wat te zeggen van Saulus, die zijn carrière startte als
christen-vervolger. Tot hij van zijn paard donderde getroffen door die
bliksem van een heilige geest. Kwatongen beweren trouwens dat zijn
bekering tot Paulus slechts een handig manoeuvre was om hem toe te
laten te spioneren voor de Romeinen. Wat me herinnert aan die kwestie
met die Poolse aartsbisschop, hoe heette die man ook alweer ?
Ik spreek met velletjes, fladderend aan mijn lippen. Nog even zijn ze
deel van mij, die flinters, vormen we samen die rare vogel, die vreemde
snoeshaan, die zoeker, die vinder. Splinters van huid, door de wind op
mij gewonnen, dat zijn zij. Ik tast ze af met mijn wijsvinger, scheur
de dorste met mijn nagels, keur ze, schiet ze weg. Onhygiënisch ?
Wellicht. Ik voed de huismijt. Kost en inwoon, meer vraagt die niet.
Heeft de huismijt lippen ? Wie voedt zich met haar velletjes ? Niemand
die zich daarom bekommert. Ik lik mijn lippen. Minuscule wondjes
spannen samen tot een pijnscheut, zeuren om verlichting. Ik licht
kranten, speur in lades, leg me plat op de vloer, vloek. Waar ligt dat
ding, die vetcylinder, mijn toeverlaat in lipverschralende tijden ?
Daar staat hij, stompe stalagmiet te wezen naast de koker keukenpapier,
open en bloot ... mannenogen ! Labello, lipcare. For men ! Niet enkel
voor mietjes, dus. Een lippenbalsem voor echte mannen, neutraal van
geur, verhuld in een donkerblauwe huls. Designers-kletskoek ! Echte
mannen smeren niet, die spotten met de elementen, plassen tegen de
poolwind in. Echte mannen ijsberen, kweken korsten en verbijten de
pijn. Stinken doen ze ook, die stoere beren, van zweet, van etter, van
niet te harden winden, van veel te lang gedragen ondergoed, van kots en
schimmels, van eigen lof. Ik ben een jongen van middelbare leeftijd,
een brave burgerbeer. Als mijn vel me wil verlaten, dan help ik het een
handje. Mijn snot snuit ik in een vod, mijn fluimen spuw ik in de
wasbak, kraantje open, de riool in. Ik ben een duo domme lippen, op
zoek naar zalving en verzoening.
Meester, maak mij marktconform. Vorm mijn wezen naar haar norm. Granuleer en extrudeer mij, nivelleer, standaardiseer mij, wil mijn brein pasteuriseren, ga u gang, want ik verlang, dat ZIJ mij vlot kan absorberen. Bak mij, maal mij en verschraal mij, 'k zal mij geen moment verweren.
Grote M gij, hoogste stem, gij, boven alle bloed verheven motor van ons waarste streven, laat mij in uw teken leven, leid mij naar uw hoogste doel u mag mijn ego kanonneren, u mag mijn vrije es frustreren, u mag mijn uberich bezweren, maar sluit mij op uw stelsel aan, ik ben uw trouwste volgeling, uw megafan, uw slaafse maan. O, wat zijt gij gigacool ! rule M, RULE !
Ik bekijk zijn palmares. Dat van Eddy, u weet wel, de kannibaal. 't Is
een erelijst om van te duizelen. Vijf keer de Ronde van Frankrijk, drie
keer wereldkampioen, het werelduurrecord, liefst zeven maal Milaan-San
Remo. Eddy was een fenomeen begin jaren zeventig. Iedereen wou een
'Eddy' zijn, nou ja, toch velen. Helaas, veranderen van naam zo ergens
halverwege je leven, dat gaat zo maar niet. Tussen droom en daad staan
nu éénmaal wetten in de weg en praktische bezwaren. Maar als je
toevallig net een kleine op de wereld had gezet, wat lette je dan ? De
Eddy's gingen vlot van de hand bij de burgerlijke stand die jaren,
dixit Alex, daar hoef ik echt geen team statistici op te zetten. Een
ouder kan wel wensen tot hij een ons weegt, koersen blijft een kwestie
van stoempen, van een klinkende naam op je identiteitskaart rijd je
geen sikkepit sneller de Mont Ventoux op. Kortom, Eddy heten helpt geen
barst. Zo nu en dan ja, dan zie je er ééntje schitteren, dan springt er
ééntje over twee meter zesendertig, of -met megafantastisch succes- uit
een vliegmachien. En dan is er inderdaad nog die wereldkampioen
driebanden die zowel familie- als voornaam met de grootste wielrenner
aller tijden deelt. Puur toeval. Deze Eddy's vormen de uitzonderingen.
