Ik tegen Helena en een vriendinnetje : Niet op straat hé meisjes ... Helena : Dat weten we allang hoor! Aja, anders kunt ge overreden worden. En dan zijt ge geen overmoeder of een oma of een mama ... ... ... of... ... een elfje! (veel gelach)
Soms hoor je verhalen die je kippevel en een stil hart bezorgen. Meisjes van veertien wiens leven een aaneenrijging is van afscheid nemen in plaats van roze blinkende pareltjes. En hetgene wij weten en zij -Godbelieve- nog niet; deze verliezen en veranderingen zijn niet het einde van verdriet. Ze zijn het begin. En gelukkig van nog veel meer.
Tijdens het naar huis rijden, na een overigens erg geslaagd en fijn feest, bekroop me een gevoel. Het gevoel van gesloten deuren. Niet de letterlijk gesloten deuren, want daar kan je desnoods de stormram tegenaan zetten. Maar de figuurlijk gesloten deuren. En daar is geen stormram tegenop gewassen. Daar heb je een sleutel voor nodig. Een perfect passend gouden sleuteltje. Maar het vreemde is : je kan zo'n sleuteltje niet krijgen, als kadootje onder de kerstboom bijvoorbeeld. Of verdienen als je 37 keer lief en vriendelijk geweest bent en 17 keer van ganscher harte naar iemand geluisterd hebt. Je kan het ook niet aankopen, maken, smeden of naboetseren. Noch aanvragen, afdwingen, smeken. Je kan hooguit je eigen deur onbevangen, vrijblijvend en weids openzetten en een deurmat met welkom! erop neerleggen. Want mooie perfect passende gouden sleuteltjes zijn er gewoon. Jeweetwel, bij die contacten die sprankelen van eenvoud en natuurlijkheid. Bij het oude mannetje dat je buiten ziet zitten als je naar de winkel fietst en die je mist als hij niet op de stoel aan zijn deur zit. Bij die ene vriendin die je weinig ziet en aan wie je de hele zomer niet gedacht hebt, maar die dan zegt dat jou zien 'haar chauffageke in gang gezet heeft', en jij die elke keer dat je daaraan denkt moet lachen omdat je het haar zo hoort zeggen met haar westvlaams accent. Bij het kleutertje in de klas dat ongemerkt naast je komt staan en zijn hand in de jouwe schuift. En jouw hand die zich vanzelfsprekend opent.
Gesloten deuren vallen vast en zeker te verklaren. Psychologisch, fysiologisch, astrologisch, karmisch. Maar 't was toch fijn geweest als ik dat ene sleuteltje onderweg niet verloren had.
Vandaag in de natuurwinkel zei B. dat haar koekebrood toch zo lekker is. Ik geloof dat het lekker is. Brood gemaakt met liefde en goede ingrediënten kan niet anders dan lekker zijn. En toch kocht ik het niet. Het kan namelijk onmogelijk tippen aan het koekebrood dat mijn oma maakte. Als je haar kelderdeur opendeed, dan was er, boven de draai in de stenen trap, een soort nis. Een stenen, wit geschilderde nis. En in die nis, daar lag het. Een groot zwaar hoogglanzend donkerbruin brood op een rond roostertje. Dat nadien tegen de oude vinnige borst werd gehouden en waarvan met een groot mes mooie gelijkmatige plakken werden gesneden. Ze heette Marietje Van den Secretair. Want opa was de gemeentesecretaris en het was de tijd dat vrouwen een stukje bijkregen toen ze huwden. Nu staan vrouwen graag autonoom (naast) hun mannetje. Destijds werden ze 'een stukje van'. Maar ze konden wel koekebrood maken.
L : Mama, waarde gij ook vroegvurig of hoe zegt ge da? ik : Wat bedoel je? L: Ma-maaaaa (met een blik van gebaartunievandendommenhé) 't Zit toch in de familie. Gij waart vroegvurig, S. is vroegvurig, J. is vroegvurig en G. toch ook?
