Vandaag hield een speelgoedwinkel een promotie. Het moment bij uitstek om de toch geplande uitgaven te doen.
Zij het anderhalve maand eerder dan verwacht.
Helena was eenvoudig.
Een zitkuipje met kap uit IKEA, want ze vind het heerlijk zich te verstoppen en een muziekdoos zoals we gezien hadden in de Speelfontein. Samen met wat kleine en bij voorkeur roze en glinsterende prutskes van hier en daar zal haar geluk niet opkunnen.
Playmobil voor Remi. Playmobil want daar speelt hij toch zo vaak mee.
En Kaplanblokjes. Want ook al heeft hij reeds 3X een doos van 250 Kaplanblokjes gekregen, hij heeft er steeds tekort.
Welke soort stond niet ter discussie, wegens het beperkte (en net daardoor zo verruimende) aanbod.
De Playmobil daarentegen ...
Dus wijselijk Lucas mee op tocht genomen.
Want wie kent Remi zo goed als mama en grote broer?
Ik stelde voor om de trein aan te kopen.
De Duplo-trein had immers voor ontelbare uren speelplezier gezorgd en Remi is die nu wat ontgroeid. Lucas vond het geen goed idee.
Remi een trein? Neen
echt niet
maar het circus, dàt zal Remietje fijn vinden!
Remi? Een circus??? Remi spreekt nooit over een circus! Hij wou dit jaar ook geen circusschool meer volgen.
Enzo samen, in volle overtuiging, gekozen voor de onderwaterwereld.
Meer bepaald : een spookvisskelet, een reuzekrab, een spookpiraat met rog, een kanonnenschelp met spookpiraat en klein zeemonster en als klap op de vuurpijl een driehoofdig zeemonster.
Eens thuisgekomen alles veilig weggemoffeld, behalve de Playmobilcatalogus.
Waar Remi, na een half uur het boekje in stilte doorbladerd te hebben, met blinkende oogjes zei :
O mama,
die trein
dat moet leuk zijn! En dat circus! Ze hebben dat in de kapoentjesklas!
Das kweetnie hoe groot en megawijs!
Nu, dàt heet dan een verhelderend gesprek.