Zij bevestigen de regel: Eddy's zijn net mensen. Met de zelfde wensen,
dezelfde streken en vooral veel middelmatigheid. Kleine Eddy's worden
groot en vanalles. Eddy V.C. heeft een advocatenkantoor, Eddy H. doet
in begrafenissen, Eddy V.D verdient zijn boterham met 'Algemene
Schrijnwerken'. En daar is niks mee. De wereld kan niet zonder doorsnee
mensen. Wie zou er anders naar de koers komen kijken ? Nee, namen zijn
nietszeggend. Ik zou ze de kost niet willen geven, de Jésussen, die
je liever figuurlijk dan letterlijk een oor aannaaien. En als je als
Adolf geboren wordt, wat in de toekomst weer kan in Duitsland, dan hoef
je echt niet uit te groeien tot een volkerenmoordenaar. Tuurlijk, als
je als kind ter wereld komt in een neo-Nazi-gezinnetje en je ouders
noemen je Adolf uit 'sympathie' , dan moet je al over krachtige genen
beschikken wil je opgroeien tot een ruimdenkend mens. Maar dat heeft
niks met voornamen vandoen en alles met je opvoeding. Toch blijft het
spoken door de geesten: Nomen est omen, de naam is een voorteken. Wie
slim is en van goede wil weet dat en verzet zich tegen zijn
vooroordelen. Kwaadwillige slimmeriken gebruiken het als wapen. Barack
Obama, de rijzende ster van de Democraten in de VS kan er van
meespreken. Hij wordt door haatdragende Republikeinen voortdurend via
zijn tweede voornaam aangepakt. Barack Hussein Obama heet hij volledig.
Kan iemand alvast een galg bestellen ?
Gij zijt allen seksmaniakken, allemaal behalve gij, maar al de rest, gij zijt verpest, gij piekt als ik mijn peil laat zakken, maar geen seconde blijft gij plakken, als ik u politiek serveer, nostalgie, astronomie, of als ik iel filosofeer, maar als ik seksen suggereer, dan zijt gij al verlustigaards, er als de heetste kippen bij, ja, daarom zet ik u te kakken, want gij zijt allen seksmaniakken allemaal behalve gij.
Welkom Roemarije. Welkom in dit nieuwste jaar. Welkom in je nieuwe
huis. Kom toch verder, blijf niet zo bleu op de drempel staan, kom
binnen. Dit huis is warm en knus, we houden van verwennen hier. Zoek
een plekje voor je jas en zet je.Nee, je hoeft je schoenen niet aan te
houden in de zetel, schop maar uit die lasten, doe maar net als thuis.
Het valt op, hé, het is een beetje een zootje hier. Misschien had je
gedacht, daar bij Euh, daar laten ze de euhro's rollen, daar loopt
alles vast op rolletjes. Nou, je kan wel merken van niet. We zijn een
grote familie, en we leven, wij vieren, volop ! Met dit als resultaat.
Eén grote gezellige bende. Wil je wat snoepen, iets drinken misschien ?
We hebben vanalles in huis. Wat zou je zeggen van een heerlijk plakje
Franse kaas, extra gerijpt ? Die combineert ongetwijfeld excellent met
die boterham die ik speciaal voor je liet dehydrateren. Amai, 'k
exploreer hier mijn koelkast en tref er een uitstekende Moezel.
Duitsland en Frankrijk verenigd onder één dak, bestaat er een sterker
symbool voor ons verbond ? Zullen we uit één glas drinken, ten teken
van onze lotsverbondenheid ? Ja ? Op je gezondheid, op een snotvrij
jaar. Nee, je hoeft niets in het glas te laten. Drink maar ad fundum.