Verlegen ben ik. Verlegen door de vele positieve reacties. En al zou het vermoedelijk vreemd aanvoelen als niemand zou reageren, ik voel het aan als enige druk. (Bestaat er druk die niet door jezelf opgelegd wordt?) Het gevoel dat ik niet zomaar kan neerschrijven wat in me opkomt, honderd woorden die op mijn tong liggen en niet uit mijn vingers geraken. Het moet goed genoeg zijn, moet voldoen aan bepaalde voorwaarden. Inhoudelijk, de opmaak, taalfouten, schrijf-of spreektaal, wat mag gezegd worden en wat niet, ... Katarina, komaan meiske, kaarten op tafel, to the point: wat gaat ge doen? Ge hebt twee opties. Ofwel smijt ge deze blog met zijn klieken en zijn klakken buiten ofwel doe je door. Dus : waarom heb je deze blog geopend? Omdat ik dat allang wou ...? En omdat ik vroeger steeds een dagboek had, een schriftje en een vulpen met donkerblauwe inkt, later lichtblauwe inkt, en omdat ik het fijn zou vinden om nu een dagboek van mijn mama te kunnen lezen, en omdat mijn buik ernaar vraagt en omdat iets neerschrijven rust brengt in mijn hoofd en in mijn hart, en omdat ik graag boeken lees in dagboekvorm geschreven, en omdat ik dat dan zo de schrijver hoor voorlezen, zoals in die amerikaanse films; in een schommelstoel op een veranda, en als een kind aan zijn voeten zou willen gaan zitten om te luisteren, ik weet zelf al wie er in die stoel zou mogen gaan zitten, en omdat ik alle dagen denk 'dat moet ik opschrijven voor mijn kinderen, voor later', en omdat er zoveel rond me heen gebeurt, en omdat ik zo dankbaar ben voor mijn gezonde kinderen, en ... om wel honderd dingen. En ook : zomaar. 'Zomaar?' schreef iemand me deze zomer. Ja, zomaar. Niet meer of niet min. Zomaar. Het is geen zet in een tactisch spel, het getuigt niet van een dubbele agenda, er zit geen addertje onder het gras. Zomaar. Ik doe dus nog even door. Maar de teller in de linkerkolom die moet wel weg.
Vandaag voor het eerst naar x geweest. Thuisonderwijs voor zieke kinderen. Een erg ziek 3-jarig meisje in dit geval. Haar mama heb ik jaren geleden voor het eerst ontmoet. Aan de schoolpoort. Waar ze steevast glimlachend haar 2 neefjes kwam ophalen. Dacht toen : hé, wat een fijne vrouw. Er zijn soms van die ontmoetingen die heel erg natuurlijk aanvoelen. En hoorde later dat ze dicht in de buurt kwamen wonen. In een wijk hier rechtover. Een wijk die oorspronkelijk he-le-maal van D.G. was. Een oude man zonder kinderen die alleen in het immense huis tegenover ons woonde. 't Is te zeggen : niet in het huis zelf, maar wel in de garage. Want de garage zelf was even groot als ons toenmalig arbeidershuisje. Het enige teken van leven in al die jaren dat wij ooit zagen was het herstellen van een prachtig dakkapelleke en de buurvrouw van 2 huizen verder die elke middag met een kookpot de straat overstak. Toen D.G., ze noemden hem 'den rentenier' overleedt zou naar het schijnt die mevrouw zijn erfgename geweest zijn. Ze heeft het verdiend. Dus in die wijk kwamen ze wonen. Een wijk met allemaal fruitnamen. Appelstraat, Abrikozenstraat, Mirabellestraat, .... de ene al zoeter dan de andere. Zij kozen voor de kersen. En ook al hadden we geen contact meer; warme mensen in de buurt, dat voel je stralen tot in je eigen huisje. Dan is contact alleen maar een kadootje. Eentje met een strikje rond. Maar toen ik naar huis fietste, na een aaike over het kale bolletje, flitste door me heen : Here God, ik weet dat ik die mensen fijn vond en benieuwd was om hen beter te leren kennen, maar dit was toch niet de bedoeling. Niet op deze manier.
17 jaar geleden geboren. Een goedlachse jongedame die weet wat ze wil en wat niet en dat met haar blik onmiskenbaar duidelijk maakt. Met een groot hart voor mens en dier en uitgesproken interesse voor kledij en muziek waarvan tijdens deze vakantie dit lied veel weerklonk.
Helena, bon anniversaire, ma bien aimée! ♥️
https://youtu.be/7fxL-sxN7fo
17 jaar geleden geboren. Een goedlachse jongedame die weet wat ze wil en wat niet en dat met haar blik onmiskenbaar duidelijk maakt. Met een groot hart voor mens en dier en uitgesproken interesse voor kledij en muziek waarvan tijdens deze vakantie dit lied veel weerklonk.
Helena, bon anniversaire, ma bien aimée! ♥️
https://youtu.be/7fxL-sxN7fo