Nadat we Mathieu
donderdag hadden afgezet in de luchthaven, moesten we vrijdag toch nog even bekomen
van de intense week. Desalniettemin was het heel fijn geweest, en zeker voor
herhaling vatbaar. Ten minste van onze kant gezien J
Op zaterdag
hebben we nog eens een wandeling gemaakt. Het weer is veel te mooi hier om
binnen te blijven zitten. De lente is ook nog volop bezig, dus proberen we er
zoveel mogelijk van te genieten.
We trokken
naar het Carmel-gebergte, meer bepaald naar Klein Zwitserland. Deze regio
wordt zo genoemd omdat het bergachtige landschap is begeven met eiken en een
terpentijnboom (Pistacia palaestina). Het smalle pad begeeft zich ook
langs beboste bergwanden, met diepe kliffen en valleien.
Jammer
genoeg waren wij niet de enigen op deze trail. Wij hadden het net getroffen om
achter een groep Israelische kinderen uit te komen. Een of andere jeugdbeweging
maakte een daguitstap, en omdat wij net iets sneller over het pad liepen, moesten
wij de hele meute voorbij. En er leek maar geen eind te komen aan de lange rij
schreeuwende kinderen. En op het smalle pad, dat in de bedding van een (droge) beek
lag, was nogal smal, waardoor we ons in bochten moesten wringen om voorbij te
steken. Want aan de kant gaan is precies moeilijk!
Onderweg
kwamen we ook uit bij Ein Alon, vrij vertaald als de Eikenbron. Op deze
plaats zou het hele jaar rond water staan. Hier zaten ook veel mensen te
picknicken. Langs de kant van de weg stond ook een klein kraampje, waar een druus
lafah met lebaneh stond te verkopen. Lafah wordt ook wel Iraakse pita genoemd,
en lijkt op een wrap. Zijn vrouw kneedde en zwierde de deegbollen (als een
volleerde Italiaanse pizzabakker) tot platte pannekoeken, en legde deze dan op
een taboon. Een taboon is een convexe pan, en lijkt op een omgekeerde wok.
Wanneer de lafah 30 seconden tot 1 minuut later gebakken was, smeerde hij er
zelfgemaakte lebaneh (yoghurt kaas), en werkte het af met zaatar , een
kruidenmix typisch voor het Midden-Oosten.
Het water
uit Ein Alon liep verder in de Alon vallei. Onderweg kwamen we ook enkele
koeien tegen die de schaduw al kwamen opzoeken onder bomen in de rivierbedding.
Iets verderop kwamen we ook een iets minder levend exemplaar tegen :-s Enkel de
kaalgevreten ruggengraat, ribbenkast en schedel waren nog te zien. Machteld
vroeg net daarvoor nog af of we nooit eens een lijk zouden terug vinden langs
onze wandelpaden. Autowrakken komen we alleszins genoeg tegen.
De
Alon-vallei staat ook bekend van de verwoestende brand die er gewoed heeft in
December 2010. Zelfs nu, meer dan 2 jaar na de feiten, is de schade nog steeds
zichtbaar. Hoewel de meeste grassen en bloemen al terug zijn gekomen, zijn de
bomen nog steeds kaal en zwartgeblakerd. Op bepaalde stroken zijn ze dan ook
begonnen met de kap van deze bomen, om plaats te maken voor nieuwe
aanplantingen.
Op de
terugweg naar huis reden we via de scenic route terug naar huis, en hadden we
een mooi uitzicht op de baai van Haifa.