Vandaag is jouw dag. Nog een glaasje ? Tuurlijk mag jij nog een glas.
Graag zelfs. Zo, drink maar jongen. Nog een paar neuten en je bent
klaar voor de les. Zal ik je al een voorproefje geven ? Gewoon, om er
een beetje in te komen ... Goed, ontspan je. Kijk goed naar mijn lippen
en herhaal. 'Mijn eerste les Latijn': unus duo tres quattuor quinque.
mmm ....je moet echt beter naar me luisteren. Doe het nog eens, en let
vooral op je 'quinque' .... Ok, nu nog een paar keer, die 'quinque'
afzonderlijk ... Nou zeg, diamantus incomptus, diamantus
incomptissimus. Als jij je best doet dan zal je hier snel aarden. Ik
zal alleszins met plezier aan je schaven ... en vijlen, veel vijlen.
Later echter. Bekom nu maar een beetje. Wen. Later tellen we verder. En
weet, ons wachten vele obstakels, je zal fouten maken ... en fouten.
Dat mag. We zullen ze met de mantel der liefde bedekken, ze afzoenen.
Eerst de goede voornemens, dan de alcohol, nooit omgekeerd, denk
daaraan. Want een in alcohol geweekt exemplaar laat zich stukken
makkelijker wissen. Een ideaal voornemen bezwijkt al voor de eerste
borrel. Die van mij bewijzen al jaren hun excellente klasse. 'Volgend
jaar wordt alles anders', ik ontsnap er niet aan, zo omstreeks negen
uur op oudejaarsavond, als het vollopen zijn kruissnelheid nog niet
heeft bereikt, raak ik doordrongen van de meest banale gedachten.
Aanlokkelijke gedachten, dat wel, banaal en aanlokkelijk gaan gaarne
samen op pad, getuige het succes van de badpakkenronde tijdens
miss-verkiezingen. Banale ideeën hebben weinig om het lijf, en dat lijf
heeft doorgaans weinig body. Hoe bizar van mij te denken dat mijn lot
zich met een jaartal zou verbinden. En toch, ik ben vast niet de enige
die zich gekke dingen in zijn hoofd haalt. Ik zou ze de kost niet
willen geven, de patheten die zich allerlei voorstellingen maken over
het nakende Bond-jaar, 007, weet u wel. Hopelijk kunnen ze wat drank
verdragen. Want 2007 wordt gewoon meer van hetzelfde. t Zal vooral
'Alles blijft bij het oude zijn', vrees ik, een halve wereld die
rondloopt met een 'license to kill' en de andere helft die het moet
ontgelden. Van de klok hoeven we geen cadeautjes te verwachten. Die
betere wereld, die begint nog steeds bij onszelf, en op een door u
gekozen ogenblik, ergens midden mei, of halverwege september, de
almanak heeft geen vat op uw goedheid. Maar zo even voor middernacht,
dan moet je er niet aan beginnen, op die momenten verlies je je
perspectief, ga je reuzenwensen wensen die je een heel jaar met je mee
moet zeulen. Tenzij je ze meteen in alcohol verdrinkt. Dan slinkt het
spoor in je memorie. Is de last meteen historie. Dus drink vrienden,
drink, en laat jullie daarna rijden.
Ik was een held vannacht, onvervaard en onbaatzuchtig. In mijn dromen
natuurlijk. Tussen het snurken door vond ik een zak vol geld en deze
koene ridder der gerechtigheid kwam geen moment in de verleiding. Het
fortuin werd braafjes ingeleverd bij de politie. Het bleek te gaan om
een om onduidelijke redenen gedumpte buit van een recente overval.
