Op vrijdag gingen we nog eens op verkenningstocht door het land. Donderdag had onze collega Sara ons op de kaart aangeduid waar haar kibbutz ligt en toonde ze ons nog een leuk plekje om te bezoeken. We besloten dan ook haar raad op te volgen. De reis bracht ons naar het noorden, dicht bij Nahariya. We gingen er op zoek naar het Monfort-kasteel. Er was een wandelroute uitgestippeld omdat dit de enige manier is om er te geraken. De wandelroute bracht ons over steile beklimmingen en rotswanden tot aan de ruïne van het kasteel.




Het kasteel op zich stelde niet veel meer voor, het was dan ook al verwoest van in de 13e eeuw. Het uitzicht over de vallei was wel de moeite om van zo ver te komen. Omdat we nog maar 3 kwartier gestapt hadden, besloten we onze tocht nog verder naar beneden te zetten en ook de volgende berg te beklimmen. Op de top was er een uitkijkpunt over de vallei en het kasteel.

Niet wetend waar de route ons naartoe zou leiden, besloten we nog even verder te kijken, in de hoop dat het een ronde zou zijn. Na een kwartier werd ons duidelijk dat we steeds verder afdwaalden van het vertrekpunt en dus maakten we rechtsomkeer. We waren dan ook al dik 2 uur aan t stappen en we moesten terug zijn voor de zon onder ging. We waren niet echt voorbereid op een lange en stevige wandeling en droegen dan ook geen aangepast schoeisel en hadden enkel 2 bananen en een flesje water bij. De terugweg zou ook nog zeker anderhalf uur duren. Net voor zonsondergang bereikten we de auto. Daar kleedden we ons om en vervolgden onze rit naar Sara's kibbutz in Kabri, een kwartiertje rijden.

Eenmaal aangekomen in Kabri werden we halt gehouden aan de toegangspoort. Niet wetend wat te zeggen, belden we naar Sara. Blijkbaar volstond het om haar familienaam te noemen (die we eerst nog niet wisten). Ze leidde ons telefonisch tot aan haar huis. We werden voorgesteld aan haar man Ilad en aan haar 10 maanden oude dochtertje Silane. Silane is een unieke naam en betekent 'honing van de palmboom'. We kregen een rondleiding door hun (mooie!) huis, en later door de kibbutz. Jammer dat het al donker was! Je kan in een kibbutz enkel een huis bouwen of kopen wanneer je ouders er wonen. De grond krijg je dan voor niets. Als buitenstaander kan je er wel huren, maar dus nooit kopen. In de kibbutz is een onthaalmoeder, een kleuterschool, een lagere school en een middelbare school. De kinderen kunnen dus in de kibbutz blijven tot de legerdienst. Er is ook een centrale wasdienst, waar je 's morgens de vuile was kan brengen en hem 's avonds gewassen en gestreken terug kan oppikken. Zoooo handig! De wandeling doorheen de kibbutz leidde ons tot aan het huis van Sara's schoonouders en schoonbroer. We werden heel vriendelijk onthaald. De vader is afkomstig van de VS, de moeder oorspronkelijk van Duitsland. De grootvaders van Ilad's ouders hebben misschien nog oog in oog gestaan tijdens WOI; de ene bij de Duitsers, de andere bij de geallieerden. Daarna gingen we met z'n allen eten in het restaurant van de kibbutz. Je kan de keuken vergelijken met de Alma. We ontmoetten ook de vierde generatie, de grootvader van Ilad, een kranige negentiger met een talenknobbel! Na het eten gingen we terug naar het ouderlijk huis. Daar werden we getrakteerd op Arabische koekjes,3 soorten cake en thee, koffie of Israëlisch bier. Het was erg gezellig en als we in de buurt zijn of met feestdagen mogen we steeds langskomen!
Nu wacht ons nog een rustige zaterdag.. Vandaag zijn wij verantwoordelijk voor het te drinken geven van de kalveren
Toedels!
PS In het Hebreeuwse alfabet bestaan er 2 manieren om de letter T te schrijven, nl. [tav] en [tet]. 'Tom' kun je dus schrijven met een [tet] (zoals 'Tom' uit Tom & Jerry), maar wanneer je 'Tom' schrijft met een [tav] betekent het 'onschuldig'. Haha!