Soms is het er plots. Vanuit het niets. Zonder duidelijke reden, oorzaak of aanwijzing, maar onmiskenbaar aanwezig ; een stilte, een kilte. En ik ben er nog niet uit welk van de twee het vandaag was. Een stilte, of een kilte. Of een stille kilte. Of een kille stilte. De mogelijkheden zijn legio. Godzijdank bestaat het werkwoord contempleren. Ik kende het niet, maar heb, na veelvuldig gebruik van een schrijver, toch maar even opgezocht wat de betekenis ervan is. Beschouwen. Beschouwen, even naar jezelf kijken, proberen naar jezelf te kijken. Vandaag in een poging wat duidelijkheid te vinden, een verklaring te zoeken voor wat is. Want ik was vandaag de helft van de kilte. En een kilte is nu eenmaal niet wat we over het algemeen nastreven in menselijk contact. Het mag er wel zijn. Even. Het allerliefst maar héél even. En het aller-aller-allerliefste; niet.
|