Hierna verliet mijn droom het politiekantoor om even later weer op te
duiken in een grootwarenhuis. Ik meende Aldi te herkennen, maar de
reclamewetgeving indachtig reken ik ook een filiaal van Carrefour of
Delhaize tot de mogelijkheden. Laten we zeggen, een grootgrutter met
brede gangpaden en weinig keuze, voor mensen die op de kleintjes moeten
letten, enfin, typisch het soort grootwarenhuis dat overvallers zonder
talent frequenteren. Ze waren me meteen al opgevallen, die twee bij de
diepvrieswaren, beide begin dertig, zij sissend tussen haar tanden,
hij sussend alsof hij een echtelijke ruzie wou uitstellen tot in de
wagen. Ieder ander had het gebeuren afgedaan als een koppel dat net z'n
eerste pasjes richting de onvermijdelijke scheiding had ingezet. Ik dus
niet, ik zag ogenblikkelijk de overeenkomsten met het signalement van
de overvallers dat mij door de arm der wet was verstrekt: Een koppel,
begin dertig ... Tja, meer hadden ze eigenlijk niet, de wetsdienaars
... maar voor een droom volstaat dat. U had mij moeten zien zeg, die
daadkracht, die ontstellende ontstentenis van aarzeling, de soepele
bewegingen waarmee ik de rits van mijn jaszak opende om er mijn gsm uit
te halen:
"Ze zitten hier, bij de diepvrieswaren !"
Meer
uitleg hadden ze niet nodig. Ze zaten al in hun combi's. Dat had ik
voor de éénmaking van de politie eens moeten proberen. Negen kansen op
tien hadden ze mij in de boeien geslagen, Alex, de gedroomde waakzame
burger. Ondertussen had ik me onopvallend naar de nooduitgang begeven.
No pasaran, de snoodaards. De afloop van mijn droom laat zich raden:
Hij liep zich in paniek te pletter tegen Carla van de kassa, een pront
vrouwmens van een meter vijfentachtig, in haar jonge jaren nog lid van
damesworstelclub 'de laatste wals', zij, met een pond meer hersencellen
begiftigd, kwam onzacht in aanraking met enige flessen Côteaux du
Languedoc, 1 euro 39 cent, nadat ze door mij discreet een beentje werd
gelicht. Voor de dromer het sein om wakker te worden. Zo lag ik even
later het gedroomde te verteren. Hoe zou de echte Alex handelen ? Wat
zou die aanvangen met al dat schoon naamloos geld, die papieren schat
op zoek naar een bankrekening om te spijzen ? O, boterzachte textuur
van mijn geweten ...., ik durf er niets op te verwedden. En dat boeven
pootje lappen bij de nooduitgang . Rustig wachten tot het gespuis
passeert en dan tot de actie overgaan. Zo snel mogelijk langs die deur
naar buiten, ja. Het valt niet te ontkennen, dromen zijn bedrog.
Het hof van beroep windt er geen doekjes om. De strop voor Saddam, en
snel als het effe kan. Jochei, jochei, de arme inwoners van Mesopotamië
hebben wat om naar uit te kijken in 2007. "Inwoners van
Mesopotamië",schrijf ik want ik wens niet langer de schijn te wekken
dat er nog zoiets bestaat als Irak, of nog absurder, Irakezen. In de
toekomst zal de naam Irakees enkel nog betrekking hebben op boven de
moerdijk vertoevende sympathisanten van het Ierse Republikeinse Leger.
Irak is voltooid verleden tijd. Zaïre verloor zijn chef en werd weer
Congo, wel, hierbij herdoop ik Irak tot Mesopotamië. Maar ga in dit
plaatsvervangend land vooral niet op zoek naar Mesopotamiërs. U zal er
nauwelijks één vinden. Wel Soennitische arabieren, Koerden, Shiiten en
Turkmenen. Allen willen ze een zo groot mogelijk deel van de fruittaart
'tweestromenland' en met name dan de kers en de slagroom. Het
Shiitische woord voor slagroom is Basra, het Koerdische voor kers,
Kirkuk. Dat ook de Turkmenen tuk zijn op steenvruchten is alom bekend.
En die sukkelaars van een Soennieten, zij zouden zich tevreden moeten
stellen met gortdroog zandgebak, zij krijgen de woestijn, de 'desert'
van het dessert. En als u nu denkt, wat maakt dat uit, een onnozel s-je
meer of minder, uiteraard staat denken vrij , maar ik zou u ten
stelligste willen afraden naar Frankrijk af te reizen om er vis te
kopen. Natuurlijk verzetten de Soennieten zich tegen hun dieet van
saaie kruimels vreten. Van enkel kruimels krijg je kriebel in je keel.
De Soennieten eisen hun part van de olie. Zonder een flinke
portie zwart goud om de slokdarm te smeren zullen zij het verloren gaan
van hun dominante positie nooit kunnen slikken. Zolang er geen billijke
verdeling komt van de bodemschatten blijft het oorlog in Mesopotamië.
Spijtig genoeg, heeft de nieuwe meerderheid van Koerden en Shiiten
weinig zin in broederlijk delen. Zij vinden het belangrijker de
rekeningen uit het verleden te vereffenen. De belangrijkste post die
momenteel nog open staat heet 'Saddam Hussein'. Wat Irak was is nu
wrak. Een wrak dat wraak wil, van voor naar achter, van links naar
rechts, van boven naar onder, van links naar rechts. Allemaal volstrekt
begrijpelijk, natuurlijk, maar of het ook wijs is ?
Misschien moet ik minderen met uien. Misschien ook niet. Het hangt er
van af hoeveel vertrouwen je hebt in de anderen. In de echte 'anderen'
bedoel ik dan. Niet die kerel in je straat die het nodig vindt zijn
buxussen in de vorm van een fallus te snoeien. Hij komt gewoon uit voor
zijn interesse. Evenmin heb ik het over de Pakistaan van het
tankstation of de Filippijnse vrouw van de bakker. Dat soort 'anders
zijn' gaat nauwelijks dieper dan het vel. De ware 'anderen' komen van
verder, van veel verder, lichtjaren verder. Zij zijn het, die me deden
twijfelen aan de wenselijkheid van mijn uienverbruik. Gek eigenlijk,
want voor hetzelfde geld bestaan ze niet eens, de buitenaardsen, en
maakt het dus geen donder uit of ik mij aan uienvreten schuldig maak of
niet. Kijk, beste lezer, zo functioneert de wetenschap. Ze pelt de
rokken van de ui en ieder antwoord roept weer nieuwe vragen op. Van
uien tot E.T. , alles is met alles verbonden. Bij de ESA weet men dat.
En daarom lanceert de Europese ruimtevaartorganisatie op woensdag 27
december 2006 de COROT-sonde. Deze sonde heeft een telescoop aan boord
om gedurende tweeënhalf jaar het licht van 120 000 sterren te
analyseren. Zo hoopt de ESA nieuwe exoplaneten, planeten buiten ons
zonnestelsel, te ontdekken. Het principe van deze zoektocht is heel
eenvoudig: Bestudeer zoveel mogelijk sterren tegelijk. Wacht tot een
exoplaneet, gezien vanuit het standpunt van je telescoop, voor zijn
'zon' langs trekt, astronomen noemen dit een 'transit'. Als dat gebeurt
zal de exoplaneet een fractie van het licht van die ster blokkeren. Uit
die mimieme daling in lichtsterkte kunnen astronomen dan het bestaan
van een planeet afleiden. Meer nog, wanneer de exoplaneet in kwestie
over een atmosfeer beschikt dan gaat een deel van het licht van zijn
zon via deze atmosfeer de telescoop - denk COROT- bereiken, en het
licht zal door deze passage zo beïnvloed worden, dat men de chemische
samenstelling van de atmosfeer van de exoplaneet kan achterhalen.
Applaus voor de wetenschap want ze is werkelijk geniaal. En bijzonder
relevant. Want de detectie van methaan in de dampkring van een
exoplaneet zou een indicatie zijn voor 'leven'. Methaan wordt namelijk
erg snel afgebroken. Om in de dampkring aanwezig te blijven moet er dus
voortdurend nieuw methaan geproduceerd worden. Hier op aarde doen wij
dat, tesamen met een hele hoop koeien, varkens en een hele resem andere
beesten die zonder ophouden winden laten. 't Is daarom dat ik dacht:
Als wij amper het Cro-Magnon stadium ontgroeide mensjes al op het idee
komen te speuren naar scheten in buitenaardse atmosferen, wat belet
meer geavanceerde levensvormen dan om hetzelfde te doen ? Misschien
staat onze aarde bij de Klingons al eeuwen bekend als een stinkplaneet
bij uitstek. Verraden door onze uitlaat. Stel je voor dat ze op bezoek
komen. Op een tweede op annihileren beluste levensvorm zitten we niet
bepaald te wachten, hier op onze blauwe knikker. Gesteld dat die
Klingons bestaan, natuurlijk. Zo lang hierover nog geen uitsluitsel is,
laat ik me leiden door het voorzorgsprincipe, ergo : Mijn
uienconsumptie moet drastisch omlaag. Want die fallussen van buxus, daar
ligt niemand wakker van, maar mijn ui-gerelateerde flatussen, die ruik
je vanop lichtjaren.
Ik zit hier ! Hier ! Tussen de vieze propjes keukenpapier. Gereduceerd
tot een krakkemikkig snotfabriekje. Wat zo'n reepje genen met een
eiwitkorstje een mens kan aandoen. En kan je het geloven zeg, ik heb
niet eens koorts ! Een vreselijk gemis. Want alles verandert als je
koorts hebt. Als je koorts hebt dan heb je wat in handen. Dan draait
men de kraan met kompassie wagenwijd voor je open. "Arme Alex toch. Kan
ik wat voor je doen ? Zal ik wat vitamientjes voor je halen bij de
fruitboer ? Kruip jij maar lekker onder de wol, jongen, ik kom je
straks wel een kommetje preisoep brengen." Als je het een beetje handig
speelt puur je er makkelijk een weekje verwennerij uit. Vooral van die
laatste twee vertroeteldagen, je weet wel, die extra-time die je
versiert door middels okselwrijving de thermometer nog net boven de 37
graden te drijven, die laatste 48 uren, daar geniet ik altijd mateloos
van.
"Ben jij nu nog steeds niet van je koorts verlost ?" "O, ik blijf een beetje hangen boven de 37, net of 'mijn lichaam' nog altijd vecht tegen de 'ziekte' .... "Ja, Alex, blijf jij nog maar lekker wat in bed, straks 'herval' je nog"
Ach,
wat kijkt u nu verontwaardigd. Daar heb ik dus eerst wel vijf dagen
voor geleden, hoor. Voor wat, hoort wat, zo zie ik dat.
Nog
een poging. 36.5 °C, wat is me dat voor een asociaal flutvirus. Wel
mijn cellen kapen ter bevrediging van zijn voortplantingsdrift, maar
een kleine wederdienst, een minimum aan compensatie, dat is blijkbaar
teveel gevraagd. Geen bedvertoeven dus voor mij, geen aangereikte
kommetjes preisoep en geen vitamientjes. Geen koorts houdt in: op de
been blijven, op de tanden bijten, met twee woorden spreken, de wereld
inhaleren, bloggen .... Ze kennen er wat van, die Spanjaarden !
Werkelijk ongehoord, dit ! Nog maar net heeft het Iberisch schiereiland
kennis genomen van mijn gezondheidsperikelen of ze profiteren ervan om
mij op mijn gevoeligste plek te raken, mijn rechtvaardigheidsgevoel.
Ja, bij mij zit dat daar, very funny, très drôle. Zo de spot drijven
met een zieke mens, u zou zich moeten schamen. En u brengt mij van mijn
apropos. Waar had ik het nu weer over ? O, ja, de Spanjaarden. "El 94%
de los billetes que circulan en España contienen restos de cocaína",
kopt El Mundo. Het is toch schoon verdeeld in de wereld. Zoals zo vaak
excrementeert de duivel enkel op de grote hoop. O wee, gij arme
stakker. Tel uw muntjes maar op de rooster, koop er een boterham met
gerookte hesp van en ga onder uw naaldloze kerstboom zitten kauwen.
Hoger zal jij nooit raken. Maar bulkt uw portefeuille van de biljetten,
dan is uw witte kerst gegarandeerd, dan is de sky the limit. Welkom bij
de high society. In één woord : wraakroepend !
Het kan nog net. Eén telefoontje van André Flahaut, inhoud slechts drie
woorden, 'Opération père Noël', en de bal gaat aan het rollen. Op de
luchthaven van Melsbroek worden twee Airbus 310 toestellen van het
Belgisch leger in gereedheid gebracht. In Kaboel ontvangt de
bevelhebber van het Belgische Isaf-contingent een gecodeerde booschap.
Weer diezelfde drie woorden: Opération père Noël. Even lijkt hij te
zweven, een paar seconden maar, dan staat hij weer met beide voeten
stevig op de grond. "Donc, la décision est prise." Hij houdt de foto
van zijn vrouw voor zich, kijkt haar aan en bromt : à demain, Adeline,
à demain. Alles moet nu snel gaan. Hij roept zijn officieren bij
elkaar. Geen tijd voor plichtplegingen, geen receptie, vlaggenceremonie
of afscheidstoespraak. Iedereen, koffers pakken, nu ! Wat te zwaar is
om mee te zeulen blijft hier, een afscheidscadeau voor het nieuwe
Afghaanse regime. Point de Rendez-vous: Kabul International Airport. Le
temps de rendez-vous: 0300 heure Zoulou 23-12-2006. ETD, 0400 heure
Zoulou 23-12-2006 , ETA à Melsbroek, 1345 heure Zoulou 24-12-2006. Pas
besoin de préparer des tartines. Maaltijden worden geserveerd aan boord.
Het
zou zo maar kunnen. Onze jongens(*) veilig thuis, ruim op tijd voor de
kalkoen. Wat houdt ons eigenlijk tegen. Zouden ze ons missen, denkt u,
de Afghanen ? De meer dan 500 gesneuvelde westerse militairen indachtig
zou ik zeggen: Ze komen er wel overheen. Geen wonder, als u het povere
palmares van vijf jaar militaire campagne bekijkt. Van het heropbouwen
van het land is niet bijster veel in huis gekomen. De
levensomstandigheden van de gewone Afghaan zijn er nauwelijks op
vooruit gegaan en wat de positie van de vrouwen betreft,laten we
onszelf niks wijsmaken: Zoiets leg je niet op van bovenaf. Wat ze wel
van ons kregen ... bommen op hun kop en gif op de papavervelden die
voor vele arme boeren de enige bron van inkomsten zijn. Ik had altijd
al de indruk dat het wel meeviel met dat enthousiasme van de
inboorlingen. Neen, ze zullen ons met graagte uitzwaaien met speciaal
voor de gelegenheid gewassen witte zakdoekjes. Tot nooit meer,
Belgische vrienden, zullen zij driestemmig scanderen ! Ik hoor u al
komen: "Kan best, beste Alex, maar .... zo'n onverhoedse aftocht zou
het imago van ons land toch onherstelbare schade toebrengen, niet ?"
Mijn antwoord: Ons imago .... welk imago hebben wij dan te verdedigen ?
Als Belgen al ergens bekend om staan dan is het toch wel om hun
surrealisme en hun bonvivantisme. Dat is het,wat toeristen in ons
landje komen zoeken. Magritte, Delvaux, lekker tafelen, pralines,
kermis ! Welk een betere wijze om onze grootste troeven in de verf te
zetten, dan twee airbussen vol Belgische militairen die de oorlog de
rug toe keren voor een gezellig plekje aan de feestdis. Wat zegt u ? O,
u dacht, Piet Huysentruyt kookt voor 'onze jongens', ze zullen daar
beter eten dan thuis. Wel, ter uwer informatie, ik ben via via in het
bezit gekomen van Piets plannen. Verwacht u maar aan een S.O.S !
Menu kerst Kaboel 2006:
voorgerecht:
Pasta alla Talibani. Eerst stond Pasta alla putanesca op het menu, maar
dat werd verboden door de legerleiding vanwege niet respectvol voor
onze meisjes en het gastland. soep: Borsjt. Om toch nog iets
erotisch op te dienen nu Tanja haar paalnummer niet mocht brengen en
ook omdat de legerleiding eindelijk eens af wou van al die soepblikken
die de Russen daar achtergelaten hebben toen zij genoeg hadden van hun
Afghaans avontuur. hoofdgerecht: Windhond op grootmoeders wijze. Een mager beestje. dessert: quatre-quart gegarneerd met maanzaad. Voor de couleur locale, veronder stel ik.
Dus nog eens, wat houdt ons eigenlijk tegen, meneer Flahaut ? 'Opération Père Noël', gewoon bellen.
(*)
De auteur is zich ten volle bewust van de zeer gewaardeerde
aanwezigheid van vrouwen in het Belgisch leger. De term 'onze jongens'
werd hier gebruikt om louter stilistische redenen.